In cn om Haarlem's Collegium Medico- Pharmaceuticum. FRAGMENT DOOR M. G. W. 6) veteribus omnio incognito, nostra de- mumaetate invento sibeneadhibeatur, novum fortasse physiologis lumen et salutare medicis remedium aliquando allaturo." De nieuwe professor was belast met het onderwijs in de ontleed kunde, in de algemeene ziektekunde en in de heelkunde. In 1853 werd hem uit hoofde van zijn zeventigjaren leeftijd het welver diende emeritaat verleend, nadat hij dus bijna 38 jaar het Hoogleeraars- ambt had bekleed. Zijn levensbeschrijver en collega dr. G. J. Loncq C Jzn. schetst hem als een voorbeeld in de nauwgezette uitoefening van zijn plichten, als een eenvoudig en helder docent. Han dig operateur door vastberadenheid onverstoorbare kalmte en zachtheid en een bijzondere zorg voor kleinig heden die op den goeden uitslag van een operatie dikwijls een grooten in vloed kunnen hebben, was hij v6or zijn leerlingen een schitterend voor beeld en leerde hen door de praktijk wat wetenschap gepaard gaande aan humaniteit bij de lijdende mensch- heid vermag. Het onder zijn leiding te Utrecht samengestelde pathologisch kabinet, een geduchtig hulpmiddel bij het onderwijs, welke verzameling nuttige en kostbare chirurgische instrumen ten door hem grootendeels aan de Hoogeschool weid geschonken, zal zijn naam blijven vereeuwigen. Wat hij als mcnsch en geneesheer presteerde is genoegzaam geboekt in de harten der menschen die hem ken den en in de annalen der geschiede nis, die hier niet behoeven te worden vermeld. Suerman stierf den 10 November 1862 betreurd door zijn vrienden, door weduwen, weezen, armen en minver mogenden, die in hem een groo ten zoowel zedelijken als geldelijken steun verloren. Of zjjn verdiensten algemeen erkend zijn blijft eene vraag. In 1840 werd Suerman benoemd tot ridder in den Nederlandschen Leeew, in 1869 tot Kommandeur in de orde van de Eike- kroon. Zijn ware verdienste werd toen evenwel niet door de Regeering erkend, maar zooals zijn biograaf terecht zegt, de man had er geen behoefte aan alles wat hij lief had, moest hij vroegtijdig verliezen. Reeds den 10 Febr. 1840 ontviel hem zijn zoon en collega (welk een voldoening!) Alexandre Charles Guillaume Suer man op 31 jarigen leeftijd hoogleeraar aan de Utrechtsche Hoogeschool, ter wijl zijne andere twee kinderen even eens op bijna volwassen leeftijd aan typheuse koortsen overleden en zijne echtgenoote in 1845 bij hare kinderen werd bijgezet. 2) Hoe aangrijpend schetste Prof. B. ter Haar in zijn lijkrede bij Suermans graf den gemoedstoestand van dezen waardigen Haarlemmer bij den dood van zijn zoon. „Voor twee en twintig jaren (zoo „sprak hij) was even als nu, te midden „van deze woningen des doods, met „rouw en weedom in het harte, eene Over ket dierlijk magnetisme, en den weldadigen invloed, die het zelve op de physiologie en op de pr&ctiscke geneeskunst zal ui'oefenen Zijn kinderen waren 1. Herman Florestan Franpois, geb. 1808 2. Bernardine Franyoise Agnes, geb. 1810. 3. Alexandre Charles Guillaume, geb. 18G9. „even talrijke schare vereenigd. Het „overschot van Suermans veel gelief- „den, zoo veel belovenden zoon stond „in dien zelfden grafkelder, die zich „nu voorgoed gaat sluiten, te worden „nedergelaten. Hier bij datzelfde graf „stond de zwaarbeproefde vader, maar „zich sterkende in zijnen God, zich „vasthoudende, als zag hij den On zienlijke! Hier is mijne plaats, zóó „sprak de zielsbedroefde met eene be wonderenswaardige zelfbeheersching „terwijl hij zich in dien grafkelder a boog en met zijn vinger wees op de „plek, waar nu zijn stof gaat rusten. „Maar neen! zeggen wij daar „vermolme vrij uw gebeente, met „ander dierbaar stof vereenigd, en „van nu af als in ééne urn vergaard. Hier is uw plaats hier in ons hart „en het hart zoo veler beweldadigden, „die u vereeren en liefhadden, dat u „nooit vergeet, zoolang hun de oogen „openstaan „Thans moogt ge rusten in vrede „Uw dag was lang en schoon! Uw „werk is afgedaan! Uw nacht is „gekomen, neen niet de nacht, maar „de eeuwig lichtende morgen, waarop „geen nacht meer volgen zalThans „moogt ge rusten in vrede! En „wij, wij houden uwe nagedachtenis „in zegeningwij wenschen uwe „voetstappen te drukken; wij wen- „schen, bezield met uwen geest en „door uw voorbeeld aangevuurd, ook „voor anderen ten zegen te zijn Zijne niet talrijke geschriften dienen genoemd te worden. Raadgevingen aan mijne medebur gers bij het naderen der Cholera. Utrecht, Johannes Altheer 1832. De Geneeskundige Wetsontwerpen, door de Regeering aangeboden aan de Staten-Generaal beschouwd door B. F. Suerman, Oud-Hoogleeraar te Utrecht. Utrecht, C. van der Post Jr. 1857. Zeer geroemd wordt o.a. ook zijne oratio„de assimi fortitudine, virtute medicis propria, maxime illa in epi- demiis conspicua", in 1826 gehouden ter gelegenheid van het nederleggen van het Rectoraat. Prof. Suerman, al heeft hij zijne geboorteplaats niet met zijn talenten kunnen steunen, dient door Haarlem als een zijner beste zonen te worden in eere gehouden. Evenwel komt zijn beeltenis niet voor in de Verzameling Portretten j van Haarlemmers, waarin n, b. St. Bavo wèl pareert! Wie zou een portret van den prof. willen en kunnen afstaan voor de Collectie? We zagen hoe in 1695 doorH.H. Burgemeesteren de scherprechter werd vrijgesproken van de aanklacht dat hij onbevoegd de geneeskunst had uitgeoefend, alleen omdat hij „wel geprocedeert had over den patient." Een andermaal werd do keur met gestrengheid gehandhaafd. Zoo compareerde voor het Collegi um M.-P. den 23 April 1697 een zekere Teunis Cornelisz. met zijn zoon Jan Theunisz., dr. Bakeroo aankla gende dat deze f 75 had geëischt omdat hij aangenomen had, Jan Theunisz., van den steen in de blaas te genezen en af te drijven, 't geen volgens dien doctor, (mede geciteerd) dan ook geschied was. Evenwel vertoonen de aanklagers eene attestatie van een operateur en chirurgijn te Amsterdam, welke verklaren, dat hem nii sondeering is gebleken, zich een steen in de blaas bevindt. Toesp-aak bij het graf van den Hoog leeraar B. F. Suerman, 17 Februari 1862. Kemink en Zoon, Utrecht. 8°. 11 bladz. Zp verzoeken daarom vrijstelling van betaling dier vordering te mogen verkrijgen't geen geschiedt, terwijl verder wordt bepaald, dat zij niets behoeven te betalen vóórdat een be hoorlijke rekening ingediend, en nader geëxamineerd zal zijn. Doch de aanklagers hebben nog meer; zij verklaren dat zij by den zelfden doctor medicamenten uit zyn huis hebben verkregen, waarop Doc tor Bakeroo veroordeeld wordt tot betaling van 20 ducatons binnen één maand. Zoo'n enkel maal werd den gilden knecht aangezegd dat hy déar moest rondkijken, waar zonder premissie het bedrijf van barbier werd uitgeoefend talrijke beboetingen waren dan 't ge volg zoo o. a. op 15 Dec. 1697 toen Victor Slotenmaeker, Jacques Jaco bus Bellaert, Fonteyn, Walraven direkse, Jaques Pretiaux, Gerrit Bit ter, David van Gogh alle overtuygt van baertscheere" met 6 gulden wer den beboet. Het verloop van het examen van een apotheker in dien tijd geeft ons vrij volledig het dagboek van het Col legium op 17 Februari 1698. Extra comparitie 17 Februari. „Compareerde Gerard Boelema syn proef als apothecar versoeckde te doen, wordt het toegestaanhy vertoonde daerop syn burger bewijs; en testi monium als kneght betaelt, volgens 3de artieul der Keure en ordonnan tie vant Colleg. med. 10 gl.leest en verstaat de selve Keure de Heer Vlackveldt renuncieert van de leges die syn Ed. als stadts doctor soude moge komen, en deed den candi- daet uyt het latynsche dispensa- torium de prefatie ad lextorura int nederduyts vertaele, men de an dere heere elck eene, int besondere preparatie achtervolgens het 4d<= arti eul der eerst gemelde Keure; ook schreev de heere doctore eenige or donnantie voor om syn bequaemheyt in de tael etc. te beproeve, eyder der examineerde lede ondervraegde hem alles ter loops over de simple en gecomponeerde medicamente, alles tot genoege." den 19 Febry. werdt den candi- daet ten huyse van frater de Koocker dewijl tcollege tot noch toe geen bequaeme plaats daartoe hadt volgens het VII artieul in allerhande simpli cia ondersoght door de hr. doctoren vant colleg. medic, en door de heer Vlackveld benevens de twe pharmaco- pei uytgenome in de groene kruyde waer in hy volgens dispensatie der Ed. Gr. Agtb. H. borgemeesteren van date.. Febr. 1698 ontslagen is tot iDt somer saysoen als wanneer hij gehouden sal wesen syn laetste exa men daerin te volbrengen. Hierna wert hem ter handt gestelt een lyst van 7 composition die hij over eenige dage soude hebbe te vertoone, hebbende vant begin vant examen ten profeyte van 't gilt betaalt f 25, en 15 voor leges welcke laetste somme hy telckens in 't begin der volgende sessien mede aen den ousten assessor der pharmacopei be taalt heeft alles volgens het 17 artieul. 29 dito, wenscht dé candidaat (om redenen den 14 dezer gemelt) ten huyse van frater Eytsma ten overstaen van de twee pharmacopei en dander Heere, die af en aen ginge, de emp diachil guinin, en de diaschordi aP tot genoege, heetende de verdere composition te dirigeeren. den 25 dito stoockt den candidaet tenselven huyse de ol. Succin, subli meert 2 maele de mercur dulc. en dis- solveert de balsime sulphur anisat. den 26 dito stoockt en maekt de candidatus ten selven huyse de scrip carminans, sal vocat, bals. sulphur anisat, ende mercur dulc., alles tot genoegen. den 28 dito vertoont de candidatus op de kamer een proeve der gemaek- te composition welcke eenparigh (dr. van Daele absent wetende) voor goed gekeurt wierdeweyders wert hem voorgehoude syn laatste examen in de groene kruyde te sullen moeten doen, 't geen hy so evenwel belooft. Het VIII artieul werd hem door een decanus voorgelesen en daer over een breede uytlegh en aenspraek daer over gedaen, de plight der oude en- de nieuwe pharmacopei aengewesen en uytgebreydt waer na hij den de canus by handttastingh (welcke hem candidaat geseght wert voor eede te verstereke) belooft sigh deese Keure geheel en al te sullen onderwerpen 't college wenscht hem daerop alle heyl en segen, neemt hem voor broe der aen en gelast hem sich alzoo te decken. Hy betaelt daarop volgens 't Artikul 125' guld. ten behoeve van 't gilde ende leges als vooren. Edogh syn diploma sullende getekent werden, soo sustineerd de dr Vlack veld (met beleeftheyt) daermede toe gerechtight ofte dat syn E. by on- stentenisse van dien geen vroetvrou- we van buyten de vrijdom dezer stadt int colleg. medic, in examen sou de kunnen brengen, dit wert eghter eenstemmigh verworpen. Syn Ed. sloegh daerna voor om tekenen met de bijvoegingh als examinator, 't geen mede. geen ingang nammaer na deliberatie vondt men eenparigh goet Sijn Ed. te versoecken voor dese mael om alle gevolgen te ver- meyden mede te willen teekenen 't versoeck geschiede wierdt goet gekeurt van syn Ed. welcke afsonderlijck en beneden de Hr. Doctoren van colleg. tekende. Welcke laaste met de twee pharmacopei 't gezelschap op een glaesje wijn op de klijne kamer ver- soghten. Tot slot van dit fragment een lijstje der Opper Commissarissen van het Collegium Medicum, begonnen 1692: 1692 Dr. W'illem van Nieuwenhuy- zenobiit 1694. 1693 Mr. Arnout Druijve- steijn1698. 1696 Mr. Diederik Dickx 1719. 1696 Mr. Joan Sylvius 1711. 1711 Jacobus van der Sprang„1715. 1715 Mr. Arent de Raat 1730. 1720 Mr. Wynand van der Maas d'Avenrode 1729. 1729 Mr. Cornelia Sylvius 1738. 1730 Adriaan Steyn 1734. 1735 Mr. Gilles de Glarges 1743. 1738 Gerard Boelema. 1739. 1739 Mr. Cornelia Asca- 1744. nius van Sypesteyn 1744. 1743 Simon Garbyn van Stryengedesisteerd. 1744. Pieter van der Ca- merobiit 1751. 1748 Mr. Justus Witte 1768. 1752 Mr. Carel van Dijk 1780. 1768 Mr.MattheusWillem van Valkenburg. 1784. 1780 Mr. Franyois Benja min Fagel1784. 1784 Mr. Jan Frederik Parvé1787. 1784 Mr. Christoffel Jan van Dam 1787 Adolf Jan Heshuysen, gedesi steerd 3 Mei 1795. EINDE. Gedrukt bjj DE ERVEN LOOSJES, te Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1899 | | pagina 6