HAARLEMSCH Eerste Blad. No. 48 Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Twintigste Jaargang. 144 met AMSTERDAM. van WOENSDAG 15 Juni L898. Nieuwsberichten. Uitslag' der Verkiezing TELEPHOONNUMMBK TELEPHON1SCHE VERBINDING ABONNEMENTSPRIJS Per drie maanden—,25. i franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk Prijs per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. VERSCHIJNT: Dinsdag? en Vrijdagavond. Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Tweede Kamer. Donderdag kwam in behandeling de Overeenkomst wegens uitvoeren van den maildienst Vlissingen- Queenborough. De heer Mackay drong aan op een hooger Rijkssubsidie voor het brievenvervoer, wegens de konkurrentie, die de Maatschappij „Zeeland" met de Engelschen moet voeren, ook ter in standhouding van genoemde Maatschap pij, die alleszins den financieelen steun der Regeering verdient. De Min. van Waterstaat enz., deelend in den lof aan de Maatschappij sZeeland", en de route willende houden onder Nederl. vlag, acht een groot subsidie onnoodig, omdat hij de Maatschappij krachtig genoeg acht tot het volhouden der konkurrentie. De heer Mackay meende, dat het volbrengen der gestelde verplichtingen de krachten der Maatsch. Zeeland" te boven gaan. De overeenkomst werd zonder stem ming goedgekeurd. Bij de beraadslaging over de Rijwielbelasting verklaarde de heer Hartogh zich voor een eenvormige Rjjksrijwielbelasting boven een uiteen- loopende provinciale, en achtte haar noch heiemmerend, noch drukkend voor den kleinen man, en wijl zij kan leiden tot opheffing van bemoeilijking van het rjjwielverkeer door de Gemeenten. Na antwoord van den Min. van Fin., werden de artikelen behandeld, waar op overgenomen werd een amende ment van den heer van Raalte, om den gebruikgever van rijwielen aan anderen korter dan 21 dagen, niet te belasten. Een am., voorgesteld door den heer v.d. Bergh van Heemstede, om de belasting heffing, met afwijking van het Regee- ringsvoorstel, te bepalen op ƒ3 voor een éénpersoons-rijwiel, 6 voor een twee persoons, en ƒ2 voor bedrijven, werd door den voorsteller toegelicht, door de komm. van Rapp. en den Minister bestreden, en verworpen met 58 tegen l i stemmen. Het geheele wetsontwerp werd aangenomen met 51 tegen 20 stem men. De geloofsbrieven van het nieuw benoemde lid voor Tilburg, den heer Jansen, werden onderzocht, en tot zijne toelating werd besloten. Tegen den vol genden Dinsdag werden aan de orde gesteld verschillende ontwerpen, zoo mede de interpellatieën van de heeren Troelstra en v.d. Velde. Na afdoening van eenige konkluzieën werd de Verga dering tot Dinsdag verdaagd. Hoewel het altijd nog niet officieel is, dat het grootste Amerikaansche expedi tie corps al uit Tampa onderweg is en het laatstelijk weer heet, dat het te Key-West oponthoud heeft en daar zal blijven toeven uit vrees voor de krui sende Spaansche oorlogsschepen, veel langer dan eene quaestie van dagen kan het uitstel van de aankomst dezer troe pen niet zijn. Zij zijn, zij het ook lang zaam, onderweg, en zullen er spoedig genoeg wezen om de plaatsen in te nemen, die hunne kameraden blijkbaar al bezig zijn voor hen te bereiden, al wordt van Spaansche zijde nog hardnek kig daarover gezwegeD. De reserve der Spaansche vloot is nog steeds te Cadix, hoewel niets haar uitloopen belet. De meening bestaat, dat men wil zien, hoe Cervera zich er al of niet uitredt. Ook hier zou dan blijken, dat de regeering alles aan het toeval overlaat en men noemt den toe stand eenvoudig schandelijk. Santiago is Zaterdag opnieuw, gedu rende drie uren gebombardeerd en er werd getracht troepen aan land te bren gen. De projectielen deden niet veel schade en de landing werd door de vijanden verhinderd. Toch schijnt het te zjjn gelukt wapenen en ammunitie voor de opstandelingen te ontschepen. Dat men ook te Madrid wel wat verlegen is mag blijken hieruit, dat de Spaansche minister van financiën ver klaarde, dat het crediet der natie nako ming van de geldelijke overeenkomsten eischt; waar de sommen om te betalen vandaan moeten komen is nog niet duidelijk, maar als de oorlog nog lang duurt staat natuurlijk de Spaansche schatkist de crisis niet door. Opnieuw gaan er geruchten omtrent samenwerking der mogendheden met het oog op vrede. En dan heeft men aan de Amerikaansche kust Spaansche oorlogsbodems ontdekt, welk feit tot nadenken leidt. Men schijnt daar nog steeds te gelooven aan de mogelijkheid van een inval der Spanjaarden op de Amerikaansche kust. In hoeverre er reden bestaat tot vreezen is niet duide lijk, omdat van regeeringswege menig maal is verklaard dat geen gevaar te duchten en alles in voldoenden staat van tegenweer is. Een telegram deelt mede dat de gele-koorts is uitgebroken op het eskader van Sampson, dat voor de haven van Santiago ligt. De campagne van de buitenlandsche pers, ten gunste van den vrede, wordt te Madrid niet gunstig ontvangen. Ver scheidene generaals zeggen, dat Spanje, zelfs onder de meest ongunstige om standigheden, den oorlog op Cuba nog wel twee jaar zou kunnen blijven voeren. Daarom is het onnoodig, voegt men er aan toe,, om te spreken van een vrede, die niet het statu quo van vóór den oorlog zou aanbieden. De regeering ontving geen voorstellen omtrent den vrede van de mogendheden en gematigde politici zeggen, dat zoo zij deze ontving, zij daaraan geen aan dacht zou schenken, want Spanje is besloten, den oorlog tot het uiterste voort te zetten. Een telegram uit Washington meldt, dat door de Amerikaansche regeering de voorstellen, die de Duitsche regeering haar omtrent de toekomst van de Phi- lippïjnen gedaan heeft, niet zeer goed ontvangen zijn. De gewisselde stukken tusschen de Duitsche en de Amerikaan sche ambassades dragen een minder vriendschappelijk cachet dan vroeger. Op Cuba moet Zondag hevig gevoch ten zijn, dertien uren lang. De Span jaarden deden een heftigen aanval, maar werden met veel verlies terug gedreven. Er gaan geruchten dat Manila zich heeft overgegeven, maar niet duidelijk is het aan wie, aan de Amerikanen of aan de opstandelingen. De Ieren moeten van tijd tot tijd een oproertje hebben. Het is bij hen nu langen tijd rustig geweest, en eene klei ne uitbarsting behoeft dus niet te ver wonderen, als zij althans niet tot erger leidt. Men viert in geheel Ierland thans de herinnering aan den opstand van 1798 tegen Pitt's streng bestuur. Tot dusver ging alles rustig en ordelijk toe, maar in Ulster wonen, gelijk men weet, een groot aantal loyalisten, en de overheid zag niet zonder eenige vrees de feestvie ring te Belfast, de hoofdstad van het Protestantsclie Ulster, te gemoet. Die vrees is maar al te gegrond ge bleken. Het bepaalde doel dezer feest viering was de herdenking van den slag van Antrim. Een optocht van nationa listen vormde zich, en deze werd op een bepaald punt van den weg naar de bijeenkomst door eene menigte Oran gemenopgewacht. Nauwelijks had men elkander ont moet, of het kwam tot eene botsing, er werden steenen en stokken geworpen en het ging er zoo ernstig toe, dat 103 politieagenten en 100 burgers gewond werden één polietieagent zelfs zeer be denkelijk. De militaire overheid heeft de be scherming der veiligheid' overgenomen, en men vreest voor verderen onlusten. Overal elders hebben de feestvieringen ongestoord plaats maar de herinnering leert, dat opstootjes in Ierland aanste kelijk werken. Volgens een later bericht zijn later te Belfast de Orangisten opnieuw slaags geweest met politie en militairen. Hoe vlug onze Indische rechtspleging werkt, weet men, maar het record is- zeker wel geslagen door een residentie gerecht in Indië, waar een zaak in 1893 en twee in 1894 werden aangebracht, die in 1897 werden gedeponeerd, omdat de gedaagde niet meer op de plaats was. Dit wordt nabij gestreefd door een ci viel geding voor een landraad, waarvan de voorzitter de mededeeling der vorde ring aan den gedaagde gelastte op 8 October 1894; en die mededeeling had plaats op 26 Februari 1897. Of het ook goed is dat het hooggerechtshof een scherper controle is gaan uitoefenen op de behandeling der civiele zaken Bij het departement van Koloniën is ontvangen het volgende van 8 dezer ge- dagteekende telegram van den gouver neur-generaal van Nederlandsch-Indië, betreffende de expeditie naar de Pedir- streek „Vier dezer naar Groenggroeng op gerukt, waar benden uit de VII Moe- kims en uit het gebied van Toekoe Bin tara Reuheë van westelijke heuvels ver dreven. Ons bivak aldaar 's nachts be schoten. Onzerzijds 3 gewonden. Vqf dezer bij oprukken naar de VII Moe- kims de benden verdreven, achterlatende van drie Leden voor de Provinciale Staten van Noord-Holland op 14 Juni 189S. Ie Stembureau 2e d 3e y> 4e 5e 6e s 7e Uitgebracht op H. van Blonderen. 35 45 82 74 64 53 72 425 Uitgebracht op Jhr. Mr. J. W. G. Boreel van Hogelanden. 203 225 300 254 351 217 261 1811 Uitgebracht op Mr. W. A. 't Hooft. 186 217 266 232 311 196 244 1652 Uitgebracht op Mr. H. Pb. de Kanter. 89 131 166 167 231 133 184 1101 Uitgebracht op |Mr. IV. S. J. Waterschoot Tan (lef Gracht.. 165 123 157 103 160 113 116 937

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1898 | | pagina 1