HAARLEMSCH
Eerste Blad.
No. 44.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Eenentwintigste Jaargang.
144
ZATERDAG
Ned. Vereen, tot bevordering
van Zondagsrust.
Doet Uwe inkoopen liefst niet
op Zondag. Waarom zoudt gij
geheel onnoodig de Zondagsrust
van anderen storen?
TELEPHOONNUMMKK
TELEPHONISCHE VERBINDING.
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden—,25.
franco p. post ,40.
Afzonderlijke noinmers 3 centen per stuk.
Prijs per Advertentie van 1—5 regel» 10.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag; en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Het Bestuur der Afdeeling.
KRONIEK.
De Raadsvergadering van Woensdag
had weer plaats onder voorzitting van
den Burgemeester.
De beraadslagingen vingen aan met
een punt buiten agenda.
Aanvraag was gedaan door Barendse
tot het bouwen van een woonhuis in
de Beeksteeg, doch 57 duim hooger dan
de verordening toestaat. Adressant wil
aan de gemeente afstaan een strook grond
voor de rooilijn. Na eenige discussie wordt
de vergunning verleend.
B. en W. vragen machtiging tot
het verpachten van stand plaatsen van
rijtuigen aan Stationsplein, Groote markt
en Dreef, te samen 14 rijtuigen. De
machtiging wordt verleend.
Mejuffrouw W. A. W. Deenik, Leerares
aan de Middelbare school voor Meisjes,
verzocht eervol ontslag uit hare betrek
king. De Raad verleende het eervol
ontslag met dankbetuiging voor aan de
gemeente bewezen diensten.
Goedgekeurd werd de rekening en ver
antwoording der bewaarschool in het
voormalige Barbara Gasthuis; het subsidie
uit de gemeente kas bedraagt ƒ570.107.
De tweede en derde suppletoire be
grooting van het St. Elisabeths Gasthuis,
bedragende 30287.16 en ƒ3328.75
werd door den Raad goedgekeurd.
Goedgekeurd werd de rekening van
inkomsten en uitgaven der goederen van
de voormalige corporatiën van neringen,
ambachten en bedrijven over 1898. Het
voordeelig saldo groot 1813.99% wordt
gestort in de gemeente kas.
Een staat van af- en overschrijving
deze betreffende werd mede goedgekeurd.
Ter goedkeuring werd aangeboden het
primitief kohier der plaatselijke directe
belasting. Het kohier wijst bij eene
bevolking van 64362 zielen 9562 aan
slagen met een beschreven inkomen van
ƒ14400300.zjjnde het het belastbaar
inkomen ƒ10090400.en het bedrag
van de aanslagen ƒ333214.20. Het be
drag der aanslagen van de forenzen is
ƒ1200.65.
De percentage is 3.3.
De op te brengen som is ruim zeven
en dertig duizend gulden hooger dan
in 1898, als wanneer de percentage 3.6
was. De Raad stelde het kohier vast.
In verband met uit te voeren werken
verzocht W. Blankenvoort Dz. te Bever
wijk om een gedeelte van den berm langs
deti Leidsche vaart nabij de Manpads-
brug in huur te mogen bekomen.
Voorgesteld wordt 250 M2te verhuren.
De Raad besloot den grond te verhuren.
Ant. Roozen te Bloemendaal verzocht
vergunning tot het hebben van een draai-
brugje over de Houtvaart. Onder de noo-
dige voorwaarden eu het betalen van j
3.recognitie aan de gemeente wordt
dit toegestaan. De Heer de Breuk stelt
voor ƒ1.te heffen, en als zoodanig
werd de vergunning verleend.
Omtrent het maken van een brug in
den weg langs de Leidschevaart tusschen
den Barten- en de Kalkovensbrug, waar
toe R. Veldhuijzen van Zanten te Hille-
gom vergunning had verzocht, was door
B. en W. opnieuw advies ingewonnen.
Voorgesteld werd de vergunning tot
wederopzeggens te verleenen onder ge
stelde voorwaarden en betaling van 10
recognitie per jaar aan de gemeente.
De Heer Roog wenscht dagelijksch
toezicht der gemeente en vraagt, waarom
dit niet in het ontwerp-besluit was
opgenomen. De Heer de Kanter licht
dat toe, doch de Heer Roog wenscht
dagelijks toezicht voor rekening van
den adressant. Met deze voorwaarde
vermeerderd wordt de brugbouw toege
staan.
Van L. Allard werd aangekocht een
gedeelte grond gelegen aan de Van
Marumstraat en het Zuider Buiten-
spaarne.
In de vorige vergadering hadden de
stemmen gestaakt over het voorstel van
B. en W. om machtiging tot wegruiming
van de schadelijkwater-bevattende
pompen in de gemeente. In deze ver
gadering moest dus de beslissing vallen.
De Heer de Breuk brengt in herinnering
den toestand van het water der pompen
als bij onderzoek gebleken slecht, on
drinkbaar. De opruiming zal niet plaats
hebben vóór er drinkfonteinen zjjn.
De Heer Macaré heeft,echter nog zijne
bezwaren, als bij brand en voor spoel
water. Wenscht de pompen op te ruimen
als vroeger, bij Raadsbesluit. De Heer
Van Styrum heeft nog het woord, wil
ook opruiming bij afzonderlek besluit.
Ook de Heer Loomeyer wil maar zoo
niet opruimen. Nog heelt de Heer de
Breuk het woord, en nog andere sprekers.
De Heer Roog dweept niet met de
pompen; zij kosten veel.
De stemming besliste tot opruiming.
De Commissie van toezicht op het
Stedelijk Museum heeft medegedeeld,
dat bjj de haar toevertrouwde kunst
schatten geen voldoende middelen aan
wezig zijn om een begin van brand te
blusschen. B. en W. achten het wen-
schelijk hierin te voorzien door het
aanbrengen van brandkranen, tevens op
het archief en de bibliotheek, en vragen
hiertoe 720 aan.
Natuurlijk stond de Raad deze som
tot dit doel gaarne toe.
De bloemist C. A. Kok heeft aan het
gemeentebestuur ingezonden een plan
tot bebouwing van zijne gronden in de
Leidsche straat.
Kok heeft deze gronden gekocht van
den Heer Prèvinaire in de veronder
stelling, dat hij er op kon bouwen en
hij was niet ingelicht omtrent het be
staan van een bouwplan door het ge
meentebestuur goedgekeurd, waarbij
de gronden door hem bepaald buiten
het laatstgenoemde bouwplan vallen. Zij
hebben dus voor hem veel minderwaarde.
Het onaangenaamste is voor Kok, dat
een gedeelte van dien grond weder door
hem aan een ander is verkocht. Om deze
redenen vraagt hij goedkeuring van
zijn bouwplan.
B. en W. zija echter van meening,
dat de gemeente, wil zij zorgen voor eene
behoorlijke geregelde uitbreiding, niet
kan terugkomen op eenmaal genomen
besluiten, te meer, daar Kok zich vóór den
koop had kunnen doen inlichten op het
stuk van straatplannen en stallen voor het
verzoek te wijzen van de hand.
De Raad besloot in dien zin.
Vastgesteld werd eene verandering
op de heffing en invordering van school
gelden.
Vastgesteld werd eene verordening op
de heffing en invordering van leges-
gelden, doch met eene wijziging.
De Heer Stolp wil de leges-gelden voor
opgaven uit het bevolkingsregister ver
lagen van 25 tot 10 cents en het abon
nement van 30.op 20.De Heer
Tjeenk Willink is daar óók voor. De
Heer de Haan Hugenholtz wil het eens
probeeren met 25 cents. De Heer de
Kanter wil 25 cents behouden zien. Het
amend. Stolp, 10 cents, wordt aangeno
men.
Wegens het eerlang in werking treden
van de elektrische tram zal de ruimte
voor de bloemmarkt aan het Spaarne
te gering worden.
Öm hierin te voorzien stellen B. en
W. voor tot het houden van de markt
voor bloemen enz. voortaan te bestemmen
de Gasihuisvest.
De Heer Stolp zou de bloemmarkt
aan het Spaarne willen behouden en
liever de tramlijn verleggen. De Heer
de Kanter verdedigt het voorstel van B.
en W., de Heer Hugenholtz wijst aan,
dat de ruimte werkelijk aan het Spaarne
te gering is. De Heer Willink zou willen
beproeven of de markt kon blijven door
de koopers te brengen tusschen den wal
en de uitstallingen. De Voorzitter be
spreekt de zaak nog. Voorstel B. en W.
in stemming wordt aangenomen.
In de vorige vergadering besloot de
Raad in beginsel tot eene heffing op de
publieke vermakelijkheden.
De meerderheid van B. en W. wil
heffen naar het aantal vaste zitplaatsen
en de oppervlakte van het lokaal, wat hier
op neerkomt, dat de ondernemers de belas-
ting betalen, welke zij echter natuurlijk
zullen weten te verhalen op het pnbliek.
De Heer Schürmann is van meening,
dat de belasting geheven moet worden
van het publiek en wel 5 percent van
de onzuivere opbrengst.
In deze was nog een uitgebreid stuk
ingekomen van den Heer J. H. Krelage,
Voorzitter der algemeene Vereeniging
voor Bloembollencultuur.
In het stelsel van B. en W. is wel
wat veel willekeur en het zou stellig
niet strekken om de belasting, nu zij
toch geheven moest worden, tot het
hoogst mogelijke cijfer op te voeren
daarvoor, en ook om billijkheids over
weging, zou het voorstel Schürmann
aanbeveling verdienen en dit te meer
omdat te Amsterdam de heffing en in
vordering op die wijze tot geen moeielijk
heden schijnt aanleiding te geven.
De Voorzitter geeft in overweging te
bepalen door stemming welk stelsel de
Raad wenscht te volgen.
De Heer Waller zet de beide stelsels
uiteen. Het Rotterdamsche stelsel (B.
en W.) munt volgens spreker uit door
mindere contröle-onkosten, terwijl tevens
de belasting gering zou zijn. Eerst zou
men het tegen den abonnementsprijs
kunnen beproeven, later zou men kunnen
verhoogen.
Het Amst. stelsel (Schürmann) be
sprekende, wordt erop gewezen, dat
volgens het Rotterd. stelsel evengoed
het publiek zal betalen.
Het is te doen om de gemeentekas,
met de vraag wie de belasting betaalt is
het onverschilligde eenvoudigste manier
is de beste.
De Heer van der Mersch gaat na,
dat de beide stelsels veel gemeen hebben.
De onbillijkheid ligt hierin, dat stelsel
B. en W. heft, óók al is er weinig
publiek bij eene voorstelling.
De Heer Schürmann verdedigt zijn
voorstel. Hij komt tot de conclusie, dat
zijn stelsel het beste is; de belasting
wordt gemakkelijk geïnd, met weinig
controle.
De Heer Stolp vraagt eenige inlich
tingen, welke de Heer Waller verstrekt.
Verder is het abonnement zóó laag ge
steld, dat zelfs bij een leege zaal zij
van betrekkelijk weinig invloed is.
De Heer Sneltjes wjjst er op, dat
wil men voorstel Schürmann, dan alles
moest belast worden en dan wordt de
contróle eeu tak van dienst.
Den Heer SchürmaDn toont aan, dat
volgens, zijn voorstel allen betalen, die
tegen entrée van eene publieke ver
makelijkheid gebruik maken.
De Heer Van Weel heeft nog het
woord, evenzoo de Heeren Waller, Wil
link en Bijvoet. De laatste Spreker
vindt het verstandig om beide stelsels
te verwerpen.
De Voorzitter gelooft niet, dat de
heffing in haar geheel in het belang
der gemeente is.
Voorstel B. en W. komt in stemming
en valt met algemeene stemmen op
een na.
Nu komt in behandeling voorstel
Schürmann. De Heer Van der Mersch
wenscht in art. 1 bepaald, te zien, dat
niet als publieke vermakelijkheden wor
den beschouwd alle bijeenkomsten die
een uitsluitend godsdienstig of weten
schappelijk karakter dragen en waar
geen muziek gemaakt wordt en ten
toonstellingen die een wetenschappelijk
karakter dragen en niet opgeluisterd
worden door muziek. Deze laatste be
paling eischt nadere omschrijving en
spreker zou in verband hiermede de
verordening in handen willen stellen
van eene commissie.
De Heer J. N. Kruseman wenscht in
die alinea dat woord wetenschappelijke
bij tentoonstellingen te doen vervallen.
De Heer Bijvoet meent, dat het niet
in het belang der gemeente zou zjjn
het artikel alzoo aan te nemen.
De Heer Van Weel heeft nog het
woord.
Art. 1 (Schürmann) komt in stem
ming en wordt aangenomen met 14
tegen 10 stemmen.
De Heer van der Mersch wenscht
nog eenige bepalingen en wijst er, op eene
opmerking van den voorzitter op, dat
hij had gemeend de amendementen te
doen drukken. De voorsteller is daar
niet voor. De voorzitter stelt nu voor
uit te stellen. De Raad besluit voort te
gaan. Nu doet de Heer van der Mersch
het voorstel geballatteerde weg te
laten. Het wordt aangenomen. Hierdoor