ff
KUNST.
„HET MUZIEKLEVEN"
Nu Verhey heengaat
Het was al lang te voorzien dat we
Verhey als dirigent van onze H.O.V. niet
zouden behouden. Voor hem. evenals voor
heen voor Eduard van Beinum en voor
Frits Schuurman, is ons orkest een door
gangshuis geweest, een springplank naar
een hooger doel. Het schijnt nu eenmaal
het lot te wezen van onze wakkere ccn-
certinstelling, dirigenten voor de hoo
stedelijke orkesten pasklaar te maken,
moge voor ons. Haarlemmers, oogensch.
lijk minder prettig zijn; er is echter t.
een belangrijke lichtzijde aan deze be
schikking. Niet alleen vervult de H.O.V.-
daardoor een voorname rol in het alge-
meene Nederlandsohe muziekleven, maar
ook helpt de situatie in niet geringe mate
mee, om óns orkest steeds nieuwe stu
wingen te geven, te zorgen dat het niet
in provinciale zelfvoldaanheid indut,
maar steeds met nieuwen bloedtoevoer
frissdhe idealen dient' en 'krachten put uit
„Sturm und Drang". Wanneer straks weer
openbare proeven zullen worden afgelegd
door een reeks aspirant-dirigenten, zal heel
waarschijnlijk wel weer iemand voor den
dag treden, die waardig Is mee te bouwen
aan ons Haarlemsch muziekleven; laat het
desnoods iemand zijn die nog volkomen
routine en ervaring mist, dat is niet zoo
heel erg, als hij maar een geboren miizi-
kant en een persoonlijkheid is.
Dat Verhey een markante persoonlijk
heid was, hebben wij oogenblikkelii'k er
varen, toen hij hier zijn proefstuk kwam
leveren. En de betrekkelijk korte periode
van zijn leiderschap der H.O.V. heeft dit
steeds op iedere uitvoering krachtig geac
centueerd. Wü kunnen ons geen concert
van hem herinneren, dat niet de sporen
droeg van een punctueele verzorging;
maar meer nog dan dat, heeft ons steeds
het karakter van zijn interpretaties getrof
fen, niet omdat hij zichzelf daarin opdrong
en als 't ware een preponderante plaats
innam tussohen de schepping en de her
schepping, maar omdat zijn visie op het
werk steeds gegroeid bleek uit het kunst
werk zonder meer, Zijn vertolkingen ble
ken het resultaat van veel studie en ern
stige overweging en namen een vorm aan.
die door geen toe\*allieheden van het
oogenblik beïnvloed werd. En zijn per
soonlijkheid stond er borg voor. dat alles
en allen voor zijn opvatting zou buigen.
Zoo bereikte hij tevens met ons orkest een
samenspel, waar men geboeid naar luiste
ren moest. Dat de totaliteit van het kunst
werk bij Verhey voorop stond, moesten ook
de solisten ervaren.
Verhey eischt veel van het orkest, zulk?
is bij dat alles vanzelfsprekend, maar hij
eischt nok veel van zichzelf. Toch is steeds
duidelijk gebleken, dat hij den orkestleden
een warm hart toedraagt. Zijn actie voor
lotsverbetering der musici kan er van ge
tuigen.
En nu gaat Verhev naar het. Residentie
orkest. Toch zal hii het contact met het
Haarlemsche muziekleven niet loslaten;
want zoo goed al? zeker is het dat hii in
het volgend winterseizoen een paar
H.O.V.-coneorten zal komen dirigeeren.
öndertusschen onzen dank aan Verfcey
voor de vele momenten van hevig door
leefde schoonheid die hii ons gebracht
heeft, en een hartelijk goed heil op ziin
verdere kunstloopbaan! JOS. DE KLERK.
Het Nederlandsche Kunsthuis
te Amsterdam.
Werken van hedendaagsche
kunstenaars.
Werken van hedendaagsche kunstenaars.
Het goede handwerk wordt door het mee-
rendeel van het publiek nog steeds met ge
noeg naar waarde geschat. Hoewel men in
de jaren die achter ons liggen, meer dan eens
getracht heeft het echte vakwerk weer be
kend te maken, is hiervan in de practijk
weinig terechtgekomen. Wel behaalde het
ziellooze bazarproduct een toenemende en
ongewenschte populariteit, maar het edele
handwerk was bij de meeste menschen uit de
gunst geraakt. Met uitzondering van een ^rij
gering aantal fijnproevers keek men er haast
niet meer naar om. Dat was een treurig ver-
schijnsel, want in de eerste plaats schenkt
het handwerk den vervaardiger de vreugde
van den arbeid maar bovendien zal het voor
werp, dat degelijk en fraai van karakter is
den bezitter boeien door zijn schoone vormen
en kleuren. Natuurlijk kan ook het massapro
duct, als het oorspronkelijk door een kunste
naar ontworpen is, mooi en gaaf van vorm
en kleur zijn, maar toch zal het altijd bij het
handwerk ten achter staan, omdat dit laatste
onmiddellijk aan de gevoelige vingers van
den kunstenaar ontsproten is en daardoor een
levendig aspect heeft gelyegen.
In het Nederlandsch Kunsthuis aan het
Rokin te Amsterdam vindt men een verzame
ling Nederlandsche kunstnijverheid, die toont
dat deze min of meer veronachtzaamde
kunst veel meer waardeering verdient, dan
zij tot dusver ontvangen heeft. Van heinde en
ver zijn hier werkstukken van onze heden
daagsche kunstenaars bijeengebracht, zoodat
men zeker kan zeggen, dat deze verzameling
een uitnemende keuze biedt, uit het beste
wat de Nederlandsche kunstnijverheid op het
oogenblik voortbrengt. Er is smeedkunst,
drijfwerk, ceramiek en glaswerk en men
vindt er meubels, grafische werken, weefsels
Het Residentietooneel.
„DE DUBBELGANGER"
Een hoofdrol in doublure is op de film
geen verrassing meer. Hoe dikwijls hebben
we daar al niet den man ontmoet die juist
uit het licht verdween als zun dubbel
ganger zich liet zien? Op het tocneel is die
truc, voor zoover we kunnen nagaan,
sedert Plautus zelden toegepast.
Ben van Eysselstein heeft de mogelijk
heid van deze figuur uitgebuit in ziin,
min of meer op Plautus geïnspireerde, blij
spel „De dubbelganger", dat het Residen
tietooneel hier gisteren, onder regie van
Johan de Meester, speelde in de abonne
mentsserie van den Stadsschouwburg. De
beide Latours. die ten huize van de gra-
yin di Segrari te Venetië verschijnen,
noemen zich Ernst. Ze lijken op elkander
als de spreekwoordelijke regendroppen,
spreken dezelfde taal, gedragen zich ge
lijk enbeminnen dezelfde Julia Fer
rari. Tot hun schade bevinden zij zich
nooit tegelijkertijd in het genoemde huis,
wat voor een der huisvrienden, den offi
cier van justitie Pisani, aanleiding is.
Ernst Latour te laten arresteeren. Pisani
is er namelijk van overtuigd, niet met
tweelingbroers te doen te hebben, doch
met één persoon, een gevaarlijk individu,
die onder het mom van ziin broer valsch
speelt, valsche chèques uitdeelt en andere
duistere praktijken uitoefent.
Er blijken evenwel wel degelijk twee
Latours te bestaan, al gebruikt de een val-
schelijk den voornaam Ernst. Maar de be
drieger blijkt niet de laatstgekomene te
zijn. De man die zich al weken geleden
heeft ingedrongen in het gezelschap van
Pisani 'en de anderen, die bijna verloofd
wa's met Julia, is de oplichter die on
schadelijk gemaakt moet worden. En die
dat ook wordt, nadat Julia ontdekt heeft,
in hem vergeefs den onschuldigen. inne-
menden droomer te hebben gezocht., die in
den nieuwen en echten Ernst schuilt.
Van Eysselstein noemde zijn stuk een
spel vol verwarring. Vol verrassingen zou
den wij willen zeggen. In langen tijd -heb
ben we niet zoo meesterlijk zien gooche
len op het tooneel. En de regisseur De
Meester heeft zich kunnen verplaatsen in
die sfeer mét alle middelen welke het
moderne theater biedt, de raadselen levend
gehouden tot het slot. Zeer knap heeft hij
ook het Venetiaansche milieu getroffen,
De dienaren van het politieke christen
dom hebben in den loop der tijden veel
onheil en leed over ons volk gebracht.
Telkens weder brachten zU verdeeldheid
tusschen volksgenooten, tusschen men
sdien van hetzelfde ras cn bloed. Door
hun kuiperijen en intriges werd broe
derbloed vergoten. De kans daartoe mo
gen zij nooit meer krijgen.
Strijdt daarom mede tegen de zwarte
Internationale.
Treedt in de rijen der Nederlandsche
S. S.
Twee schildergeneraties Dingcmans. Onder dezen titel wordt tot 30 Mei in de kunst
zaal van den Modernen Bockhandel aan de Lcidsehcstraat te Amsterdam een tentoon
stelling gehouden vau werken dezer bekende kunstenaarsfamilie.
(Pax Holland-De Haan m)
waarin acteurs als Theo Frenkel (de of
ficier), Mimi Boesnach, Fie Carelsen. Jan
Retèl, Mieke Flink en Piet Bron de noo-
dige verve aanbraohten.
De moeilijkste taak was weggelegd voor
Paul Steenbergen. Hij had de beide La
tours te spelen twee volkomen gelijke
menschen, toch met verschillende karak
ters. Een schier onmerkbare modulatie
wist hij te geven, dikwijls zoo onmerkbaar,
dat de verrassingen er slechts te veelvul-
aiger door werden.
Het publiek wist in den beginne blijk
baar niet goed wat het aan dezen avond
had, dank zij de verwarring. Al spoedig
begreep het echter, met een razend knap
geschreven stuk te doen te hebben, dat alle
foede eigenschappen van een „thriller"
ad. maar dat in waarde toch verre uit
ging boven de gebruikelijke detective-
spelen.
M. SYBR. KOOPS.
Promotie dr. J. H. Becker.
Gistermiddag is aan de Vrije Universi
teit tot doctor in de theologie gepromoveerd
de heer J. H. Becker alhier, laatstelijk
•hulpprediker bij de Geref. Kerk van
Krommenie-Assendelft. op een proefschrift
getiteld; „Het begrip Nefesj in het Oude
Testament". Als promotor trad op prof.
dr. G. Ch. Aalders.
Dr. Johannes Hendrik Becker werd 20
Dec. 1904 te Haarlem geboren. Hij bezocht
het Chr. Lyceum aldaar en studeerde aan
de Vrije Universiteit theologie om in 1929
zijn candidaats-examen te doen. In Juli
1932 deed hij cum laude zijn doctoraal
examen in de theologie en 1 Sept. 1933
trad dr. Beoker op als hulpprediker voor
den evangelisatiearbeid die de Geref.
Kerk v&n Krommenie te Assendelft en Uit
geest verricht. 1 Oct. 1940 legde dr. Bec
ker dit werk neer. Sinds Sept. 1931 is dr.
Beokpr ook leeraar Hebreeuwsch aan het
Chr. Lyceum te Hilversum, terwijl hij dit
vak ook doceert aan het Stedelijk gymna
sium te Haarlem sinds Januari 1941. Van
de hand van den heer Becker ziin bijdra-
ingenomen door een tentoonstelling van
schilderijen door H. v. d. Velde.
De kunstnijverheid kenmerkt zich in het
algemeen door een echt Nederlandsche een
voud en degelijkheid.
Zoo ziet men aan den grooten, cremekleu-
rigen schotel van den gevogligen pottenbak
ker Blanken, dat de artiest, die de schoon
heid van zijn materiaal verstaat, een massief
ding weet te maken, dat met zijn fijne na-
tuurkleur en zijn strakke rondingen uit de
techniek zelf is voortgekomen. Ook de cera
miek van „De Porceleyne Fles" uit Del.*t, van
Delerma en mej. Hazewindus verdient bijzon
dere aandacht. Een vakman toont Belkega
zich met forsch kunstsmeedwerk en een
fantast is J, W. Hooft in zijn grillig gevormde
vogels en visschen, die uit een sprookjesland
afkomstig konden zij'n. Een paar elegante
halssnoeren en eenige pittige stervormige
sieraden laten zien dat de'vindingrijke geest
van den Maastrichtschen edelsmid Cor San-
difort, dom- een degelijk vakmanschap ge
schraagd wordt. De' subtiel gedreven vazen
van P.olet behooren tot de juweeltjes der ex
positie. Sterk van karakter is het werk van
den bekwamen wever F. W. Jansen, die op
natuurlijke wijze runenteekens in zijn weef
sels als versiering heeft toegepast. Een deco
ratief vrouwofiguurtje noemde Tjipkc Visser
terecht „Holland", want 't is of dit meisje
met haar wapperende haren in den frisschen
zeewind staat en tuurt naar onzen verren
horizont.
Ik kan natuurlijk maar enkele grepen uit
de iele inzendingen doen. Er zijn dan ook
nog tal van werken, die voor een uitvoerige
bespreking in aanmerking zouden komen, zoo
als Copier's bekende „Unica's" van de glas
fabriek „Leerdam", de gezonde en stevig ge
vormde stoelen van „De Oude Monnik'van
Dijk's smeedwerk, het drijfwerk van Chris
Agterbcrg, benevens de etsen van W. J. Nijs,
Ykelenstam. Gerard Koekkoek en Nachenius.
Een kloek werkstuk is Raymond Kimpe's
„Zeeuwsche Boogschutter", dat al bijna
„classiek" fccnoemd mag worden' Dit monu
mentale volkstype, dat bestemd is voor het
Middelburgsche stadhuis, getuigt in tinte
lende kleuren van des schilders machtig tem
perament
Zooats men weet. is het Nederlandsch
Kunsthuis gesticht door de leiders van het
Departement van Volksvoorlichting en Kun
sten Het vormt een sterke schakel tusschen
kunstenaar cn publick. Ongetwijfeld zal deze
'nuttige instelling veel bijdragen tot den
bioei van onze hedendaagsche kunst
DE STERRENHEMEL
In Nederland, op 1 .Tunl 1942, des avonds
to 12.40 u wettelijke tüd, 11.00 n
plaatselijke tüd en 15 n 39 min sterrettjd.
DE ZON treedt den 22 Juni van dit jaar,
te 1 u Wereldtijd 3 u Oost Europee-
seho Tijd. in het teeken van den
Kreeft dan begint de astronomi
sche zomer. Dit beteekent, dat de zon zü'n
hoogsten stand bereikt heeft, em dat we
den lanersten dag des jaars weer beleven.
De zons declinatie is 1-VI: 22°0' N;
22-VI: 23°27' en 30-VI:23°12'.
De grootste hoogte bereikt de zon den
22en :61°27'.
De lengte van den dagboog ls op Midzo
merdag van dit jaar 16 u 45 min; de zon
komt dan op om 5.19 u cn gaat onder
am 22.04 u.
Datnm Zon op Zon onder
5.26
5.23
5.21
5.19
5.19
5 30
5.23
21.49
21.53
21.58
22.01
22.03
22 04*
22.04
Donker
van/tot
22.35—4.39
22.40—4.36
22.46—4.31
22.50—4.30
22.52—4.30
22 53—4.33
22 52—4.36
DE MAAN staat den 5en in het Laatste
Kwartier; 13 is het Nieuwe Maan. 21
Eerste Kwartier en den 28en Volle Maan;
do laatste twee fasen staan op ons kaartje.
de avondschemering verdwenen is: Saturnns
gaat kort v6ör, Jnpitcr kort na d* zon onder.
Vernis is morgenster, doch nog in de ochtend
schemering. Aan de planeten is de2e maand dus
weinig te beleven.
gen verschenen in 'het Jaarboekje van het
Verband van Geref. EvangelLsatiecommis-
sies en in „Witte Velden'' het orgaan van
dit Verband benevens in het weekblad
voor Uitgeest en Omstreken.
Dr. Becker wijst er op in zijn disserta
tie dat het begrip Nefesj een ondei-zoek
zeer waard was. Het komt als woord 754
maal in het O. Testament voor en de be-
teekenis aan zijn vele, althans de juist-
genuanceerde vertalingen. Het woord is
den Bijbellezer in vertaling niet vreemd,
want, die is nu het woord, dat in de
Sta ten-vertaling zoo getrouw werd over
gezet met „ziel". Denk maar aan allerlei
uitdrukkingen als: de vijand zoekt mijn
ziel; zoo waar als uw ziel leeft; die ziel zal
uitgeroeid werden, enz. Toch heeft zelfs
de Statenvertaling bij haar overzetting nog
allerlei andere woorden daarnaast noodig
gehad, die op bladz. 119 en 120 van het
proefschrift vermeld staan, als: adem,
leven, lust, wil, hart, gemoed, persoon,
lichaam, een doode. mensch. In het proef
schrift is dit aantal nog verdubbèld.
De hoofdnadruk van deze studie moet
gelegd worden op hoofdstuk II. dat verre
weg ook het grootste is, waar al de plaat
sen worden geciteerd in den grondtekst,
met vertaling en toelichting. De onder
scheiden beteekenissen zijn samengevat
in vijf hoofdgroepen, waarin Nefesj ach
tereenvolgens aanduidt: leven. ziel.
.demand's persoon", mensch en wezen} tel
kens met ondersdheiden nuances. Van de
problemen waarvoor dit woord stelt noemt
de promovendus: het vertalingsprobleem:
wat de grondbeteekenis is; hoe een woord
dat zoo vaak met leven moet vertaald wor
den, ook op den doode kan zien; en met
name ook hoe het tegelijk kan slaan op
iets in en van den mensch. en tevens
op den mensch in z ij n geheel. Wat dit
laatste aangaat wordt in dit proefschrift
de meening voorgestaan dat de naam van
het deel werd genomen voor het geheel
(„pars pro tato").
In een samenvattende beschouwing in
hoofdstuk III wordt vap een en ander na
der rekenschap gegeven. Aan het slot is
een register opgenomen dat de raa_dple?
ging van het werk zeer vergemakkelijkt.
Dr. Becker heeft aan zijn proefschrift 17
«tellingen toegevoegd, waarvan we er en
kele laten volgen:
XJII. Het vraagstuk van een nieuw leer
boek voor de catechisatie worde voorloopig
niet op het agendum van de Synode der
Geref. Kerken geplaatst.
XIV. Om „het dicht leven bij de Schrift
te bevorderen behoort bij het catechetisch
onderwijs aan het leeren van teksten een
goede plaats te worden ingeruimd.
XV. Het worde als regel gesteld, dat het
officieele ambtelijke huisbezoek óok met
gebed aanvangt.
XVI. Het is noodzakelijk ook bij de
straatprediking uit te gaan van een
Schriftwoord in eenigen vorm.
Frans Hals: Zeven oorvijgen.
Een jongeman verliest bij een manipula
tie van een groot bankier zeven pond en
wreekt zich op de oorzaak van zijn ongeluk,
door te verklaren dat hij den bankier in 't
bijzijn van getuigen zeven oorvijgen in een
week tijds zal toedienen. Willy Fritsch, de
benadeelde jongeman, deelt de oorvijgen
uit, hoewel de bankier hem steeds ^probeert
te ontvluchten en diens dochter hem steeds
tegenwerkt. Willy Fritsch speelt op zijn ge
wone charmante wijze, oppervlakkig doch
geestig, Lilian Harvey als de dochter van
den bankier is een even charmant tegen
speelster. VAN HEYNINGEN.
West-Friesland bestrijdt de
woelrat.
Onderdeel van grootsch opgezette
verdelgingsactie.
Door alle eeuwen heen hebben de
mensoh en de rat als onverzoenlijke vij
anden tegenover elkander gestaan. Geen
wonder ook, de bruine- of rioolra't, de
zwarte rat en de woelrat vreten niet al
leen graan, jonge groenten, eieren en
kuikens, zij vernielen en ondergraven de
aanplantingen van iomge vruchtboomen
en ondermijnen dijken en waterkee-
ringen. Maar bovenal is de rat gevreesd
als de overbrenger van pest, typhus en
triohineuze aandoeningen, koorts en be
smettelijke geelzucht. Juist in dezen tijd
is een georganiseerde verdelgingsacye
meer dan ooit noodzakelijk. En wat een
deskundig opgezette actie vermag, be
wijst het werk van de tuinders in West-
Friesland.
West-Friesland heeft reeds jaren geleden
de bestrijding op groote schaal ter hand
genomen. Hier is een combinatie gevormd
van een groot aantal gemeenten en het
terrein van actie bestrijkt den driehoek
Medemblik-Enkhuizen-Hooro. terwijl dc
Westelijk gelegen gemeenten Opdam en
Westbroek thans eveneens actief aan het
bestriidingswerk deelnemen. Er is een be
gin gemaakt met de campagne tegen de
gevreesde woelrat en bet is vooral aart dr.
Goudry van den Plan ter ziektek',n>'figen
Dienst te Wageningen te danken dat ook
hier de bestrijding het grootst mrttige ef
fect zal hebben.
De strijd gaat hier te lande tegen de
zwarte rat, die zich kort na de Kruistoch
ten over ons land heeft verspreid, de
kwaadaardige bruine rat den korten
neus en den korten staart, die in het be
gin van de 18de eeuw binnenviel en de
woelrat,.
Het is niet mogelijk om de schade,
die de ratten jaarlijks ons land en volk
berokkenen, in ciifers uit te drukken. In
veel gewaijen owner? is de schade r.ie*
altiid direct te cor^tafeeren. en ook de
invloed, welke de ratter hebben op de ver
spreiding van verschillende ziekten van
mensch en dier. i* niet altijd in cijfer? uit
JAN D. VOSKUIL te drukken. Hoofdzaak is, dat de schade
groot is en dat juist nu bestrijding meer
dan ooit noodzakelijk zal ziin.
Op alle fronten is men daarom tot een
actie overgegaan. er is een collectieve actie
van tuinders en boeren, de akkerbouw-
centrale bestrijdt de ratten. Het instituut
voor teöhmsch-natuurwetenschappelijk on
derzoek. de TJSf.O. heeft dit wenk ter hand
genomen en, evenals vroeger staat de Plan-
tenziektekundige Dienst te Wagen ingen
de bestrijders met raad en daad terzijde.
Het gevolg hiervan is, dat de verschillende
aoties niet alleen gestimuleerd worden en
gecoördineerd, doch ook de techniek en
methodiek bii de bestrijding ziin allengs
beter geworden.
Vooral 'het gebruikte lokaas en het juiste
tijdstip van bestrjjdïng zijn voor een doel
treffende actie van groot belang. Voor de
woelrat is nu het juiste oogenblik aange-
Een plaats, waar elke rechtgeaarde woel
rat de voorkeur aan zou reven. .Onder de
mesthoop, tusschen de stijgcrp&Ien, een
werkelijk luilekkerland. Maar het gif
wordt reeds uitgelegd.
(Foto V.PJ3.-I.P. en R.S.-m.)
broken. Deze rat, drie ondergronds leeft en
bij voorkeur holen graaft in de slootkan
ten, even boven het wateroppervlak, is uit
den winterslaap ontwaakt en de eerste
jongen zijn reeds geworpen. De bestrijding
geschiedt door vergif, gewikkeld in kran
tenpapier de rat is een groote liefhebber
van de krant in de ingang van de holen
te deponeeren. Als lokaas wordt gemalen
tuinboonenmeel gebruikt, gemengd met
„Pararat", een zeeajuinpreparaat. In Op
dam en Hensbroek wordt „Bogena" ge
bruikt, een vloeibaar zeeajuinpreparaat.
In een pakschuur in Hoogkarspel zitten
aan lange tafels een dertigal meisjes. Dui
zenden stukjes krantenpapier, netjes ge
sneden, liggen opgestapeld. In een hoek
wordt het lokaas gemengd en later door
de vlugge meisjeshanden in het kranten
papier gewikkeld. West-Friesland heeft
300.000 pakjes noodig en per dbg maken
de meisjes er 29.000 klaar, wat wel een
record mag heeten. Deze meisjes zijn de
eenige, die voor he£ werk betaald worden.
Het uitleggen van de pakjes, een moei
zaam werk, omdat alles per boot moet ge
schieden, sloot in en sloot uit, geschiedt
belangeloos door de tuinders zelf. De kos
ten van het-verpakken eiv de aanschaffing
van de benoodigde preparaten worden
gedragen door de gemeentekassen van de
betrokken plaatsen en door enkele organi
saties. Todh blijven door de onbaatzuch
tige samenwerking van allen de totaalkos-
ten laag, de actie in West-Friesland, waar
bij een negentiental gemeenten betrokken
zyn en' zeker 1000 man in touw komen,
kost een dikke zesduizend gulden.
Naast de bestrijdiugsaeties in West-
Friesland zullen binnenkort acties plaats
vinden in Boskoop, waar de woelrat groote
schade toebrengt aan de boomkweekcrijen
en in het Zaanland, waar een actie tegen
de zwarte- en rioolrat zal worden ingezet.
In Alblasserdaim staat ook een bestrij-
dmgsactie op het programma.
In het kader van de landelijke bestrii-
dinzen vallen ook de verdêlgingsacties in
Driebergen en de Geldersche Achterhoek,
tftrwijl in vele andere plaatsen acties
worden voorbereid. Daarnaast komt de
bestrijding van ratten in pakhuizen en
voedselopslagplaatsen, welke bestrijding
door de Akkerbouwcentrale ter hand zal
worden genomen. Tenslotte gaat het voor-
lichtingswerk en het laboratorium-onder
zoek in Wageningen onverminderd verder.
Want de strijd tegen de ratten is klem
mender dan ooi; te voren en geen middel
mag onbeproefd gelaten- worden om dit
ondier te bestrijden, vooral daar. waar de
rat een plaag dreigt te worden.
BRIEVEN UIT EN OVER DE HAARLEMMERMEER.
Wat alleen heel ouden zich
herinneren. Dc Thrips, onweers
beestjes of kqeut. Van levens
mysteriën. Wat buiten ons be
grip valt. „Kwade koppen" niet
in de Meer. maar....? Thrips
lini en Thrips angusticcps. De
traagheid der mannetjes. Welke
gewassen worden aangetast?
De afdoende bestrijding. Niko-
pren 0.1 of 0.3
Streng was de winter, voeten iioog lag
weken lang de sneeuw. Wie er zich op ver
heugde dat door 't laatste feit het kostelijke
wintergraan misschien nog grootendeels aan
de doodelijke greep van de ijzige koude
7,ou ontkomen, vergiste zich. Minstens
twee oorzaken maakten dit althans voor
de Meer reeds vrijwel zeker. In de
eerste plaats kwam de grootste sneeuwval
toen de vorst reeds decimeters diep in den
grond was gedrongen en in de tweeae plaats
kregen we halverwege de lange vorstperiode
een paar dagen dooi, die het ijskoude
sneeuwwater in de bovenste grondlagen
bracht waar het vrijwel doodelijk weer be
vroor. Zoo kon er hier en daar op 't land
schaatsen worden gereden! Daarmee waj
't lot van de wintertarwe en 't winter-
koolzaad maakte het al niet beter op
een enkele gunstige uitzondering na be
zegeld. Verwondering wekt dit allerminst;
integendeel 't zou ons verbazen als 't anders
was. En toch.wie nu meenen mocht dat
alle leven uit de bovenste aardlagen wel
geweken moest zijn vergist zich apsoluut.
Nauwelijks was 't eerste vlas dit jaar boven
den grond enNspreidde over de grauw-grijza
aarde een weefsel van 't edelste groen, of
hier cn daar ontstonden bruine dorre plek
ken of strepen. Wie er even met zijn nand
over streek behoefde niet lang in twijfel
te staan wat hier de oorzaak was. Tallooze
uiterst kleine insecten loopen daarbij u over
de handen. Neen. ge voelt ze niet. Zoo on
denkbaar licht zijn ze dat onze huid te grof
is, hun gewicht te merken. Alleen op een
warmen zomerdag als ze bij duizenden
maar dat zijn andere soorten op uiterst
fragiele franje vleugeltjes door 't luchtruim
zweven, kunnen ze een onaangenaam ge
kriebel veroorzaken in uw gezicht. Dat
deze „onweersbeestjes, deze kneut" om met
de Meerenaar te spreken, nu de zelfde
dieren zijn. althans dezelfde soort, als die
thans ons kostelijk vlas bedreigen en 't
vlas niet alleen zooals we zullen zien
bevremdt vaarschijnlijk niet weinigen. En
toch is het zoo. Hun leven is vol van ge
heim. Daar is om te beginnen hun over
blijven in den hard bevroren grond. Hoe
hebben deze teere diertjes het kunnen har
den bij temperaturen die gij en ik onbe
schut niet zouden kunnen doorstaan? Het
is het mysterie van 't leven, spreekwoorde
lijk broos, onzegbaar sterk, gebonden aan
zeer bepaalde wetten, waaraan het onvoor
waardelijk gehoorzaamt, waarmee 't straks
naar ons begrip van logica, volkomen spot.
Dat ge Thripssoorten vindt in de verzen
gende hitte der tropische streken- zoowel
als in arctische als subarctische gebieden,
doet aan dit levenswonder niet af, brengt
het integendeel nog verder builen ons be
grip. Niet minder wonderlijk is de scherpe
begrenzing der geslachten en soorten, 't eer
ste woord hier genomen niet in den meest
februikelijken zin van sekse, maar in de
iologische beteekenis, van goed te onder
scheiden groep. Goed te onderscheiden door
den thripsenkenner wel te verstaan en die
zijn er maar enkelen, Alleen hem die be
schikt over 'n goede microscoop, veel vak
kennis bezit en zich bovendien min of meer
op deze groep van levenswezens heeft ge
specialiseerd gelukt 't met zekerheid deze
diertjes te onderscheiden. En toch is die
onderscheiding van 't meeste belang. Be
rucht is in de laatste jaren geworden Thrips
lini. de veroorzaker van de kwade koppen
bij 't vlas. Stel u gerust Meerenaar, Thrips
lini komt by ons tot dusver alleen voor in
Zeeland, West-Brabant en op de Zuid-Hol-
landsche eilanden. Dat is nog ver ik be
doel voor de Thrips, want de verspreiding
is zeer langzaammaar vóór 1800 ken
den we in ons goede vaderland geen „kwa
de koppen" (bij vlas dan wel te verstaan).
Het heeft weinig zin u 't ziektebeeld te
schetsen. Hoe hevig de aantasting kan zijn
zal wel duidelijk zijn als iik vertel dat
in Zeeland in 1939 11.177 H.A. vlas werd
verbouwd terwijl in dezelfde- provincie in
1940 slechts 5164 .H.A.' werd uitgezaaid,
uitsluitend om 't risico van een Thrips-
aantasting te ontgaan! Gelukkig is Thrips
lini monophaag komt alleen op 't vlas
voor en we hebben dus geen aantasting
van den nabouw door dit schadelijk diertje
te duchten. Geheel anders is het met de
Thrips die ge thans zoo uiterst talrijk vindt
in dg Meer n.l. Thrips angusticeps. Deze is
uitgesproken polyphaag d.w.z. komt op
meerdere gewassen voor. Wel heeft het
diertje een bepaalde voorkeur voor vlas,
maar ook erwten erwten en vlas mogen
reeds daarom niet na elkaar worden ver
bouwd boonen, bieten, klavers en
rapen neemt het voor lief. Reeds heel vroeg
Rembrandt: Met den helm
geboren.
Het is een groot voorrecht, dat Haarlem
thans te beurt valt om de film „Met den
helm geboren" ter gelegenheid van de
Pmksteren te mogen bewonderen. Inder
daad bewonderen, want deze echt-Vlaam-
sche film heeft buitengewone kwaliteiten.
Een rond stuk Vlaamsch leven, vol humor
en toch ook vaak van een innige ontroe
ring om de heerlijke oprechtheid en de
kameraadschap van die twee jongens. Jan
en Stoefke. Jef Bruyninckx speelt deze
„Jan" rond en breed uit en zijn sappige
Vlaomsch is een lust voor het oor. Nandje
Buyl als „Stoefke" is een echte Vlaamsche
knaap met een goeden inborst en een open
karakter, maar wat al niet een slechte
invloeden pogen vat op dit ventje te krij
gen in de achterbuurten van Antwerpen-
Deze film zal velen doen genieten van
de kwajongensstreken van dit tweetal.
Als de film nag maar enkele meters draait
zijn ze al in een vechtpartij gewikkeld, die
zelfs opnieuw losbarst in het politiebureau,
waar „meneer de kommissaer' ze een ver
hoor wil afnemen. Maar later zijn het
vrienden voor het leven geworden. Lief en
leed deelen ze broederlijk samen. Af en
toe kan men zijn ontroering nauwelijks be
dwingen om het echte en levenswarme
spel, dat deze twee apen van jongens
geven.
Voor de vele bezoekers, die deze film
zonder twijfel zullen willen zien. kan ik
nog zeggen, dat het Vlaamsch uitstekend
verstaan wordt, zoodat de tekst geen
oogenblik verloren gaat.
Het bijprogramma bevat de gebruikelijke
journaals.
ANTH. STEEN.
Palace: Het kind van de
rekening.
Twee grootheden van het witte doek. die
niet meer tot de levenden behooren. spelen
hoofdrollen in deze uitermate vrboiyke film.
Het zijn Adèle Sandrock en Ralph Arthur
Roberts en hun optreden in „Het kind van
de rekening" laat hun beider kwaliteiten
op het komische terrein nog eens duidelijk
tot uiting komen. Eerstgenoemde zien we in
de prachtige rol van „de tante uit Canada",
die met een hockeyteam naar het oude
werelddeel is overgestoken, van welke ge
legenheid zij tevens gebruik maakte om
haar neef (R. A. Roberts) en zijn beide
dochters te bezoeken. In het woordje
„beide" schuilt nu de sleutel van al de ver
wikkelingen. die tante in de Duitsche hoofd
stad te wachten staan, want er is in feite
slechts sprake van één dochter, maar uit
hoofde van de belangrijke toelage, die de
Canadeesche came vóór de geboorte van dit
meisje had toegezegd, had de permanent
boemelende cn dientengevolge voortdurend
om geld verlegen zittende vader destijds de
komst van eeiv-tweeling naar de „overzijde"
in de eerste dagen van Mei misschien
nog eerder komen de diertjes uit de
donkere aarde te voorschijn, ook al lag die
wekenlang in verstijvende winterkoude,
waarbij 't ons toe lijkt dat alle leven uit haar
moest zijn uitgenepen. Er zijn dan man
netjes en wijfies, maar de eersten zijn ver
in de minderheid, zoo sterk, dat we ons
moeilijk kunnen voorstellen dat alle wijf
jes worden bevrucht. Maar er is meer. De
eerste wijfjes zijn ongevleugeld of hebben
uiterst korte vleugeltjes, die niet in staat
zijn 't onnoozele lichaampje te dragen.
Straks verschijnen er echter wijfjes met
volledige vleugels. Levendig en bewegelijk
zijn ze en ze olijven maar niet zoo in de
streek waar ze 't levenslicht 't eerst aan
schouwden, maar die voor hen geen of al
thans niet 't meest begeerlijke voedsel
voortbrengt. Ze verhuizen, maar de meer
trage mannetjes volgen niet. Kómt het pm-
dat, als ze hun hoogste levensfunctie heb
ben vervuld de afzet van 't levenwek
kende sperma er spoedig een seniele af
takeling hen overvalt, of waren ze reeds
van nature zoo traag? Helaas kan ik het
u niet vertellen, maar "t feit is er niet min
der om. In elk geval zijn deze wijfjes aan
gewezen op een parthenogenetische voort
planting. 't derde wonder in de levensopen
baring der Thripsen. Ik zou er u gaarne
iets over mededeelen, want hoogst interes
sant is dit levenswonder, maar mijn ruimte
ls zeer beperkt en u wilde hog graag weten
wat er tegen dit kwaad valt te doen. Over
de kenmerken en gevolgen van de aantas
ting bij onderscheiden gewassen hoop ik
las'n volgenden keer nog iets vertellen en
volsta thans met de bestrijding. Voor vlas
en voor andere gewassen zal het in dit
stadium weinig anders zijn is een af
doend middeleen bestuiving met
Derrispoeder met 1% rotonon voor 75 K.G.
anderen beweren 40 K.G. per H.A. Ook
kan worden gespoten met 1000 L. water
per H.A. waarin opgelost 4 K.G. Derrispoe
der met een gehalte van 5 aan rotonon.
Hierbij 1% uitvloeier bijv. groene zeep. Nu
is Derrispoeder niet of uiterst moeilijk te
krijgen, daarbij ben ik een beetje huive
rig voor 't rotonon-gehalte in 't licht
bewaard gaat dit bijv. heel snel achteruit
van 't aangeboden product en toch op dit
rotonongehalte komt het/ uitsluitend
aan. Dus zien we uit naar een goed mid
del ter vervanging. Als zoodanig beveel
ik aan Nikopren. Bij Thrips heb ik er geen
ervaring mee. maar bij bladluizen werkte
het 't vorige jaar uitmuntend. Echter niet
in 0.1 oplossing als 't voorschrift luidt*
maar in 0.3% oplossing. Noodig is 1000 L.
vloeistof per H.A. en hierin moet dus 1 a 3
K.G. Nikopren worden opgelost.
geseind. De dochter Inge (Charlotte Dau-
dert), die het kinjl van de rekening dreigt
te wonden, geeft vervolgens een staaltje van
haar kunnen ten beste door bij tijd en
wijle als de gefingeerde zuster te verschij
nen, waarbij zich het eigenaardige geval
voorooet, dat tante Mary's zoon smoorlijk
verliefd wordt op een niet bestaand
nichtje.
Deze enkele onthullingen mogen er de
waarborg voor ziin- dat men zich met deze
film kostelijk ,zal amuseeren.
H. VOSKUIL.
Luxor: Wij zijn toch allemaal
geen engelen.
De titel voorspelt reeds, dat de bezoe
ker met een geestige film te doen heeft en
u ,men weet. dat Heinz Ruhmann de
hoofdrol vervult, dan kan het niet anders,
dat de lach voortdurend in de zaal is. De
man met het groot aantal costuums en die
zich zoo gemakkelijk m allerlei kringen
kan bewegen, is een eerbiedwaardig ge
meen te-secretaris van een dorp. Voor een
familie-aangelegenheid moet hii voor
enkele dagen naar Keulen en door toeval
lige omstandigheden komt ziin vrouw ook
in deze stad. Wij zullen niet vertellen, wat
er met het tweetal gebeurt, maar het
resultaat is een wantrouwen tusschen man
en vrouw. Dat wantrouwen bezorgt den
bezoeker vroolijke oogenblikken. Het slot
;s een gezellige terechtzitting eneen
gelukkig paar, dat elkaar vertrouwenr
.schenkt cn dat tot de conclusie komt, dat
alle menschen geen engelen zijn.
Heinz Ruhmann is in deze film weer
bijzonder op dreef en hij zorgt er voor.
dat de Haarlemmers aangename oogen
blikken beleven.
A. OVERMEER.
Moviac: Peter Kreuder
en zijn orkest.
De naam Peter Kreuder zegt reeds veel
voor het programma, dat thans in Moviac
wordt vertoond. We zien dezen geliefden
Duitsche» componist en orkestleider aan
den vleugel, waarop hij met begeleiding van
zijn orkest de meest bekende melodieën
speelt. We beleven weer zijn heerlijke mu
ziek in een bonte omlijsting van variaties.
De film maakt het tevens mogelijk om
kennis te nemen van ziin wonderbaarlijke
teohniek. Voor de ontelbare liefhebbers
van de Peter Kreuder-muziek zij heeft
immers een geheel eigen stijl? een goede
gelegenheid eens nader met dezen popu-
lairen operette-componist kennis te maken.
Het Tobis-Hollandsch nieuws brengt
eenige kijkjes tijdens het défilé en de
eedsaflegging van de Nederlandsche S.S.
en het afscheid van Heerbanleider Feen-
stra te Den Haag.
Het Ufa-nieuws bevat spannende opna
men in een Duitsche duikboot tijdens den
aanval van een vijandeliiken torpedojager
met dieptebommen. Even later torpedeert
deze zelfde duikboot in het nachtelijk uur
een groote tanker, die brandend ten onder
gaat. De strijd ter zee is eer. spel met den
dood, die vriend en vijand beurtelings be
laagt.
Aardig is tot slot de fraaie film van de
Noorsche fjorden.
ANTH. STEEN.
Moeder en kind veilig, dank zU den Neder»
landschen Volksdicnst. Slnit u aan als lid.