Tweede Blad. TE HUUR. van WOENSDAG '29 November 1905 1 HANNES VAN DEN MOLEN Onder de rubriek „T E HUUR" worden voor onze abonne's gratis gedurende een maand opgeno men woningen, kamers enz., met vermelding van Stand, Lokaliteit Huurprijs en wanneerte aanvaarden Opgaven hieraan niet voldoende, kunnen niet geplaatst worden Bakenessergracht. Vn. 75rood. Beven huis, 5.p. w., terst. No. 77. Bovenwoning ƒ2 p. w., terst. No. 77. Slaapkamertje k f 1.— p. w. Cronjést raat. No. 87. Bovenvuurrr.nl. met kavt en stook pi. f 1.per week, terst Donkere Spaarne. No. 56. Gen. Kamers met pension vanaf 36.per maard, teratmd. fiuven voordestraat. No. 45. Gem. Kamer en suite, terst. No 6''rord Bovenhuis, bevattende5 kam., keuken, badkamer en afgeschoten zolder, gas- en waterl. 275.per jaar, terst. Gierstraat No. 51. Bovenhuis 2 kam., keuken, ged. solder. No 69rood. Bovenhuis, 5.p w, terst. Groote Houtstraat. No. 41. Modern groot Bovenhuis, geschikt voor kantoor Terst nd No. 86. Gein. Kamers met alcoof, f 35. p. m. Nov. Harmeniansweg. No, 31. Huis met tuin, 325.p j. Meie.k. Jansstraat. No. 1. Heerenhuis met grootcn tuin, f 860. per jaar, terstond. Jansweg. Bovenhuis, suite en 4 k keuk., sold. Aanv. Aug. Hnurpr. 356.p j. No. 31. Gemeubileerde Zit- met twee Slaap kamers, voor 2 personen met pension, 66. p. m. Kleine Houtstraat, No. 5rd. Gem Kamer met alcoof en pension, f30 per maand, terst. No. 29. Een Bovenvoorkamer 1 75 p week Koningstraat. No. 7. Winkelhuis, 650 p. j., tentond. Korte Heerenstraat. No 22. Huis met tuin, 4.50 p. w., terst. Korte Lakenstraat. No. 8. Bovenhuis met waterleiding, 2.25 per week, terstond Leidsche vaart. No. 136. Een Hui», 550.—p. jaar, terstond Molkboerens; eeg. bij de Amsterdamsche Poort. No. 3. Groote Locd«, 1.— per week. Nassaustraat. No. 2. Klink Winkelhuis, f40.p. m.,niet ruime plaats, terst. Oranjestraat No. 89 Bovenhuis, 3 kamers met keuken, en zolder Parklaan. No. 26. Huis met tuin, 400.— per jaar, terstond. Pieter Kiosstraat. No. 33. Gem. Kamers met pensi n, f 80. en f 60.p. m., terstond. Raamvest. No. 47. Pension, van af f 50.per maand. Ruychavestraat. No. 18. Bovenhuis, k f 16— per maand. Adres: Prinsenbolwerk 14. Schagchelstrnat. No. 9. Een net Winkelhuis, huurprijs f500 per jaar. 1 Oct. Spsarn wouderstraat. No 4. Kelder, f .75, terst, Sophiaplein No. 4. Benedenhuis met waterleid. en tuin, f 175.— per jaar, terstond Sophiastraat. No. 1. Huis met tuin, ƒ175.p.j, terst. No. 18rood Bovenhuis, terst, f 210.— p.j Schermerstraat. No. 36rood. Gem. Zit- en Sl&apkam., 30.— per maand, met degel, pension, terst Witte Heerens'eeg. No. 35. Bovenslaapkaner, f 1.25 p. w terst No. 39 Kamer, f 1.26 p. w„ terst. Z. B. Spaarne No. 24a. Bovenhuis, f 300.p. j., terst. No. 76a Botenhuis, f225.— p. j terstond. Zijlweg No 75. Huis met voor-tuin, 5 k ,(2 ensuite) keuk., zold. met diemtbid-kam Per jaar f 250.— (tot 1 Mei 1916) daarna f 310. Aanvaarding terst. Kerkbuurt te Bloemendaal. No. 199a. Heerenhuis met groeten tuin, f 650 per jaar, terstond. No. 198a. Huis met tuin. 31,0 p j.Meiek. No. 185a Heerenhuis met gr. tuin, 650 per jaar, terstond Heerenhuis met gr. tuin, f550p.j Mei e.k. Bij J. BOEREE, Coornhertstraat. Huizen met Tuin en een Winkelhuis te koop Te Huur Onder- en Bovenwoningen. Spaarn- wouderstraat. Bij C. GROENEWEGEN, Langendtjkstreat 18, bij de CoornhertB treat. Bouwgrond te koop, gelegen 1 In hei Kieverpark. 2. In de Generaal Cron:é<t.raat. 3. In de Generaal de La Reijstraat. 4. Aan de Schalk Burgerkade. 5. Aan de Brouwerikade. 6. In het Kleverpark. Huilen met tuinen te huur, hevattende zes kamers met zeer en waterliid ng. f 250per jaar. Deze huizen zijn Ouk te ko-p, met gas weinig kapi'aal. DOOR CLARA VIEBIG. 23) Met een vriendelijken groet ging hij aan de tafel zitten. Ha, daar stond dichtbjj ook de piano! Hij bekeek hem nadenkend; onwillekeurig dwaal den zijne gedachten terug naar dien gouden zonnedag, toen ze hem hier hadden binnen geroepen. De groote Franze was toen nog een jong kind, en Hannes had veel en luid en harte lijk gelachen, ook de vrouw was er nog bij en de oude man. Juist was de piano aangekomen ach, wat waren ze toen allemaal vroolijk ge weest De piano had zoo heerlijk gespeeld! Nu lag er stof op. En nu lachte Hannes niet meer, maar knik te stom „Hannes," zeide Noldes. En na een pauze nog eens: „Hannes, hoe gaat 't ermee Het klonk heel vriendelijk; maar toen er geen antwoord kwam, alleen een afwerend gesteun, zweeg do grijs aard voorzichtig: Hannes wou zeker niet praten, zijn ziel was vervuld van leed, tot berBtens toe vol, dus kon er geen woordje bij nu goed, dan zou hij wachten tot Hannes lust in praten kreeg. Dus maar gewacht! En de oude man hield zich gedul dig stil. Met zijne parnpluie tusschen de knieën, vonwde hij de handen en keek met bedroefde oogen naar het verstoorde gezicht van den ander. Dit was nog altijd hoogrood, bjjna violet gekleurd, maar de wangen stonden niet strak, niet stijf gestopt als de veeren kussens in de allerbes te hoerenbedden, ze hingen in slappe kwabbenen de onderkin hing ook neer onder de smartelijk naar beneden getrokken mondhoeken. Heere God, wat was die man oud geworden, hij ipoeBt wel erg veel verdriet hebben Het medelijden werd pastoor Nol des te machtig, zijn toch al verzwakte stem nog meer dempend, zeide hij nog eens, eenigszins sissend door de openingen tusschen zijne tanden „Hannes, hoe gaat 't er mee?" En dan heel meewarig: „Hannes wat is er, waar denk je an?" Toen schrikte Hannes op: wie, wie had dat ook weer altijd gezegd, wie? De blauwe bril afslingerend richtte hij den zoekenden blik der halfuitge- doofde oogen ten volle op den grijs aard tegenover hem en stamelde iets en strekte de handen uit. „Wat blief Noldes hield zjjn hand achter zijn oor, hij kon niet heel goed meer hooren. „Zegje wat?" Nu kwain nog eens de klagende roepende klank. Het scheen hem toe, dat Hannes „Vader!" riep. En geroerd, heel zacht, strekte de geestelijke zijne handen uit en legde ze verkoelend op de heete blauwroode vuisten, die Hannes krampachtig op de tafel in elkaar wrong. Hij sprak geen woord, hij kon niets uitbrengen, hij had het gevoel alsof men hier op de teenen moest loopen. Zwijgend bleef hij zitten en liet slechts zijne blikken dwalen van den wanhopigen man aan de tafel naar de met papier beplakte ruiten en door deze naar buiten. Hij zocht den hemel, maar die was schier niet te zien vandaag vooral niet door mist en wolken. De sneeuw, die zoolang hoog opge hoopt had gelegen, was zacht en vochtig geworden. Van het dak van den molen gleed elke paar minuten mot dof geluid een massa sneeuw naar beneden, en men hoorde de sneeuw donderend van de berghellin gen in het dal vallen. Buiten klonk een voortdurend ruischen en murmelen alsof alles weg ging vloeien in modder en tranen. Alles grauw, een triestige middag, een dag zonder hoop. De oude pastoor zou gaarne zijne handen gevouwen hebben, maar hij durfde zijne rechterhand niet terug te trek ken, Hannes hield deze vast omsloten tusschen zijne beide vuisten. Hij klemde zich er aan vast. Zóó verliep wel een uur. Franze had al een paar keer haar hoofd door de deur naar biunen gestoken en den geestelijke dringende teekenen gegeven, dat hij haar vader eens flink toe moest spreken. Maar de pastoor vond nog steeds geen woor den. Wat voor troost kon hij dezen man geven „Je wilt je vader terugvinden?!" dat was toch het eenige waarnaar Hannes verlangde. Noldes schudde het grijze hoofdmet het weerzien daarboven laat zich iemand als deze man niet troosten neen, neen I Hij wilde dadelijk ver hoord worden. Maar er gebeuren nog wel wonderen, waarom niet?! Als HanneB maar bidden wilde, zoo recht van harte, zooals vertrouwende kinderen hunnen vader iets vragen En zachtjes zijn hand uit Hannes' vuisten trekkend, begon hij„hm hm 1" Hij kuchte nog eens en wachtte toen weer. Hannes kwam hom te hulp; hem strak aanziende stootte hij ruw uit „Wat mot je hier?" En toen, alsof hij nu eerst den geestelijke herkende: „O, Noldes?! Ga maar na huis, ja ja, ik weet wel, je meent 't goed maar" hij maakte eeDe afwerende handbeweging „ik heb niemand noodig!" En toen de andere niet dadelijk opstond om heen te gaan, riep hg heftig; „Ik heb niemand noodig hoor je, niemand de molen is nog van mijn hier ben ik nog de baas ik ik en ik wil niemand!" Arnoldus Cremer bleef bedaard zitten hij beschouwde het al als een goed teeken, dat de ander ten minste zijn mond opendeed, en dus knipoogde hij vriendelijk tegen hem met zijn kleine oogjes, die bijna schuil gingen onder de vele rimpels in het voor uitspringende voorhoofdsbeen. „Hannes," zeide hij kalm, „mijn zoon, je komt zoo zelden biechten, je gaat ook zoo weinig na de kerk hm er kwam iets in zijn keel, maar hij kuchte het met inspanning weg „maar dat doet er niks toe nee, nee, je bent toch een kind van God, want je hêt van je vader gehouen en hem hoog in eere gehouen. Is 't niet zoo, zeg Hannes?" De man kreeg een schokde onwillige houding waarin bij de woor den den pastoor over zich heen had laten gaan, liet hij varen, hij kromp ineen alsof hij zou willen verdwijnen. „Is 't niet zoo?" herhaalde de oude heer. nog eens, „ia 't niet zoo? Je hebt 'm altijd hoog in eere gehouen Toen stotterde de zoon met neer geslagen oogen en bevende lippen „Niet altijd, niet altijd!" „Maar je hebt van 'm gehouen, van Matthes Toen knikte de zoon en als een kreet wrong het zich uit zijne borst: „As ik 'm maar vond waar, waar is ie? Leit ie in 't meer? Ilij is na beneden gevallen en hêt pijn gelejen, is dood gegaan alleen hij hêt op me gewacht zooas ik op hem misschien uren lang, dag en nacht?! 't Laat me niet met rust, ik wor der nog gek van? As ze hem maar vondenO, meneer Noldes, hij hêt spierwit haar haar zooas uI" Hij strekte de bevende vingers uit en raakte schuw de lange, als zilver glanzende lokken van den geestelijke aan. As ik dat nog maar één keer kon streelen ik heb 'm nog wat te zeggen ik ik heb 't grijs gemaakt vóór den tijd. Haha, hohohol" Hij barstte in lachen uit, zoodat de ander van schrik ineen kroop. „Mijnheer Noldes, u zegt dat zoo: een kind van God, waar is God dan? De duivel ja, die is er en God och, die slaapt!" „Hij slaapt niet, je mot maar tot hem bidden „BiddeD?! Ik zit tot over m'n ooren in de schuld ik zit in de modder en de ouwe, die zoo goed was, krepeert as een hond, waar is God nou, hé?" „Daar," zeide de grijsaard, hief den vinger op, en wees door het met papier beplakte raam naar een stukje blauwe lucht niet grooter dan een zakdoek, maar toch schitterend en diep als in 't voorjaar, dat tus schen de grauwe wolkenmassa te zien kwam. „Kijk eres daarheen Hannes!" Hij nam de zwak tegenstrevende bij den mouw en trok hem vóór het raam. Kijk, daar boven! Vandaag met dat grauwe weer, wie had dat go- dacht? Geen menschIn eens blauwe lucht! Kijk toch es, wat mooi!" De oude man raakte geheel in ver rukking. Er was plotseling wind opgestoken, die de wolken uiteen had gedreven, zoodat ze rechts en links wegvlucht ten, het stukje blauw werd grooter. Het regende nog, maar een straal van de avondzon brak er plotseling doorheen en zocht, als een verdwaald kind, voorzichtig den rechten weg'

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1905 | | pagina 5