HAARLEHSCH
Wereldkroniek,
Eerste Blad.
No. 73
fltqove von "E $T.VEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 84
Zeventiende Jaargang.
144.
met AMSTERDAM.
van ZATERDAG 14 September 1895.
ffoé. Vereen, tet bevordering
van Zondagsrust.
No. 34
N ieuwsberichten.
IllEPHOOüNOJiMÏR
TELEPHON1SCHE VERBINDING
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenf ,25.
franco p. post ,40.
Afzonderlijke noinmers 3 centen per stuk.
Prijs per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Advertentie-a werden aangenomen fof DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Doet Uwe inkoopen liefst niet
•p Zondag. Waarom zoudt gij
geheel onnoodig de Zondagsrust
van anderen storen?
Het Bestuur der Afdeeling.
VAN DE
is direct na uitgave voorhanden in den
Boekhandel van DE ERVEN LOOSJES.
Prijs 10 Cents
Tweede Kamer. De Kamer is Dinsdag
■weder bijeengekomen. Tot Voorzitters
der afdeeïingen zijn gekozen de heeren
Kerdijk, Rutgers van Rozenburg. Vee-
gens, Tak van Poortvliet en Haffmans.
De jeugdige Koning van Spanje begint
„zich te voelen."
Een der vriendjes van den negenja
rigen Alphonso zei onlangs tot hem „Ik
ben blij. Ik ga naar Engeland."
„„Waarom gaat ge daarheen vroeg
de jonge Koning. „Papa is benoemd
tot Gezant te Londen." „„Wieheeft
hem benoemd?"" „De Heer Canovas
del Castillo."
Alphonsus XIII boog het hoofd en
scheen na te denken. Toen sprak hij
met een ernstig gezicht: „Het verwon
dert me, dat men mij daar niets van
gezegd heeft."
Een paard, dat in een bosch bij Tan-
nendorf (Opper-Silezië) stond te grazen
en daarbij de voorpooten aaneengebon
den had (om wegloopen te voorkomen),
is daar aangevallen door een troep wilde
runderen AuerochsenHet wilde vluch
ten, maar het kon niet, om zijn vast
gebonden voorbeenen, en terwijl het
allerlei wonderlijke sprongen maakte,
kwam een wilde koe, die een kalf bij
zich had, snuivend van woede op het
paard los en doorboorde het met haar
horens, zoodat het terstond dood was.
Er zijn al dertig jaren lang wilde
runderen in dat bosch, maar tot dusver
zijn zij nooit gevaarlijk gebleken.
Uit Berlijn wordt aan de N. R. Ct.
bericht .-
De officieuse Berliner Politische Nach-
richten schrijft; Uit Nederland moet
tegenwoordig zeehondenvleesch als ham
in Duitschland ingevoerd worden. De
hammen bestaan uit voorschenkels van
zeehonden, uitgesneden als achterschen
kels van varkens. Van verschillende
zijden wordt door de overheid voor het
koopen van dat vleesch gewaarschuwd.
De Parijsche artisten, de beroeps-
artisten, de menschen, die door hunne
kunst hun brood .verdienen, zij zijn in
opstand gekomen, zij' hebben voor één
oogenblik hun artistenbloed tot kalmte
gesteld, een blik hebben zij geslagen in
het maatschappelijk leven, dat spreekt
van geld om te kunnen etende blijven.
De zaak is deze Meer en meer wordt
de kunst beoefend door liefhebbers, die
zich voorstellen ook zonder artistenbloed
te kunnen mee eten uit den korf die
van rechtswege niet voor hen geopend
behoort te staan, althans volgens het
oordeel der werkelijke artisten.
Die liefhebber-schrijvers, liefhebber
schilders, liefhebber-beeldhouwers, zijn
een gruwel in de oogen der brood-artisten.
Hun werk, dat meestal verre staat van
kunst wordt echter betaald, maar met
een zeer kleine betaling, omdat hun
knutselwerk, maar dat ze nimmer ge
leerd hebben, werkelijk niet meer waard
is. Zoo wordt de markt der kunst over
stroomd met producten die weinig waarde
hebben, niets blijvends zijn, en gewent
het publiek aan lage prijzen, waarvoor
de artist niets leveren kan en daardoor
zonder werk blijft. Nu wil men tegen
dien onbehoorlijken toestand te velde
trekken, het publiek de oogen openen
en althans de amateurs terugdringen
tot het standpunt der vergetelheid waar
toe zij behooren.
Veel waars moge er schuilen in dit
pogen, toch is het niet te loochenen,
dat elk streven op het gebied der kunst
waardeering verdient, want uit de lief
hebbers der kunst zijn de kunstenaars
ontstaan en zonder liefhebbers is er
geen artist denkbaar, ondanks het bewe
ren, dat de artist niet werkt ter wille
van het publiek.
Als nu de Parijsche artisten het pu
bliek niettegenstaande hunne bewerin
gen, dat zij het niet noodig hebben, willen
aanraden amateurs te weren, dan zóu men
toch meenen, dat zij wel degelijk het
publiek behoeven, dus wél werken voor
het publiek, en zoo zal hun strijd niet
veel te beteekenenen hebben, Veeleer
behooren zij te beginnen mede te wer
ken tot het verspreiden van heldere
denkbeelden op kunstgebied. Zij moeten
het publiek leeren zien en hooren en
zich niet langer plaatsen op een stand
punt dat het kunstlievend publiek van
hen vervreemdt. Zóó ontstaan de onbe
grepen kunstenaars en, pleegt het publiek
onrecht tegenover hen, dan is het hun
eigen schuld zij willen niet ant'ers.
Het is der Parijsche justitie eindelijk
gelukt, de indentiteit vast te stellen van
den man, die in de vorige week den
aanslag in het kantoor van baron Roth
schild wilde plegen.
De dader is van goede familie en af
komstig uit het departement Losère.
Hij heet Victor Bouteilhe en is 27
jaren oud. Hij is werktuigkundige en
was voorheen werkzaam in de fabriek
der Noorder spoorweg maatschappij. On
langs werd hij ontslagen. De justitie
brengt daarom dat ontslag in verband
met zijne poging om dezen aanslag te
plegen.
De Echo de Paris meent nog te weten,
dat deze Victor B. een bloedverwant is
van een der kamerleden. Dit feit doet
natuurlijk niets ter zake. De hoofdzaak
is, dat de politie althans weet, wie de
man is.
In de woning zijner moeder, die te
Parijs woont, werd een huiszoeking ge
daan, maar daar werd niets bijzonders
gevonden. Zijn vader was in 1871 offi
cier bij de troepen der Commune.
De moeder en de zusters van Bouteilhe
staan zeer gunstig bekend. De eene
zuster is klerk bij de spaarkas, de an
dere telephoonbeambte. Hij was een veel
lezer en verfoeide handenarbeid, maar
zijne familie wist niet, dat hij anarchist
was. Het blijkt, dat hij geheel op zich
zelf gehandeld heeft bij het vervaardigen
en plaatsen van zijn bom.
De vleeschkwestie blijft in België
voortduren. Ongevraagd hoort men nu
den lof van het Hollandsche slachtvee
uitbazuinen en wel doqr hen, die in
den regel de grootste pretenties stellen,
door de slagers. „Er is, geen vee," zegt
een Vlaamsch blad, „dat begaafd is om
aan al de eischen te voldoen, dan het
Hollandsch."
Te Gent is de prijs van het vleesch
opgeslagen. Geschiedt dit overal, dan
zou misschien de minister van Landbouw
langzaam aan te vinden zijn tot intrek
king van het invoerverbodiets in dien
geest moet eenigen tijd geleden door
dezen minister gezegd zijn.
Een veertienjarig gymnasiast uit
Dusseldorf heeft een vacantiereisje onder
nomen naar Keulen en daar acht dagen
doorgebracht. Het ventje had hiertoe van
zijn vader tweeduizend mark meege
nomen. Qm ontdekking zooveel mogelijk
te voorkomen, had hij bij particulieren
kamers gehuurd. Zijn geld besteedde
hij aan uitstapjes. Hij is nu door de
politie gevonden en naar het vaderhuis
teruggezonden.
De Seine, de rivier die Parijs in twee
helften verdeelt, doet weer van zich
spreken met het lage water en de
warmte. De reuk die zij verspreidt, moet
afschuwelijk zijn en men durft het vuil
van den bodem niet in beweging te
brengen, omdat men dan voor den al-
gemeenen gezondheidstoestand hetergste
vreest. Wat te doener wordt voorge
steld den poel te dempen. Waarom niet,
wordt gezegd; in Frankrijk is water
gen «eg en de demping zou een eind
maken aan vele administratieve, politie
ke en andere moeielijkheden, die zij
veroorzaakt. En de mooie bruggen dan
Weg er mee, geen bruggen over een
modderpoel, die het leven van geheel
Parijs in gevaar brengt. Maar de Parij-
zenaars zijn zoo aan de Seine gehecht
en waar zal men zich behoorlijk kun
nen verdrinken als zij weg is? Het zal
er niet toe komen, oir dat de ultra
liberale Parij zenaar in enkele opzichten
nog zoo conservatief is.
Hoe de Spaansche ministerpresident
Canovas denkt over den Cubaanschen
oorlog mag hieruit blijken, dat hij aan
een zijner vrienden verklaarde, dat de
bevrediging van Cuba alle andere poli
tieke kwesties moet voorafgaan. Hij is
van meening, dat er met de opstande
lingen uiterst gestreng moet gehandeld
worden en de onderwerping met kracht
behoort voortgezet. Waarschijnlijk zal
deze betuiging de Cubanen niet ontmoe
digen, maar hen aanprikkelen tot hevig
verzet. Al wat in Spanje gunstig denkt
over Cuba wordt vervolgd. Zoo is een
Franschman te Barcelona gevangen ge
nomen, die in een door hem uitgeven
blad toonde Cuba genegen te zijn.
Rusland, dat sedert geruimen tijd
doende is al de volkeren tot zijn gebied
behoorende te russificeeren, heelt thans
ook middelen in het werk gesteld om
allen te brengen tot één geloof, het
orthodoksch Russische. Wat hiertoe niet
behoort, wordt gerekend te zijn kettersch
en namens den czaar wordt die gedwon
gen zich te doen bekeeren en hebben zij
hiertoe geen neiging dan worden zij
eenvoudig vervolgd en wreed gestratt.
De bladen van Wiborg (Finland) ma
ken melding van een ontzettenden moord,
door een meisje gepleegd op haar ver
loofde.
Albert B. was sedert een half jaar
verloofd met Betty F., -en reeds ge
durende dat korte tijdsverloop verweet
zij hem herhaalde malen zijn armoede.
Toen eindelijk een rijk jonkman haar
het hof begon te maken, overlegde zij
met haar vader en haar moeder, dat
Albert B. van kant moest worden ge
maakt. Dit plan werd uitgevoerd. B.
werd naar het bosch gelokt, waar zijn
bruid hem een strop om den hals wierp
en de vader en de zoon hem worgden.
Nadat deze daad gepleegd was, begaf
het drietal zich naar huis; doch den
broeder knaagde het geweten, waarom
hij zich bij de politie heeft aangegeven.
Niet minder dan drie honderd man,
behoorende tot vier Oostenrijksche en
Hongaarsche infanterie-regimenten, zijn
Zondag op marsch in de buurt van
Stuhlweissenburg, in Hongarije, in el
kaar gezegen, als een gevolg van groote
en zware ransels. Tien procent moet
gevaarlijk ziek liggener wordt beweerd,
dat er reeds verscheiden slachtoffers
overleden zijn.
Om hun ransels maar te verlichten,
wierpen de soldaten hun Eröswurst, zelfs
hun brood weg, niettegenstaande hierop
zware straffen zijn gesteld.
Een Duitsch blad verhaalt, dat onlangs
te Meran in Tirol een Duitsche dame over
leed, wier lijk op last der familie naar
Berlijn werd vervoerd, om daar begra
ven te worden. Te Berlijn werd voor
de begrafenis de lijkkist nog even ge
opend men vond er geen Duitsche dame
in, wel het lijk van een ouden Russischen
generaal, die ongeveer gelijktijdig te
Meran was gestorven en wiens lijk naar
Riga moest gezonden zijn.
Men had dus de lijkkisten verwisseld
doch ten slotte bleek, dat de oude dame
reeds te Riga met militaire eer was ter
aarde besteld.
Uit Probolingo wordt aan de Soer.
Ct. gemeld
Een allerzonderlingst feit heeft zich
eenige dagen geleden hier ter plaatse
voorgedaan. De trein, die dagelijks de
route Probolingo-Klakkah maakt, werd
op 20 dezer eenvoudig weg vergeten,
en deed dus zijn gewone reis niet. Ruim
een uur na het bepaalde tijdstip ont
dekte de stationchef zijn verzuim en toen
was het te laat om hem dien dag nog
te doen vertrekken.
Erg vreemd is het, dat er onder het
trein- en stationspersoneel niemand was
die den chef aan zijn plicht herinnerde.
De machinist en de conducteurs moeten
toch hun dagelijksch werk wel kennen.
Waren die heeren op dat tijdstip dan
in het land der droomen?
Terzake is door den chef der exploi
tatie een ernstig onderzoek ingesteld.