CARLO DONATI, EEN MOEDERHART (DE DOLENDE RIDDER) VAN EDNA LYALL. Naar de tiende Engelsche uitgave. 79) Slot. Hij kuste haar op het blanke voor hoofd. Carina," zeide hij peinzend, „als wij niet geloofden dat het £eluk eenigszins een sacrament is, zou ik er bang voor kunnen zijn." Zij dacht na over den bekenden uitleg in haar bijbeltje, en begreep wat hij bedoelde. „Men zei te Merlebank dat het dolende ridderschap niets hielp," ant woordde zij, „maar ik geloof dat zij tot andere gedachten kwamen, bij het zien van den glimlach op Nifa's gelaat, toen alles voorbij was. Her innert gij u nog dat zij zeide van die dagen op het jacht Ik kon mij niet goed houden, en begon te schreien, want nog nooit had ik zoozeer ge voeld hoe vreeselijk de verzoeking moet zijn." „Zij heeft overwonnen, en rust!" sprak Carlo, met moeite zijn stem beheerschend. „Yader Cristoforo zei de mij, dat hij nooit iemand gezien had, die, zóo jong, zoo weinig aan het leven gehecht was. Het is thans alles, zooals zij het gewenscht zou hebben." Eenigen tijd zweeg hij, ernstig ge stemd, geheel vervult van Nita's treurige geschiedenis. „Schijnt het u niet langer geleden dan drie jaar," zeide hij eindelijk, „sedert wij hier de laatste maal zoo zaten Het is mij alsof er een geheel leven tusschen ligt." „En o, Carlo," zeide Francesca, tegen hem aan leunende, „ik weet niet hoe het komt, maar al is er nog zooveel vreeselgks tusschenin gebeurd, ik voel mij toch veel geluk- lciger dan toen! Toen gij mij voor de eerste maal zeidet dat gij mij lief hadt, hier, in dit zomerhuis, dacht ik dat ik nooit gelukkiger kon zijn dan op dat oogenblik, maar nu, Carlonu En zoo deed Francesca, op zekeren dag in de volgende week, het oude, witte japonnetje aan, met den sluier die by liet aannemen was gebruikt, en Kate vlocht een krans van myrthen en oranjebloesem, en Sibyl en Gigi plukten de mooiste witte bloemen, die zij in den tuin konden vinden, en maakten met grooten gver en inspan ning een zeer eigenaardige bruids- bouquet. Toen reed iedereen op Cassa Bella naar Napels, waar Carlo hen met Enrico Ritter opwachtteen met Piale, Marioni, den ouden Flores- tano, en Sardoni en zijn vrouw als toeschouwers, werden de geliefden in alle stilte getrouwd. „Alles wel beschouwd," zeide ka-1' pitein Britton toen bruid en bruide gom weggereden waren, „al wil ik toestemmen dat een stem zooals kg heeft, niet ongebruikt mag blgven, ik zal altijd zeggen dat Carlo voor iets beters dan operazanger in de wieg gelegd is." „Mijn beste mijnheer," riep Piale met warmte, „het leven van een goed kunstenaar vereischt voortdurende zelfopoffering! En ik verzeker u, ook wg hebben onze helden gehad. Moet men het geheele beroep minachten, omdat sommigen die er toe behooren, niet zijn wat zij wezen moesten? Wanneer een man als Donati ons toegezonden wordt, laat ons hem in Gods naam behouden, en van heeler harte zeggen: „Deo Gratias!" =B»©x DOOR LIESBETH VAN ALTENA. i) HOOFDSTUK I. „Bij al wat u lief is, Philip, geloof toch dat de schellen u van de oogen zullen vallen. En dan zult gij het thans zoo vereerde en aangebeden wezen zoo vervelend vinden dat gij haar ontvliedt." De samengevouwen handen der vrouwe, die dit verzekerde, smeekten haar zoon in dubbele mate, terug te komen van het besluit, dat hij in die woorden had medegedeeld. Toch bleef kg een antwoord schuldig. De ridderorde op de artillerie uniform bewees, hoezeer hij vóór lang de kinderschoenen was ontwassen en bovendien, niet uit grootspraak door zgn moeder, haren trots en roem werd genoemd. „Waarom aldus gesproken," ant woordde hij eindelijk, „terwijl toch datzelfde blinde geloof en vertrouwen eenmaal ook het uwe moet geweest zijn. Me dunkt zelfs, dat mgn bur- gerlgke naam er het overtuigendst bewijs van is, tegenover dien welke de zoon eener Gravin de Grounouille behoorde te voeren." Het harde, kwetsende verwijt, dat hem reeds meermalen dreigde te ont snappen, zoo telkens de hooghartige moeder hem zijdelings zocht te her inneren aan het „noblesse oblige" was eindelijk gesproken; de blos op het gelaat der tegenover hem zittende figuur, bewees alleszins hoezeer de pijn gevoeld werd die hij haar deed igden. Zg vermande zich echter spoedig, om op waardigen toon te zeggen „'t Is juist eigen vaak smartelijke ervaring, welke ouders en voogden het volste recht verleent hunne kin deren of pupillen te waarschuwen voor gevaren die zij niet zien, omdat zg er niet meer aan kunnen ontsnap pen. Doch het is een niet gering voorrecht der jongeren, zich te kun nen spiegelen aan ouderen, om ge- vaarlgke klippen te ontzeilen," ant woordde zg. Een trillende stem, getuigde echter van meer aandoening, dan zij meende te openbaren. „Evenwel," hernam zg, toen hij andermaal bleef zwijgen, „ik mag tegenover u niet te veel spreken van eigen ervaring. Dat zou allicht den schijn op mij laden, als vereerde ik de nagedachtenis van uwen vader niet Toch kan ik het in de gegeven omstandigheden niet voor u verzwij gen hoezeer de dood mg de ontgooche ling heeft bespaard, die ik waarschgn- lgk evenmin had kunnen ontkomen als ieder ander." „Dan was die dood ean soort ver lichting voor de hooggeborene, die zich wel had willen verwaardigen, om „Niet verder, bid ik u 1" gebood zg. „Bitterheid en teleurstelling zou den u woorden doen spreken, waar over gij straks berouw zoudt gevoe len. Toch moet ik voortgaan u te waarschuwen voor de dwaling, die ik zelf heb begaan, doch wier wrange vruchten u gelukkig zijn bespaard; want, volgens den gewonen loop der dingen, zou die dwaling op u zgn gewroken. Ter wille van uws vaders nagedachtenis, moet ik ech ter verzekeren, dat mg tijdens zgn leven de oogen nog niet waren ge opend. Ik had hem nog altijd onver deeld lief, en had geenerlei reden, om mgne ongehoorzaamheid aan het ou- derlgk gezag te betreuren. Toch zou de tgd zijn genaderd, waarin ik dit zou gedaan hebben. Immers, verschil van geboorte beteekent: verschil van opvoeding, van smaak, van neiging, zelfs van levensbeschouwing. Dat ver schil zien gelieven aanvankelijk zóó geheel voorbij, dat het niet schijnt te bestaan. Niemand gelukte het echter ooit, het tijdstip der verdwarreling zijner idealen te verdagen, en zoo ge voelden de mijne zich ook reeds bg her haling geschokt. Desniettemin stond ik radeloos bg het lijk van den man, dien ik zoo lief had dat ik alles om zgn bezit heb kunnen prgsgeven. Eerst lange jaren na zjjn overlijden, kwam ik door blikken rechts en links, tot de* overtuiging dat de dood niet den felsten slag toebrengt of de meest ongeneeslgke wonde slaat, maar vaak voor onuitspreeklijk lgden be hoedt. Hetgeen ik u echter aanraad, wat ik u op mgn knieën zou willen smeeken, om uw zelfs wil, Philip, mag u niet tot wapen worden 0111 uwe moeder eenig verwijt toe te voe gen over de burgerlgkheid van uwen naam tegenover dien der de Grou- nouilles!" Philip bleef somber voor zich sta ren en met zóó saamgenepen lippen, als kostte het hem meer inspanning geen beslissend antwoord te geven op „het moederlgk verzet tegen een hu welgk ver beneden zgn stand, dan dat verzet te herhalen. „Wat uw naam betreft," hernam zg na eenige minuten, „uw oom, de kardinaal, kan u onmiddellijk het recht doen verwerven om mede den zgnen te voeren, als dien uwer moe der. Gg hebt hem er dus slechts over te schrijven." Bg die onverhoedsche verzekering hief hij de oogen tot haar op. Ver rassing straalde er haar uit tegen. Des ondanks antwoordde hij „Thans hecht ik minder aan dien naam dan voorheen, doch te meer aan iets waaraan ik vroeger nooit heb gedacht, als te betrekkelijke kleinig heid in onze groote wereld, n.l. hui- selgk geluk. Ik hoop dit te vinden, volstrekt buiten den hofkring om, en wel in een stand, die zonder wars te zijn van vermaken, toch heel wat genot ontberen kan. Buitendien, ka pitein Day wordt toch slechts geduld in de groote wereld zgner moe der „Gg smaadt met zulk een verze kering zoowel die moeder als u zeiven. En dat waartoe?" „Hoogadelijken deden hetmgdik- wgls genoeg gevoelen, dat ik in hun oog weinig meer dan een indringer ben „Daarvoor kan de zoon eener de Grounouille nooit of te nimmer zijn be groet," verzekerde zg beslist. „Zulke ervaringen zgn louter ingebeeld zij moeten, zij kunnen niet anders dan ingebeeld zgn 1" „Ik heb u nooit lastig gevallen met mijne ervaringen," hernam hij, „doch nu het eene woord onwillekeurig tot het andere leidt, nu is het beter u openhartig te zeggen, dat ik mij zelf toch als zoodanig beschouw, en ik mg juist daarom een hemel op aarde hoop te scheppen in eigen kring, die eiken geestelgken of wereldlgken te boven zal gaan een eigen haard, door en met de eenige voor wie ik ooit liefde heb gevoeld of gevoelen zal." „Arme dweper! Die eigen kring, die eigen haard zal u niet langer boeien dan zes weken, tenzij gg er iets in terug vindt van den hofglans, waaraan gij gewoon raaktet, of dat een echtgenoote er een aantrek- kelgkheid aan weet te geven, welke al het aan haar opgeofferde over schaduwt." „Ziedaar immers, juist hetgeen Blanche zal vermogen O moeder 1 Indien u haar kendet, u zoudt niet alleen onverwijld uwe toestemming geven, maar mij niet langer grieven, door die te onthouden," verzekerde hg, en in zgn geestdrift, even ras opgewekt als straks zgn wrevel, greep hg hare hand. Zij omsloot de zgne en antwoordde zonder ze los te laten, ernstiger dan zg tot nu toe gesproken had: „Ik leen haar, Philip." „U kent haar Blanche Mijne Blanche? En dat sedert wan neer, moeder?" „Nadat ik overtuigd was dat gij niet zoo gemakkelgk tot rede zoude zgn te brengen, poogde ik den ge- heelen kring te leeren kennen, die u aan dien uwer moeder staat te ontnemen." „Die vrees mist allen grond." „'t Is geen vrees, 't Is een on- vermgdelgk gevolg." „Ik verzeker u het tegendeel." „Het ligt in den gewonen loop der dingen. Een moeder wint bg het huwelgk harer dochter een zoon; bg het huwelgk van een zoon ver liest zg haar kind. Verwar echter niet de stem der zelfzucht mot die der moederlgke bezorgdheid. Op Blanche zelve moge niets zijn aan te merken, nauwelgks volwassen als zg is, op hare omgeving is des te meer af te dingen. En juist die waar heid dwong mg uw onvoorwaarde- lgk geloof, het toppunt van geluk door zulk een huwelgk te bereiken, zoo mogelgk te vernietigen." „Ik huw geene verwanten, maar haar haar alleen!" hernam hij met zooveel stemverheffing, dat zg hem wenkte bedaard te blijven, „zelfs op voorwaarde, dat zij alle verwanten om mijnentwil prgs geve! En daar is zij toe bereid." „Dat is een zware eisch. Doch al stond zij geheel alleen op de we reld, Philip, ik zou bg mijn verzet volharden. Daar zgn erfelgke lichaams kwalen, die wel niet rechtstreeks overgaan van vader op zoon, van moeder op dochter, maar die zich toch telkens openbaren in een geslacht. Zoo zgn er ook gebreken van den geest, van het gemoed; allertreurig ste zedolgke kwalen, zoodanig voort woekerende, dat de strengste opvoe ding ze niet kan verdrijven. Lichtzin nigheid en wuftheid hebben den goo- den naam eener Julie Vivian voor immer verwoest. En Julie Vivian is de zuster van Blanche. Iemand, die met den vinger wordt nagewezen zal u noemen zwager, en wordt gij met kinderen gezegend zich tante van die kinderen betoonen. 1" „Een laatste vraag 1" hernam hg, vrij heftig. „Heeft u onderzocht naar de verwanten van den man, dien u volstrekt wildet toebehooren Zoo neen, verg dan van uwen zoon even min, zich met zulke bezwaren het hoofd te breken, maar sta hem toe te beschikken over zgne toekomst, zoo als u het indertgd, over de uwe meendet te mogen doen. Blanche noem ik de mgne zg zal het blgven al kostte het mg den hoogen prgs. „Uwer moeder!" viel zg in, toen hg plotseling zweeg. Hare lippen trilden niet minder dan de zgne, nu zg daar tegenover elkander stonden als vijanden, na zoovele jaren van hoogst gelukkig samenzgn, slechts levend voor en met elkander. Hg schreed naar de deur. Zg trad hem in den weg. „Verlaat mij niet in zulk een ont stemming, Philip; geef niet te overijld uwe moeder prgs! Evenwel, die ver zoeking wil ik u besparen, door te bewijzen dat een moederhart weeker is dan dat eens vaders. Beloof mij slechts u nog acht dagen te zullen beraden. Blijft uw besluit dan nog onherroepelgk, dan zal ik die Blan.... che.... als dochter ontvan gen, met den innigen wensch, dat zij waarlgk in staat zal wezen uw gelukkig te maken 1" Wordt vervolgd). Gedrukt bjj DE ERVEN LOOSJES, te Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1897 | | pagina 6