ven der dictaten. De laatsten meenen
meer recht te kunnen laten gelden voor
het plaatsnemen speciaal op de eerste
rjjen banken dan de niet-korpsleden,
die dit meerdere recht niet willen er
kennen.
Thans zijn plannen aanhangig gemaakt
om in het te kort te voorzien.
HAARLEM, 9 November 1897.
In de Landbouwzaal van het
Koloniaal Museum hield Zaterdag de
.Heer C. J. van Lookeren Campagne,
vroeger Indigo technicus op Java, thans
leeraar aan 's Rijks Landbouwschool te
Wageningen eene Voordracht over
Indigo.
Laat men, deelde Spreker roede, de
rijst buiten rekening, dan neemtffndigo
in de cultures de eerste plaats in na
suiker, koffie en tabak en niettegen
staande de bereiding van kunstmatige
verfstoffen als teerproducten een hooge
vlucht heeft genomen zijn deze nog steeds
duurder dan de Indigo, hoewel erkend
wordt, dat het product der Balische
fabriek de Indigo nabij komt. Niet
tegenstaande een en ander neemt de
indigo-productie steeds toe.
Uit een historisch overzicht bleek,
dat reeds de Egyptenaren bij hunne
blauwververij met de indigo bekend
waren, Plinius beschreef de plant,
Mareo Poalo de bereiding het eerst. In
de dertiende eeuw werd zij in Europa
ingevoerd en in het midden der zestiende
eeuw in ons land. Vroeger gebruikte
men de weedeplant tot het vervaardigen
der blauwe verfstof. Frankrijk, Duitsch-
land en Engeland hielden zich nog aan
de Weede, toen wij en de Portugeezen
al lang Indigo gebruikten. Dertig Duit-
sche dorpen bestonden van den verbouw
der Weedeplant. Den blauwververs was
het soms op doodstraf verboden Indigo
te gebruiken; geen wonder als men
weet, dat soms de inkomsten der Kroon
met de Weedekultuur in nauw verband
stonden.
In 1660 voerde Engeland de Indigo
in, Hollandsche ververs werden toen
aangesteld om de blauwververskunst
den Engelschen te leeren.
Van de Indigo plant worden voor
namelijk vier soorten gekweekt, welke
men onderscheidt naar de peultjes. De
Natal-indigo plant is de sterkste; hare
zaden toch, betrekt men uit Natal,
waar de temperatuur lager is dan in de
tropen. Behalve deze leveren ook nog
andere planten o. a. de Polygonium
tinctoria, en zelfs sommige dierlijke
zelfstandigheden Indigo op.
De gedwongen Indigo-cultuur was
op Java bij den inlander zeer gehaat;
geen wonder, rijstvelden, als gronden
die bevloeid konden worden, moesten
voor de cultuur beschikbaar gesteld
worden. Toen de gedwongen cultuur
werd ingetrokken, had de regeering
er vijf en dertig millioen aan verdiend.
Eerst werd de plant vermenigvuldigd
door stekken, later, bij den invoer van
Natal, door zaaiing. In Mei wordt uit
gezaaid op kweekbedden waarna de
plantjes op zeer natte gronden worden
uitgeplant op een a twee voet afstand.
Begin December kan begin gemaakt
worden met snijden, de plant is dan
1.5 Meter hoog. Op elke onderneming
zjjn twee of drie fabriekjes, waar de
bewerking plaats heeft als volgt:
In een cementen bak worden de bossen
indigo geplaatst, bedekt met bamboe en
daarna vastgezet met balken om te
zorgen dat bij 't inlaten van water de
bossen niet drijven. Er wordt zooveel
water in den bak gelaten, dat het onge
veer zevenmaal het gewicht der planten
bedraagt. In dien bak neemt tru het
gisting- of fermentatie proces een aan
vang, dat in zeven uren afloopt. Dan
wordt de gele vloeistof afgetapt in een
cementen klopbak, waar, door haar veel
vuldig in aanraking te brengen met de
zuurstof uit de lucht, de indigo als blauwe
zelfstandigheid afzet. Die wordt dan
gefiltreerd en door opkoken gezuiverd
tot het ongeveer de vastheid van zachte
witte zeep heeft en vervolgens wordt
het in stukken verdeeld en naar ge
lang de kwaliteit van stempel voorzien.
In kisten van 60 Kilo wordt de Indigo
dan te Samarang, Amsterdam en Rot
terdam aan de markt gebracht.
Op zeer onderhoudende wijze wist
Spreker van dit voorname handels
artikel een duidelijk overzicht te geven.
"Verschillende monsters en een werkend
model van eene indigo fabriek brach
ten veel bij om de zaak zeer helder te
maken.
Van de gelegenheid om naar aan
leiding van 't besprokene nader inge
licht te worden, werd door een der
aanwezigen gebruik gemaakt.
De Commissaris der Koningin in
deze provincie, Mr. G. van Tienhoveni
vereerde deze bijeenkomst met zijne
tegenwoordigheid.
De Kon. liedertafel „Zang en
Vriendschap" alhier heeft het nobele
besluit genomen, een concert te geven
ten bate van den Haarlemschen zanger
G. Z. wiens ernstige ongesteldheid een
verblijf in het Zuiden noodzakelijk
maakt. Daartoe hebben met graagte
hunne medewerking toegezegd, mej.
Cornelie van Zanten en de heeren Joh.
Messchaert, Chr. Kriens en Henk van
Breemen.
Het concert zal plaats hebben op
Woensdag 24 November en tegen entree
van één gulden toegankelijk zijn.
Elke aanbeveling tot ondersteuning
van dit plan kan hier achterwege blijven.
Het behoud van den sympathieken
jongen man en met hem zijne voor
treffelijke kunstenaarsgaven moge eene
krachtige aansporing zijn tot flinke
deelneming.
Het tweede concert van het
Weener-Quartet „Udel" mocht zich
Zaterdagavond verheugen in veel be
langstelling. De bovenzaal der Sociëteit
„Vereeniging", waar het quartet optrad,
was dicht bezet. Het succes der voor
drachten was mogelijk nog grooter
dan bij de eerste uitvoering. De echt
geestige nummers van het programma-
geestig door hunnen inhoud en door de
voordracht beide soms grenzende
aan het dolzinnige b. v. in de Rhinoceros-
ballade en het oratorium Der Handschuh
werden daverend toegejuicht. Het op
treden in een kleinere zaal was in het
voordeel der uitvoerendende uitvoering
werd er intiemer en prettiger door.
Het Quartet „Udel" gaat nu naar
Weenen terug, ongetwijfeld zullen onze
muziekliefhebbers er nog wel eens aan
denken en over spreken.
Gisterenavond gaf de liedertafel
Haarlem's Zanggenot haar eerste concert
in de muziekzaal van de sociëteit de
Kroon. Medewerkende solisten daarbij
waren, behalve de heer P. L. Hegener
(baryton-zanger) uit Amsterdam, een
drietal aankomende musici uit onze stad,
die door de goede voordracht van twee
trio's, voor piano, viool en violoncel, in
het vocale deel der uitvoering eene aan
gename afwisseling brachten.
Het Koor zelf, dat thans zingt onder
de beproefde leiding van den heer N.
H. Andriessen, toonde in vele opzichten
voor zijn taak goed te zijn voorbereid,
vooral in de kleinere koren kon een
deugdelijk klankgehalte worden opge
merkt en lieten eenheid en zuiverheid
maar zelden iets te wenschen over.
Het is bekend, dat dS wijze waarop
de heer Andriessen toonlooze lettergre
pen bij het zingen laat afbreken van
enkele zijden bedenkingen ontmoet.
Bij deze uitvoering bleek niet, dat de
directeur met zijn gewoonten in dezen
heeft gebroken, wat wij met het oog
op de muzikale beteekenis der voordrach
ten jammer vinden.
Overigens stemmen wij gaarne in
met den lof door de aanwezigen aan de
ensemble nummers gebracht. Het ver
trouwen, dat de heer Andriessen de
liedertafel Zanggenot zal ontwikkelen tot
een goed mannenkoor, zal zeker niet
worden beschaamd. De heer Hegener
had met zijne liederen wel het meeste
succes, terwijl van het trio de pianiste in
het bijzonder de aandacht trok.
De violist krijgt een mooien streek,
speelt correct en meestal zuiver. De
cellist was wel eens wat al te beschei
den; mogelijk heeft hij minder ensem-
ble-muziek gemaakt dan de anderen.
De keuze der trio's Op. 12 van Hummel
en Op. 1 van Beethoven ging der krach
ten der uitvoerenden niet te boven.
Op de 2Vj pCt. Obligatieleening
groot f50000, uitgeschreven door de
Maatschappij tot exploitatie van Staal-
waterbronnen is tot heden ingeschreven
voor een bedrag van ruim ƒ27000 en
is dus ruim de helft bereikt van het
geen noodig geacht wordt.
Volgens achterstaande mededeeling
doet het Bestuur een laatst beroep op
de hulpvaardigheid van Haarlem's inge
zetenen ten einde de leening volteekend
te zien, om niet te worden genoodzaakt
tot het indienen van voorstellen tot
liquidatie.
Op verschillende wijzen is gebleken,
dat het Brongebouw voor Haarlem in
eene behoefte voorziet.
De Maatschappij toch heeft met het
fraaie Brongebouw en de pittoresque
Drinkhal de voormalige Koekamp her
schapen in een lustoord, waar gedurende
het seizoen honderden en nog eens hon
derden van hunne tijdelijke zorgen ont
spanning vinden.
Te denken, dat dit alles zou mogen
opgeofferd worden terwille van enkele
duizenden guldens wil er bij ons niet
in. Waar een onzer gunstig bekende
financieele Instellingen blijk heeft ge
geven de zaak te willen steunen,
tenzij de gevraagde som niet bij
een komt, mag er met gerustheid
op gewezen worden, dat de Maat
schappij met haar hoog aangeschreven
Staalwater, haar Hollandia-tafelwater,
haar Brongebrouw en Drinkhal levens
voorwaarden genoeg bezit, om met
den onmisbaren steun van voldoend
bedrijfskapitaal haar werk met gunstig
gevolg voort te zetten.
Waar het hier dus geldt een Haar-
lemsch belang mag met eenigen grond
de meening worden uitgesproken, dat
het Bestuur de leening, alsnog openge
steld tot 15 November, zal volteekend
zien.
Gounod's meesterwerk „Faust"
blijkt nog niets van zijne oude aan
trekkelijkheid verloren te hebben;
althans de aanvraag om plaatsen is,
naar men ons meldt, zeer groot. Wel
is dat niet te verwonderen waar de
hoofdpartijen in zulke goede handen
zijn als de dames Madier de Montjau,
en Sohns en de Heeren Phlippeau en
Orelio. Is de laatste bij het Haar-
lemsche publiek reeds ten volle bekend,
ook de eersten hebben bij de laatste
opvoering van Romeo en Julia zulk
een goeden indruk gemaakt, dat een
ieder gaarne de kennismaking met hen
zal hernieuwen.
De Heer A. J. Beauchez mocht
Vrijdag den dag herdenken waarop hij
vóór vijf en twintig jaar benoemd was
tot onderwijzer aan de School voor Be
jaarden, een der vele nuttige Stichtingen
van het Haarlemsche Nutsdepartement.
Vrijdagavond, gedurende de les werd
de jubilaris door het Bestuur der School
bij monde van den Heer F. J. Poutsma
met dit feit geluk gewenscht. Ook de
leerlingen der school gaven blijken van
veel belangstelling en de eenvoudige
plechtigheid bewees, dat het werk van
den Heer Beauchez zeer op prijs gesteld
wordt.
Tot tijdelijk assistent bij het gym
nastiekonderwijs aan de hoogere bur
gerscholen alhier is benoemd de heer
A. J. Meijerink leeraar te dezer stede.
In de vergadering van 2 November
van de Kamer van Koophandel en Fa
brieken alhier was o.a. ingekomen eene
missive van Burgemeester en Wethou
ders, waarbij wordt medegedeeld, dat
door den Minister van Waterstaat, Han
del en Nijverheid aan hun College, ten
einde de oprichting in deze gemeente
van één of meer Kamers van arbeid
voor te bereiden, de volgende vragen
waren gericht:
1°. Is in uwe gemeente de behoefte
gebleken, om voor één of meer bedrijven
eene Kamer van arbeid op te richten,
en is eene behoorlijke samenstelling
daarvan mogelijk; en bij toestemmende
beantwoording
2°. Welk bedrijf of welke bedrijven
zullen in die Kamer vertegenwoordigd
moeten zijn?
3°. Zouden de eventueel in Uwe ge
meente op te richten Kamer of Kamers
van arbeid zich over meerdere naburige
gemeenten behooren uit te strekken? en
4°. Hoeveel leden zouden in die Kamer
of Kamers zitting moeten nemen?
Tot eene beantwoording dier vragen
verzochten Burg. en Weth. derj Kamer
hun hare meening omtrent een en ander
kenbaar te willen maken. De Kamer
besloot, voor zoover het bouwvak betreft
het gevoelen te vragen van den Arbeids
raad alhier en wat de overige bedrijven
betreft ook verdere belanghebbenden in
de gelegenheid te stellen zich in deze
tot de Kamer te wenden.
Het Museum van Kunstnijverheid te
Haarlem, werd gedurende de maand Octo
ber bezocht door 813 personen, terwijl uit
de boekerij aan het Museum verbonden,
die boek en plaatwerken betrekking heb
bende op de décoratieve kunst en het
kunstambacht bevat, 146 boeken uit
verschillende plaatsen van ons land wer
den aangevraagd, die kosteloos ter lezing
werden toegezonden. Voor nadere inlich
tingen omtrent het uitleenen van boek
of plaatwerken richte men zich tot den
Conservator van het Museum.
Zondagochtend omstreeks half acht
brak brand uit in het perceel Kleine
Houtstraat No. 59, bewoond door den
banketbakker L. Dahlhaus. Zoo snel
greep het vuur om zich heen, dat er
van blusschen bijna geen sprake kon
zijn en men zich in hoofdzaak moest
bepalen tot het beveiligen van de be-
lendenden. Het perceel is nagenoeg
uitgebrand. De brandweer was spoedig
ter plaatse en weerde zich krachtig.
Men deelt mede, dat de brand is ont
staan in de bakkerij. Alles was geassu
reerd.
Het brandpiket werd waargenomen
door het garnizoen en de orde werd
goed gehandhaafd. De voor eenigen tijd
aangekochte brandladder bewees goede
diensten.
Gisteren Maandagavond ten 7ys
uur heeft een begin van brand plaats
gehad ten huize van Dell Grandia, be
hanger woonachtig aan de Scheepma-
kersdijk n. 11, vermoedelijk ontstaan
door het vliegen van vonken uit een
kachelpijp door de kieren van het dak
waardoor beddengoed op den zolder, waar
de kinderen slapen, in brand was
geraakt. De brand werd door de buren
ontdekt en is door deze met eenige
emmers water gebluscht. Alles was
verzekerd.
VERGADERING van den Baad der
Gemeente Haarlem,
op Woensdag 10 Nov. 1897.
des namiddags te 1 ure.
De volgende stukken en -punten zullen
aan de orde worden gesteld:
1. Mededeelingen en ingekomen stuk
ken.
Verzoek Mej. C. H. van der Linde,
om eervol ontslag als onderwij
zeres Tweede Burgerschool.
Adres P. J. Schwartz om vergun
ning bovenbouw op den stads
muur aan de Amsterdamsche
poort.
2. Voorstel B. en W.W. overeenkomst
met de gemeente Amsterdam in
zake de duinwaterleiding.
3. Idem idem vaststelling tarief onder
stand Burgerlijk Armbestuur
voor 1898.
4. Voordracht idem benoeming twee
onderwijzers Vierde Tusschen-
school.
5. Benoeming gemeente oogheelkun
dige.
6. Verslag opzichter gasverlichting
over September jl.
Markt van 8 November 1897.
Boter. Aangev. 97 verk. 97 KG.
L. pr. 1.H. pr. 1.10 p. KG.
Biggen. Aangev. 219 verk. 164 stuks.
L. pr. f 6.H. pr. ƒ8.p. stuk.
Schrammen. Aangev. 84 verk. 72 stuks.
L. pr 10.H. pr. 15.p. st.
Aardappelen. Aangev. 578 verk. 578 H.L.
L. pr. ƒ1.70 H. pr. ƒ2.50. p. H. L.
Appelen. Aangev. 180 verk. 142 H.L.
L. pr. 3.H. pr. 8.per HL.
Peren. Aangev 207 verk. 172 H. L.
L. pr. /4.H. pr. 8.p. H. L.
GRAAN- EN ZAADMARKT.
Marktbericht van 8 November 1897.
Witte tarwe
f
8.—
f
8.15
Rogge
11
515
11
5.30
Haver
11
3.50
11
Duivenboonen
n
6.—
n
6.25
Paardenboonen
ii
5.90
ii
Groene erwten
n
6.—
ii
6.75
Capucijners
ii
6.—
ii
per 50 kilogr.
ORGELBESPELING
in de Groote- of St. Bavokerk alhier, op
Donderdag 11 Nov. 1897 dea namiddags van
2- 3 uur, door den Heer W. EZERMAN.
PROGRAMMA.
1PreludioRheinberger.
2. AdagioG. Merkel.
8. Sooate.A. G. Ritter.
4. Vorspiel en ParsifalR. Wagner.
5. Duet uit Stabat MaterRossini.