ling een ware spraak-gymnastiek vergt.
Zoo was in de laatst gemeenteraadsver
gadering van Winterswijk afwezig de
wethouder Willink, aanwezig de heeren
E8seling, A. Tenkink.Boeijink, Heemink,
H. J. A. Tenkink en Besrinkpas.
HAARLEM, 18 April 1899.
Door Burg. en Weth. dezer ge
meente is aan hunne Excellentiën de
Ministers van Waterstaat, Handel en
Nijverheid, van Justitie en van Financiën,
het volgende adres ingediend:
Met groote belangstelling is door ons
de behandeling in de Tweede Kamer der
Staten Generaal gevolgd van het wets
ontwerp, betreffende de verzekering van
werklieden tegen de geldelijke gevolgen
van ongevallen in bepaalde bedrijven,
terwijl eveneens door ons is kennis ge
nomen van eenige adressen te dier zake
aan de Tweede Kamer gericht, welke
met het verzoek om inlichtingen aan de
Regeering zijn verzonden.
De aandachtige overweging van een
en ander heeft bij ons de vraag doen
rijzen, of het wellicht wenschelijk zou
zijn, dat de bepalingen van het wetsont
werp, zoo het tot wet mocht worden
verheven, slechts van toepassing zouden
zijn op die publiekrechtelijke lichamen
in casu gemeenten welke niet
de noodige waarborgen voor een voldoen
de verzekering zouden kunnen verschaf
fen.
De werkzaamheden der gemeenten
breiden zich steeds uit en de vermeer
dering van het personeel in haren dienst
houdt daarmede gelijken tred
De aard der werkzaamheden verschilt
echter zoozeer van dien van de werk
zaamheden in de verschillende particu
liere ondernemingen, dat dezelfde bepa
lingen, welke voor deze doeltreffend
kunnen zijn, voor de gemeenten onvol
doende zijn. Er zijn een aantal personen
in dienst der gemeenten, wier werk
zaamheden in het wetsontwerp niet
worden genoemd en die dus niet ver
zekerd zouden worden. Wij noemen
slechts de politieambtenaren, brugwach
ters, bouwopzichters, ambtenaren voor
het innen van havengeld.
Wordt het ontwerp wet, dan zullen
de gemeenten voor de vraag gesteld
worden, of z(j het raadzaam achten de
buiten de wet vallende ambtenaren toch
te verzekeren. Gaan zij hiertoe niet
over, dan wordt daardoor een misstand
geboren tusschen twee categorieën van
ambtenaren in dienst van hetzelfde
lichaamgaan zij er wel toe over, dan
is ook geen eenvormige regeling te
verkrijgen, tenzij bepalingen, die wen
schelijk geacht worden, achterwege
blijven ter wille van deze eenvormigheid
en de bepalingen der wet ongewijzigd
worden overgenomen.
De uitgebreidheid van het pertoneel
en de verschillende aard der werkzaam
heden maken het in vele gevallen zeer
waarschijnlijk, dat iemand, die tenge
volge van een ongeval voor een bedrijf
ongeschikt is, nog zeer goed kan voldoen
in eene andere betrekking, waar, om een
voorbeeld te noemen, persoonlijk vertrou
wen van meer gewicht is dan lichamelijke
geschiktheid, welke tengevolge van het
ongeval is verloren. Het inkomen van
zulk een persoon zal daardoor veelal
niet minder zijn dan vóór het ongeval
en misschien hooger. Door de uitkeering
van een zeker bedrag in geld overeen
komstig de bepalingen van het ontwerp,
zouden in zulk een geval zoowel de
gemeente, als de werkman minder gebaat
zgn.
Het wetsontwerp schrijft de bepalingen
voor, waaraan de werkgevers moeten
voldoen en ofschoon dit het eenige
standpunt is, dat het kan innemen,
verschilt dit toch zeer veel van dat,
hetwelk door den werkgever wordt
ingenomen, die een regeling ten bate
van zyn personeel wil maken. Deze kan
daarbij vrijgeviger te werk gaan. Zoo
valt onder de in het ontwerp omschreven
bepalingen alleen het ongeval, dat plaats
grijpt in het bedrqf of terwijl de werk
man zich langs den gewonen weg naar
of van het werk begeeft. Daarvoor wordt
een jaarlijksche premie betaald. Wat zal
nu het gevolg zijn voor de gemeente,
aan wier ambtenaar een ongeval is
overkomen buiten het bedrijf of terwijl
hij zich met een omweg naar zijn werk
begaf? Heeft de gemeente zelf een re
geling ontworpen, dan zal allicht in
zulk een geval de persoon financiëel
geholpen worden; maar nu valt het
geval niet onder de beplalingen van het
ontwerp en ofschoon de premie geregeld
is betaald, heeft er geen uitkeering plaats
en is het de vraag, of het gemeentebe
stuur genegen zal zijn daarenboven nog
geldeüjken steun te verleenen. Het
springt in het oog, dat een dergelijke
regeling zeer ten nadeele strekt van den
betrokken persoon.
Wij meenen hiermede onze zienswijze
voldoende toegelicht te hebben en ver
zoeken Uwe Excellentie ten slotte, zoo
mogelijk, het daarheen te willen leiden,
dat aan de gemeenten van eenige uit
gebreidheid de regeling der verzekering
van de in haren dienst staande personen
zeiven worde overgelaten, zoo noodig
met dezen waarborg, dat de goedkeurir g
der regeling door H. M. de Koningin
wordt vereischt.
Een afschrift hiervan is aan de ge
meentebesturen van Amsterdam, 's
Gravenhage, Leiden, Dordrecht en de
hoofdsteden der provinciën toegezonden
met het verzoek hiermede hunne in
stemming te betuigen.
Men verzoekt ons de aandacht te
vestigen op het pogen der Afd. Haarlem
van de Ned. Vereeniging tot Afschaffing
van Sterken Drank, tot oprichting van
een geheelonthouders gebouw. Evenals
eenigen tijd geleden wordt een circulaire
verspreid om op te wekken tot den
noodigen finantieelen steun. In die cir
culaire zegt het bestuur, o. a.
Op verschillende plaatsen in ons land
zijn onthoudersgebouwen geopend en
menige kleine gemeente is reeds in het
bezit van een gelegenheid, waar slechts
alcoholvrije dranken verkrijgbaar zijn.
Met het oog op de meer dan 200
gelegenheden met vergunning en 't
dubbeltal inrichtingen waar eveneens
bedwelmende dranken verkrijgbaar zijn,
zou het van zoo hoog belang wezen
indien ook hier ter stede een gelegenheid
als straks gemeld, kon worden geopend.
Gaarne brengen wij dit verzoek ter
kennis onzer lezers en willen wij onzer
zijds tot steun opwekken. Wij wenschen
der vereeniging succes met haar streven
want het wil ons voorkomen dat in een
stad als Haarlem een geheelonthouders
gebouw, dat noch godsdienstig, noch
politiek getint is, alle reden van bestaan
heeft. Tal van menschen, die voorstan
ders zijn van de drankbestrijding om
de zaak zelve deinzen terug, wanneer
er kleur in 't spel komt. Welnu, hier
bestaat gelegenheid om de zaak der
drankbestrijding op geheel neutraal
terrein te steunen.
Ieder die voor een bedrag, hoe klein
ook, als voorstander op de circulaire
teekent, draagt zijn steentje bij tot het
gebouw dat zeer zeker een machtig
strijdmiddel tegen den drankduivel zou
kunnen zijn.
Aangaande de werkzaamheden aan
het vaccinatiebui eau over liet jaar 1898,
wordt ons het volgende medegedeeld.
De Heeren H. van den Berg, Arts,
Dr. H. Prins Visser en Dr. II. L. van
Linden van den Heuvel waren als genees
kundigen aan het bureau verbonden, de
eerste als directeur, de beide laatsten als
vaccinateuis.
Er werden verricht 1255 vaccinaties
en 17 revaccinaties.
Bij elk kind kwamen gemiddeld 9,4
pokken op, tegen 8,9 in 1897.
In verhouding tot het bevolkingscijfer
bedroeg het aantal vaccinaties 1,95%
tegen 2,07% in 1897.
Het procentcijfer der volkomen ge
slaagde vaccinaties (10 pokken) was zeer
hoog, namelijk ruim 85% tegen 70% in
1897.
Naar de verschillende provinciën des
Rijks werden op aanvraag 1088 buisjes
vaccine-lymphe verzonden, waaronder
226 buisjes aan de geneeskundigen te
Haarlem.
Naar verschillende garnizoensplaatsen,
met name 's-Gravenhage, Leiden, Assen,
Haailem, Alkmaar, Millingen en Ymui
den werd op aanvraag van den Chef
van den geneeskundigen dienst lymphe
gezonden.
De berichten van den uitslag der
inentingen met de verzonden lymphe
verricht, luidden zeer gunstig.
Van 183 antwoorden luidde het be
richt: 135 maal uitmuntend(90—100%);
36 maal zeer goed (7090%), 6 maal
goed (60—70).
De Nederlandsche Opera onder
leiding van den heer C. van der Linden
heeft gisterenavond met eene opvoering
van Wagners Rienzi afscheid genomen
van Haarlems opera publiek, of eigenlijk
slechts van een gedeelte van dat publiek,
want vele getrouwe bezoekers ontbraken
op het appèl, wat jammer was voorde
werkelijk goed verzorgde voorstelling.
Wel is deze opera in hare muzikale
beteekenis niet te vergelijken met de
latere werken van den grooten meester,
doch zij bevat in de verschillende onder-
deelen een overvloed van voortreffelijke
momenten, die het zien en het hooren
maken tot een rijke bron van genietingen.
Rienzi is de derde opera van Wagner
de eerste welke in 1842 te Dresden
werd opgevoerd en Wagner in Duitsch-
land op den voorgrond bracht.
Wat het solo-gedeelte betreft, werd
de voorstelling van gisterenavond gedra
gen door den heer Urlus in de titelpartij.
Met ongewone kracht en frissche beko
ring alsof het seizoen pas aanving
werd de heldenfiguur van Rienzi door
hem uitgebeeld. De overigen stonden
hem waardig ter zijde, doch konden hem
niet evenaren, wat voor een deel kan
worden toegeschreven aan de minder
dankbare partijen. De ensembles hebben
in dit werk meer te beleekenen. Zij
weiden door het koor gesteund, door
het flink bezette orkest, meermalen
schitterend vertolkt.
Aan den heer Van der Linden voor de
vaste leiding en de muzikale interpre
tatie van het werk een woord van lof.
Hoe gaarne zouden wij wenschen, dat
het leven van teleurstellingen voor dezen
werkzamen en bekwamen man nu een
einde had genomen en het volgend jaar
de heer Van der Linden aan het hoofd
van een deugdelijk gezelschap, vrij van
finantieelen druk, zich onbekommerd
kon wijden aan de ontwikkeling der
Nederlansche dramatische kunst.
De Tentoonstelling der afgietsels
van de bouwkundige en decoratieve
ouderdeelen der Hindoekunst op Midden-
Java, die thans in het Museum van
Kunstnijverheid te Haarlem gehouden
wordt, werd tot heden zeer druk be-
zocht, wel een bewijs hoezeer de belang
stelling toeneemt voor de prachtige
bouwwerken, die zich op een der schoon
ste eilanden onzer Oost-Indische bezit
tingen bevinden.
Deze bouwwerken werden vermoede
lijk omtrent de 8ste eeuw onzer jaar
telling gesticht door de Hindoes die
van de kusten van Koromandel naar
Java verhuisden, alwaar zij godsdienst,
kunsten en wetenschappen overbrachten.
De tentoongestelde fragmenten leveren
ons het bewijs dat de beschaving dezer
kolonisten een bijzonder standpunt in
nam, en dat hunne bouwkunst en
decoratieve kunsten eene hooge ont
wikkeling hadden bereikt.
De tentoonstelling is eiken dag van
's morgens 10 tot 's middags 4 uur
geopend.
Men verzoekt ons te melden, dat
de Directeur der Ned. Opera, de Heer
C. van der Linden, zich bereid verklaard
heeft op Maandag 24 dezer in onzen
Schouwburg tot afscheidsvoorstelling te
komen geven„de Vroolijke vrouwen van
Windsor", mits het publiek zijne belang
stelling toont, door het tijdig nemen
van plaatsen.
Hiertoe is tot Vrijdag middag gele
genheid is het aantal besproken plaat
sen dan niet voldoende, dan gaat de
voorstelling niet door.
Als zeker kan worden medegedeeld
dat het fanfarekorps „Kunst na arbeid"
directeur, de heer C. G. J. Rühl op 2
Mei a. s. 's avonds ten 8 ure eene uit-
voering van gewijde muziek zal geven
in de Groote Kerk en zulks ter gelegen
heid van het jaarfeest van het Algemeen
Christelijk Werkliedenverbond.
De voorstelling van „Robert en
Bertram" Zondagavond was behoorlijk
bezocht. De vroolijke momenten hielden
zooals te doen gebruikelijk is, voortdurend
de lachlust gaande.
Gezegd mag worden, dat het Salon
gezelschap „Robert en Bertram" heel
verdienstelijk ten tooneele bracht en
het succes welverdiend was. De heeren j
Grootveld en S. Frank waren in de
hoofdrollen uitstekend. Ook de heer
Ketting als Strambach voldeed best.
Mevr. Frank-de Hoop als Micheltje was
wat een aardige jongen. Ook de overige
artisten verdienen lof.
Door de agenten-rechercheurs Jan
sen en Misset is proces verbaal opgemaakt
tegen de bierhuishouders R. wonende
Heerensingel 1 en B. wonende Frans
Halsstraat 63, ter zake het verkoopen
van sterken drank in het klein zonder de
daartoe vereischte vergunning.
Tegen de costuumnaaister H. S.
wonende Oranjestraat, is proces verbaal
opgemaakt ter zake het doen arbeiden in
verboden tijd en het niet in hare werk
plaats hebben hangen van een arbeidslijst.
In het douchebadhuis zijn in de
afgeloopen week genomen 439 baden.
VfiBGADEBING van den Baad der
Gemeente Haarlem,
op Woensdag 19 April 1899,
des namiddags te 1 ure.
De volgende stukken en punten tullen
aan de orde worden gesteld:
1. Mededeelingen en ingek. stukken.
2. Voorstel B. en WW. goedkeuring
rekening en verantwoording Stads-
Apotheek over 1898.
3. Id. id. verzoeken ontheffing verplich
ting tot het hebben eener Burger
dagschool.
4. Id. id. vaststellen reglement Burger
avondschool.
5. Id. id. verleenen vergunning tot
hebben vaste brug in den weg langs
de Leidsche Vaart aan R. Veldhuijzen
van Zanten te Hillegom.
6. Id. id. verhuren grond Leidsche Vaart
„Haarl. Machinefabriek, voorheen
Gebrs. Figée."
7. Id. id. bebouwen voor tuin bestem
den grond bij perceel Ripperdapark
No. 10.
8 Id. id. benaming van straten en adres
H. J. Kuijken.
9. Id. id. heffing belasting openbare
vermakelijkheden.
10. Id. id. adres Binnenlandsche Exploi
tatie-Maatschappij van onroerende
goederen, vaststelling plan bebou
wing gronden tusschen Ostadestraat
en Kleverlaan.
11. Id. id. vaststelling plan bebouwing
gronden Schoterveenpolder.
12. Id. id. adres P. J. Vasen e. a. wij
ziging voorwaarden waterlevering.
13. Id. id. adres W. C. Schouten om
pensioen.
14. ld. id. adressen W. Bus en D. Spaar
garen, verlegging rails aan het
Spaarne.
15. Verslag opzichter gasverlichting over
Februari j.l.
Postkantoor Haarlem.
OPGAVE van de door dit kantoor verzonden
brieven en briefkaartenbestemd voor onbekende
personen, gedurende de tweede helft der maand
Maart 1899, welke stukken thans door de Afzenders
kunnen worden teruggevraagd.
Brieven.
Mevrouw Kroesou, Mej ten Caten, Mej H.
Broe,der, Houthuyens, allen Amsterdam Mej.
Herrie, C. A. de Wolff, Mej. G. v. 't Kruis, L.
Iteedijlt, Mej. Nienhnys, Mej. P. Schippers, Mej.
J. M. Wiggers, Wed. Bear, allen den Haag;
Wed Hoogenboa, Mej, M. Greeve, van Opstelten,
Mej. Wolmutschagen, Boeree, allen Haarlem;
F. Gen it,en, Helder; H Sipkes, RoermondMej.
de Valk, L. van 't Hof, L. Meinesz Wed. de Rid
der, allen Rotterdam; Mej. P de Rjjke, Utrecht
Schaap, Zaudvoort; Mos?
Briefkaarten.
Mej. M. Kosters, Amsterdam; G. Rijnderen,
Rotterdam; Dames M. Pasie? ,T. v. Saarloos
Mej. J. M. de Krefte? Mrj. C. v. d. Bosch?
Buitenland.
Bong en Co., Bonn; Karthaus, Brussel; Mej.
S. Lohr?
VEEMARKT 12 April 1899.
Aangevoerd: Prjjs:
1 Pink f 65.f
1 Vet Kalf ƒ60.—
249 N. Kalveren 16.d 8.
26 Schapen s 6.s 20.
Markt van 17 April 1899.
Boter. Aangev. 133 verk. 133 K. G.
L. pr. ƒ1.10 H. pr. 1.15 p. K. G.
Biggen. Aangev. 89 verk. 89 stuks.
L. pr. 5.H. pr. f 8.p. stuk.
Schrammen. Aangev. 48 verkocht
48 stuks.
L. pr. 10.H pr. 14.p. stuk
Aardappelen. Aangev. 49 H.L. ver
kocht 26 H.L.
L. pr. 2.H. pr. f 3.p. H. L.
Appelen. Aangev. 7 H. L. verkocht
5 H.L.
L. pr. f 8H. pr. 10.p. H. L
ORGELBESPELING.
in de Groote- of St. Bavokerk alhier, op
Donderdag 20 April 1899, des namiddags van
2—3 uur door den Heer W. KZJiRMAN.
PBOGBAMMA.
1. Preludium en FugaJ. S. Bach.
2. Adagio (3e Symphonie)Beethoven.
3. Sonate No. 2A. Guilmant.
a. Allegro moderato.
b. Larghetto
c Allegro vivace.
4. CommunionGigout.
5. Aria uit LobgesaugMendelssohn.