HAARLEMSCH Eerste Blad. No. 88 Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Eenentwintigste Jaargang. 144 v&n ZATERDAG 4 November Ned. Vereen, tot bevordering van Zondagsrust. Doet Uwe inkoopen liefst niet op Zondag. Waarom zoudt gij geheel onnoodig de Zondagsrust van anderen storen? Nieuwsberichten. TELEPHOONNUMMÏ* T1LEPHONXSCHE VERBINDING met AMSTERDAM. ABONNEMENTSPRIJS Per drie maanden—,25. franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk. Frfjs per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. VERSCHIJNT: Dinsdag- en Vrijdagavond. Advertmtiën worden aangenomen iot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Het Bestuur der Afdeeiing. Tweede Kamer. Het am. Kuiper, dat het partikulier initiatiatief niet doodt, en toch de belangen van den werkman verzekert juichte de heer Troelstra toe. De Min. van Waterstaat enz., liet natuurlijk het juridiek gedeelte aan zjjn ambtgenoot van Justitie over. Hjj was dankbaar voor den steun, dien het ontwerp gevonden had, en hij hoopte, dat gemeen overleg de zaak tot een goed einde zou brengen. Te betreuren zou het zijn, wanneer deze zoo nuttige regeling schipbreuk leed op ondergeschikte onderdeelen. De zou de tot standkoming dezer wet niet Reg in de waagschaal te stellen, door b,v. perse amendementen onaannemelijk zou verklaren. Men moest niet vergeten, dat de Reg. haar eigen werk niet ver dedigt, maar het voorrecht heeft een ont werp van het vorig kabinet te verdedigen De Min. konstateerde dat een a-ibeids- verzekering in haar geheel, geen kans zou hebben tot stand te komen. De onge vallen verzekering verkreeg de priori teit, omdat voor ouderdoms verzekering eene Staatscommissie was ingesteld wier arbeid moest worden afgewacht. Wat ziekte-verzekering betreft, de Min. zette de redenen uiteen, die de kombinatie van ziekte- en ongevallen-verzekering onraadzaam maken. Ook de practijk in andere landen deed zien, dat ongevallen verzekering kan voorafgaan. Maar de voornaamste reden voor deze Reg. voor afzonderlijke regeling was dat zij bij haar optreden een ontwerp tot ongeval lenverzekering gereed vond, welke bo vendien een anderen rechts grond heeft dan ziekte-verzekering, en meer dan de laatste ingang gevonden heeft. Verder betoogde de Min., dat de toestanden hier te lande verzekering tegen onge vallen gemaakt hebben tot eene hoefte. Hulde bracht hij echter aan de vele industrieelen, die ongedwongen op hun initiatief hun werklieden verzekerden tegen ongevallen. Velen zijn er die wel willen maar niet kunnen, tegenover hun koncurrenten. Dit nu zal vergemakke lijkt. worden wanneer aan allen gelijke verplichtingen worden opgelegd. Elke week toch eischt onze nijverheid een 100 tal ongevallen, waarvan 5 met doodelijken afloop of blijvende ongeschikt heid. Daarom is verzekering noodig. Hoe die in te richten Allereerst met de in achtneming der belangen èn van werkgevers en van werklieden zonder aan eerstgenoemden te zware lasten op te leggen. Nu reeds verklaarde de Min. zich tegen het groot am. Kuyper. Tegen stemming in het debat gemaakte aan- meakingeu kwam de Min. op en behan delde nog enkele punten, het mono polie der Rijksverzekering bank, de centralizatie, fakultatieve bedrijfsver- eeniging en zelfverzekering. Zelfverze kering zou niet opgaan. Er moet, om alle belangen te behartigen, een onpar tijdig rechter zijn; doch op dit punt ware nog wijziging mogelijk. Wat betreft de schadeloosstellingen deze zijn steeds transaktieên; 70 pet. van 't loon, zelfs levenslang uitgekeerd, achtte de Min. niet te laag; nergens wordt meer gegeven, en 't is meer dan eenig Staatspensioen bedraagt. Donderdag was de Min. van Justitie aan 't woord. Hij stelde voorop, dat tot dusver de arbeider hulpeloos staat tegen over ongevallen, en dat het rechts be wustzijn der natie aandringt op voor ziening in die leemte, getuige de erken ning er van door alle politieke partijen. De voorziening geschiedt niet krachtens de sociaal democratische beginselen, al wordt den aanhanger daardoor een wapen tot kweeking van verbittering ontnomen. De Min. betoogde uitvoerig de noodzakelijkheid om ongevallenverzeke ring te grondvesten op het publiek recht, teneinde verleening van hulp aan ge brekkige arbeiders niet afhankelijk te maken van een burgerlijk proces, dat de harmonie tusschen patroon en werkman verstoort en uitloopt op nadeel van den arbeider. Uit het arbeidskontract vloeit volstrekt niet voort de verplichting van den arbeider om den werkman heelhuids af te leveren. De werkman weet, dat hij risico loopt, als het gevolg van het werk, niet van het kontract. Ook zij die zelfstandig arbeiden loopen dat risico. Door nü in de wet te schrijven dat het eene kontractueele verplichting is, doet men een juridischen tour de passe passe. Men keert den bewijs last eenvoudig om. Doordat te doen zooals de heer de Sanroim Lohman wilde, maakt men ook een klassenrecht. De dienstboden vallen er dan ook onder. Maar de Min. heeft er nooit van gehoord, dat de keu kenmeiden behoefte hebben aaneenaktie. Een algemeen» verplichting kan boven dien in sommige gevallen voor den werkman een nadeel worden, als de last wordt afgewenteld van het loon. Er is geen rechtsgeval dus hoegenaamd voor voor het stelsel Lohman. Men zou dan ook een werkgever kunnen opleggen schuld te bewijzen, maar de werkman zou dan toch altoos moeten procedeeren om aan zijn recht te komen, en er zullen altoos chicanes te maken zijn. Wjj hebben hier te regelen het algemeen belang, waarvan de grond is de feitelijke solidari teit tusschen arbeiders van verschillende bedrijven en van verschillendeindustriën. Terecht begreep Mr. Troelstra dat het regeeringsstelsel geheel anders is dan het zijne. Het rechtsstandpunt van den heer Tweistra is geheel anders en er is geen transaktie mogelijk. De socialisten be schouwen alle inkomen premie enz. van ondernemer uitbuiting van den werkman. De reg. bedoelt niet armenzorg, maar maar voorzorgwaken, dat den arbeider recht worde gedaan om niet armlastig te worden, wat zij nu worden, omdat zij geen recht hebben. De regeering wenscht deze materie niet te regelen als als koncessie aan de socialistische eischen maar omdat naar ons rechtsbewustzijn en overtuiging er eene leemte is in ODze wetgeving. Door den heer Kuyper is het Regeeringsstelselsel socialistisch genoemd maar dat zou het niet minder worden bij aanneming van het am. Kuyper, die dan eenvoudig zou boeleeren met het socialisme. Als alle staatsorganisatie socialistisch moet heeten dan zou Dr. Kuyper ook de Ned. Bank socialistisch moeten noemenDoor Dr. Kuyper is beweerd, dat bij benoemingen eenige kleur is te zien. De Min. tart hem te bewijzen, dat de Reg. partijdige benoe mingen doet, en hij noemt zijne verwijten j omtrent de Socialistische centralizeerende hurookratische strekking van het ontwerp groote woorden. Zeker eene betere rege ling is misschien denkbaar, maar als men niet slaagt thans tot daden te komen, dan zal dat een échec zijn, niet voor de Regeering of, voor eenige partij, doch voor het geheele parlementaire stelsel, De leidende partijen in den Staat kunnen allen haar standpunt behouden, indien zij weten recht te doen. De heer Schaper repliceerde, vroeg waarom de bourgoi- sie wel wil zorgen voor nagelaten betrekkingen der Boeren die overigens zijn volle sympatie hebben in hun strijd tegen den dwingeland, maar niet voor de slachtoflers van het nijverheidsstelsel in hun vaderland. Hij wees den heer Kuyper op de sympathie van „Patrimnium voor deze wet en verbaasde zich, dat Dr. Kuiper het belang der vgrooten luijden" stelt boven dat d?r „kleine luijden", die zelfs liever een slechte dan in 't geheel geen wet erlangen. Z. i. verschaffen de arbeiders brood met vleesch aan de industrie, en niet omgekeerd. De heer De Waal Malefijt handhaafde zijne meening, dat ziekteverzekering behoorde vooraf te gaan en antwoordde den heer Schaper, dat „Patrimonium" zich ook verklaarde voor het am. Kuiper. De heer De Savornin Lohman verdedigde ander maal den privaatrechterlijken grondslag voor het ongevallen verzekering-stelsel en ontvouwde nader zijn bezwaren tegen de kostbaarheid en dwang van Staats verzekering. Tegen het leggen van een last op de industrie met verbeteringen zal hij meegaan, inaar met deze wet, zooals ze daar ligt, nooit. De heer De Visser konstateerde dat niemand als onbepaald verdediger van het Regeerings stelsel is opgestaan, behalve de socialis ten en de heer Nolfing, en konkludeerde daaruit, dat de Reg. niet op den goeden weg is. De heer Kuyper, repliceerende, protesteerde tegen de beschuldiging, dat hij den ellendigen toestand op arbeiders- gebied wilde handhaven en betwistte den heer Troelstra, dat dit ontwerp zou zijn een overwinning van de socialistische denkbeelden hij noemde dat een victorie kreet a la Glencoe. Daarentegen bleef de heer Drucker het Regeeringsstelsel aanprijzen, onder herinnering, dat ongevallen verzekering sedert vele jaren staat op het pro gramma der liberalen, zoodat zij geen uitsluitend socialistiesch domein is, en onder protest tegen Dr. Kuyper's be wering, dat de liberalen overloopende naar de socialisten, hun eigen vlag zouden verbergen. De heer Troelstra handhaafde zijn beweren, dat aan het ontwerp tot verzekering tegen ongeval len de hoofdstoot is gegeven door de soci aal demokratie, opgevat inden zin der in- ernationale arbeiderspartij. Na verdedi ging van het wetsontwerp door de Minis ters van Justitiee nvan Waterstaat werd het algemeen debat gesloten. Een kort debat ontspon zich nu nog over de regeling van de behandeling der arti kelen, en wel over de kwestie, of over art. 2, in verband met het am.- Kuyper (nieuw art. 2) een tweede stemming zou moeten plaats hebben, en werd besloten, dat daarover later zou worden beslist. In de zitting van Vrijdag werd het debat aangevangen over artt. 1 en 2 van de Ongevallen wet. Art. 1 bepaalt dat de werklieden in na te noemen bedrijven verzekerd zijn volgens de bepalingen dezer wet tegen geldelijke gevolgen van ongevallen, aan hen in de uitoefening van hun bedrijf overkomen. Art. 2 stelt met ongeval den werkman in de uitoefening van zijn bedrijf over komen, gelijk: lo. een ongeval in den schafttijd den werman overkomen op eene plaats door den werkgever aange wezen en tot de onderneming behoo- rende, mits de werkman handelingen verrichtte verband houdende met het bedrijf; 2o. een ongeval gevolg van hulpverleening aan een anderen werkman in de werkplaats of ter plaatse van het bedrijf; 3o. een ongeval den werk man overkomen binnen het gebied der onderneming, buiten den werktijd toen hij zich met voorkennis van den patroon langs een aangewezen weg naar of van het werk begaf. Hierop is voorge steld een amendement door Dr. Kuyper, om die twee artikelen te vereenigen en daarin te bepalen dat de werklieden verzekerd zijn tegen geldelijke gevolgen van ongevallen hun in verband met het bedrijf overkomen, en weg te laten elke omschrijving van hetgeen met bedrijfsongevallen word gelijk gesteld, daar dit z.' i. door den rechter kan beslist word n2o. een am. van de heeren van Kol, Schaper en Troelstra, om in art. 2 het eerste geval, dat met bedrijfsongeval wordt gelijk gesteld, zóó te doen luiden, dat een ongeval in den schafttijd den werkman overkomen, steeds wordt gelijkgesteld, tenzij de werkgever verboden had den schafttijd op die plaats door te brengen, of de werkman handelingen verrichtte door den werkgever verboden; 3o een am. van dezelfde heeren, strekkend om de derde alinen van art. 2 zóó te lezen, dat ook een ongeval, overkomen op weg naar of van de fabriek als bedrijfson geval mede rekent, tenzij het gevolg is van door den werkgever verboden handelingen4o. een am. van den heer Pyttersen van gelijke strekking als het voorgaande, dat hij daarom wellicht zal intrekken. De heer Jjoeff bestreed krachtig het am.-Kuyper, omdat het wegens de daaruit voortvloeiende pro cessen tegen het belang van den werkman is. De heer Fokker achtte de redaktie Kuyper beter dan die van de Regeering, juist om de ruimere omschrijving der gevallen. Namens de Komm. van Rap porteurs werd het am.-Kuyper aanbe- vo'en, die van den heer Pyttersen en van de heeren van Kol c. s. ontraden. Aan de Reg. werden nog eenige inlich tingen gevraagd. De Min van Waterstaat enz. bleef niet staan op handhaving der omschrijving in art. 2 van 't geen als ongeval is te beschouwen, maar bleef hechten aan aanneming van art zonder art. 2. Tegen de redaktie van 't am.-Kuyper had de Min. bezwaar, tenzij deze leze: vin verband met de uitoefening van het bedrijf', in welk geval hij bereid zou zijnJhet amendement over te nemen. De Min. liet in art. 1 het woord de voor: ïgeldeljjke gevolgen van ongevallen# vervallen. Nadat de heer Bastert verklaard had voor het vervallen van art. 2, de heer Pijnappel eenige opmerkingen gemaakt had tegen de redaktie van art. 2 der Reg., de F

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1899 | | pagina 1