masa hi m bul •stffsooi NUAHa aa 'Ka'iavvH (•uzy safSOOl *A> ■jp suvwanaH 'H Hooa 4 Jonkvrouw van Kronenstein. De jonge Emile, hun eenige zoon, werd dan ook naar de grondbeginselen zijner ouders opgevoed. Men leerde hem reeds vroeg dat niet slechts noblesse oblige, maar dat]ook rijkdom voor de maatschappij vruchten [afwerpen moet. Maar zooals het meer gaat, al waren de lessen met stil zwijgen en gepasten eerbied aangehoord, de jonge man had ten laatste er slechts zooveel van [voor zich behouden en in toepassing gebracht, als hem zelf 't best toescheen. Emile was student geworden!]Of hij gestudeerd had Het zij genoeg te weten datj hij ten laatste, na negen jaar, met een streep tot,doctor utriusquejuris promoveerde, in de voor hem uiterst] geruststellende overtuiging, dat het niet meer dan betamelijk is als een man van adel zich in dit opzicht van een burger jongen onderscheidt, wiens grootste eer het is cum summa te promoveeren. Schulden had hij gemaakt, maar die schulden waren betaald, en Emile trad als jong advocaat, natuurlijk zonder den lust in en 't vooruitzicht op eenige prak tijk, de wereld binnen, die den knappen jonkman met open armen ontving. Inmiddels stierven kort na elkander zijne oudersde jonge baron betrok een prachtig huis, leefde weelderig, gaf partijen, kunst beschouwingen, hield ten zijnent litteraire en muzikale bijeenkomsten en gedroeg zich in één woord of het geld van papa en mama niet op kon. Maar dat dit toch zoo was, begon van Bronkhorst al spoedig te begrijpen, en de rekeningen, die hij jaarlijksch ont ving aan broches, colliers en braceletten, welke niet altijd borst, hals en armen zijner fatsoenlijke vriendin nen versierden, deden hem met angst de toekomst te si 'uBBpaguBB yaaq piipiaA }baa paq aqiuiBj ap aip 'jaojq uaa yaaq japnz auooqos aip :uaS8az spi suaa af qi ji^ uazaAi apaq pq piu qoo} pq noz jbbui 'uaAag pBpueqos poiS uaa noz (C'uop uaaS faAA si naqura aj jb pjj - paoS suaa Sou af quapaq 'aoiras 'n^j// 'uaqqaipaA a? rao do puop jaquof a(j 'uaSfuqiaA uapnoz siuaqaapq aqftj -aqqiiqosiaA uaa qpz BUJBBp jbbC jBBd uaa uapiooAA aip pp 'uapaoraiaA qqqnaSoo ^ip do uapuoq pjoq -quojg dba qoou fiq qaou jbbui Ja}qoB[ raaqsiajg ,,j mof pias un mod sibcu sajpqg saj paAiA// :suo jooa jbbui 'uapnoq 3} lesqja fiq poq nap rao si paoS pAA uaaraaSp ui pq pp 'uauuaqpo piu qoo |im qi uaiqossiui mpaSjnq jooa 'b[ nu Sqpq qfipsAnq pq" 'Mnsp apoBjraqS pioqquoig ub^ (i(i araiorj ap auaij uazuo uba uaAvnoj; pq uba ppquaSapS iai 'qfipAinq uba ppqSipaq ua ppqqfqjaaq ap jbao ubuiubb/j sq uba qaaidMnop aip bu uaSijsaA a; af rao uaSaiqaS pn| uapuazBj u(ooz suaa ui uaiqossira qoo af qaq jq j aouBijiBsara u(ooz uaraoqjooA uauunq psq spi ooz qi sp jbbui 'uaSuBApo Snja; sajp pin Sou na puaapS sjfiA\qip p af qaq qj -uaSljjq uauunq ftra uba pAA qooj af psq pp 'puaiJA apaq ufira 'jbbj^// „•qaqqaq ppS qfipSora Sipaods ooz pora qi uaipuaAoq ua 'uajqoBM a; ppqn S|jnpSuB[ uaa do poijpM jBBp 'uazaajA aj SuuaSpM uaaS qi psq raijj „qqanj ap ui uap usp punq ap ui pSoA uaa japq// pin piooAV -qaaids pq uap af uaq jbbui j ppB nap (jq ppf)i •uaqaidsaq aj li Bnp uop uaSipBqpanj uap pra Sipuja aj p piu qoo) jbbui 'Sipuja ppqaaSapSuBB azap sbaa pag 8 5 gemoet zien. Zoo werd Emile 40 jaar en nog altijd was hij ongehuwd. De vrije liefde kostte geld, maar bond niet, dacht hij, met bijkans onverbrekelijke banden, kortom nog steeds zagen mama's en doch ters tot den aanzienlijken baron met smachtend ver langen op! //Wie weet wat er gebeuren kon!" //Wie weet wat nog gebeuren moest," aldus sprak Emile bij zich zeJven. Zijn geld raakte op en hij kon toch zijn levenswijze niet veranderen. Hij moest geld zien te krijgen; met die gedachte stond hij op en legde zich ter ruste. Daar kwam een onverwachte uitkomst! Op een bal, onlangs door een burger maar hoogst respectable en rijke familie gegeven, leerde hij Adèle Winters kennen. Zij was schatrijk, zooals hij vernam, want heur overleden moeder had haar zeer veel nagelaten, en bovendien wachtte haar nog een aanzienlijk kapitaal na den dood van heur vader, wiens naam een goeden klank in de hoofdstad bezat. Met een paar veelbeteekenende blikken, een paar niets en toch alles zeggende complimenten, had hij den eersten stap op de baan gezet, en nog geen drie maanden later «Gered,dat was de eerste uitroep die van Bronk horst hooren liet, toen hij zijn rijk gemeubelde bi bliotheek was binnengetreden. Hij stak een sigaar aan, zette zich in zijn gecapitoneerden leuningstoel bij 't vuur neder en staarde met onbestemden blik in de vlammen. Was het de zaligheid der liefde die hem in zoete droomerijen verzinken deed? Was het de herinnering aan den kus, dien hij op hare lippen had mogen drukken in dat zoete, voor hem onvergetelijke onderhoud Ach, daar sprak meer poëzie uit de ban den dier rijk gebonden boeken, dan er leefde in dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1894 | | pagina 7