N ieuwsb erichten.
veerd geachte handeling van het ge
meentebestuur in zake de onbewoonbaar
verklaring van het perceel Korte Hout
staat, bewoond door den melkslijter
Gieske en het protest van 26 personen
in deze aan den Raad.
In een uitgebreid stuk zetten B. en
W. hunne zienswijze in deze uiteen.
Om te beginnen wordt er op gewezen,
dat de ontruiming pas heeft plaats gehad
na herhaaldelijk Gieske te hebben ver
maand om in zijn perceel voor goed
drinkwater te zorgen, omdat het water
na onderzoek niet bleek te voldoen aan
bepaalde eischen. Toen Gieske na vrij
ruime termijnen niet aan den gestelden
eisch voldeed had de uitzetting plaats
den 23 Juli, de eerste aanschrijving had
plaats den 29 Januari.
Toen heeft Gieske zich bereid ver
klaard duinwater aan te vragen en werd
de verdere uitzetting gestaakt. Tot het
afbreken van de pomp en het onbruik
baar maken van de welput, in het belang
der hygiène is men overgegaan, nadat
het recht der gemeente Haarlem daartoe
erkend was; het betreft dus eene vrij
willige transactie, zegt het stuk.
Ten slotte stellen B. en W. zich voor
dat het noodig zal zijn bij de eerstvol
gende herziening onzer algemeene
politieverordening bepalingen vast te
stellen, waarbij aan het gemeentebestuur
de bevoegdheid wordt verleend krach
tiger in te grijpen dan de bestaande
voorschriften dier verordening thans
veroorloven.
De Heer Sneltjes bespreekt de zaak.
Spreker heeft zich op de hoogte gesteld.
Het komt hem voor dat de Burgemeester
in deze volkomen correct en welwillend
gehandeld heeft. Gieske heeft na al de
aanmaningen niets gedaan, alles nage
laten. Wie paitij voor Gieske trekt,
helpt hem niet voort; hij heeft alle
recht van spreken verloren. Wat het
protest betreft, de onderteekenaars
stellen zich mede op een verkeerd stand
punt. Spreker meent dat het goed is
aan de adressanten te berichten, dat
geheel gehandeld is volgens de veror
dening en wil niet het stuk aannemen
voor kennisgeving, de Heer Sneltjes
dient in deze een amendement in.
De Heer Stolp vindt Gieske eenvoudig
een lummel, maar meent, dat met zijn
aansluiting bij de waterleiding de zaak
uit had moeten zijn, (dus niet afbreken
en vernietigen) en dat B. en W. wat
ver waren gegaan.
De Heer Loomeijer meent, dat het
water als spoelwater uiterst ongeschikt
is, dit vermeldt de chemische onder
zoeking.
De Heer V. d. Kamp vraagt op welken
grond B. en W. goed drinkwater in het
perceel gelasten kunnen.
De Voorzitter is dankbaar voor de
welwillende woorden door den Heer
Sneltjes gesproken. Wenscht voorop te
stellen, dat alles is geschied in het belang
der algemeene gezondheid. Wat de op
merking van den Heer Stolp betreft, hier
mede gaat hjj mede, doch op 't gegeven
oogenblik had de uitzetting reeds plaats
gehad, hier had niet anders gehandeld
kunnen worden.
De fout in den vorm, toelating in
de woning buiten den Raad om was in
het belang van Gieske.
Wat de bemerking V. d. Kamp betreft
meent de Voorzitter, dat de vorm correct
was.
De Heer Loomeijer bespreekt nog den
vorm.
De Heer Stolp heldert nog een en
ander op. De Heer Sneltjes heeft nog
het woord.
De Heer V. d. Kamp komt terug op
zijn onbeantwoorde vraag. De voorzit
ter beantwoordt.
De Heer Modoo deelt nog een en
ander mede aangaande de meening van
Gieske betreffende het onderzoek van
het water als zjjnde partjjdig.
De Heer Waller heeft er zich over
verbaasd, dat men te Haarlem denken
kan, dat onderzoek alleen plaats heeft
om de zaak der waterleiding te steunen.
Zulke menschen vindt hij onnoozel en
staan op een laag standpunt. Hoe kan
men meenen, dat de Raad de ingezetenen
op last en kosten zal jagen, terwille van
enkele guldens.
Het amendement Sneltjes in stemming,
kennisgeving aan protesteerenden, wordt
aangenomen.
In behandeling komt het voorstel van
den Heer Schürmann tot het instellen
van Raads-commissiën.
B. en W. brengen in herinnering,
dat wat de heer Schtirmann bedoelt,
niet bij de wet is toegestaan en zij
meenen, dat van alle gemeentebedrijven
het groote beheer aan den Raad, het
dagelijksch beheer bjj B. W. behoort. Zij
zouden het echter op prijs stellen in
de gewichtige diensttakken door eene
Raadscommissie te worden bijgestaan.
De beste oplossing zou zjjn het benoe
men van eene commissie van Bijstand
in het beheer der Gemeentebedrijven
bestaande uit zeven leden, om daaruit
subcommissies te benoemen om te ad-
viseeren over waterleiding, gemeente
reiniging en later over de lichtfabrieken
en abatoir.
B. en W. zouden tevens ontheven
wenschen te worden van de opdracht
betreflende den bouw en de exploitatie
eener gasfabriek en dit aan een commis
sie van voorbereiding op te dragen.
Voorgesteld wordt nu een verordening
in deze, en vroegere raadsbesluiten be
treffende de commis8iën in te trekken.
Door den heer stolp was voorgesteld
de Commissie van Bijstand boven bedoeld
te doen bestaan met 9 leden, welk voor
stel door B. en W. wordt overgenomen.
Zonder discussie wordt de voorgestelde
verordening vastgesteld met algemeene
stemmen. De benoeming der Commisiën
zal plaats hebben in de volgende ver
gadering.
De directie der gasfabriek verlangt
aan te leggen muntmeter gasleidingen
in perceelen van geringe huurwaarde,
doch alleen als de gemeente zich bereid
verklaart die leidingen bij het einde
der consessie over te nemen.
Een voorstel in dien geest wordt ge
daan.
De Heer Bijvoet meende de voordracht
ontijdig. De Heer Modoo wil ook de
overeenkomst niet aangaan. De Heer
Tjeenk Willink vraagt enkele ophelde
ringen. De Heer Loomeyer meent dat
het goed is voor de gemeente om over
te nemen. Ook de Heer Stolp meent,
dat men de overeenkomst behoort aan
te nemen. Bij de artikelgewijze behande
ling der artikelen had nog eenige dus-
cussle plaats.
De Heer Bijvoet stelt voor de behan
deling uit te stellen, ten einde een on
derzoek in te stellen. In stemming besluit
de Raad hiertoe.
Voorgesteld wordt aan de weduwe
van den straatmaker J. de Jager voor
één jaar eene gratificatie van 50.
te verleenen. De Heer De Braai stelt
voor die som te verhoogen tot/100.
liefst voor haar leven. De Heer Waller
herinnert dat de gemeente tot heden
geen weduwen pensioen beeft. De Heer
Modoo is voor verhooging, meent, dat de
Commissie voor pensioenen wat haast
behoort te maken met de haar opgedra
gen taak. De Heer Groot meent, dat het
een recht is onderstand te ontvangen.
Ook de Heer Willink is voor 100.
De Heer Waller bepleit de omstandig
heden der Commissie 'voor de Pensioenen.
De Heer Waller komt nog op legen de
uitdrukking van recht op onderstand.
De Heer Klein meent ook dat hier geen
sprake kan zjjn van recht, wel van me
delijden.
Voorstel de Braai komt instemming
en wordt aangenomen.
Vastgesteld werd eene beschikking op
den post Onvoorziene Uitgaven tot een
bedrag van 252.69.
B. en W. stellen voor over te gaan
tot het aanbrengen van drinkfonteinen
op de volgende punten:
Stationsplein tegen het hulpbureau
van politie;
Groote Houtbrug, tegen idem;
Amsterdamsche Vaart, tegen idem
De Kejjstraat, tegen idem;
Koudenhorn, tegen het havenkantoor
en een bij het Paviljoen.
Hiervoor wordt 1250 aangevraagd.
De Heer Modoo wenscht wat meer
fonteinen maar dan wat goedkooper.
Noemt nog eenige uiterst geschikte
punten voor plaatsing. De Heer Beijnes
vindt een eigen model drinkfontein heel
niet noodig en te duur, en zou dan ook
niet hiervoor naar 't buitenland gaan.
De Heer Stolp wenscht ook 1250 toe
te staan maar niet hooger dan 50.
per stuk. De Voorzitter meent, dat het
goed is artistiek uitgevoerde drinkfon
teinen te plaatsen en B. en W. wenschen
ook later nog meer fonteinen plaatsen.
De Heer Tjeenk Willink heeft nog
het woord, ook de Heeren Roog, Schram
en Beijnes.
Amendement Stolp 1250.voor
fonteinen van 50.komt in stem
ming en wordt verworpen.
In stemming komt thans voorstel
Modoo om zes fonteinen meer te plaatsen
voor dezelfde som. Na nog veel gepraat t
over de geheele vast te stellen som en
drie amendementen, besluit de Raad
1250.toe te staan voor het plaatsen
van drinkfonteinen.
Het Bestuur der Wilhelmina Naai
school vraagt verlenging van het ver
leende subsidie voor den tijd van vijf
jaren, doch zonder voorwaarden. Voor
gesteld te besluiten tot afwijzende be
schikking en de Raad besluit alzoo
zonder discussie.
Vastgesteld wordt de rekening der
gemeente over 1899 als volgt:
de ontvangsten tot een
bedrag vanf 1.486.536,23t/j
de uitgaven tot een
bedrag van1.510.614,75Vs
Nadeelig saldo.f 24,078,52
na toelichting van den heer Waller.
Vastgesteld wordt het le suppletoire
kohier der plaatselijke belasting tot een
bedrag van 6467.79 en goedgekeurd de
begrooting voor 1901 voor de bewaar
school in het Barbara gasthuis, terwijl
nog wordt vastgesteld de rekening en
verantwoording 1899 betreffende de
dienstdoende schutterij.
Benoemd wordt een ambtenaar van
den Burgelijken stand; tot lid der Spe
ciale Commissie tot herziening der pen
sioensverordening de Heer Tjeenk Wil
link;
tot leeraar in de werktuigkunde aan
de burgeravondschool de Heer M. van
den Ende;
tot leeraar in de wiskunde aan dezelfde
Inrichting de Heer L. van der Vecht,
terwijl tevens tot assistenten aan die
school benoemd worden
Voor den cursus 1900—1901 aan de
Burgeravondschool bij
a. het rechtlijnig- en bouwkundig
teekenen: A. van der Spek tegen eene
bezoldiging van 750.'sjaars;
b het rechtlijnig teekenenJ. A.
Traanberg, P. A. Montauban en J. Baron
tegen eene bezoldiging respectievelijk
van ƒ300./260.en /150.
'sjaars;
c. het werktuigkundig teekenenF.
Hage tegen eene bezoldiging van 300.-
's jaars en
d. het hand- en vakteekenen: A. Smits
tegen eene bezoldiging van 375.'s
jaars.
Tot leden van de Plaatselijke Com
missie van Toezicht op het Lager On
derwijs benoemde de Raad de Heeren
R. Zuidema en Dr. A. ten Oever en tot
onderwijzeres le klasse aan de tweede
Burgerschool Mejuffrouw H. Cats.
Ter aanvulling van het stembureau
voor de herstemming voor leden van de
Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrij
ven werden vjjf raadsleden benoemd.
Na het sluiten der openbare zitting
ging de Raad in geheime vergadering.
Weer gaan geruchten omtrent door
Boeren behaalde voordeelen. Zjj zouden
twee voorraadtreinen en negen en twin
tig wagens buitgemaakt hebben en 540
krij gsgevangenen
Meer en meer naderen de Boeren
Pretoria en zij schijnen de beste ver
wachtingen te hebben, tenminste Kruger
gelooft zeker aan de overwinning.
Van de vroeger vermelde geruchten
omtrent Boerenoverwinningen nog geen
bevestiging. Er wordt verondersteld, dat
ze door Engelschen verspreid zijn met het
doel om er de rubriek boerenleugens
mede aan te vullen. Generaal Rundie
heeft bericht, dat in het district Harry-
smith zich ongeveer zevenhonderd Boeren
hebben overgegeven. Dit district grenst
aan Natal.
Te Lourenzo Marquez is nu een sterk
Britsch syndicaat gevormd, met het doel
alle verkrijgbare levensmiddelen op te
koopen, opdat de Boeren die niet zullen
krijgen.
Het vriendeljjke Portugal laat de
grenzen zijner kolonie gestreng bewaken,
om den Boeren te beletten er over te
trekken.
De Delagoabaai wordt nauwlettend
bewaakt, om het landen van krijgsbe
hoeften te voorkomen.
De Wet wordt nog steeds door Kit
chener achtervolgd, doch hij blijkt te
listig te zjjn om zich in het net te laten
vangen, in tegendeel meet hij zich soms
met de achterhoede der Engelschen. De
laatsten meenen, dat hij zich wil vereeni
gen met Botha, iets dat heel niet in
zjjn plan schjjnt te liggen. Een en ander
wekt groote teleurstelling in Engeland
en men zocht naar allerlei uitvlchten
voor de generaals om hun onmacht in
deze goed te praten. Bovendien wordt
de Wet gediend door uitstekende spion
nen.
Buller doet nog steeds verkenningen
en komt niet verder, misschien wel uit
gebrek aan levensmiddelen en kleeding
voor zjjn soldaten.
Uit de Engelsche verlieslijsten blijkt
wêer, dat Roberts lang niet alles bericht,
zooals dat hij op 25 Juli 52 man aan
de Wet verloor en de vorige week dicht
bij Pretoria weer 14 man. De overgaaf
van Prinsloo met zijn 4000 Boeren wordt
aan verraad toegeschreven. De Wet
noemde het een schurkenstreek. De
Boerendeputatie is overal even hartelijk
ontvangen, maar van tusschenkomst is
geen sprake, meer en meer zullen zjj
begrjjpen, zonder hulp den oorlog te
moeten uitvechten.
Robert looft thans geld uit aan hen
die namen aanbrengen van personen
die vuurwapenen verbergen.
De Wet en ook Botha zouden van
plan zjjn om naar het Boschveld te trek-
den.
Maandag streed de Engelsche kolonel
Paget met de achterhoede van de troe
pen onder de Wet en de la Rey.
Bjj Peking wordt nog steeds gevoch
ten, de geallieerden beschieten het keizer
lijk paleis, dat als vesting is ingericht.
Waar de keizer en zjjne tante de keizerin
op het oogenblik zijn is nog niet duide
lijk. Volgens de eene lezing zouden zjj
gevlucht en onder de hoede van prins
Tuan, volgens een ander bericht zouden
zjj nog te Peking zjjn. Twee onderko
ningen hebben aan de vreemde consuls
eene nota gezonden, waarin zjj er op
aandringen de persoon der keizerin te
eerbiedigen, anders staan zij niet in
voor de gevolgen.
Japan speelt tot heden in China de
eerste rol. Het heeft doen weten, dat
het van China geen hooge oorlogsver
goeding zal eischen en zich verzetten
zal tegen verbrokkeling van China en
het daartoe al het mogelijke zou ver
richten. Japan schijnt hierbij vooral
Duitschland en Rusland op het oog te
hebben.
Woensdag brachten onze Koninginnen
een bezoek aan Deventer ter gelegenheid
van de landbouwtentoonstelling. De stad
was fraai versierd en duizenden vreem
den waren de oude veste binnengekomen
om getuige te zjjn van de feestvreugde.
Een eerewacht, samengesteld uit ond-
onderofficieren en schutterjj was door
IIH. MM. met dank aanvaard.
Door de stad werd een groote rjjtoer
gemaakt, bijna geen der straten werd
overgeslagen. Een bezoek werd gebracht
aan het St. Geertruiden Gasthuis, het
Burgerweeshuis en het Groote Gasthuis,
benevens aan de capsulenfabriek der
firma Schimmelpenninck. Hierna bezich
tigden de koninginnen het stadhuis en
de tentoonstelling. Het heeft er natuur-
j ljjk aan openluchtconcert en zanguitvoe
ring niet ontbroken en was de bevolking
zeer geestdriftig gestemd, als overal
waar Hare Majesteiten zich vertoonen.
Het weer hield zich uitstekend, hoewel
het in den ochtend nu en dan sterk
geregend had.
Uit verschillen plaatsen werden in de
laatste dagen hevige onweders vermeld.
Te Rjjssen woedde een onweer zooals
de oudste menschen zich niet herinner
den en vergezeld van regenbuien, die
straten en huizen onder water zetten.
Bovendien werd een koe in de weide
doodgeslagen terwijl de bliksem in een
huis sloeg.
Te Gouda sloeg de bliksem in een
boerderjj, alles ging erbij verboren.
Van nog andere plaatsen werden
branden gemeld door het inslaan van
het hemelvuur. Te Hilversum werden
drie huizen in de asch gelegds Zeker
zou het wel merkwaardig zijn te weten
hoeveel van de verbrande en meestal
op zich zelf staande perceelen van blik
semafleiders voorzien waren.