ff KUNST. „HET MUZIEKLEVEN" Nu Verhey heengaat Het was al lang te voorzien dat we Verhey als dirigent van onze H.O.V. niet zouden behouden. Voor hem. evenals voor heen voor Eduard van Beinum en voor Frits Schuurman, is ons orkest een door gangshuis geweest, een springplank naar een hooger doel. Het schijnt nu eenmaal het lot te wezen van onze wakkere ccn- certinstelling, dirigenten voor de hoo stedelijke orkesten pasklaar te maken, moge voor ons. Haarlemmers, oogensch. lijk minder prettig zijn; er is echter t. een belangrijke lichtzijde aan deze be schikking. Niet alleen vervult de H.O.V.- daardoor een voorname rol in het alge- meene Nederlandsohe muziekleven, maar ook helpt de situatie in niet geringe mate mee, om óns orkest steeds nieuwe stu wingen te geven, te zorgen dat het niet in provinciale zelfvoldaanheid indut, maar steeds met nieuwen bloedtoevoer frissdhe idealen dient' en 'krachten put uit „Sturm und Drang". Wanneer straks weer openbare proeven zullen worden afgelegd door een reeks aspirant-dirigenten, zal heel waarschijnlijk wel weer iemand voor den dag treden, die waardig Is mee te bouwen aan ons Haarlemsch muziekleven; laat het desnoods iemand zijn die nog volkomen routine en ervaring mist, dat is niet zoo heel erg, als hij maar een geboren miizi- kant en een persoonlijkheid is. Dat Verhey een markante persoonlijk heid was, hebben wij oogenblikkelii'k er varen, toen hij hier zijn proefstuk kwam leveren. En de betrekkelijk korte periode van zijn leiderschap der H.O.V. heeft dit steeds op iedere uitvoering krachtig geac centueerd. Wü kunnen ons geen concert van hem herinneren, dat niet de sporen droeg van een punctueele verzorging; maar meer nog dan dat, heeft ons steeds het karakter van zijn interpretaties getrof fen, niet omdat hij zichzelf daarin opdrong en als 't ware een preponderante plaats innam tussohen de schepping en de her schepping, maar omdat zijn visie op het werk steeds gegroeid bleek uit het kunst werk zonder meer, Zijn vertolkingen ble ken het resultaat van veel studie en ern stige overweging en namen een vorm aan. die door geen toe\*allieheden van het oogenblik beïnvloed werd. En zijn per soonlijkheid stond er borg voor. dat alles en allen voor zijn opvatting zou buigen. Zoo bereikte hij tevens met ons orkest een samenspel, waar men geboeid naar luiste ren moest. Dat de totaliteit van het kunst werk bij Verhey voorop stond, moesten ook de solisten ervaren. Verhey eischt veel van het orkest, zulk? is bij dat alles vanzelfsprekend, maar hij eischt nok veel van zichzelf. Toch is steeds duidelijk gebleken, dat hij den orkestleden een warm hart toedraagt. Zijn actie voor lotsverbetering der musici kan er van ge tuigen. En nu gaat Verhev naar het. Residentie orkest. Toch zal hii het contact met het Haarlemsche muziekleven niet loslaten; want zoo goed al? zeker is het dat hii in het volgend winterseizoen een paar H.O.V.-coneorten zal komen dirigeeren. öndertusschen onzen dank aan Verfcey voor de vele momenten van hevig door leefde schoonheid die hii ons gebracht heeft, en een hartelijk goed heil op ziin verdere kunstloopbaan! JOS. DE KLERK. Het Nederlandsche Kunsthuis te Amsterdam. Werken van hedendaagsche kunstenaars. Werken van hedendaagsche kunstenaars. Het goede handwerk wordt door het mee- rendeel van het publiek nog steeds met ge noeg naar waarde geschat. Hoewel men in de jaren die achter ons liggen, meer dan eens getracht heeft het echte vakwerk weer be kend te maken, is hiervan in de practijk weinig terechtgekomen. Wel behaalde het ziellooze bazarproduct een toenemende en ongewenschte populariteit, maar het edele handwerk was bij de meeste menschen uit de gunst geraakt. Met uitzondering van een ^rij gering aantal fijnproevers keek men er haast niet meer naar om. Dat was een treurig ver- schijnsel, want in de eerste plaats schenkt het handwerk den vervaardiger de vreugde van den arbeid maar bovendien zal het voor werp, dat degelijk en fraai van karakter is den bezitter boeien door zijn schoone vormen en kleuren. Natuurlijk kan ook het massapro duct, als het oorspronkelijk door een kunste naar ontworpen is, mooi en gaaf van vorm en kleur zijn, maar toch zal het altijd bij het handwerk ten achter staan, omdat dit laatste onmiddellijk aan de gevoelige vingers van den kunstenaar ontsproten is en daardoor een levendig aspect heeft gelyegen. In het Nederlandsch Kunsthuis aan het Rokin te Amsterdam vindt men een verzame ling Nederlandsche kunstnijverheid, die toont dat deze min of meer veronachtzaamde kunst veel meer waardeering verdient, dan zij tot dusver ontvangen heeft. Van heinde en ver zijn hier werkstukken van onze heden daagsche kunstenaars bijeengebracht, zoodat men zeker kan zeggen, dat deze verzameling een uitnemende keuze biedt, uit het beste wat de Nederlandsche kunstnijverheid op het oogenblik voortbrengt. Er is smeedkunst, drijfwerk, ceramiek en glaswerk en men vindt er meubels, grafische werken, weefsels Het Residentietooneel. „DE DUBBELGANGER" Een hoofdrol in doublure is op de film geen verrassing meer. Hoe dikwijls hebben we daar al niet den man ontmoet die juist uit het licht verdween als zun dubbel ganger zich liet zien? Op het tocneel is die truc, voor zoover we kunnen nagaan, sedert Plautus zelden toegepast. Ben van Eysselstein heeft de mogelijk heid van deze figuur uitgebuit in ziin, min of meer op Plautus geïnspireerde, blij spel „De dubbelganger", dat het Residen tietooneel hier gisteren, onder regie van Johan de Meester, speelde in de abonne mentsserie van den Stadsschouwburg. De beide Latours. die ten huize van de gra- yin di Segrari te Venetië verschijnen, noemen zich Ernst. Ze lijken op elkander als de spreekwoordelijke regendroppen, spreken dezelfde taal, gedragen zich ge lijk enbeminnen dezelfde Julia Fer rari. Tot hun schade bevinden zij zich nooit tegelijkertijd in het genoemde huis, wat voor een der huisvrienden, den offi cier van justitie Pisani, aanleiding is. Ernst Latour te laten arresteeren. Pisani is er namelijk van overtuigd, niet met tweelingbroers te doen te hebben, doch met één persoon, een gevaarlijk individu, die onder het mom van ziin broer valsch speelt, valsche chèques uitdeelt en andere duistere praktijken uitoefent. Er blijken evenwel wel degelijk twee Latours te bestaan, al gebruikt de een val- schelijk den voornaam Ernst. Maar de be drieger blijkt niet de laatstgekomene te zijn. De man die zich al weken geleden heeft ingedrongen in het gezelschap van Pisani 'en de anderen, die bijna verloofd wa's met Julia, is de oplichter die on schadelijk gemaakt moet worden. En die dat ook wordt, nadat Julia ontdekt heeft, in hem vergeefs den onschuldigen. inne- menden droomer te hebben gezocht., die in den nieuwen en echten Ernst schuilt. Van Eysselstein noemde zijn stuk een spel vol verwarring. Vol verrassingen zou den wij willen zeggen. In langen tijd -heb ben we niet zoo meesterlijk zien gooche len op het tooneel. En de regisseur De Meester heeft zich kunnen verplaatsen in die sfeer mét alle middelen welke het moderne theater biedt, de raadselen levend gehouden tot het slot. Zeer knap heeft hij ook het Venetiaansche milieu getroffen, De dienaren van het politieke christen dom hebben in den loop der tijden veel onheil en leed over ons volk gebracht. Telkens weder brachten zU verdeeldheid tusschen volksgenooten, tusschen men sdien van hetzelfde ras cn bloed. Door hun kuiperijen en intriges werd broe derbloed vergoten. De kans daartoe mo gen zij nooit meer krijgen. Strijdt daarom mede tegen de zwarte Internationale. Treedt in de rijen der Nederlandsche S. S. Twee schildergeneraties Dingcmans. Onder dezen titel wordt tot 30 Mei in de kunst zaal van den Modernen Bockhandel aan de Lcidsehcstraat te Amsterdam een tentoon stelling gehouden vau werken dezer bekende kunstenaarsfamilie. (Pax Holland-De Haan m) waarin acteurs als Theo Frenkel (de of ficier), Mimi Boesnach, Fie Carelsen. Jan Retèl, Mieke Flink en Piet Bron de noo- dige verve aanbraohten. De moeilijkste taak was weggelegd voor Paul Steenbergen. Hij had de beide La tours te spelen twee volkomen gelijke menschen, toch met verschillende karak ters. Een schier onmerkbare modulatie wist hij te geven, dikwijls zoo onmerkbaar, dat de verrassingen er slechts te veelvul- aiger door werden. Het publiek wist in den beginne blijk baar niet goed wat het aan dezen avond had, dank zij de verwarring. Al spoedig begreep het echter, met een razend knap geschreven stuk te doen te hebben, dat alle foede eigenschappen van een „thriller" ad. maar dat in waarde toch verre uit ging boven de gebruikelijke detective- spelen. M. SYBR. KOOPS. Promotie dr. J. H. Becker. Gistermiddag is aan de Vrije Universi teit tot doctor in de theologie gepromoveerd de heer J. H. Becker alhier, laatstelijk •hulpprediker bij de Geref. Kerk van Krommenie-Assendelft. op een proefschrift getiteld; „Het begrip Nefesj in het Oude Testament". Als promotor trad op prof. dr. G. Ch. Aalders. Dr. Johannes Hendrik Becker werd 20 Dec. 1904 te Haarlem geboren. Hij bezocht het Chr. Lyceum aldaar en studeerde aan de Vrije Universiteit theologie om in 1929 zijn candidaats-examen te doen. In Juli 1932 deed hij cum laude zijn doctoraal examen in de theologie en 1 Sept. 1933 trad dr. Beoker op als hulpprediker voor den evangelisatiearbeid die de Geref. Kerk v&n Krommenie te Assendelft en Uit geest verricht. 1 Oct. 1940 legde dr. Bec ker dit werk neer. Sinds Sept. 1931 is dr. Beokpr ook leeraar Hebreeuwsch aan het Chr. Lyceum te Hilversum, terwijl hij dit vak ook doceert aan het Stedelijk gymna sium te Haarlem sinds Januari 1941. Van de hand van den heer Becker ziin bijdra- ingenomen door een tentoonstelling van schilderijen door H. v. d. Velde. De kunstnijverheid kenmerkt zich in het algemeen door een echt Nederlandsche een voud en degelijkheid. Zoo ziet men aan den grooten, cremekleu- rigen schotel van den gevogligen pottenbak ker Blanken, dat de artiest, die de schoon heid van zijn materiaal verstaat, een massief ding weet te maken, dat met zijn fijne na- tuurkleur en zijn strakke rondingen uit de techniek zelf is voortgekomen. Ook de cera miek van „De Porceleyne Fles" uit Del.*t, van Delerma en mej. Hazewindus verdient bijzon dere aandacht. Een vakman toont Belkega zich met forsch kunstsmeedwerk en een fantast is J, W. Hooft in zijn grillig gevormde vogels en visschen, die uit een sprookjesland afkomstig konden zij'n. Een paar elegante halssnoeren en eenige pittige stervormige sieraden laten zien dat de'vindingrijke geest van den Maastrichtschen edelsmid Cor San- difort, dom- een degelijk vakmanschap ge schraagd wordt. De' subtiel gedreven vazen van P.olet behooren tot de juweeltjes der ex positie. Sterk van karakter is het werk van den bekwamen wever F. W. Jansen, die op natuurlijke wijze runenteekens in zijn weef sels als versiering heeft toegepast. Een deco ratief vrouwofiguurtje noemde Tjipkc Visser terecht „Holland", want 't is of dit meisje met haar wapperende haren in den frisschen zeewind staat en tuurt naar onzen verren horizont. Ik kan natuurlijk maar enkele grepen uit de iele inzendingen doen. Er zijn dan ook nog tal van werken, die voor een uitvoerige bespreking in aanmerking zouden komen, zoo als Copier's bekende „Unica's" van de glas fabriek „Leerdam", de gezonde en stevig ge vormde stoelen van „De Oude Monnik'van Dijk's smeedwerk, het drijfwerk van Chris Agterbcrg, benevens de etsen van W. J. Nijs, Ykelenstam. Gerard Koekkoek en Nachenius. Een kloek werkstuk is Raymond Kimpe's „Zeeuwsche Boogschutter", dat al bijna „classiek" fccnoemd mag worden' Dit monu mentale volkstype, dat bestemd is voor het Middelburgsche stadhuis, getuigt in tinte lende kleuren van des schilders machtig tem perament Zooats men weet. is het Nederlandsch Kunsthuis gesticht door de leiders van het Departement van Volksvoorlichting en Kun sten Het vormt een sterke schakel tusschen kunstenaar cn publick. Ongetwijfeld zal deze 'nuttige instelling veel bijdragen tot den bioei van onze hedendaagsche kunst DE STERRENHEMEL In Nederland, op 1 .Tunl 1942, des avonds to 12.40 u wettelijke tüd, 11.00 n plaatselijke tüd en 15 n 39 min sterrettjd. DE ZON treedt den 22 Juni van dit jaar, te 1 u Wereldtijd 3 u Oost Europee- seho Tijd. in het teeken van den Kreeft dan begint de astronomi sche zomer. Dit beteekent, dat de zon zü'n hoogsten stand bereikt heeft, em dat we den lanersten dag des jaars weer beleven. De zons declinatie is 1-VI: 22°0' N; 22-VI: 23°27' en 30-VI:23°12'. De grootste hoogte bereikt de zon den 22en :61°27'. De lengte van den dagboog ls op Midzo merdag van dit jaar 16 u 45 min; de zon komt dan op om 5.19 u cn gaat onder am 22.04 u. Datnm Zon op Zon onder 5.26 5.23 5.21 5.19 5.19 5 30 5.23 21.49 21.53 21.58 22.01 22.03 22 04* 22.04 Donker van/tot 22.35—4.39 22.40—4.36 22.46—4.31 22.50—4.30 22.52—4.30 22 53—4.33 22 52—4.36 DE MAAN staat den 5en in het Laatste Kwartier; 13 is het Nieuwe Maan. 21 Eerste Kwartier en den 28en Volle Maan; do laatste twee fasen staan op ons kaartje. de avondschemering verdwenen is: Saturnns gaat kort v6ör, Jnpitcr kort na d* zon onder. Vernis is morgenster, doch nog in de ochtend schemering. Aan de planeten is de2e maand dus weinig te beleven. gen verschenen in 'het Jaarboekje van het Verband van Geref. EvangelLsatiecommis- sies en in „Witte Velden'' het orgaan van dit Verband benevens in het weekblad voor Uitgeest en Omstreken. Dr. Becker wijst er op in zijn disserta tie dat het begrip Nefesj een ondei-zoek zeer waard was. Het komt als woord 754 maal in het O. Testament voor en de be- teekenis aan zijn vele, althans de juist- genuanceerde vertalingen. Het woord is den Bijbellezer in vertaling niet vreemd, want, die is nu het woord, dat in de Sta ten-vertaling zoo getrouw werd over gezet met „ziel". Denk maar aan allerlei uitdrukkingen als: de vijand zoekt mijn ziel; zoo waar als uw ziel leeft; die ziel zal uitgeroeid werden, enz. Toch heeft zelfs de Statenvertaling bij haar overzetting nog allerlei andere woorden daarnaast noodig gehad, die op bladz. 119 en 120 van het proefschrift vermeld staan, als: adem, leven, lust, wil, hart, gemoed, persoon, lichaam, een doode. mensch. In het proef schrift is dit aantal nog verdubbèld. De hoofdnadruk van deze studie moet gelegd worden op hoofdstuk II. dat verre weg ook het grootste is, waar al de plaat sen worden geciteerd in den grondtekst, met vertaling en toelichting. De onder scheiden beteekenissen zijn samengevat in vijf hoofdgroepen, waarin Nefesj ach tereenvolgens aanduidt: leven. ziel. .demand's persoon", mensch en wezen} tel kens met ondersdheiden nuances. Van de problemen waarvoor dit woord stelt noemt de promovendus: het vertalingsprobleem: wat de grondbeteekenis is; hoe een woord dat zoo vaak met leven moet vertaald wor den, ook op den doode kan zien; en met name ook hoe het tegelijk kan slaan op iets in en van den mensch. en tevens op den mensch in z ij n geheel. Wat dit laatste aangaat wordt in dit proefschrift de meening voorgestaan dat de naam van het deel werd genomen voor het geheel („pars pro tato"). In een samenvattende beschouwing in hoofdstuk III wordt vap een en ander na der rekenschap gegeven. Aan het slot is een register opgenomen dat de raa_dple? ging van het werk zeer vergemakkelijkt. Dr. Becker heeft aan zijn proefschrift 17 «tellingen toegevoegd, waarvan we er en kele laten volgen: XJII. Het vraagstuk van een nieuw leer boek voor de catechisatie worde voorloopig niet op het agendum van de Synode der Geref. Kerken geplaatst. XIV. Om „het dicht leven bij de Schrift te bevorderen behoort bij het catechetisch onderwijs aan het leeren van teksten een goede plaats te worden ingeruimd. XV. Het worde als regel gesteld, dat het officieele ambtelijke huisbezoek óok met gebed aanvangt. XVI. Het is noodzakelijk ook bij de straatprediking uit te gaan van een Schriftwoord in eenigen vorm. Frans Hals: Zeven oorvijgen. Een jongeman verliest bij een manipula tie van een groot bankier zeven pond en wreekt zich op de oorzaak van zijn ongeluk, door te verklaren dat hij den bankier in 't bijzijn van getuigen zeven oorvijgen in een week tijds zal toedienen. Willy Fritsch, de benadeelde jongeman, deelt de oorvijgen uit, hoewel de bankier hem steeds ^probeert te ontvluchten en diens dochter hem steeds tegenwerkt. Willy Fritsch speelt op zijn ge wone charmante wijze, oppervlakkig doch geestig, Lilian Harvey als de dochter van den bankier is een even charmant tegen speelster. VAN HEYNINGEN. West-Friesland bestrijdt de woelrat. Onderdeel van grootsch opgezette verdelgingsactie. Door alle eeuwen heen hebben de mensoh en de rat als onverzoenlijke vij anden tegenover elkander gestaan. Geen wonder ook, de bruine- of rioolra't, de zwarte rat en de woelrat vreten niet al leen graan, jonge groenten, eieren en kuikens, zij vernielen en ondergraven de aanplantingen van iomge vruchtboomen en ondermijnen dijken en waterkee- ringen. Maar bovenal is de rat gevreesd als de overbrenger van pest, typhus en triohineuze aandoeningen, koorts en be smettelijke geelzucht. Juist in dezen tijd is een georganiseerde verdelgingsacye meer dan ooit noodzakelijk. En wat een deskundig opgezette actie vermag, be wijst het werk van de tuinders in West- Friesland. West-Friesland heeft reeds jaren geleden de bestrijding op groote schaal ter hand genomen. Hier is een combinatie gevormd van een groot aantal gemeenten en het terrein van actie bestrijkt den driehoek Medemblik-Enkhuizen-Hooro. terwijl dc Westelijk gelegen gemeenten Opdam en Westbroek thans eveneens actief aan het bestriidingswerk deelnemen. Er is een be gin gemaakt met de campagne tegen de gevreesde woelrat en bet is vooral aart dr. Goudry van den Plan ter ziektek',n>'figen Dienst te Wageningen te danken dat ook hier de bestrijding het grootst mrttige ef fect zal hebben. De strijd gaat hier te lande tegen de zwarte rat, die zich kort na de Kruistoch ten over ons land heeft verspreid, de kwaadaardige bruine rat den korten neus en den korten staart, die in het be gin van de 18de eeuw binnenviel en de woelrat,. Het is niet mogelijk om de schade, die de ratten jaarlijks ons land en volk berokkenen, in ciifers uit te drukken. In veel gewaijen owner? is de schade r.ie* altiid direct te cor^tafeeren. en ook de invloed, welke de ratter hebben op de ver spreiding van verschillende ziekten van mensch en dier. i* niet altijd in cijfer? uit JAN D. VOSKUIL te drukken. Hoofdzaak is, dat de schade groot is en dat juist nu bestrijding meer dan ooit noodzakelijk zal ziin. Op alle fronten is men daarom tot een actie overgegaan. er is een collectieve actie van tuinders en boeren, de akkerbouw- centrale bestrijdt de ratten. Het instituut voor teöhmsch-natuurwetenschappelijk on derzoek. de TJSf.O. heeft dit wenk ter hand genomen en, evenals vroeger staat de Plan- tenziektekundige Dienst te Wagen ingen de bestrijders met raad en daad terzijde. Het gevolg hiervan is, dat de verschillende aoties niet alleen gestimuleerd worden en gecoördineerd, doch ook de techniek en methodiek bii de bestrijding ziin allengs beter geworden. Vooral 'het gebruikte lokaas en het juiste tijdstip van bestrjjdïng zijn voor een doel treffende actie van groot belang. Voor de woelrat is nu het juiste oogenblik aange- Een plaats, waar elke rechtgeaarde woel rat de voorkeur aan zou reven. .Onder de mesthoop, tusschen de stijgcrp&Ien, een werkelijk luilekkerland. Maar het gif wordt reeds uitgelegd. (Foto V.PJ3.-I.P. en R.S.-m.) broken. Deze rat, drie ondergronds leeft en bij voorkeur holen graaft in de slootkan ten, even boven het wateroppervlak, is uit den winterslaap ontwaakt en de eerste jongen zijn reeds geworpen. De bestrijding geschiedt door vergif, gewikkeld in kran tenpapier de rat is een groote liefhebber van de krant in de ingang van de holen te deponeeren. Als lokaas wordt gemalen tuinboonenmeel gebruikt, gemengd met „Pararat", een zeeajuinpreparaat. In Op dam en Hensbroek wordt „Bogena" ge bruikt, een vloeibaar zeeajuinpreparaat. In een pakschuur in Hoogkarspel zitten aan lange tafels een dertigal meisjes. Dui zenden stukjes krantenpapier, netjes ge sneden, liggen opgestapeld. In een hoek wordt het lokaas gemengd en later door de vlugge meisjeshanden in het kranten papier gewikkeld. West-Friesland heeft 300.000 pakjes noodig en per dbg maken de meisjes er 29.000 klaar, wat wel een record mag heeten. Deze meisjes zijn de eenige, die voor he£ werk betaald worden. Het uitleggen van de pakjes, een moei zaam werk, omdat alles per boot moet ge schieden, sloot in en sloot uit, geschiedt belangeloos door de tuinders zelf. De kos ten van het-verpakken eiv de aanschaffing van de benoodigde preparaten worden gedragen door de gemeentekassen van de betrokken plaatsen en door enkele organi saties. Todh blijven door de onbaatzuch tige samenwerking van allen de totaalkos- ten laag, de actie in West-Friesland, waar bij een negentiental gemeenten betrokken zyn en' zeker 1000 man in touw komen, kost een dikke zesduizend gulden. Naast de bestrijdiugsaeties in West- Friesland zullen binnenkort acties plaats vinden in Boskoop, waar de woelrat groote schade toebrengt aan de boomkweekcrijen en in het Zaanland, waar een actie tegen de zwarte- en rioolrat zal worden ingezet. In Alblasserdaim staat ook een bestrij- dmgsactie op het programma. In het kader van de landelijke bestrii- dinzen vallen ook de verdêlgingsacties in Driebergen en de Geldersche Achterhoek, tftrwijl in vele andere plaatsen acties worden voorbereid. Daarnaast komt de bestrijding van ratten in pakhuizen en voedselopslagplaatsen, welke bestrijding door de Akkerbouwcentrale ter hand zal worden genomen. Tenslotte gaat het voor- lichtingswerk en het laboratorium-onder zoek in Wageningen onverminderd verder. Want de strijd tegen de ratten is klem mender dan ooi; te voren en geen middel mag onbeproefd gelaten- worden om dit ondier te bestrijden, vooral daar. waar de rat een plaag dreigt te worden. BRIEVEN UIT EN OVER DE HAARLEMMERMEER. Wat alleen heel ouden zich herinneren. Dc Thrips, onweers beestjes of kqeut. Van levens mysteriën. Wat buiten ons be grip valt. „Kwade koppen" niet in de Meer. maar....? Thrips lini en Thrips angusticcps. De traagheid der mannetjes. Welke gewassen worden aangetast? De afdoende bestrijding. Niko- pren 0.1 of 0.3 Streng was de winter, voeten iioog lag weken lang de sneeuw. Wie er zich op ver heugde dat door 't laatste feit het kostelijke wintergraan misschien nog grootendeels aan de doodelijke greep van de ijzige koude 7,ou ontkomen, vergiste zich. Minstens twee oorzaken maakten dit althans voor de Meer reeds vrijwel zeker. In de eerste plaats kwam de grootste sneeuwval toen de vorst reeds decimeters diep in den grond was gedrongen en in de tweeae plaats kregen we halverwege de lange vorstperiode een paar dagen dooi, die het ijskoude sneeuwwater in de bovenste grondlagen bracht waar het vrijwel doodelijk weer be vroor. Zoo kon er hier en daar op 't land schaatsen worden gereden! Daarmee waj 't lot van de wintertarwe en 't winter- koolzaad maakte het al niet beter op een enkele gunstige uitzondering na be zegeld. Verwondering wekt dit allerminst; integendeel 't zou ons verbazen als 't anders was. En toch.wie nu meenen mocht dat alle leven uit de bovenste aardlagen wel geweken moest zijn vergist zich apsoluut. Nauwelijks was 't eerste vlas dit jaar boven den grond enNspreidde over de grauw-grijza aarde een weefsel van 't edelste groen, of hier cn daar ontstonden bruine dorre plek ken of strepen. Wie er even met zijn nand over streek behoefde niet lang in twijfel te staan wat hier de oorzaak was. Tallooze uiterst kleine insecten loopen daarbij u over de handen. Neen. ge voelt ze niet. Zoo on denkbaar licht zijn ze dat onze huid te grof is, hun gewicht te merken. Alleen op een warmen zomerdag als ze bij duizenden maar dat zijn andere soorten op uiterst fragiele franje vleugeltjes door 't luchtruim zweven, kunnen ze een onaangenaam ge kriebel veroorzaken in uw gezicht. Dat deze „onweersbeestjes, deze kneut" om met de Meerenaar te spreken, nu de zelfde dieren zijn. althans dezelfde soort, als die thans ons kostelijk vlas bedreigen en 't vlas niet alleen zooals we zullen zien bevremdt vaarschijnlijk niet weinigen. En toch is het zoo. Hun leven is vol van ge heim. Daar is om te beginnen hun over blijven in den hard bevroren grond. Hoe hebben deze teere diertjes het kunnen har den bij temperaturen die gij en ik onbe schut niet zouden kunnen doorstaan? Het is het mysterie van 't leven, spreekwoorde lijk broos, onzegbaar sterk, gebonden aan zeer bepaalde wetten, waaraan het onvoor waardelijk gehoorzaamt, waarmee 't straks naar ons begrip van logica, volkomen spot. Dat ge Thripssoorten vindt in de verzen gende hitte der tropische streken- zoowel als in arctische als subarctische gebieden, doet aan dit levenswonder niet af, brengt het integendeel nog verder builen ons be grip. Niet minder wonderlijk is de scherpe begrenzing der geslachten en soorten, 't eer ste woord hier genomen niet in den meest februikelijken zin van sekse, maar in de iologische beteekenis, van goed te onder scheiden groep. Goed te onderscheiden door den thripsenkenner wel te verstaan en die zijn er maar enkelen, Alleen hem die be schikt over 'n goede microscoop, veel vak kennis bezit en zich bovendien min of meer op deze groep van levenswezens heeft ge specialiseerd gelukt 't met zekerheid deze diertjes te onderscheiden. En toch is die onderscheiding van 't meeste belang. Be rucht is in de laatste jaren geworden Thrips lini. de veroorzaker van de kwade koppen bij 't vlas. Stel u gerust Meerenaar, Thrips lini komt by ons tot dusver alleen voor in Zeeland, West-Brabant en op de Zuid-Hol- landsche eilanden. Dat is nog ver ik be doel voor de Thrips, want de verspreiding is zeer langzaammaar vóór 1800 ken den we in ons goede vaderland geen „kwa de koppen" (bij vlas dan wel te verstaan). Het heeft weinig zin u 't ziektebeeld te schetsen. Hoe hevig de aantasting kan zijn zal wel duidelijk zijn als iik vertel dat in Zeeland in 1939 11.177 H.A. vlas werd verbouwd terwijl in dezelfde- provincie in 1940 slechts 5164 .H.A.' werd uitgezaaid, uitsluitend om 't risico van een Thrips- aantasting te ontgaan! Gelukkig is Thrips lini monophaag komt alleen op 't vlas voor en we hebben dus geen aantasting van den nabouw door dit schadelijk diertje te duchten. Geheel anders is het met de Thrips die ge thans zoo uiterst talrijk vindt in dg Meer n.l. Thrips angusticeps. Deze is uitgesproken polyphaag d.w.z. komt op meerdere gewassen voor. Wel heeft het diertje een bepaalde voorkeur voor vlas, maar ook erwten erwten en vlas mogen reeds daarom niet na elkaar worden ver bouwd boonen, bieten, klavers en rapen neemt het voor lief. Reeds heel vroeg Rembrandt: Met den helm geboren. Het is een groot voorrecht, dat Haarlem thans te beurt valt om de film „Met den helm geboren" ter gelegenheid van de Pmksteren te mogen bewonderen. Inder daad bewonderen, want deze echt-Vlaam- sche film heeft buitengewone kwaliteiten. Een rond stuk Vlaamsch leven, vol humor en toch ook vaak van een innige ontroe ring om de heerlijke oprechtheid en de kameraadschap van die twee jongens. Jan en Stoefke. Jef Bruyninckx speelt deze „Jan" rond en breed uit en zijn sappige Vlaomsch is een lust voor het oor. Nandje Buyl als „Stoefke" is een echte Vlaamsche knaap met een goeden inborst en een open karakter, maar wat al niet een slechte invloeden pogen vat op dit ventje te krij gen in de achterbuurten van Antwerpen- Deze film zal velen doen genieten van de kwajongensstreken van dit tweetal. Als de film nag maar enkele meters draait zijn ze al in een vechtpartij gewikkeld, die zelfs opnieuw losbarst in het politiebureau, waar „meneer de kommissaer' ze een ver hoor wil afnemen. Maar later zijn het vrienden voor het leven geworden. Lief en leed deelen ze broederlijk samen. Af en toe kan men zijn ontroering nauwelijks be dwingen om het echte en levenswarme spel, dat deze twee apen van jongens geven. Voor de vele bezoekers, die deze film zonder twijfel zullen willen zien. kan ik nog zeggen, dat het Vlaamsch uitstekend verstaan wordt, zoodat de tekst geen oogenblik verloren gaat. Het bijprogramma bevat de gebruikelijke journaals. ANTH. STEEN. Palace: Het kind van de rekening. Twee grootheden van het witte doek. die niet meer tot de levenden behooren. spelen hoofdrollen in deze uitermate vrboiyke film. Het zijn Adèle Sandrock en Ralph Arthur Roberts en hun optreden in „Het kind van de rekening" laat hun beider kwaliteiten op het komische terrein nog eens duidelijk tot uiting komen. Eerstgenoemde zien we in de prachtige rol van „de tante uit Canada", die met een hockeyteam naar het oude werelddeel is overgestoken, van welke ge legenheid zij tevens gebruik maakte om haar neef (R. A. Roberts) en zijn beide dochters te bezoeken. In het woordje „beide" schuilt nu de sleutel van al de ver wikkelingen. die tante in de Duitsche hoofd stad te wachten staan, want er is in feite slechts sprake van één dochter, maar uit hoofde van de belangrijke toelage, die de Canadeesche came vóór de geboorte van dit meisje had toegezegd, had de permanent boemelende cn dientengevolge voortdurend om geld verlegen zittende vader destijds de komst van eeiv-tweeling naar de „overzijde" in de eerste dagen van Mei misschien nog eerder komen de diertjes uit de donkere aarde te voorschijn, ook al lag die wekenlang in verstijvende winterkoude, waarbij 't ons toe lijkt dat alle leven uit haar moest zijn uitgenepen. Er zijn dan man netjes en wijfies, maar de eersten zijn ver in de minderheid, zoo sterk, dat we ons moeilijk kunnen voorstellen dat alle wijf jes worden bevrucht. Maar er is meer. De eerste wijfjes zijn ongevleugeld of hebben uiterst korte vleugeltjes, die niet in staat zijn 't onnoozele lichaampje te dragen. Straks verschijnen er echter wijfjes met volledige vleugels. Levendig en bewegelijk zijn ze en ze olijven maar niet zoo in de streek waar ze 't levenslicht 't eerst aan schouwden, maar die voor hen geen of al thans niet 't meest begeerlijke voedsel voortbrengt. Ze verhuizen, maar de meer trage mannetjes volgen niet. Kómt het pm- dat, als ze hun hoogste levensfunctie heb ben vervuld de afzet van 't levenwek kende sperma er spoedig een seniele af takeling hen overvalt, of waren ze reeds van nature zoo traag? Helaas kan ik het u niet vertellen, maar "t feit is er niet min der om. In elk geval zijn deze wijfjes aan gewezen op een parthenogenetische voort planting. 't derde wonder in de levensopen baring der Thripsen. Ik zou er u gaarne iets over mededeelen, want hoogst interes sant is dit levenswonder, maar mijn ruimte ls zeer beperkt en u wilde hog graag weten wat er tegen dit kwaad valt te doen. Over de kenmerken en gevolgen van de aantas ting bij onderscheiden gewassen hoop ik las'n volgenden keer nog iets vertellen en volsta thans met de bestrijding. Voor vlas en voor andere gewassen zal het in dit stadium weinig anders zijn is een af doend middeleen bestuiving met Derrispoeder met 1% rotonon voor 75 K.G. anderen beweren 40 K.G. per H.A. Ook kan worden gespoten met 1000 L. water per H.A. waarin opgelost 4 K.G. Derrispoe der met een gehalte van 5 aan rotonon. Hierbij 1% uitvloeier bijv. groene zeep. Nu is Derrispoeder niet of uiterst moeilijk te krijgen, daarbij ben ik een beetje huive rig voor 't rotonon-gehalte in 't licht bewaard gaat dit bijv. heel snel achteruit van 't aangeboden product en toch op dit rotonongehalte komt het/ uitsluitend aan. Dus zien we uit naar een goed mid del ter vervanging. Als zoodanig beveel ik aan Nikopren. Bij Thrips heb ik er geen ervaring mee. maar bij bladluizen werkte het 't vorige jaar uitmuntend. Echter niet in 0.1 oplossing als 't voorschrift luidt* maar in 0.3% oplossing. Noodig is 1000 L. vloeistof per H.A. en hierin moet dus 1 a 3 K.G. Nikopren worden opgelost. geseind. De dochter Inge (Charlotte Dau- dert), die het kinjl van de rekening dreigt te wonden, geeft vervolgens een staaltje van haar kunnen ten beste door bij tijd en wijle als de gefingeerde zuster te verschij nen, waarbij zich het eigenaardige geval voorooet, dat tante Mary's zoon smoorlijk verliefd wordt op een niet bestaand nichtje. Deze enkele onthullingen mogen er de waarborg voor ziin- dat men zich met deze film kostelijk ,zal amuseeren. H. VOSKUIL. Luxor: Wij zijn toch allemaal geen engelen. De titel voorspelt reeds, dat de bezoe ker met een geestige film te doen heeft en u ,men weet. dat Heinz Ruhmann de hoofdrol vervult, dan kan het niet anders, dat de lach voortdurend in de zaal is. De man met het groot aantal costuums en die zich zoo gemakkelijk m allerlei kringen kan bewegen, is een eerbiedwaardig ge meen te-secretaris van een dorp. Voor een familie-aangelegenheid moet hii voor enkele dagen naar Keulen en door toeval lige omstandigheden komt ziin vrouw ook in deze stad. Wij zullen niet vertellen, wat er met het tweetal gebeurt, maar het resultaat is een wantrouwen tusschen man en vrouw. Dat wantrouwen bezorgt den bezoeker vroolijke oogenblikken. Het slot ;s een gezellige terechtzitting eneen gelukkig paar, dat elkaar vertrouwenr .schenkt cn dat tot de conclusie komt, dat alle menschen geen engelen zijn. Heinz Ruhmann is in deze film weer bijzonder op dreef en hij zorgt er voor. dat de Haarlemmers aangename oogen blikken beleven. A. OVERMEER. Moviac: Peter Kreuder en zijn orkest. De naam Peter Kreuder zegt reeds veel voor het programma, dat thans in Moviac wordt vertoond. We zien dezen geliefden Duitsche» componist en orkestleider aan den vleugel, waarop hij met begeleiding van zijn orkest de meest bekende melodieën speelt. We beleven weer zijn heerlijke mu ziek in een bonte omlijsting van variaties. De film maakt het tevens mogelijk om kennis te nemen van ziin wonderbaarlijke teohniek. Voor de ontelbare liefhebbers van de Peter Kreuder-muziek zij heeft immers een geheel eigen stijl? een goede gelegenheid eens nader met dezen popu- lairen operette-componist kennis te maken. Het Tobis-Hollandsch nieuws brengt eenige kijkjes tijdens het défilé en de eedsaflegging van de Nederlandsche S.S. en het afscheid van Heerbanleider Feen- stra te Den Haag. Het Ufa-nieuws bevat spannende opna men in een Duitsche duikboot tijdens den aanval van een vijandeliiken torpedojager met dieptebommen. Even later torpedeert deze zelfde duikboot in het nachtelijk uur een groote tanker, die brandend ten onder gaat. De strijd ter zee is eer. spel met den dood, die vriend en vijand beurtelings be laagt. Aardig is tot slot de fraaie film van de Noorsche fjorden. ANTH. STEEN. Moeder en kind veilig, dank zU den Neder» landschen Volksdicnst. Slnit u aan als lid.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsche Courant | 1942 | | pagina 5