I
I
De vrouw van
Perkins.
Mr.
Uit het Engelsch.
2)
Liefde zoekt vergeefs naar teeder-
heid en mededoogen in de uiterste
armoede, evenals men vergeefs ont
luikend leven zoekt in barren winter
tijd.
Hun huwelijk was er een uit liefde
geweest, en het was de herinnering
daaraan, die hen nog wat moed gaf.
Er waren nog nauwelijks vijfhonderd
dollars over van 't geld dat hij in
goede dagen had overgespaard. Dit
verdeelden zij gelijkelijk; en toen hij
zijn arm om haar heengeslagen had
en haar op de oogen gekust, en op
den mond, met een gefluisterd „Vaar
wel Mary", glimlachte ze hem toe,
knipte met haar mooie oogen en
slikte een naam in, dien zij vreesde dat
een snik zou worden, en lachte weer.
Hij had genoeg te dragen zonder
den last van haar smartdie zou zij
voor zich zelf houden.
Maar later, knielend vlak voor de
deur, haar gelaat aan baby's borst
verborgen, en Mabel's armpjes om
haar hals, had zij gebeden getracht
het te doen. Manr zij kon niets uit
brengen dan „O God, hoe kondt gij
zoo wreed zijn, zoo wreed, God
Is ons groote land alreeds te klein
om zijn volk te voeden, dat het moet
uitgeworpen worden, uit den kring van
II
van winkels, waar zij mogelijk werk
zou vinden. En ze liep ze alle af,
winkel na winkel, en zag ellendige
wrakken van wat eens mannen en
vrouwen waren geweest, die iedereen
ziet en waar niemand om geeft, en
kinderen, in elkaar gedoken, half
verhongerd, tot het uiterste der
ellende gedreven, die allemaal auto
matisch zwoegden, ongezond, gehoor
zaam de bevelen volgend van een
Pharao, die verkwistender was met
mooie beloften en terugslootingen
daarna, dan Israel ooit had gekend.
Ja, hier was werk voor haar. De
patroons gaven twintig cent voor et
maken van een dozijn hemdenzij
hadden werkelijk al hulp genoeg,
maar als zij 't voor achttien cent wilde
doen
Op weg naar huis rekende zij uit
hoeveel ze zou kunnen verdienen
door van zonsopgang tot middernacht
te werken.
Maar ten laatste scheurden de
wolken, als door een bliksemstraal,
vlug en gouden. Zij hoorde van hem
hij kwam rijk thuis; „O, Mary! Ik
zou je niet durven schrijven hoe rijk,
uit vrees, dat je er van dood zoudt
schrikken." Hy betreurde het dat
hij haar er onmogelijk iets van kon
overzenden in zijn brief. Maar binnen
enkele dagen zou de Bonita aankomen.
Den volgenden dag kwam het
bericht dat de Bonita vergaan was,
vergaan met alles wat zich er op
bevond.
III
wie het dierbaar zijn, in het meest
barre, ongastvrije stukje aarde, om
daar ziek en half krankzinnig te
zoeken naar een paar grein goud, die
't afschuwelijke gouden kalf weer des
te meer zullen doen zwellen P O, God,
en hij kon hebben gewerkt, en dan
zouden we zoo gelukkig geweest zijn,
als de menschen die veinzen u te
aanbidden hem maar de hand gegeven
hadden!"
Juist voor hij uitzeilde schreef hij
nog een brief. In een opgewekten
toon zelfs, alsof hij de zaak ten laatste
als een zomersch uitstapje wilde
beschouwd hebben. „Wij zijn een
bont volkje hier" schreef hij, „je
moest eens zien hoe sommigen af
scheid nemen van hun vrouwen en
meisjes! Je zoudt denken dat wij naar
het eind van de wereld gingen,
misschien wel om nooit terug te komen.
Mary, mijn liefste, dan konden wij
hen een lesje geven. Wat was je
dapper," zenuwschokkend, schier
blind van tranen las ze verder.
„Negentig procent van ons gezelschap
zijn doodarm, zonder een penning.
AlleD vertrekken omdat zij geen werk
konden vinden; en toch moest in dit
vruchtbare land, in dit Californië
alleen waar zooveel grond braak ligt
werk genoeg zijn voor bijna degeheele
Yereenigde Staten. God zegen je
Mary 1 Kussen voor jou en de kin
deren en vaarwel
Een jaar ging voorbijeen jaar,
waarin twee honderd en vijftig dollar
tusschen een vrouw met twee kinde
ren en hongerdood stond.
Van haar man hoorde zij niets.
Voor het geld half verteerd was,
ging zij werk zoekende schaduw,
het spooksel van wat komen zou
beangstigde haar reeds. Haar man
had altijd gezegd dat vrouwen werk
konden vinden waar het voor mannen
niet ging. Maar, haar pogingen om
werk te krijgen hadden al geen betere
resultaten dan de zijne gehad hadden.
Er was geen hulp meer noodig in
de groote magazijnen, en als er zich
dan nog iets voordeed, dan wist zij
niet, hoe zij met het loon zou rond
komen. Op groote ateliers zaten veel
meisjes netjes gekleed en sommigen
schenen vroolijk te zijn. Daar keek waa zou ik misschien een betrekking
zij naar uit en men gaf haar adressen voor u hebben."
»Hebt u nog geen betrekking voor
me, mijnheer?"
De klerk keek op. „Ah! Mrs.
Adams."
„Ja. Nu heeft u toch zeker al wel iets
voor mij gevonden."
Omdat hij allang gewoon was aan
deze vraag, in dezelfde woorden, op
dezelfde manier, met het akcent van
uitersten nood, was er niets in om
zijn sympathie bijzonder op te wekken.
De wereld was nu eenmaal zoo in
gericht dat de massa het recht op
leven werd toegestaan naar gelang
van de min of meer grillige vraag
der weinigen, en verhuurkantoren
hadden niets te maken met de oorza
ken en gevolgen der wet van vraag
en aanbod.
„Neen, nog niet" zei hij.
De vrouw keek hem hopeloos aan
en een dóodelijk wit kwam over haar
gelaat. Hij dacht dat ze flauw zou
vallen. Maar, gelukkig kwam haar
een andere vrouw te hulp, een oo-
genblik trilden hare lippen, toen
barstte zij los in onbedaarlijk weenen.
Ook dit was niets ongewoons, toch
kon de klerk daar niet goed tegen,
vooral als de zoekende jong was en
lief, en bovenal, hulp waardig. Hij
sloot het venster, legde zijn hand
op haar schouder en stond een oogen-
blik sprakeloos naast haar.
„Ik kan u niet zeggen hoe het mij
spijt" begon hij ten laatste «maar
kom binnen en ga even zitten," zei
hij met zachten dwang. tAls u nog
maar een poosje kondt wachten."
„Wachten wachten" snikte ze.
„Ja, dat zou ik kunnen, als we niet
behoefden te eten en als we vuur
haddenO, u weet niet, wat het is,
niemand weet het, en geeft er ook
niet om, die het niet gevoeld heeft."
Weer weende zij lang, totdat de
tranen haar wat verlichting hadden
geschonken
De klerk sprak weer maar zijn
woorden klonken als uit de verte.
„Als het niet om de kinderen was
zei hij, „als het niet om de kinderen
„Waarom heeft u me dat dan niet
gezegd Maar nu is 't misschien ook
nog niet te laat. Die kinderen kan
ik wel kwijt raken Hier, verbrand
dat ding" woest de krip van haar
hoed trekkend „ik heb geen kin
deren, neen, ik ben zelfs nooit ge
trouwd geweestZij wierp het krip
onder den toonbank. „Mijnheer Pee
bles, waar is die betrekking?"
Ontsteld staarde hij haar aan. Wat,
wilde zij haar kinderen verlaten?
Ze las die vraag in zijn oogen
„Neen, neen! Ik zal ze in 't arm
huis doen Later kan ik alles ophel
deren. Vlug geef mij het adres."
Zij kreeg het. „Bowman, Crinkles
Co. No. 90 Main Street" en rende
weg, door den klerk na gezucht.
„Als ik maar geld had, of een betere
positie." Hij was een man van fijn
gevoel en poëtische aspiratiën En
dus was hij arm en gevoelde dat hij
't wel altijd zou blijven.
Mary vond mijnheer Perkins in zijn
ptivaat kantoor. Op haar wegmoest
zij door een winkel waar tal van
meisjes hoeden opmaakten, en met
dien vurigen wensch naar werk, die
tot nog toe niet vervuld was, vroeg
ze zich zelf af, „waarom zou ik het ook
niet kunnen doen?"
„Een dame, om u te spreken,
mijnheer Perkins," -zei de klerk, die
haar binnen bracht bij een kleinen man
aan een lessenaar.
Perkins draaide zich op zijn stoel
om, „u komt zeker van een der
verhuurkantoren. Uw naam?
„Adams, mijnheer".
Hij keek haar scherp aan. „En uw
voornaam?"
„Florence" gaf Mary ten antwoord,
haar meisjesnaam noemend. „Mijnheer
Peebles zal u dien zeker wel genoemd
hebben.
„Zoo, Florence Adams. U is nooit
getrouwd geweest en hebt geen kin
deren
„Neen, mijnheer" zei Mary brutaal.
Wat is waarheid in het woordenboek
van een verhongerde anders dan een
leugen, die de strop van 't vooroor
deel nauwer toehaalt en waarbij de
strijdt des te eerder geëindigd is. „Ik
ben nooit getrouwd geweest en heb
geen kinderen."
Haar waDgen bloosden en zij sloeg
haar oogen neer toen ze 't zei. Na
verdere ondervraging, waarbij hij
ervaarde, dat Mary een goede school
had gehad en zeer beschaafd was,
besloot hij haar te nemen.
„Uw werk zal gemakkelijk zijn"
zei hij. „Mevrouw Perkins maakt het
niemend lastig, en maakt nooit stand
jes. U zult haar een beetje moeten
voorlezen, om haar bezig te houden.
Ik denk niet dat we veel uitgaan,
van den winter. Uwe bezigheden zijn
eenvoudig deze: in de eerste plaats
moet u zorgen dat zij behoorlijk en
naar de mode gekleed is, en vooral heen.
zooals de tijd van den dag meebrengt,
voegde hij er met nadruk aan toe.
Als ik thuiskom om te dineeren,
wensch ik niet dat Mevrouw Perkins
in een ochtendjapon zit. Begrepen?
Daar is nooit een excuus voor te
vinden en ik zal er u aansprakelijk
voor stellen, dat op dit punt Mevrouw
Perkins, toilet altijd in orde is."
»Ja mijheer" gaf Mary vriendelijk
ten antwoord, maar kon toch niet
begrijpen dat Mevrouw Perkins zelf
zich niet kon doen gelden in deze
zaak.
„Nog iets" zei hij, heel voorzich
tig, „u moet nooit haar gezicht was-
schen. Tegenwoordig wasschen de
dames van stand en smaak haar
gezicht niet meer. Water bederft het,
weet u. U moet een zachte doek
nemen of een kemelsharen borstel en
het stof afvegen, maar heel voorzich
tig, heel voorzichtig."
„Heel goed" zei Mary, met zoo iets
als een glimlach de eerste na lange
dagen bij deze vluchtige blikken
in een onbekende wereld.
„Ik zal haar gezicht niet wasschen."
„En nu over muziek. Speelt u pi
ano, juffrouw Adams?"
„Vroeger wel" zei ze treurig, „maar
mijn piano werd verkocht en nu ben
ik er wel een beetje uit."
„O, dat hindert niet" haastte hij
zich haar te verzekeren. „Ik zal voor
Mevrouw Perkins een van die piano's
koopen, die met electriciteit gaat.
Die hebt u natuurlijk wel eens gezien
de muziek is in een rol geprikt, die
heeft u er slechts in te plaatsen even
een knopje om te draaien en de rest
gaat vanzelf. Denkt u, dat u dat me
vrouw Perkins zoudt kunnen leeren
Mary stond verwonderd, zou me
vrouw Perkins zóó hulpbehoevend zijn,
dat zij zelfs het knopje niet kon om
draaien Maar zij was een dame van
de wereld die misschien nooit tijd ge
had had iets nuttigs te leeren. Het
wekte haar medelijden op. Welzeker
mijnheer, dat zal ik haar wel kunnen
leeren."
J, als u dat kon, juffrouw Adams-
Florence juffrouw Florence. Mag ik
u juffrouw Florence noemen, dat
klinkt gezelliger, huiselijker ziet u,
meer alsof u van de familie zijt. Als
u inderdaad mevrouw Perkins zoo
iets zoudt kunnen leeren, juffrouw
Florence, dan verklaar ik u, dat u
mij de gelukkigste man op de wereld
zoudt maken."
Perkin's gelaat straalde toen hij
het zei, hij was vol droomen en schep
pingen, mooie prachtige, waarvan hij
tot nogtoe niet had gehoord en die
hij nooit had gehoopt. Want als juf
frouw Florence haar dat kon leeren,
wat zou zij dan schitteren in de con
versatie.
„U bedoelt dat ik haar leer de rol
in de piano te steken en het knopje
om te draaien?
„Ja, ja," giggelde hij „als u haar
kunt leeren, dat te doen. Ik moet u
zeggen dat mevrouw Perkins pas kort
geleden bij mij bezorgd is."
„Bij u bezorgd mijnheer?
»Ja, in mijn huis; maar 't was
niet heelemaal mijn schuld, over een
poosje zult ge alles begrijpen. En ik
behoef u niet te zeggen, juffrouw
Adams, dat ik mezelf nog al als een
goed kenner van vrouwen beschouw
maar niettegenstaande dat, moet ik
bekennen, dat ik op't oogenblik niet
weet, wat mevrouw Perkin's eigen
schappen en bekwaamheden eigenlijk
zijn. Geen man kan op 't eerste ge
zicht dat raadsel oplossen.
Maar u wilt mij inderdaad helpen,
ze voor den dag te brengen nietwaar?
Uw salaris zal bedragen tien dollars
per week en uwe opname hier in huis.
Niets begrijpend van deze mystifica
tie haastte Mary zich toe te stemmen,
kreeg het adres van zijn huis en ging
IV
Maanden gingen voorbijMary had
een geschikt huis voor haar kinderen
gevonden, niet te ver weg waar zij
ze iederen dag kon gaan bezoeken,
en ineer en meer kwam zij onder de
betoovering en werd tevens verlegen
met haar dubbele post van gouver
nante en kamenier bij de schoone me
vrouw Perkins. Want mooi was de
dame, als uit droomenland, zoo'n ge
laat had Mary nog nooit gezien en
voor geen geld van de wereld zou zij
't met water bedorven hebben; neen
zij durfde mevrouw zelfs niet aan
raken als er maar een paar drup
pels water om haar vingers waren.
En dan, wat een figuur had haar
meesteres I
Wordt vervolgd).
Gedrukt by DE ERVEN LOOSJES, te Haarlem.