te wachten hebben dan de vooruitstre- venden. Omtrent tal van zaken de Zondagswet, de Drankwet, het Onder wjjs, den Vakcinedwang, de regeling van de administratieve rechtspraak, die ziekte verzekering bestaat nog volkomen onzekerheid en twijfeling. Van hetdwaal- begrip, dat de noodige miljoenen uit protektie gemakkelijk te vinden zouden zijn, schijnt de heer Kuyper al terug gekomen. Het ministerie spreekt al niet meer van hooge beschermende rechten; het wil nu nog maar om financieele redenen de invoerrechten verhoogen. Omtrent «Kiesrecht" heeft de Reg. zich duidelijk genoeg uitgesprokengeen kiesrecht herziening is te wachten. De heer Drucker mag dat betreuren, maar spreker vraagt van dit ministerie geen kiesrecht- of grondwets herziening. Hij hoopt dat de Heg. bij haar werk voort durend gedachtig zal zijn aan het woord van den heer Schaepman: bedenke de Reg., dat het is een eereplicht en een eereschuld de sociale wetgeving als een hoofdtaak te beschouwen. Doet zjj dat, dan zal medewerking van de linkerzijde mogelijk zijn. De heer Visser zette zijne houding tegenover het Kakinet uiteen. Wat hij en zijn geestverwanten willen is voortbouwen op den grondslag der christelijke beginselen over welke be ginselen volgens Spreker de strijd aan de stembus dit jaar heeft geloopen. De voortbouwing, beweert hij, geschiedde niet onder het vorig ministerie. Het tegenwoordig Kabinet kan op den steun der Christelijk-Historieschen rekenen, als het maar „Nedet landsche gedachten" (zooals Groen ze opvatte) in het staat kundig leven van ons volk realizeert. De heer Nolens kan méégaan met het betoog van de heeren Michiels en Schaep man. Hij acht het een conditio oine qua non, dat de sociale wetgeving vooraan behoort te staan in het werkplan. Voor speciaal-wetten moeten speciaal midde len worden aangewezen De vorige Min. van Fin. heeft het zijn opvolger in zoo ver reeds gemakkelijk gemaakt, daar ook de heer Pierson reeds tariefsver- hooging had voorgesteld. De heer Staal man verklaarde de reeds zware taak van het Ministerie niet onnoodig te willen verzwaren. Hij begroet de over winning der Christelijke partijen en de komst van het Christelijk Ministerie met vreugde. Aan de stembus is de strijd met groote heftigheid gevoerd tegen de liberale meerderheid, die geen meerder heid was. Men wilde van de macht der revolutionaire kombinatie verlost worden. Of het vertrouwen en de goede ver wachtingen in het Christelijk Kabinet met zijn Christelijke meerderheid zal verwezentlijkt worden, staat nog te bezien. Teleurstellingen zijn er al ge wekt. Een pijnlijken indruk heeft op Spreker gemaakt het zitting nemen van den Min. van Marine in dit Christelijk Kabinet. Ten opzichte van het kiesrecht is teleurstelling na de vroegere beloften. Spreker wijst er met nadruk op, dat dit Christelijk ministerie eene groote ver antwoordelijkheid draagt tegenover het vertrouwen, dat het kiezersvolk heefi getoond in de optreding van een Chris telijke regeering. In de zitting van Woensdag ijverde de heer Nolting voor opneming van bepalingen omtnent minimum loon en maximum arbeidsuur in de bestekken voor alle Rijkswerken. De Heer de Sa- vornin Lohman onderzoekt de oorzaken van de scheiding van het volk in partijen. Hij schreef dit verschijnsel toe aan de liberale partij, die de tegenstelling tus- schen klerikalisme en antiklerikalisme steeds op den voorgrond steldedie zich steeds bjj hare regeering stelde op het standpunt der ontkenning als gevolg van haar vrijheid in begrippen en zich steeds verzette tegen de vrjjheid van onderwijs, al heeft zjj zich wat dit laatste betreft verbeterd. De uitslag der jongste verkiezingen is hoofzakelijk te wijten aan den wensch om christelijk geregeerd te worden, nu de liberele instellingen fiasco hebben gemaakt. De rechterzijde wenscht nu als Christenmeerderheid een woord meê te spieken. Hoe afkeerig ook van kerkelijke overheersching, wil Spreker echter de Christelijke beginselen in onze wetgeving te doen zegevieren. Van be loften wil hij zich onthouden en daarom hecht hjj weinig aan programma's van aktie, maar hij ontkent te zijn konser- vatief. Aartkonservatief zal hij echter zijn waar het geldt de verdediging der maat schappelijke instelling wat niet uitsluit zijne belangstelling voor de sociale ellen de, die echter niet door kunstmatige regelingen moet worden verergerd. De democratie van heden is niet het ware, maar veeleer een pluk-tyranny. Spreker verklaarde nogmaals uitdrukkelijk, alléén het land, geen partij ,e willen dienen en zal van dit standpunt de voorstellen der Regeering beoordeelen. Dankbaar is hij het Kabinet, dat het de zware re geertaak aanvaard heeft. Hij zal hetloiaal steunen, maar zich de vrijheid voorbe houden tegenover elk ontwerp zijn stem uit te brengen als antirevolutionair, vrij van alle kiezersbanden, zich alleen onder werpende aan God en zijn geweten. De heer Fokker pleitte voor eene spoedige regeling der rechtspozitie van ambtena ren en betoogde, dat de draagkracht der direkte belastingen niet is bereikt. De heer Heemskerk kwam er tegen op, dat men spreekt van eene valsche leuze waaronder dit kabinet optrad. Er is strijd tusschen behoudenden en vooruitstreven- den bij elke partij, maar de vooruit- strevenden rechts zoeken liever heil bij hun partij dan bij de tyranme der vooruitstrevenden links. De socialisten bestrijdende meent Spi eker, dat zij slechts klagen over valsche leuzen, omdat de kwestie anders gesteld is dan zij wen- schen. Van een Koalitie Kabinet kan niet alles op eens gevergd worden. Wanneer echter de ziekte-, invaliditeits- en ouder- domsverzekering en de vrijmaking van het onderwijs tot stand worden gebracht door deze regeering, zal zij reeds ten volle den dank der natie verdienen. De heer de Boer zal ook loiale oppozitie voeren, te meer omdat er eenige punten van verwantschap tusschen dit Kabinet en zijn beginselen zijn met name omtrent de grenzen der Staatsbegrooting. Hij betreurt echter de aangekondigde tariefs herziening en de sympathie van het Ministerie voor een afzonderlijk mini sterie van Landbouw, waarvan hij vreest de krachttoeneming der agrarieschepartij. De heer Pastoors kwam op tegen de verdachtmaking van het Ministerie van socialistische zijde en protesteerde tegen het recht, dat de socialisten zich toeëi- genen, als zouden zij de eenige ware strijders voor de arbeiders zijn, als waren zij alleen in staat de sociale kwestie op te lossen. Spreker beriep zich op het streven der Katholieke Kerk tot oplossing dier kwestie. De Heer van Vliet begroette met ingenomenheid het Kabinet en in zonderheid den premier onder toezegging van zijn steun aan de Christelijke Re geering, aan hare maatregelen, die strek ken zullen tot wegneming van onrecht en toepassing van rechtvaardigheid. De heer van Karnebeek verklaarde, dat de vorige Regeering geen schuld heeft aan de nietuitnoodiging van den Paus ter Vredesconferentie. De bescheiden kunnen niet overgelegd worden zonder toestem ming der Regeeringen. De heer Verhey vraagt naar de meening van het Kabinet inzake het vestingstelsel. De heer Schok king ontkende dat de Christelijk-histo- rieschen bij de Friesche verkiezingen onder een valsche leuze zjj n opgetreden, en nog beslister, dat hun optreden hand having van het kapitalisme zuu bedoelen. Hij meent, dat de liberale partij het volk in het hart gewond heeft door hare schoolwetpolitiek. Hierna volgde de in terpellatie van Kol over te nemen maat regelen tegen de gruwelen in de kon- centratiekampen. Interpellant stelde de volgende vragen: Is de Min. van Buitenl. zaken bereid aan de Engelsche Regeering het aanbod te doen om vrouwen en kinderen uit de concentratiekampen op hun wensch naar Europa te brengen ten einde in hun onderhoud en verpleging te voorzien; 2. Is de Min. geneigd aan de verschillende mogendheden moreelen steun en medewerking te vragen, om op deze wijze het lot van vrouwen en kinderen in de koncentratiekampen te verzichten? De interpellatie zal in den loop van het debat worden beantwoordt. Daarna was de Min. van Binnenl. Zaken aan het woord. Hij beantwoordde de sprekers en sneed al dadelijk af elk antwoord of opmerking naar aanleiding v«n vroegere schrifturen en elk theolo- giesch debat, ofschoon hij het wel tegen de heeren dorst opnemen. Zakeljjk kwam het verdere antwoord hierop neer, dat machtiging is gevraagd om afschrift van het gewijzigd reglement voor den Mi nisterraad aan de Kamer over te leggen, nemende het Kabinet hiervoor de volle verantwoordelijkheid op zich. De bevoor rechting van een nieuwsblad met regee- ringsstukken was het gevolg van een misverstand en zal niet meer voorkomen. Uitbreiding van loonsbepalingen in be stekken zal worden overwogeu. Z o spoedig mogelijk moet aan de rechteloos heid der ambtenaren een einde worden gemaakt. Wettelijke legerorganizatie, waarvan de Min. een voorstander hljjft, moet komen na versterking der levende strijdkrachten, in verband waarmede ook het vestingstelsel niet veranderd kan worden. Na eene beschouwing over de religie kwam de Min. tot de negotie. Hjj verklaarde, dat in de Troonrede verhooging van tarief in protektionis- tieschen zin niet is bedoeld. Zjj is zuiver fiskaal, maar toch tevens beschermend voor de nationalen arbeid. Vrjj handel is ook in ons land niet meer het heilige huis van vroeger. Den volgenden dag zou de Minister zij n rede voortzetten. Donderdag heeft de Min. van Binnenl. Zaken zijne rede voortgezet. Hij herhaalde ten aanzien van de Vredeskonferentie, dat de Reg. de desbetreffende stukken niet kan overleggen zonder toestemming der betrokken mogendheden. Hij zette zijn houding in zake de Vredeskonfe rentie en den Zuid Afrikaanschen toe stand uiteen. De Min. trad daarna in een uitvoerige beschouwing over de verhouding van het Kabinet tot de Kamergroepen, de geboorte, de pozitie en het karakter van het Kabinet, om te doen uitkomen, dat hjj ook nu precies gebleven is als bij de stembus. Het Ministerie is een koalitie-Kabinet, gebazeerd op wederzjjdsche inschikkelijk heid vrees voor konservatisme bij den Minister behoeft niet geducht. H ij bracht dank aan de rechterzjjde voor den toe gezegden steun, onder verzekering, dat het Kabinet naar Christelijk Nedeil. beginselen wil regeeren. Alleen in liet optreden van den heer Staalman ziet de Min. een wanklank in het akkoord. Een kabinet van „kleine lujjden" ware onmogelijk, zoolang men uit die klasse geen hout voor Ministers vindt. Maar de belangen der kleine luijden zijn in goede handen bij het Kabinet, al is het niet uit kleine luijden saamgesteld. Aan den heer Staalman verzocht hij hem een ljjstje van antirevolutionaire zeeofficieren voor Minister van Marine te overhandi gen. Tegen het verwijt van calvinistische onverdraagzaamheid stelt de Min. het uitspelen van het klerikalisme door de liberalisten e n hun intolerantie. Wat berrett de Zondagsrust beaamt de Min. de uitspraak der Synode, dat eerlijke vermaken tot verkwikking van geest en lichaam toegelaten moeten zijn. Met de nieuwe strafrechtstheorie zal ook het Kabinet rekening moeten houden. De Min. doet opmerken, dat onder de voor standers daarvan de doodstraf al meer verdedigers vindt. Eene Staat«kommissie voor evenredige vertegenwoordiging ware ontjjdig. Ook nu, konstateerde hij, maakt huismanskiesrecht meer opgang. Met maatregelen tegen werkeloosheid zal de Reg. niet in gebreke blijven. In zijn verder antwoord verzekerde de Min., dat hjj zijn demokratie niet heeft opge borgen, noch zijn liefde voor sociale hervormingen terzijdegesteld. Hjj blijft zich rangschikken onder de Christen- demokraten, en deze Regeering be schouwt als haar hoofdroeping sociale hervormingen op ethiesch en ekonomisch gebied. Van een Christendom boven ge loofsverdeeldheid wil dit Kabinet niet weten, omdat het ir, strijd is met het streven van antirevolutionairen en Katho lieken om het Evangelie in het huiselijk en maatschappelijk leven te doen door dringen. Tegen die beginselen heeft z i. de vorige Regeering gezondigd, o.a. in het ontwerp op de Armenwet. De Min. van Buitenl. zaken beantwoordde de interpellatie Van Kol. De Min. stelde voorop de offervaardigheid der natie. Tot verzachting van het lot der lijdenden zullen Nederlanders, kampbe woners, bij terugkeer naar hun vaderland door de Reg. gesteund worden, maar dezelfde zorg kan zich niet uitstrekken tot onderdanen van vreemde Staten. De heeren Roessingh, Mees en v. d. Zwaag repliceerden. De heer van Hels- dingen meent, dat het debat geen twjj fel heeft gelaten, dat niet de strijd tusschen geloof en ongeloof, maar die tusschen kapitaal en arbeid op den voorgrond treedt, waarbjj tevens gebleken is, dat liberalen en kerkeljjken eenstemmig denken over de fiskale en de legerwetten. Zooals de vorige Regeering de kosten voor den leerplicht wilde vinden uit de invoerrechten, zoo zal de thans opgetre den Regeering de uitgaven voor de werkliedenpem-ioneering Inlen uit de verhooging van invoerrechten. Spreker meent, dat de belangen der arbeidende klasse niet genoegzaam door de bezit tende klasse worden behartigd, en hij kwam er tegen op, dat ook dit Minis terie de arbeiders van medezeggenschap in 's Lands bestuur, door ruimer kies recht uitsluit. Da heer Tydeman herin nerd aan van Houten's woord, dat een stembiljet en armoede in dezelfde hand vergift is. Ook is hjj niet gerust, dat dit Kabinet een Zondagswet zonder kerkeljjk karakter zal voorstellen. De heer Melchers konstateerde gemis aan eenheid bjj de antirevolutionaire partjj over de sociale kwestie. Hij verheer- ljjkte de socialistiesche beginselen tegen over het kapitahstiesche streven. De Engelsche regeering ziet in dat de oorlog haar veel vjjanden bezorgd heeft; de oude lord Salisbury heeft dit onomwonden verklaard, maar tevens dat de verre broeders welgezind gebleven zijn zegt hij, vergetende dat die toch ook niet geneel tevreden zijn, al be toonden zij zich hoffelijk bjj het bezoek van den prins-troonopvolger. In het algemeen nemen de vredes- vooruitzichten niet af, want de natie en in de eerBte plaats het liberale deel er van verlangt naar vrede. De geruchten omtrent een te sluiten vrede wordt uit Brussel, vanwaar meestal betrouwbare berichten komen, ten sterk ste tegengesproken. De Boeren toch, wordt gezegd, hebben geen vredesvoor- stellen gedaan, en evenmin heeft Kruger iets in den zin gedacht. Ook de regee ringen der Afrikaansche republieken weten van niets. Hoewel al degenen die ertoe gerechtigd zijn bereid zjjn vredes voorstellen in overweging te nemen, schjjnen die regeeringen en de Boeien- bevelhebbers overeengekomen te zijn, tot niets te zullen besluiten zonder met elkaar geraadpleegd te hebben. Zoo on dershands blijken er wel voorstellen ge daan te zijn, maar daarop kon natuurlijk niet ingegaan worden. Botha's troepen moeten zich bevinden binnen het door generaal Hamilton ge trokken cordon. Uit het rapport van het War Office bljjkt, dat de Engelsche verliezen in Zuid Afrika gedurende de laatste maand bedroegen: 18 officieren, 143 onderoffie- cieren en manschappen gedood; 46 offie- eieren en 389 onderofficieren en man schappen gewond, behalve nogde gewonde gevangenen; aan hun wonden overleden 58 man, terwijl 77 man worden vermist. Het totaal aantal dooden sedert het begin van den oorlog bedrasgz 18,348 man, inbegrepen 893 officieren. Engeland zou volgens een Fransch bericht aan de mogendheden kennis gegeven hebben, dat de oorlog tegen het einde van Maart 1902 afgeloopen zal zijn. Men herinnere zich, dat voor de sierde maal in twee jaar zoodanig bericht ons bereikt. Het kan wel zijn, dat de aanstaande bjjeenkontst van het Parle ment hierin een rol speelt. Botha moet zich bevinden ten Noorden van Ermelo, na onlangs teruggekeerd te zjjn uit den omtrek van Vrijheid. Aangezien de blokhuizenlinie loodrecht op den spoorweg in enkele weken naar het Noorden is uitgebreid, is Botha's operatieterrein zeer aanzienlijk beperkt. De troepen onder zijn persoonlijk bevel zjjn waarschijnlijk duizend man sterk; zijn taktiek schjjnt nu te zjjn, zijn troepen eenige weken lang uiteen te doen gaan en daarna ze plotseling te concentreeren voor een aanval op losse colonnes. De la Rey heeft deze taktiek maanden lang gevolgd. De Boeren ten Zuiden van de Ijjn worden ook op ongeveer duizend geraamd. Hoe de Engelsche hun blokhuizen- systeem aan den spoorweg ook roemen, toch gelukt het telkens aan groepen Boeren om die verdedigingsljjn teover- schrjjden. Iïjj den Amerikaanschen Senaat zjjn verschillende wetsvoorstellen inge diend tegen de anarchisten en tegen aanslagen op het hoofd van den Staat.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1901 | | pagina 2