HAARLEMS CH
Eerste Biad,
No. 23
144
van WOENSDAG 19 Maart 1902.
N ieu wsberichten
ü'fgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Vierentwintigste Jaargang'
TELEPHOONNUMMER
TELEPHONISCHE VERBINDIN6
mat AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden—,25.
franco p. post —,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk.
Prfl» per Advertentie van 1-5 regel* f 0.25, elke regel
meer 5 cent*, groote letter* naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Olnsdag- en Vrijdagavond
Advertentien worden aangenomen tot DINSDAG en, VRIJDAG des middags ten 12 uredie alsdan too mogelijk nog worden geplaatst.
Tweede Kamer. Woensdag werd het
debat over den Militairen Landmacht
Pensioenwetten voortgezet. De Min. van
Oorlog nam over een am. van de Komm.
van Rapp. op art. 4 om recht op tijdelijk
pensioen te verleenen zoowel voor mili
tairen beneden, als van den officiersrang
bij minstens vijfjarigen diensttijd. Voorts
werd op art. 4 het am. Staalman-Brum-
melkamp, om te doen vervallen de ver-
eischte 5 jaren dienst voor recht op tijde
lijk pensioen van militairen beneden den
officiersrang, verworpen met 60 tegen 12
stemmen. Het gewijzigd amendement
Verhey tot toekoming van recht op tij
delijk pensioen voor dienstplichtigen van
minder dan 10 jaar en minstens 2
maanden werkelijken dienst by ontslag
wegens ongeschiktheid, waarvan de oor
zaak tijdens den werkelijken dienst is
ontstaan, werd verworpen met 47 tegen
26 stemmen. Het am. Duymaer van
Twist Idenburg, om de Kroon in bui
tengewone gevallen bevoegd te verklaren
om af te wijken van den vereischten 5
jarigen dienst, werd verworpen met 48
tegen 24 stemmen. Het gewijzigd art.
4 werd zonder stemming goedgekeurd. Na
langdurige discussieën over art. 5 (be
palingen bevattende omtrent het genees
kundig onderzoek) werd de beraadslaging
over dat art. geschorst op verzoek van
den minister die een andere redaktie
wilde overwegen. Rij art. 13 nam de
Min. over het am. Schaper c.s. om bij
berekening van den diensttijd voor pen
sioen niet af te trekken den tijd in
voorloopige hechtenis doorgebracht, in
dien deze niet bij de veroordeeling in
mindering is gebracht bij de opgelegde
straf. Een am. Duymaer van Twist, om
pensioenrecht toe te kennen aan personen
beneden 16 jaar in geval van verwonding
kon de toeslemming van de meerderheid
der Komm. van Rapp. niet verwerven,
werd onnoodig geacht door den heer
Seret en door den Min. en daarna door
den voorsteller ingetrokken. Artt. 1317
werden goedgekeurd. Op art. 18 en 19
(toetekennen pensioensbedragen) waren
door den heer Schaper amendementen
voorgesteld, die echter werden ingetrok
ken. Die artt. en artt. 2023 werden
goedgekeurd en aangenomen.
In de zitting van Donderdag werd
art. 24, bepalend, dat het pensioen van
subalterne officieren, onderofficieren of
korperaals, die in den rang naar welken
hun pensioen moet worden berekendn
een werkelijken dienst van 6 jaren tellien
met 0 wordt verhoogd en bovendien
voor elk jaar langer met '/soi met dien
verstande, dat de geheele verhooging
over niet meer dan 12 jaren verleend
wordt en derhalve niet meer mag be
dragen dan van het pensioenbedrag.
Na uitvoerige diskussie werden verworpen
twee amendementen van den heer Staal
man, uitbredmg vanpensioenverhooging
beoogend. Daarna kwam aan de orde
art. 25, bepalend het bedrag van ver
hooging in eiken rang voor diensten
buiten het Ryk. De heer Staalman licht
te zijn am. toe, om die verhooging even
redig vast te stellen op een vast per
centage van hetpensioen bedrag. De
heer Goeman Borgesius lichtte zjjn nm.
toe, om voor elk jaar dienst buiten het
Rijk het pensioen van opzichters en
hoofdopzichters bij de fortifikatieën te
verhoogen met 2d in plaats van ƒ25;
van de overige onderofficieren met ƒ21
in plaats van ƒ12,50, en van korporaals
en militairen beneden dien rang met,
12,50 in plaats van 7.50. De Min.
van Oorlog bestreed het am.-Staalman,
en liet, ook namens zjjn ambtgenoot
van Marine, de beslissing over het am.-
Borgesius aan de Kamer over. De Voor
zitter heeft medegedeeld, dat van den
Min. van Binnenl. Zaken waren inge
komen de stukken betreffende het on
derzoek naar den omvang der werke
loosheid De stukken zouden worden
gedrukt en rondgedeeld en ter griffie
worden neergelegd. Daarmeé was de
interpellatie-Melchers vervallen.
Vrijdag voortzetting van het debat
over de Milit. pensioenwetten en wel
eerst over art. 25, bepalend pensioens-
verhooging wegens dienst buiten het
Rijk met de daarop den vorigen dag
door de heeren Staalman en Goeman
Borgesius toegelichte amendementen.
De Min. van Oorlog bestreed het am.-
Staalman en maakte de opmerking, dat
door de geheele diskussie een draad liep,
ge uigende van weinig vertrouwen in
de Reg. Over het am.-Borgesius liet de
Min. de beslissing aan de Kamer over.
Met klem drong hij aan op eene spoedige
beslissing omtrent de overige wetsarti
kelen, in het algemeen opmerkend, dat
de Reg. zich niet zal knnnen vereenigen
met amendementen, die verhooging ten
doel hebben. De Min. van Marine be
toogde, dat het am.-Staalman onbillijk
en onrechtvaardig was tegenover de
officieren, al waarom hij het onaan
nemelijk verklaarde. De heer van Was-
senaer van Catwijck gaf de voorkeur
aan he am. Borgesius boven dat van
den heer Staalman, dat een geheel ander
stelsel in de Wet wilde brengen. De
heer Staalman handhaafde en verdedigde
nader zjjn amendement, en verzocht de
Kamer het aan te nemen, al ware het
alleen bij wijze var. protest tegen het
zonder argumenten onaannemelijk ver
klaren door de Regeering. Ook de heer
Hugenholtz laakte de wjjze van be
strijding door de Reg., door alles on
aannemelijk te verklaren. Zitten de Ka
merleden eigentljjk voor spek en boonen
Wanneer er sprake is van ontstemming,
is deze niet aan de zy de der Reg. maar
aan de zijde van de voorstellers der
amendementen. De heeren Verhey en
Goeman Borgesius verdedigden nader
hun am. De heer van Wassenaer Cat-
wjjk stelde een am. voor, om het pensioen
bjjslag voor ieder jaar Indieschen dienst
te bepalen voor de hoofdopzichters bij
fortifikatieën op 25, voor de overige
onderofficieren op 18, voor korporaals
en minderen op 10.De heer Staal
man trok zjjn am. in, en dat van den
heer Goeman Borgesius werd aangenomen
met 57 tegen 19 stemmen, waardoor
het am. van Wassenaer verviel. Art. 25
werd aldus gewijzigd goedgekeurd. Bjj
het verder debat erkende de Min. van
Oorlog, zich sterker te hebben uitgelaten
dan zijne bedoeling was. Bjj de over
gangsbepalingen werden verschillende
amendementen toegelicht door de heeren
Duymaer van Twist, Hugenholtz en Van
Veen. De Min. van Oorlog bestreed alle
amendementen. Hg kon geen terug
werkende kracht van de Wet toelaten.
De heeren van Vlijmen en Idenburg
stelden ene motie voor, om aan de
militairen beneden den officiersrang, die
vóór de in werking toeding dezer pen
sioenwet met lichaams- of zielsgebreken
zonder pensioen zijn ontslagen, en pen
sioen zouden verkrijgen volgens de be
palingen dezer Wet, indien deze terug
werkende kracht bad, een jaarlijksche
gratifikatie te verleenen zoolang deze
personen buiten staat zijn in bun levens
onderhoud te voorzien. De heer Roëll
gaf in overweging alleen terugwerkende
kracht aan de Wet te geven ten voor-
deele van militairen, die wegens lichaams-
of zielsgebreken zonder pensioen zijn
ontslagen sedert den dag van de in
diening der Wet. De Reg. verklaarde
zich bereid, op de eerstvolgende begroo
ting een post uit te trekken voor gra-
tifikatieën voor de door den heer Roëll
bedoelde militairen. Daarna werden in
getrokken de motie en de amendementen.
Na debat werden eene door de heeren van
Vlijmen en Idenburg voorgestelde motie,
en de amendementen Duymaer van Twist
en van Veen ingetrokken. Artt. 54 en
55 werden goedgekeurd. Dinsdag zullen
de aangehouden artt. 5 en 48 worden
behandeld.
Men begrijpt niet, hoe de Boeren er
toe gekomen zijn, generaal Methuen
vrjj te 'atfn. Laat ons aannemen, dat
zjj wel weten wat zg gedaan hebben.
De Times, die ten opzichte van de
Boeren volstrekt geen onderscheidings
vermogen bezit zegt nijdig weg:
ïDoor hem los te laten volgen de
Boeren hun algemeene gedragslijn, die
noodzakelijk is omdat zij niet in staat
zjjn, gevangenen bg zich te houden
zonder hun vrjje beweging op ondrage
lijke wijze te hinderen. Het spreekt
echter vanzelf dat de overwegingen die
hen beletten, een groot aantal gevange
nen te houden, niet van toepassing zijn
op een enkele gevangene van hoogen
militairen rang, die zg wenschelijk
konden achten in hun macht te houden.
Wg behoeven geen onderstellingen te
maken over de vraag of Lord Methuen
niet gevangen gehouden zou zjjn indien
hij niet gewond was geweest. Het is
ons genoeg, te weten dat, nu hg zwaar
gewond is, de man die hem gevangen
genomen heeft, menscheljjkheid en rid
derlijkheid vóór heeft laten gaan vóór
alle overwegingen die anders zjjn gedrag
zouden bepaald hebben. Ook mogen wij
aannemen dat de la Rejj gaarne op deze
wjjze de vriendelijkheid heeft willen
vergelden die Lord Methuen aan zjjn
(de la Rey'e) vrouw en kinderen be
wezen heeft, toen zjj door de wreede
oorlogskans getroffen werden. Zeker
door het verbranden van zijn hoeve 1
De Daily News gelooft niet, dat de
invrijheidstelling van Methuen enkel op
berekening berust, en kan niet gelooven
dat de Engelsche natie nu de rol van
Shylock zal willen spelen; zjj vraagt
wat wel de indruk in Engeland geweest
zou zjjn indien de la Rejj nu Lord
Methuen had laten terechtstaan zon
der Engelsche getuigen k décharge
wegens het verbranden van hoeven.
Vrijdag werd in het Lagerhuis ge
vraagd onder welke voorwaarden Methu
en was losgelaten. Brodrick antwoordde,
dat hij daarover geen bericht had ont
vangen, behalve hetgeen reeds was
openbaar gemaakt.
Zaterdag had men nog n:ets vernomen
van twee colonnes die in de nabijheid
van den troep van Methuen waren. Dit
wekt groote onrust en men begint te
vragen om nu eens precies te weten
hoe het nu eigenlijk in Afrika gesteld
is. Vijftien duuend man zullen voldoende
zjjn. zegt de minister, als wjj een weinig
verder zijn en intusschen wordt Methuen
overrompeld. Nu zal de minister mis
schien zeggen dat hjj 't zelf niet weet,
maar zal men zich daarmeé tevreden
stellen
In de laatste twaalf maanden van den
oorlog namen de Boeren van de Britsche
colonnes 24 kanonnen. De Boeren stellen
er echter geen prjjs op deze te behouden,
hoogst waarschijnlijk omdat zjj de vlugge
beweging belemmeren, en lieten de
Engelschen de stukken weer hernemen,
maar dan natuurlijk onbruikbaar ge
maakt.
Ee<i treffen wordt verwacht tusschen
Botha en generaal Hamilton.
Gevreesd wordt voor een aanval van
De la Rey op de mijnen aan den Rand,
temeer nu hjj genoeg geschut heeft om
zich te verdedigen.
Van Botha en de Wet geen ander
nieuws, dan dat zjj door de blokhuizen-
linie heen en niet door de vijl hen op
jagende colonnes gesnapt zjjn. Men denkt
dat de Wet zich met De la Rey zal
vereenigen, Botha moet een sterke stelling
hebben ingenomen, mocht het hem daar
te benauwd worden, dan kan hij over
Swaziland ontsnappen.
Wat De la Rey thans doet, daarvan
is niets bekend óf het kan ook zjjn dat
zijn verdere daden door de censuur zijn
achtergehouden. Meer en meer rijst het
vermoeden, dat De la Rey ook een weinig
heeft afgerekend met Grenvell en Keke-
wich; een der Fransche bladen nam
dit als stellig aan.
Inmiddels neemt de sympathie met
de Boeren toe, ook in Amerika, waar de
Voorzitter van den democratischen Bond
is uitgenoodigd eene vergadering te be
leggen van democratische congresleden,
ten einde de gedragslijn tegenover de
Boeren vast te stellen.
Hoe het in de Kaapkolonie gesteld is
mag men opmaken uit het feit, dat de
kolonie gebukt gaat onder de krijgswet,
wat de uitbreiding van den opstand
tegen het Engelsche bestuur ten gevolge
heeft; men verlangt naar onafhankelijk
te zijn van Engeland, wat zeer zeker
niet zoo voetstoots zal tot stand komen.
Onlangs heeft men beweerd dat Enge
land tevreden mag zjjn als het over tien
jaar nog één kolenstation in Zuid Afrika
bezit.
Spanje, dat het niet verkroppen kan,
Gibraltar in Engelsche handen te moeten
laten, juicht onverholen, als de Engel-
schen weer eens goed geraakt worden,
zooals de vorige week by Tweebosch.
In Frankrjjk dweept men met De la
Reyhij draagt een Franschen naam en
heeft dus zeker Fransch bloed in de
aderen, meent men, en ook d&ar maakte
de Boerenoverwinning en het loslaten
van Methuen een onderwerp der bespre
kingen uit.
Volledig is uitgekomen de sombere
voorspelling van den Engelschen liberaal
Morley, een week of vier voor de Zuid