HAARLEMSCH
Eerste Blad.
No. 33
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 84
Negentiende Jaargang-
144
van WOENSDAG 26 April 1897.
Nieuwsberichte»
.word-ZuidholIandsclie Stoomtramweg-MaatschappijHaarlem—Leiden. 1 Oct. 1896.
Amsterdamsehe tijd. Haarl,Hilleg.— Leiden 3.25+, 6.11,7 29,8.47,10.5,11.23 'sm., 12.41,
1.59, 3.17, 4.35, 5.53, 7 11, 8.29 'sav. HaarlemHillegom 9.47, 11.15 'sav.
Alleen des Vrijdags.
Stoomtram Haarlem—Beverwijk. (Amsterd. tijd). Haarlem-Beverwijk: 7.15,8.35,9.55,11.15,
12.35, 1.55, 3.15, 4.35, 5.55, 7.15, 8.35, 9 55,10.50. Beverwyk-Uaarlem: 5.34, 7.3, 8.23,
9.43, 11.3, 1223, 1.43, 3.3, 4.23, 5.43, 7.3, 8.23, 9.43.
Haarlemsclie Tramway-Maatseliappij. Van 'tStation 7.30 'a morgens tot 10.30 's avonds.
Uit den Hout 7.50 's morgens tot 10.50 's avonds.
Vertrekuren der Spoortreinen van Haarlem. 1 Oct. 1896. Tijd van Greenwich. Naar Am
sterdam: 5.39, 6.18*, 7.31, 8.4* 8.37, 9.10*, 9.46, 10.29, 11.-+ 'sm., 12.7, 12.28,
1.32, 1.54*, 2.21*, 2.52, 3.14*, 3.48*, 4.22, 4.58*, 5.26, 5.38*, 6.19, 6.45+, 7.49* 8.48,
9.38*, 9.46, 10.28*, 11.20* 'sav.
Van Amsterdam: 5.35, 7.20+, 7.30, 8.3', 8.50*,9.10*,9.20,9.46*, 10.36, 11.5, 11.37 'n,
12.10, 12.26*, 1.24*, 1.47*, 2.35, 3.5*, 3.19*, 3.54, 4.38*. 5.6, 6.7+, 6.50, 7.40, 8.47*,
9.20, 10.—*, 11.30 'sav.
Naar Rotterdam: 6.14, 7.41+, 8.29*, 8.35, 9.31*, 10.8*, 11.28* 's morgens, 12,15, 12,47*,
1.55. 3.28*, 4 24, 6.28+, 7.23, 9.9*, 10.23* 'savonds.
Van Rotterdam: 5.8, 5.58+, 6.50*, 7.35*, 8.40+, 9.45*, 10.21, 'smorg., 12.42*, 1.—, 2.23*, 3.35*,
3.55,4.32*, 5.32+, 6.35, 8.14*, 9.—*,10.8* 'sav. De met gem. treinen zijn sneltreinen.
De met zijn exprestreinen alleen le en 2e klasse.
Naar den Helder: 6.11, 9.23 'smorgens, 12.42, 3.55. 6.32, 9.51 'savonds.
Naar IJmuiden: 5.50, 6.11, 8.7, 9.23, 11.3 'sm., 12.42, 2.14 3.55, 5.6, 6.32, 8.8, 9.51's av.
Van IJmuiden: 7.22, 9.4, 9.59 'sm., 11.35, 2.14, 4.52, 5.42, 6.43, 9.9, 9.50 10.20 'sav.
Naar Zandvoort: 6.35, 7.44, 9.48, 'smorg., 12.54, 3.31, 5.10, 8.11 'savonds.
Van Zandvoort: 7.1, 8.11, 10.31 'smorgens, 2.45, 3 57, 6.55, 9.9 'savonds. Deze treinen
stoppen allen aan de Halte Zandvoort (dorp).
rram-Oiunibus-Maatseliappij. BloemendaalOverveeuHaarlem. 1 Oct. f896.
j Vertrekuren van Bloemendaal (Hotel Kennemerland)8.20*, 9.25, 10.40,11.5+. 11.40+'sm.,
12.10, 1.25, 1.50§, 2.56, 3.20, 3.55, 4.40, 6.—, 6.50, 8.25, 9.15, 10.- 's avonds.
Van Haarlem (Station): 9.35, 10.25, 11.21+, 11.45'sm., 12.25+, 1.5, 2.9, 2.30tj, 3.45, 4.2,
4.39, 5.21, 6.46, 7.35, 9.26, 10.7, 10.40 'savonds.
Vertrekt Zondags 8.5. Alleen Zon-ên Feestd. Van 15 Dec. tot 15 Maart alleen Zondags.
Telegraafkantoor. 1 Oct. 1896. Het kantoor is geopend op werkdagen van 's m. 7.30 tot 'a ar,
9.30 uur, op Zon- eu algemeen erkende Christelijke feestdagen van 's m. 7.30—3.30 's av.
5.308.30 tur. Binnenl. Telegrammen worden berekend tegen 25 cent# voor de eerste
10 woorden, voel elk tweetal woorden daarboven 3 cents.
Dienstregeling van het Postkantoor. 1 Oct. 1896. Tijd van Greenwich. Openstelling
van het kantoor: Dag van 7.30 'smorg. tot 9 uur'sav. Op Zondag van 's morg. 7.30 tot
8,30 en van 11.30 tot 2.30 uur 's av. Voor de storting en uitbetaling van postwissels, post-
bewijzen en de invordering van gelden op kwitantiën alleen op werkdagen, van 8 30 uur
's morg. tot 2.30 uur 's av. Voor de Spaarbani van 's m. 8.30 tot 8.30 uur 's av., op Zon
dag van 8.30 tot 9.30 ure 's m. Voor de Postpakketten alleen op werkdagen, van
'smorgens 7.30 tot 9 uur 'savonds.
Aanvang der bestellingen. Op werkdagen: 6.40, 8.10,10.40'sm., 12.10,2.40, 6.10, 8.55'sav.
Op Zou- eu algemeene erkende Christelijke feestdagen: 7.25 'smorgens, 2.30 'savonds,
Lichting der hulpbrievenbussenBotermarkt, Gr. Houtstr., 2e Hassel.str., Parklaan, Kaasplein,
Amsterd. Poort: 6.25, 9 40 'smorg., 1.40, 4.55, 8.10'sav. Florapark, Kampersingel.
LeidschevaartSchootersingelBrongebouw: 6.10, 9.25 'sm. 1.25, 4.40, 7.55 'sav.
Des Zondags: buitenwijken 'sm. 6.10 en 12.25 's av., binnenwijken 's m. 6.25 en 12.40'sav.
Lichting aan het StationRichting Amsterdam 7.26, 10 55 'sm., 12.2,12 23*,1.49,2.47". 5.21*,
5.3i* 6.40', 10.18* 's av. Richting Rotterdam 7-36, 8.30,11 23* 'sm., 12.42.4.19*, 6 23,
9.4*, 10.18" 's av, Richting den Heider, 6.6, 9.18 's morg., 12.37*, 5.1*, 9.46* 's avonds,
De met worde' Zondags niet gelicht.
ÏJtLEPHOONNUMMEE
TELEPHON1SCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenf— ,25.
franco p. post ,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk
Prijs per Advertentie van 1—5 regels i 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo irwgelijk nog worden geplaatst.
Een vreemd bericht verspreidde zich
Vrijdag. De Grieken zouden aan de
mogendheden hunne bemiddeling ver
zocht hebben, om verkrijging van het
grondgebied, aan Griekenland toege
wezen bij het verdrag van Berlijn,
maar dat nimmer is gegeven, namelijk
Epirus en Olympus. In ruil hiervoor
zouden de Grieken van Kreta terugge
roepen worden.
Waarschijnlijk is het een Turksch
bericht; het is ten eenermaleongeloof
lijk, dat koning George tot zulk een
daad kan overgaan.
Te Konstantinopel verwachtte men,
dat het Turksche leger niet verder zou
doortrekken dan tot Larissa en dan het
plan hebben het Grieksche leger te
omsingelen. De Turksche bevelhebber
heeft nog veertig duizend man ver
sterkingstroepen aangevraagd. Waar
schijnlijk staat dit in verband met het
moedig optreden der Grieken, die den
vijand voet voor voet gronds betwisten.
De dorpsbewoners achter de verde-
diginslijn zijn naar Larissa gevlucht,
zoodat het daar overvol is en men niet
goed weet hoe al die menschen aan
den kost te brengen.
In Epirus schijnt het Grieksche leger
gelukkiger te zijn dan in Thessalië.
In de golf van Salonika heeft de
Grieksche vloot alles platgeschoten.
De Turksche vloot houdt oefenings
tochtjes; men schijnt die niet in het
ruime sop te durven brengen, het moet
bepaald levensgevaarlijk zijn zich erop
te wagen.
De sultan heeft alle Grieken uit
Konstantinopel weg gezonden. Het zijn
er zestig duizend. De Turken in Grie
kenland kunnen blijven.
Inmiddels blijven de overwinnings-
berichten der Grieken in Epirus aan
houden.
Te Athene ging een gerucht, dat
koning George zelf naar het oorlogs-
tobneel zou vertrekken.
De Turken zelf hebben erkend, dat
er van de vloot niet veel te verwachten
is en intusschen stoomen de Grieken
al dieper en dieper de golf van Saloni
ka in, het doel is natuurlijk de stad
Salonika, maar de Turken beweren,
dat de vijand daar nog niet zoo spoedig
zijn zal.
Het is thans zeker, dat de Grieken
Larissa zullen prijsgeven, om zich te
bepalen tot de tweede verdedigings
linie die van Farsalos, maar algemeen
verbaast de moed van het leger, dat
het zoolang tegen de sterke, goedge-
oefende Turksche mocht heeft volge
houden. Men denkt, dat de Turken
Larissa thans zullen versterken ten einde
de Grieken in Epirus aan te vallen.
Te Londen is een fonds opgericht
ten behoeve van Grieksche gewonden
opgericht.
De laatste berichten laten geen
twijfel of het Grieksche leger is uit
alle stellingen aan de Thessalische grens
gedrongen en bevindt zich in deels on-
geordenden terugtocht.
Bij alle kabinetten blijkt ten volle
geneigdheid te bestaan om z'ch, gelijk
vroeger voor behoud, nu voor herstel
van den vrede moeite te geven. Natuur
lijk moet echter, na de gewonnen er
varing, aan zoodanige stappen een
bindende verklaring van Griekenland,
dat het ditmaal den weloverwogen raad
van Europa zal betrachten, voorafgaan.
De Grieksche troepen in Epirus heb
ben, oprukkende naar Janina, Plakka
bereikt.
De Albaneezen in Epirus zijn in op
stand gekomen, de beweging neemt
onrustwekkende afmetingen aaner
wordt vermoedt, dat men voornemens
is Janina tegen de Grieken te verledigen.
Vrijdagnacht zijn te Salonika twintig
treinen aangekomen met Albaneesche
vrijwilligers, die onmiddellijk naar
Karageria zullen vertrekken.
De spoorwegmaatschappij heeft be
richt ontvangen, dat nog 14000 Alba
neezen en 20000 vrijwilligers uitAna-
tolië zullen moeten worden vervoerd.
Er gingen geruchten, dat door Italië
een termijn zou zijn vastgesteld binnen
welke den oorlog den vrijen loop zou
worden gelaten, het is gebleken een
verzinsel te zjjn. Het is dan ook al te
dwaas, aan te nemen, dat eene mogend
heid zou bepalen een getal dagen ge
durende welke het twee volken zou
vrijstaan elkaar zooveel mogelijk tot
ondergang te brengen om na afloop
van het gestelde uur de partijen te
scheiden.
Het veranderen van hoofdaanvoerder
der krijgsoperatiën door den sultan heeft
blijkbaar geen nadeeligen invloed op
den gang van den oorlog uitgeoefend.
Ook de Grieksche bevelhebber van
het Grieksche leger in Thessalië is ver
vangen.
De toestand te Larissa moet inder
daad angsiwekkend zijri, .zoo door de
opeenhooping van menschen, als nu door
het vluchten uit de stad.
Uit Volo heeft men geseind om levens
middelen voor de soldaten. Bij herovering
van een fort bij Janina verloren de
Grieken veel volk. Er wordt van- beide
kanten geklaagd over gepleegde bar-
baarschheden tegenover gevangenen en
gewonden. Het is reeds zoover gekomen,
dat de Italiaansche bladen verklaren,
de val van Larissa den Grieken moet
doen inzien, dat zij onmachtig zijn, vrede
moeten sluiten en de troepen van Kreta
moet terugtrekken.
In Epirus begonnen de Turken nu
ook aanvallen op het kleine, voorwaarts
strevende leger der Grieken, wat heden
pas geschiedt, omdat het tehuis gebleven
legerbestuur dit noodig vond.
De meening bestaat, dat nu voor de
mogendheden, die elkaar in evenwicht
hielden, een moeielijke tijd aanbreekt,
aangezien nu zullen behooren bepaald
te worden, de Vechten en do verplich
tingen der oorlogvoerende partijen.
Reeds beschuldigt een Engelsch blad
Duitschland en Rusland van aanstoking
tot den oorlog. Nu zegt dit niet alles,
maar toch wel wat. Het zal nu wel
spoedig aan den dag komen, welke der
mogendheden steun aan Turkije, welke
dien aan de Grieken zullen verleenen. Men
dient hierbij in het oog te houden, dat
bij Turkije's wel of wee groote financi-
eele belangen in het spel zijn en als
Griekenland tijdig had overdacht, dat
zulke belangen niet zoo gemakkelijk
worden opgegeven, dan zou het misschien
veel jammer en ellende kunnen voor
komen. Om welke redenen de mogend
heden hun dit niet onder de aandacht
brachten, is een raadsel, doch het kan
ook wel zijn, dat dit geschied, doch te
lichtvaardig opgenomen is.
Als een voorbeeld van den strijdlust
der Turksche soldaten verhaalt een
Engelsch berichtgever, dat de renboden,
die voortdurend af en aan rijden tus-
schen de hoofdkwartieren en de strijden
de troepen, na het overhandigen van
hunne depêches de vijf of tien minuten
van het wachten op antwoord niet ver
loren laten gaa.n, maar een geweer
grijpen en dapper meesehieten op de
vijanden.
Aangaande den moordaanslag, Don
derdag gepleegd op den koning van
Italië, komen eenige nadere berichten.
De aanslag geschiedde te half drie,
terwjjl de koning zich naar de wedren
nen begaf. De dader, Acciarito geheeten,
een jonkman van vier en twintig jaar,
sprong gewapend met een dolk op de
trede van het rijtuig, en beproefde een
stoot, die echter door een snelle achter-
waartsche beweging des konings werd
verijdeld.
Acciarito werd onmiddellijk gegrepen
slechts met moeite was hij uit de handen
woedende publiek te houden.'
De koning was niet bijzonder ontsteld.
Toen hij gelukgewenscht werd met den
gunstigen afloop gaf hij tot antwoord:
„het zijn de kleine verrassingen van het
beroep."
Tegen zes uur kwam de koning in
het paleis terug, waar hem door het volk
een schitterende ovatie werd gebracht.
Acciarito beweert door honger tot zijn
daad gedreven te zijn. Den dag te voren
had men hem hooren zeggen „Morgen
zal ik een grooten man vermoorden."
Hij had zelf zijn dolk gesmeed met een
lemmet van 30 centimeter. De dolk was
met een zakdoek aan zijn hand vastge
bonden. Het blijkt dat hij geen mede
plichtigen heeft.
De koning zat alleen in het rijtuig,
toen de aanslag gepleegd werd. De ko
ningin kwam eerst later op het ren-
terrein en Umberto deelde haar toen
zelf het gebeurde mede.
In de Telegraaf leest men het volgen
de geval
Een Ier, Pat, was bezig met het
graven van een waterput. Toen de put
een diepte van ongeveer 25 voet had
verkregen, bemerkte de Ier op een
goeden morgen, dat er een aardinstor-
ting had plaats gehad en dat de put
tot aan den rand gevuld was.
De Ier keek voorzichtig rond en toen
hij niemand in den omtrek zag, nam
hij zijn hoed, trok zijn jas uit en hing
die kleedingstukken aan een boom in
de nabijheid. Toen verborg hij zich in
een dicht boschje en wachtte af wat
er gebeuren zou.
Na een poosje bemerkten de buren
dat de put was ingestort en toen zij
den hoed en de jas van Pat zagen
