HAARLEMSCH Wereldkroniek, Eerste Blad. No. 45 No. 11. Zeventiende Jaargang. 144. van ZATERDAG 9 Februari 18C5. Nei Vereen, tet bevordering van Zondagsrust. Nieuwsberichten. Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 8b. TELEPHOONNUMMER TELE PHON1SCHE VERBINDING met AMSTERDAM. ABONNEMENTSPRIJS Per drie maandenf— ,25. franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk. Prijs per Advertentie van 1-5 regels I 0.25, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. VERSCHIJNT: Dinsdag- en Vrijdagavond. Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Doet Uwe inkoopen liefst niet •p Zondag. Waarom zoudt gij geheel onnoodig de Zondagsrust van anderen storen? Het Bestuur der Afdeeling. VAN DE is direct na uitgave voorhanden inden Boekhandel van DE ERVEN LOOSJES. Prijs 10 Cents. Twee Je Séance voor Kamermuziek. Ongetwijfeld heeft de heer Leander Schlegel den bezoekers van de tweede séance voor Kamermuziek, welke Dins dag avond -gegeven werd, een groot ge noegen gedaan, met een Trio van Anton Rubinstein, den onlangs gestorven ge malen musicus, op het programma te brengen. De meening zoo zij mocht bestaan dat men dezen grootmeester der kunst in de herinnering slechts heeft te eeren als een ongeëvenaard uitvoerend kunstenaar, als een klavier virtuoos, die door zijn spel de halve wereld bewondering heeft afgedwongen zal daardoor in niet geringe mate zijn gewijzigd. Rubinstein gunt in het hier bedoelde opus trio voor piano, viool en violoncel in Bes dur den hoorder de kennis making met de schoonste zijde van zijn dichtergeest, met eene intieme kunst uiting, die de muze van den klavier- heros in het vriendelijkst licht plaatst. Het verwijt van sommige kunstrech ters, dat niet alles wat Rubinstein schreef gekuischt en vrij van den trek naar het banale is, zal zeker dit werk niet treffen. Dit trio kenmerkt zich, naar wij meenen, door de beheersching van den vorm en de keuze van innig mooie melodische motieven. De uivoerenden, de heeren Schlegel, Cramer en Bosmans deden in de ver tolking schoonheden aan het licht komen, waarop misschien menigeen met ons niet was voorbereid. Wij herinneren slechts aan de stemming, waarin het Adagio met den schoonen koraal satz den hoor der verplaatste en aan het jubelende Allegro appassionato waarmede het hoogst boeiende werk wordt besloten. Op Rubinstein liet de heer Bosmans Schumann volgen in de Stiicke im Volks ton voor piano en violoncel, op. 102. Dat hij met den heer Schlegel, die op voortreffelijke wijze de veeleischende pianopartij speelde, dit werk zeer mooi voordroeg, behoeft niet te worden op gemerkt. Bij elk hernieuwd optreden van Bosmans moet de achting voor zijn rustig, degelijk en correct spel vermeer deren. Natuurlijkheid en eenvoud geven aan de talenten van dezen kunstenaar een verhoogde aantrekkelijkheid. De avond werd besloten met een piano trio van Mendelssohn, Op. 66. C. mol, een der innemendste werken op het ge- bied van Kamermuziek. Meer nog dan in het eerste trio bleken de uitvoerenden zich te beijveren, dit mild en edel ge- gedachte, voor de spelers zoo dankbare, voor de toehoorders van den aanhef tot het einde zoo open en genietbare werk eene afgerond schoone wedergave te be reiden. Voorzeker, niets is bewonderens waardigerdan het hier bereikte evenwicht tussehen klavier en strijkinstrumenten, niets opwekkender dan deze klaarheid en frischheid van melodie en samenklank, waaruit zich de heerlijkste effecten ont wikkelen. De aanwezigen toonden zich aan het einde der séance dankbaar voor het gebo- dene; de luide toejuichingen golden niet het minst den heer Schlegel voor de talentvolle uitvoering der pianopartijen. B. KRONIEK De Raads-agenda van Woensdag deed zich heel kalm aanzien, onaangezien de motie door de Heeren Stolp en Sneltjes ingediend, waarover straks later. Na de lezing van de notulen volgden de gewone mededeelingen waarvan wij noteeren, dat de verkoop van hakhout 2029.65 had opgebracht, dat de 500 toegestaan voor sneeuwopruiming waren opgebruikt en zelfs het bedrag met bij na 400 was overschreden, om welke reden B. en W. thans voor alle eventualiteiten in dit opzicht een blanco crediet aan vroegen en verkregen. Thans kwam het rapport in zake het Brongebouw en de motie bovenbedoeld in behandeling. Omtrent het rapport was door B. en W. geen praeadvies uitgebracht en het liet zich dus ver klaren dat althans iets werd gedaan om deze zaak uit de wereld te helpen. De motie wenschte, dat de Raad mocht be sluiten tot de volgende vier punten. 1°. Dank aan de Commissie van En quête. 2°. te verklaren, dat alle in deze zaak betrokken personen door de openbare behandeling reeds voldoende zijn ge straft 3° in te trekken dat gedeelte van het besluit van 24 October 4894 No. 5, waarbij eene boete van 1000 is opge legd; 4°. aan de maatschappij tot exploitatie van staal waterbronnen „Wilhelmina- bron" alhier, de reeds gestorte '1000 terug te geven. De Heer sneltjes lichtte het voorstel niet nader toe doch wees er op, dat het was ingediend eenige dagen vóór de vergadering, teneinde later van een bij verrassing genomen besluit geen sprake kon zijn. De Heer 't Hooft betreurt het, dat de zaak door de motie op nieuw ter sprake kwam, doch vroeg wat er toch mocht gebeurt zijn sedert de straf door den Raad, ook met medewerking van den Heer Sneltjens, was opgelegd. De loop dér kwestie wordt in herinnering gebracht en uit het rapport der Comm. van Enquête bleek uit niets van schuld der gemeenteambtenaren, en uitde motie is óók te lezen, dat deze voldoende ge straft zijn. De Heer Enschedé vindt, dat het rap port licht doet opgaan en wel hierin, dat van de rooilijn is afgeweken, doch verstaat onder rooilijn hier heel wat anders dan in gewone gevallen. Hij kan zich heel goed begrijpen dat men, zoekende naar een goede lijn, geheel ter goeder trouw is afgeweken. Boven dien is de boete zeer hoogin de ergste gevallen, voorzien bij de politie-veror- dening, wordt nooit een hoogere dan 25 toegepast. Hij zal dus voor de motie stemmen. De boete, merkte de Heer Lodewijks op, is een gevolg van een schrijven van B. en W. en uit de enquête blijkt van vergissing op vergissing; ook hij zal voorstemmen. Beide Heeren werden door den Heer 't Hooft beantwoord. De Heer Krol zet uiteen, waarom hjj, die zich de vorige stemming heeft ont houden, thans wel zal stemmen. De Heer Sneltjes heeft thans spijt van zijne stemming tot het opleggen van boete, doch meende dat werkelijk de zaak hierdoor uit den weg zou zijn, doch daar noch de Raad, noch de Comm. noch hij zelf meerder licht schijnen te j kunnen ontvangen, meende hij de motie de eenige goede weg tot oplossing. Verder werden in punt 2 niet be doeld de gemeente-ambtenaren. De voorstellers bedoelen alleen, dat aan allen die straf is opgelegd, voldoende Straf is opgelegd. De Heer Macaré brengt nog in het midden dat het boete-besluit is genomen omdat het raadsbesluit niet is geëer biedigd, maar het is niet helder waarom op de zaak wordt terug gekomen en vindt de motie, zooals zij daar ligt, onaannemelijk. Ongelukkig vindt de Heer van Styrum de redactie. Hij betwijfelt of de Heeren het rapport wel degelijk verwerkt heb ben. Als in de gegeven omstandigheden de Raad de motie aanneemt, dan wordt daardoor een blaam geworpen op de ambtenaren. De Raad, meent de Heer Krol, moest beslissen tussehen afbreken van het Brongebouw of boete en koos straf om tot een einde te komen. De Heeren Van Lennep en Tjeenk Willink verklaarden te zullen tegen stemmen en ook de Voorzitter raadt aanneming der motie af. Wordt zij aangenomen dan zal 't gevolg zijn, dat de architecten schoon gewasschen worden, doch een smet zal dan rusten op ambtenaren, waarvan geen bewijs is; de Gemeente ambtenaren zulten getrof fen worden. Indien er schuld veronder steld wordt, dat men het zegge. Punt 1 der motie werd daarna aan genomen. Op punt 2 had de Heer Lode wij ks een amendement. De Heer Stolp maakte zich hier boos. Hij zeide, niets op den Hoofdopzichter Michielse te willen afdingen, doch is overtuigd dat hij schuld heeft en wel door zijn zwijgen. Het gebeurt in onze gemeente wel meer, dat er onregelmatigheden plaats hebben, getuige de richting van de brug over den Kinderhuissingel en het hek in het Florapark. Heftig werd de Heer Stolp in deze door de Heeren 't Hooft, de Kanter en de Breuk terecht gewezen. Vooral de Heel de Kanter wederlegde den Heer Stolp op de meest afdoende wijze en na nog eenige discussie komt het am. Lodewijks in behandeling, wordt verworpenpunt 2 met 22 tegen 6, punt 3 met 25 tegen 3, en punt 4 met 17 tegen 11 stemmen. Tegen drie uur kwam punt 3 der agen da in behandeling. Het bedoelde de direc teurswoning en het gebouw der Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus te vereenigen, ten einde voldoende ruimte te verkrijgen om het vijf- en driejarig middelbaar onderwijs voor jongens in één gebouw te doen geven, wat ƒ2539.zal kosten; aan den heer Dr. 11. Brongersma, Directeur der Hoogere Burgerscholen met 5- en 3 jarigen cursus voor jongens, als tegemoetkoming voor het gemis der bij hem in gebruik zijnde woning, eene jaarlijksche toelage van ƒ500.te verleenen. De Heer Van der Mersch acht 't wenschelijk, dat er althans eene stem opga tegen het ongerief, dat ook nu nog de gymnastieklessen moeten gegeven worden in den Doelen en vraagt ten opzichte van de vergoeding voor Dr. Brongersma eene geheime zitting na welke de Raad besluit ƒ500.jaar lijksche toelage te verleenen voor het gemis van vrije woning en 500 in eens voor verhuizingsonkosten. Toen liep de agenda kalm af. De jaarwedde van den leeraar in hetDuitsch, de Heer A. H. Günther, werd gebracht op ƒ2400. Het bouwplan der coöperatieve Bouw- vereeniging Eendracht ter bebouwing der gronden gelegen, tussehen de Brou wersvaart en de huizen aan de noord zijde van de Oranjestraat, ten westen begrensd door de Assendel verlaan en het verlengde dier laan en aan de oostzijde door de Nadorstlaan en de Boterfabriek aan de Leidschevaart; stelde vast het 3e suppletoir kohier der plaatselijke belasting naar het inkomen op 94.34'; kende ƒ200.toe voor vier gouden medailles ten behoeve van de bloemen tentoonstelling door de Algemeene Ver- eeniging voor Bloembollencultuur te houden besloot tot de opruiming van de pomp aan het Groot Heiligland; wees een verzoek van Jan Zipp, tot het van de gemeente koopen van grond aan de Kleverlaan van de hand keurde goed de rekening en verant woording van de Kamer van Koophandel over 4894; benoemde tot makelaar in mobilaire goederen, assurantiën en djatihout den Heer P. Midler; tot onderwijzer 3e klas aan de le Opleidingsschool voor jongens den Heer J. Stuving te Hoogeveen; tot onderwijzer 2e klas aan school lr. A den Heer W. H. Jintes en nam het gasrapport aan voor kennisgeving. Met de gewone rondvraag vestigt de Heer Macaré de aandacht op de sneeuw opruiming en verzocht beleefd, dat in het vervolg ook de voetgangers op de drukke verkeerspunten zullen geholpen worden en wijst er op, dat ook hierbij bedoeld worden de trottoirs, b.v.b. die voor de jongensschool aan de Wilhel- minastraat. De Heer de Breuk brengt in herin nering het raadsbesluit in 't begin dezer zitting genomen, en dat aan sneeuw opruiming thans, zonder dooi, niet kan gedacht worden, waarna de vergadering wordt gesloten. Vervolg Eerste Kamer). Bij Hoofdst. III (Btiitenl. Zakendrong de heer van Tienhoven aan, om jonge diplomaten meer voor te bereiden voor

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1895 | | pagina 1