militaire maatregelen geoorloofd, wan neer er uit feiten rust- en ordeversto ring te konstateeren valt. Spreker oor deelde dat de buitengewone oproeping der miliciêns, in plaats van bg te dragen tot orde en rust in het land, integendeel feitelijk indirekt oorzaak is geweest van de tweede werkstaking. Hg meende, dat indien de Reg. gevolg gegeven had aan den aandrang tot het uitstellen der be handeling van de strafrecht-novelle, de treurige gebeurtenissen in April achter wege zouden zjjn gebleven en alsdan zouden de oproepingen der miliciêns niet noodig zjjn geweest. Maar de Reg. nam de toevlucht tot allerlei middelen om de sociaal democratie tot zondebok te ma ken tegenover de arbeiders. Met nadruk kwam Spreker er tegen op dat de Reg. uit gebeurtenissen munt schijnt te wil len slaan om het militairisme te verster ken tegenover eigen volk. Ten zeerste laakte Spreker de houding der Reg. die niets wilde zien van het rechtvaardige in den strjjd der arbeiders en daardoor de Spoorwegmaatschappijen steunde. Hg keurde voorts in krasse bewoordingen af, dat de bourgeoisie in haar overmoed voortgaat, op schandelijke wjjze de arme gevallenen te verpletteren, te honen en te smaden. Spreker voorspelde, dat de tjjd van wraak eenmaal komen. De heer ter Laan bepleitte een spoediger, milderen gemakkelijker verkrjjging van schade vergoeding voor miliciêns. Ook kwam hg op tegen de beperking van het petitierecht voor soldaten. De heer Drucker konsta- teerde dat het medegaan met de wetten niet bet'eekent goedkeuring van het Re- geeringsbeleid, maar alleen erkenning, dat voor buitengewone militaire maatre gelen aanleiding bestond. Omtrent de verdere militaristiesche voornemens der Reg. verklaarde Spreker zich te ver ontrusten. De heer Mees opperde eenige bedenkingen van staatsrechterlijken aard, en gaf in overweging, voortaan een termjjn te bepalen, tot welken de mach tiging loopt. De Min. van Binnenl. Zaken betoogde, dat uit kieschheid tegenover de Kamer de Reg. niet was overgegaan tot intrekking van het wetsontwerp, toen de miliciens reeds naar huis waren gezonden. Het vaststellen van een ter mgn voor het onder de wapens houden van miliciens, zooals de heer Mees wenschte, zal de Reg. overwegen. De Min. zag in de rede van den heer Troel stra een mislukte poging van een hart, dat ook nobeler tendenzen kent, om zich te zuiveren van de zwaarste schuld, die wellicht op een politieken leider rusten kan. De heer Troelstra roept: wat een huichelarijDa Voorzitter riep hem tot de orde. De heer Troelstra en een paar andere soc. demokratiesche leden riepen wederom: 't Is huichelarij! De heer Heemskerk roept: 't Is de waarheid. De Minister verdedigde voorts de toepassing der buitengewone militaire maatregelen in het belang van orde en rust. Op Schaerbeeksch gebied bij Brussel, is een verschrikkelijk ongeluk gebeurd. Een goederentrein, komende van hetGare Luxembourg, is zijlings ingereden op een passagierstrein uit Antwerpen. De schok was geweldig. Verscheidene rijtuigen zijn tot splinters geslagen. Er zijn twin tig reizigers gekwetst, o.w. verscheidene ernstig. Een graanhandelaar, Iiolstra genaamd, heeft men twee beenen moeten afzetten, een ander heeft men een been geamputeerd. Een ooggetuige verhaalt: Van den beurstrein waren de twee eerste rijtuigen 3e klas. Deze rijtuigen werden licht beschadigd, doch niet uit het spoor geworpen. De reizigers heb ben er slechts een hevigen schok ge kregen, doch werden niet zwaar gewond. Het derde rijtuig, ook een derde klas, werd in stukken geslagen en lag geheel op zij. Het vierde en het vijfde rijtuig, tweede klas wagens, werden totaal in splinters geslagen. Er heeft een onbeschrijfelijke paniek geheerscht. Op de Antwerpsche beurs heerschte natuurlijk den geheelen middag groote beweging. Van zaken doen was haast geen sprake. Onophoudelijk kwamen er telegrammen van beursmannen, die hun behouden aankomst te Brussel en de namen van de gewonden meldden. De burgemeester van Schaerbeek, de voorstad van Brussel, waar het spoor wegongeluk plaats had, moet de directie van den spoorweg reeds lang opmerk zaam hebben gemaakt op het gevaarlijke van dit gedeelte van den weger loopen slechts twee sporen over de brug, ter wijl er niet minder dan 600 treinen per dag loopen, zegt de Vlaamsche Gazet." Omtrent de slachtoffers luiden de berichten, dat slechts twee ernstig ge wonden levensgevaarlijk schgnen. De gekwetsten zijn voor het meerendeel uit Antwerpen. Toen keizer Wilhem aan boord van de Kearsage bg admiraal Cotton op de lunch was, bewaarden twee matrozen in 's Keizers nabijheid zgn mantel en hoofddeksel. De Keizer vroeg den Ame- rikaanschen vlootvoogd verlof, de beide manschappen een medalje te schenken, maar Cotton verklaarde, dat de dienaren der Vereenigde Staten geen buitenland- sche decoraties mogen aannemen. De Keizer vroeg toen of hij hun dan ieder een horloge mocht geven. Cotton zeide, dat hetzelfde reglement dat ook verbood. De Keizer wist er toen niets meer op dan een paar vriendelijke woorden tegen de beide zeelui te zeggen en ze de hand te drukken. Het onderzoek naar aanleiding van de ontploffing in Woolwich is geëindigd met een zeer afkeurende oordeelvelling van de ambtelijke commissie, die ver klaarde dat de gevaarlijke gebouwen te dicht op elkaar staan en te weinig ge- isoleerd zijn. De werkplaatsen van het tuighuis moesten, zoo verklaart de com missie, evenals andere fabrieken onder de inspectie vallen van het departement van binnenlandsche zaken, de arbeiders dienden beter betaald te worden en geen gemeenschappelijk stukwerk te verrich ten. Verder zgn de opzichters en mees terknechts niet voldoende op de hoogte van het omgaan met ontplofbare stof fen. Nog steeds verkeert men in 't on- zekeie of de geruchten van een bloedig échec der Engelschen in Somaliland waarheid bevatten, te meer daar generaal Manning verklaarde er niets van te weten. De geruchten zgn afkomstig van Somalis. Zij verhaalden, dat slechts drie officieren van de drie en veertig waren gespaard gebleven en tweeduizend man inlandsche troepen zouden omgekomen zijn. In elk geval wacht men bevestiging of besliste ontkenning van de zaak, waarvan de eerste berichten over F rank rijk zgn gekomen. De pas geopende spoorweg in Enge- din, (Grauwbunderland, Zwitserland), voert den reiziger op uiterst gemakke lijke wijze naar een achttienhonderd meter hoog Alpenland. Een geneeskundige heeft echter ge waarschuwd tegen deze manier van reizen, vooral voor personen met hart- gebreken, aangezien de snelle verplaat sing naar de lichtere luchtlagen den bloedsomloop aanmerkelijk doet versnel len, veel meer dan voor sommige per sonen gewenscht is. De bergbestijging te voet gaat meer geleidelijk en is dus voor enkelen meer aan te bevelen. Koning Peter heeft zijn Skoeptsjina ontbonden, wat misschien een verstandig besluit is, aangezien de stemgerechtig den zich dan opnieuw kunnen uitspreken. Het Nowoje Wremja meldt dat de bisschop van Kisjinef 40,000 exemplaren ter verdeeling heeft ontvangen van de laatste rede van den aartspriester loan van Kroonstad, den als een heilige in geheel Rusland vereerde geestelijke. In die rede verklaarde loan dat aan het bloedblad te Kisjinef alleen de joden schuld hadden en dat de Russische be volking volmaakt onschuldig was. Dit laatste is zeker meer dan de Kisjinefsche moordenaars en plunderaars zelf wisten. Men kan zich echter voorstellen, hoe zulke wenken van boven af op het on ontwikkelde volk moeten werken. Arme joden! In den nacht van Zondag op Maandag is bij Erlangen een aanslag gepleegd op den nachtsneltrein van Munchen naar Berlijn. Er waren even voor een tunnel vier dwarsleggers over de staven gelegd. Gelukkig vloog alleen de locomotief met de voor-as van het spoor en gebeurden er geen ongelukken. Uit Belgrado wordt aan de Daily Mail gemeld, dat men daar zeer onthutsten onstemd is, wijl Engeland koning Peter I niet erkent. De dagbladen bevatten anti-Engelsche artikelen. Van andere zgde wordt echter ver meld, dat Engeland er spijt van zou hebben, de betrekkingen wat al te voor barig te hebben afgebroken, en zou het reeds trachten den diplomatieker, toe stand te herstellen. De eisch van straf baarstelling zou reeds ingetrokken zgn. Het ontvangen van vorstelijke per sonen kost den Fransche republiek veel geld; de minister van financiën Rouvier heeft de begrootingscommissie een wets ontwerp voorgelegd tot opening van een buitengewoon crediet van 600,000 frs. bestemd om kosten te dekken van een deel der uitgaven ter gelegenheid van koning Eduards bezoek aan Pargs, van president Loubets aanstaand tegenbezoek aan Londen, en van het daarop volgend bezoek van den Italiaanschen koning aan Frankrjjk. De volgende week komt de crediet- aanvrage in de Kamer om onmiddellijk behandeld te worden. Volgens berichten in Oostenrijksche bladen heeft de groothertog van Tos- kane van het Oostenrjjksche Hof weten te verkrijgen', dat prinses Louise niet buiten het familieverband zal blijven geplaatst; de prinses zou den titel van Keizerljjke Hoogheid ontvangen. Uit Fransche bron werd het bericht ver spreid, dat Prinses Louise en de Kroon prins van Saksen wellicht weer tot elkaar zouden komen. Doch naar een correspondent van den Petit Bleu meldde was de waarschijnlijkheid niet groot; zeker niet zoolang de oude Koning nog in leven was. Over de erkenning van de jongstgeborene der Saksische ex- kroonprinses werd ook gesproken. Uit Wageningen wordt aan het Hd.bl. geschreven 't Was bekend, dat op de steenfabrieken in deze omgeving met de Arbeidswet schromelijk de hand werd gelicht. Wel werd zoo nu en dan door gemeente- en rijkspolitie een enkel procesverbaal op gemaakt, maar tot een blijvende ver betering vermocht dit niet veel bij te dragen. Thans echter schijnt men van een anderen kant eens te willen probeeren of er niet voorgoed een einde kan ge maakt worden aan het misbruik, dat wordt gemaakt van vrouwen-en kinder krachten. Maandagmorgen half twee, 't was nog geheel nacht, stapte de heer G. J. van Thienen, inspecteur van den arbeid te Arnhem, bg den Grebbeberg uit de Oosterstoomtram en wandelde, vergezeld van twee adjunct-inspecteurs en een opzichter, in de richting vanWageningen. Nu hebben de meeste overtredingen op de steenfabrieken plaats in den nacht van Zondag op Maandag. Alsdan kan men, vooral wanneer er een droge week met groote productie is voorafgegaan, tientallen vrouwen en kinderen naar de fabrieken zien trekken om de steenen op te zetten. De wandeling van den inspecteur duurde van half twee tot half vier, en in dien tijd werd geconstateerd, dat op 5 fabrieken werd gewerkt door vrouwen en kinderen beneden de 16 jaar. Proces verbaal is hiervan opgemaakt. Op één oven was een knaapje van 10 jaar bezig met het opzetten der steenen. Bij het constateeren der overtreding gaven ver schillende arbeidsters haar genoegen te kennen over het verschijnen van den inspecteur, waardoor, naar zij hoopten, aan dezen nachtarbeid een einde zou komen. Te Amsterdam had het volgende plaats. Woensdagavond laat stond geruimen tjjd eene menigte volks op een der brug gen in de Leidschestraat verdiept in de aandachtige beschouwing van een don ker, schijnbaar rond voorwerp aan den avondhemel. Men was het er dra over eens, dat het ding een luchtballon moest zgn, die een koenen aëronaut in den donker over de stad voerde. Verrekijkers en binocles werden uit huis gehaald om te trachten ook het schuitje met den luchtreiziger in 't vizier te krjjgen. Vreemd vond men het ten slotte, dat de ballon zoo weinig vorderde al was er dan zoo goed als geen wind,tot een paar kwajongens uit de Leidsche buurt kwamen vertellen, dat het hun vlieger was, die ver weg aan een hoog gespannen telefoondraad was vastge raakt. Bij gelegenheid der tentoonstelling te Aalsmeer zal door wielrijders en rgd- sters een bloemencorso gehouden wor den. Een onderwijzer, die in een der her bergen a/d Ringdijk te Haarlemmermeer nabjj Halfweg zou optreden ter bespre king zijner socialistische gevoelens', om propaganda te maken, voor de gemeente raadverkiezingen, had weinigsucces, daar er geen publiek was opgekomen. HAARLEM 3 Juli 1903. De heer Louis Bouwmeester zendt aan verschillende ingezetenen een cir culaire, waarbg hij meedeelt, dat een gedeelte van het kleine waarborgkapi taal, noodig voor de stichting van zijn Haarlemsch Tooneelgezelschap, reeds gevonden is en waarbij hg een beroep doet op den steun van Haarlem's kunst vrienden voor het verschaffen van het nog overblijvende bedrag, waartegenover faciliteiten voor toegang worden ver leend. De circulaire is mede onderteekend door een Commissie, bestaande uit de heerenM. H. Binger, Theophile de Bock, Mr. F. A. Bjjvoet, A. Koolhoven, Vincent Loosjes, Justus van Maurik, J. C. Peereboom, Jhr. A. W. G. van Riems dijk, Mr. L. R. van Sloterdjjk, J. J. Zeewoldt. Deze commissie, die het ondersteu ningskapitaaltje zal beheeren, verklaart dat wanneer de gevraagde steun wordt verleend, de onderneming van Bouw meester bestaan en slagen kan en doet harerzijds een beroep op de sympathie, die voor Nederlands grootsten acteur bestaat. Gedurende de maand Juni werd het Museum van Kunstnijverheid alhier bezocht door 949 belangstellenden, ter wijl uit de aan het Museum verbonden boekerij 198 boek- en plaatwerken naar verschillende plaatsen van ons land ver zonden werden. 3' as g ■S O Z 63 a *3 H O* H CC H r. O r a z M NJ m -ï= H es K H H Z O o o oo t— 'O -T s x "s 2 ®.®f e o O'S 2 aio t-9 v"ai-S. 1 S «.S» g>-3 o t-a (u Beknopt driemaandeljjksch overzicht van den toestand der Onderlinge Brand- waarborg-Vereeniging voor de ge meente Haarlen. Aantal deelhebbers op 1 Jan. 1903 808 Vermeerderd door toetreding met 31. Aantal deelhebbers op 1 Juli 1903 839. Verzekerd kapitaal op 1 April 1903 f 4.195.390 Vermeerderd door toetreding metf 109.900 Verzekerd kapitaal op 1 Juli 1903f 4.305.290

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1903 | | pagina 2