De herdenking van 30 Januari. Vervolg van Dag. 2) baar nat.-socialistisch geworden Duitsch- land den weg onder leiding van Adolf Hit ler opging, teneinde zijn levensrechten te verkrijgen, verzamelde zich de coalitie van allen, die tevens de vijanden van het nat.- socalisme en daarmede de vijanden van het Duitsche volk zijn. Het kapitalisme als de heerschappij en uitbuiting door de mate- rieele krachten van het geld, en het bolsje wisme als de concentratie van de raslooze massa zijn thans tot den aanval overgegaan. Wat willen deze vijanden anders dan de uit hun innerlijkste natuur voortkomende be doeling, het nat.-socialistische Duitschland te vernietigen r Uit de gelederen van onze tegenstanders liooren wij altijd weer, dat zij zich verzetten tegen de plannen van het Duitsche volk tot overheersching van de wereld en tegen den door het nationaal-socialisme uitgeoefenden gewetensdwang. Terwijl wij de Spjlmo- gendheden niets anders dan onze leef ruimten willen organiseeren, die volkomen bereid en in staat zijn om een economische en cultureele uitwisseling aan te gaan met alle andere leefruimten en economische ge bieden en, terwijl voor ons het nationaal- socialisme of het fascisme of de Japanscbe levensordening op duidelijke wijze opge bouwd schijnen te zijn op de eigensclianpen des bloeds van ons volk en geen export artikel zijn, spreken thans de verantwoorde lijke mannen van de Ver. Staten er in alle toonaarden over, dat de Ver. Staten tot taak hebben, een wereldordening tot stand te brengen en voor alle tijden te waarborgen, en tevens de democratie en het christendom, zooals zij het bedoelen, over de geheele wereld uit te voeren. Zij zijn het dus, die met hun wereld - imperialisme alle organische levensmoge lijkheden in het nauw brengen en bedrei gen, terwijl zij niets anders hebben aan te bieden dan hun internationalismfn, die alle met elkaar uiteindelijk slechts dit resul taat geven, dat zij de volksche waarde- ordening, waarop wij Europeanen ons heele cultureele leven hebben opgebouwd, ontbin den en vernietigen. Want alleen dit Euro- peesche continent bracht de bonte veelvul digheid der volkeren en stammen als eigen persoonlijkheid te voorschijn, die de grond slag en bet uitgangspunt is van den rijken bloei en van het bijzondere karakter der Europeesche beschaving. Wat kunnen echter onze tegenstanders als resultaat van dezen strijd, die de offers daarvan wel de moeite waard doet schijnen, anders aanbieden dan slechts hun verburgerlijkte materialistisch geworden wereld en maatschappij en men- schelijke betrekkingen, die nergews een sprank van hoop tot nieuwe ontplooiing ia- ten opkomen, doch altijd slechts het toeken dragen van aangeleerde routine. De mogelijkheid, ons met hun geest- en zielloozen levensvorm gelukkig te maken, hebben de ^Westelijke mogendheden zich zelf echter ontnomen, door met een onge kend misdadige frivoliteit het Europeesche midden en daarmede Europa krachtens een verdrag aan het bolsjewisme uit te leveren. Het gevoig van deze belofte van uitlevering trad met een niet meer te ontkennen dui delijkheid te voorschip» ter gelegenheid van een gebeurtenis der laatste dagen. Roose velt en Churchill waren bereid, Stalin op elke door hem te noemen plaats te ontmoe- te% Stalin wees dit van de hamj. Hij wil geen besprekingen, die zijn plannen zouden kunnen remmen. Geen tweede 1918. Er zijn lieden, die zich er mede vergenoe gen, thans te herinneren aan het jaar 1918. Dit soort vijandige propaganda is ons niet onwelkom. Zij zal zoo eindigen als de be kende V-propaganda van het jaar 1941, die den tegenstanders zoo krachtig in het gelaat heeft teruggeslagen dat zij ijlings er mee opgehouden hebben. Wanneer degeneri, die door de vijandige propaganda zijn misleid, aan het eind van dit jaar zullen constatee- ren, dat de Spilmogendheden er in het ge heel niet aan denken dneen te storten, doeh een uiterst krach tig werzet bieden, dan, zul len zij juist door deze propaganda er oven worden ingelicht, dat er toch geen herha ling komt en -dat de tijd voor de Spilmogend heden werkt. Stalin zal wellicht op gelijke wijze,*zij het lang niet zoo naïef, doch stellig uiterst consequent denken. Wanneer er een 1918 zou kunnen ontstaan, dan moet ook de ge- heele verdere ontwikkeling volgen, die het Duitsche volk tot 1932 heeft meegemaakt, evenwel zonder de mogelijkheid, dat een Adolf Hitler en een Nat.-Socialistische Duitsche arbeiderspartij het stuur op het laatste oogenblik omgooien. Stalin rekent er blijkbaar op dat een dooi; verliezen van den oorlog teleurgesteld en door het uit moorden van zijn leiders naar Russisch model stuurloos geworden volk, des te spoe diger tot het bolsjewisme zal vervallen naarmate het zich gaarne ertoe zal laten bepraten, mede aan te treden in een veld tocht van wraak tegen het Westen, voor welks bescherming het te vergeefs is leeg gebloed. Welke mogelijkheid er echter voor dit Westen en wel met inbegrip van de Engelsche eilanden, ontstaat, wanneer er van het Rijnland tot Kamsjatka een unie van socialistische Sovjet-republieken aan wezig is met de onverwijlde concentratie van menschelijke en economische krachten en grondstoffen, kan men afmeten aan het geen het bolsjewisme aan oorlogs- en men- schenmateriaal na zijn twintig jaren van lijfeigenschap thans in het Oosten vermag op te brengen. Stalin's bedoelingen. Thans wordt Stalin echter van een niet meer te overtreffen duidelijkheid. Niet al leen dat hij zijn invloed verlangt in het Zuid-Oosten en in Midden-Europa, doch hij eischt thans ook Petsamo en Narvik. De «ischen inzake de Dardanellen, met wel- 30 Januari 1933. De Führer groet uit het venster van de Rijkskanselarij te Berlijn de hem toejuichende menigte. (Hoffmann-Stapf Pax c). ker prijsgave de Fiirher indertijd waar schijnlijk nog een nieuw uitstel ter onder werping van Engeland had kunnen afkoopen heeft hij stellig niet-opgegeven. Zooals be kend, verlangen de bolsjewieken ook de vrije doorvaart door de Sont, het Kattegat en het Skagerak, militair door steunpunten beschermd. Zijn dit de doelstellingen, die het bolsjewisme nog rechtstreeks in het kader van de militaire acties zich voor oogen houdt, zoo zal het bij het opnemen van het oude parool der wereldrevolutie ..Proletariërs aller landen vereenigt u", niet rusten voordat het zich in alle deelen der wereld genesteld heeft. Verschijnselen, die wij thans in Engeland en Amerika kunnen constateeren en wellicht door de acteurs slechts als een soort spelen met vuur be schouwd worden, zouden op een schrik barende wijze tot bloedige ernst' worejen. Wat onze tegenstanders derhalve aan Europa zouden kunnen brengen is een ver schrikking zonder eind, een eeuwige oorlog der conflicten tusschen de bolsjewistische en Amerikaansche wereldimperialismen en Europa zou het" blijvende slagveld zijn voor dit conflict. Daarom is het nat. socialistische Duitschland, getrouw aan de wet volgens welke het den binnenlandschen politieken strijd tegen diezelfde tegenstanders heeft aanvaard en roemvol beëindigd, thans aan getreden voor het bestaan en dè toekomst van Europa. De nieuwe ordening van Europa, zooals wij haar ons indenken, heeft een doel, n.l. bet bestaan en de levensmogelijkheid der Europeesche volken te waarborgen en hun innerlijke yruchtbaarheid als ontplooiende kracht in werking te laten treden. Deze or dening streeft er niet naar .een deel klein te houden ten gunste van het .andere, doch heeft ten doel geen kracht verloren te laten gaan, geen vruchtbaarheid ohgebruikt te la ten. Elk der Europeesche naties moet ko men tot de hoogSfe en beste ontwikkeling die aan haar eigen is. Daarom wijzen wij ook een liberalen statenbond naar het voor beeld van den Volkenbond van de hand, daar deze slechts het gevaar in zich bepgt van de overheersching door den numeriek sterkere. Wij willen de nationale en sociale ordening ook tusschen de naties, waarin elk de plaats in de gemeenschap moet innemen, die haar toekomt krachtens haar cultureele vermogen, haar bereidwilligheid tot mili tair optreden en haar economische prestatie- -vermogen voor de gemeenschap. In déze or dening is het individu geen object maar subject van de ontp-loöiing. Het inzicht, dat de gebeurtenissen die onvermijdelijk uit den gemeenschappelijken uiterlijken nood de politieke en cultureele toenadering en de vorming eener groote ruimte van bescher ming en economisch leven, in Europa be vorderen, niet toevallig deze uitwerking hebben, doch rechtstreeks verband houden met den opbloei van het Duitsche volk, wormt het punt van uitgang voor den wil tot leven en ontwikkeling van het jonge Europa, dat op de èlagvelden zijn toekomst beschermt. Het eerste deel van tien strijd om het nieuwe Europa bracht als voorwaarde om de aanvallen van het Oosten en Westen te kunnen weerstaan, de militaire aaneenslui ting van het vasteland. Het tweede deel bracht het terugslaan van den in 20-jarigen heerendienst voltrokken bolsjewistischen opmarsch en de uitbreid iqg van de grenzen van Europa tot de noodige leefruimte. Thans, in het derde deel, gaat het er om tegelijk met de handhaving van den wal tegen het Oosten, den aanval der Wester- sche kaoitalistische krachten af te weren. Daarmede 'zijn wij getreden in de beslis sende phase van dezen strijd. Geweldig er nauwelijks te overzien is het strijdtoonee1 geweldig en nauwelijks te begrijpen de af meting van den strijd. In deze worsteling moet aan den overwinnaar, die door het lot is uitverkoren, een beproeving zijn op gelegd, zooals slechts toegedachfis aan hem die tot een machtig werktuig van toekom stige ontplooiing is uitverkoren. In dit ge loof moeten wij ons wijden aan de taak die de 'strijd ons oplegt. Wij willen eerlijk zijn: werkelijk zware offers hebben aan het thuisfront- tot dusver -lechts zij gebracht, die, wat hun het dier baarst was op het slagvfeld achterlieten en naast hen degenen, die ondanks de af schuwwekkende aanvallen van vijandelijke bommenwerpers op de burgerbevolking zich in hun houding en in hun optreden niet op een dwaalspoor lieten brengen. Wat be merkten de anderen van de lasten van deze geweldige beslissing? Er was minder te eten, maar niet te weinig. Er viel minder -te stoken, maar ook niet te weinig. Ons levens peil is in dit vierde jaar van een worste ling die de geheele wereld omvat en voor de wereld van beslissende beteekenis is aanzienlijk beter dan in het derde en vierde jaar van den eersten wereldoorlog en nau welijks veel slechter dan de levensstandaard was die enkele generaties geleden onze voorvaderen vanzelfsprekend geacht heb ben. Indien thans iemand te kort komt en cev offer meent te brengen, laat hij dan den ken aan onze soldaten aan het Oostelijk front, laat hij dan denken aan Stalingrad. Laat hij er zich van bewust zijn, dat hij hier sympathiseerend getuige van een ge beurtenis is, die uniek is in de geschiedenis der menschheid en die in haar heldendom baars-gelijke slechts vindt in die standvas tige volharding, die als een daad van de grootste heldhaftigheid ons wordt over geleverd uit de Grieksche geschiedenis ir den strjjd van Leonidas op den Pas van Thermopylae. Daarop wordt voor ons de strijd van hel zesde leger bij Stalingrad tot het syrabocj van het heldhaftige en den dood trotsee- rende optreden voor de overwinning tot dq zelfopoffering toe, doch tevens een onaf- iwijsbaar beroep op ons zelf om op een voor» loopig onvergetelijk geringere maar even- vastberaden wijze ons uiterste krachten voor de overwinning in te spannen. Wij zijn den Führer'dankbaar dat hij thans in de beslissende phase van dezen strijd ons allen, man en vrouw en ook de daartoe reeds in staat zijnde jeugd oproept Het is alsof wij bevrijd en vastberaden adem halen, dat wij nu allen ons deel zul len bijdragen. De verordening over der „Einsatz" der mannen en vrouwen voor de taak der Rijksverdedising zal eiken Duit- schen man en elke Duitsche vrouw, kortom eiken mensch bij den strijd voor de toe komst van ons volk betrekken. Een mach tige krachtsontplooiing zonder voorbeeld zal aan het jaar 1943, het vierde jaar van dezen wereldstrijd, haar kenmerk en haar beteekenis geven.X Taak der partij. Deze „Einsatz" stelt de partij, die de Führer^ als zijn voornaamste en eerste werktuig van politieke wilsvorming en po litieke lgiding geschapen heeft, voor een beslissende taak. De partii is er immers voor verantwoordelijk dat liet Duitsche volk in blijde bewustheid: en in onwrikbaar vertrouwen zijn weg der offers voor de toekomst opgaat. De partiyis geroepen deze taak te vervullen en zij'kan haar vervullen, want zij behoeft zich slechts de wetten te herinneren krachtens welke zij is aange treden en overwonnen heeft. Niet 'bevelen en gehoorzamen, maar leiden en volgen dat is de taak en dat is het doel dat elke partijgenoot zich stellen moet. Elkeen -moet zich in zijn kriiig der volks genooten -beschouwen als een eeuwige pre diker, adviseur en vriend. Stellig beteékent dit ten aanzien van de verdere oorlogsin spanning nog een „meerarbeid" die niet alleen tijd en lichaamskracht, doch vooral geestelijke inspanning opeischt, want elke partijgenoot en in bijzondere,, mate elke functionaris van bloklcicler tot gouwleider moet het zich tot taak stellen, den voor hem oereikbaren kring zijner volksgenooten in menschelijk opzicht meer te benaderen er- wel zorgend, helpend en deelnemend, waar- oij hij den aard van zijn medeleven niet zoozeer moet zien in een verstrekken van materieele hulp, doch vooral m woorden van bemoediging en kameraadschap. Hij moet alle volksgenooten van zjjn kring kennen. Hij moet hun omstandigheden hebben ge constateerd opdat hij altijd kan bijspringen en hij moet in onvermoeibare actie steeds weer den een na den. ander tot zich trekken en hem den laatsten zin van dezen oorlog en de noodzakelijkheid van dezen „Ein satz duidelijk maken. Vooral echter moet hij door het voorbeeld der eigen onwrikbare houding een goeden invloed uitoefenen. De Führer kan van het Duitsche volk de groote lasten en offers, die deze wereldstrijd in ieder geval van den overwinnaar verlangt opeischen en verwachten, daar hij" er op ver trouwen kan dat de partij de taak, die haar als hoogste en uitsluitend aan haar gesteld fs, n.l. leiding te geven aan mènschen, zal vervullen. Ook gij, partijgenooten in Nederland, staat voor dezen „Einsatz", die in de gegeven om standigheden dubbel zwaar, maar ook dub bel succesvol kan zijn en dezelfde taak is gegeven aan u, kameraden van de N.S.B. want de grootheid die deze tijd in zich ver bergt, valt aan vele teekenen te bespeuren. Eén ding heeft, hij .ons reeds gegeven. Hij heeft ons vereengd rh een onwrikbare lots- De Führer met het Duitsche landvolk bij het oogstdankfeest 1937 op den Büeke- berg. (Hoffmann-Stapf Pax c). gemeenschap. Wij hebben hetzelfde lot te verwachten én wij moeten voor hetzelfde lot vechten en het bewustzijn van de ge meenschappelijkheid van dezen strijd zal alles als onwezenlijk in het niet laten ver- zinken wat thans nog op eenigerlei wijze als onzekerheid en twijfel aan de eigen toe komst en aan het eigen behoud tusschen ons zou staan. Wie -dezen strijd met ons voert, heeft daarmede precies hetzelfde levensrecht en precies dezelfde aanspraak als wij voor de toekomst verworven. Juist de grootte van de eischen die deze tijd ons stelt laat ons de duidelijkste en eenvoudigste verkla ring geven voor onzen gemeenschappelijken strijd, n.l.: de meest geperfectioneerde or ganisatorische concentratie van onze krach ten bij de meest vrije ontwikkelingsmoge lijkheid daarvan. Dit beginsel dat in den felsten strijd goed gebleken is, zal de weg wijzer zijn voor de toekomstige ontplooiing van onze politieke en economische gemeen schap. Ook Europa moet zijn bijdrage leveren Het spreekt vanzelf dat thans in dezen strijd om Europa, nu het Duitsche volk den toestand van den totalen oorlog ingaat, ook Europa zijn dienovereenkomstige bijdrage meet leveren, reeds om zichzelf te hand haven en zijn aanspraak voor de toekomst te - bewaren. Er zal derhalve een zelfde totale concentratie der krachten ook hier in Nederland plaats vinden. Bij deze gelegen heid zou ik met allen ernst en nadruk erop willen wijzen, dat de toestand van heden geen beroep duldt op eenigerlei vroegere omstandigheden en betrekkingen. Ik zal mijn orders geven. Zij moeten door allen strikt worden uitgevoerd. In den huldigen toestand zou de weigering tot uitvoering van een dergelijke order niet anders kunnen worden opgevat dan als sabotage. Evenzeer is het duidelijk dat wij meer dan ooit elk verzet, dat gericht is tegen dezen strijd om het bestaan, moeten onderdrukken. Onlangs hebben de vertegenwoordigers der Verken een schrijven gericht tot den bevelhebber der weermacht en tot mij, waarin zii hun bezwaren tot uiting bren gen tegen het voltrekken der doodvonnis sen waarover inmiddels in een bekendma king van den weermachtsbevelhebber me- dedeeling gedaan is. Hieromtrent kan ik slechts het volgende zeggen: op een oogen blik, waarop onze mannen vaders en zonen mét ijzeren vastberadenheid hun lot in het oosten tegemoet zien en onwrikbaar en ongeschokt het hoogste offer brengen, is het onverdraaglijk samenzweringen te dulden die zich ten doel stellen den rug van dit Oostelijke front onveilig te maken. Wie dit" waagt te ondernemen, moet. aan de vernie tiging worden blootgesteld. Hard ziin en nog harder worden tegen onszelf en tegen onze vijanden, dat is het gebod van een onverbiddelijken afloop van ndodzakelijke gebeurtenissen en dat is voor ons een wel licht menscheliik zware, maar toch heilige plicht. Wij'blijven menschelijk door onze tegenstanders niet te kwellen, wii moeten hard blijven door hen te vernietigen. Ove rigens geloof ik, dat de kerken de beteeke nis van dezen strijd moeten inzien. Zij be leven het immers dat zij haar godsdienst oefeningen, in weerwil van alle vijandelijke propaganda onder de bescherming eener nat.-socialistische bezetting in elk opzjcht kunnen verrichten. Maar pas het actieve en verhelderende optraden der kerken bij haargeloovigen inzakUBe beteekenis van dezen strijd en de zedelijke verplichting dezen strijd althans niet te -verstoren, zal haar de mogelijkheid geven, een standpunt in te nemen ten aanzien van de maatrege len van de bezettende macht. Het spreekt vanzelf ilat wij de Ncder- Iandselie kust onder alle omstandigheden verdedigen. Iziet de voorbereidingen en kuut ervan overtuigd zijn dat zij vol komen ernstig gemeend zijn. Wij zul len eventueel liet bewijs leveryn dat wij door liet leven in Nederlandniet slap geworden zijn, maar ook bier, wanneer bet moet, zoo bard kunnen zijn als de strijd eis. aan het Oostelijke front. Aan Nedeiiandsehe zijde moet de wensell aanwezig zijn dat deze kust geen ge- veehtsgebied zal worden, want een strijd om de kust in bet dichtbevolkte Nederland zou niet alleen de bevolking en haar nederzettingen zwaar treffen doch zou tevens als gevolg van mogelijke storingen en verwoestingen door den af loop van den strfjd uitgestrekte gebie den van dit land in gevaar breng-en. Wij als uitvoerders van de ons door bet lot gegeven taak om den rug van onze strij dei's aan bet Oostelijke front te dekken, schrikken voor den strijd niet terug. Strijd en kunnen strijden, dat is het levenselement der nationaal-sociaüsten. Wij hebben gestreden en wij hebben niet anders gekund dan strijden. Wii zijn geen weg ge gaan, die niet strijd beteekende. En ik spreek het thans voor u allen uit: wij zijn het lot dankbaar, dat het ons in dezen tijd heeft geplaatst. Als het nu eenmaal moet gaan om zijn of niet-zijn van ons volk, dan willen wij dankbaar zijn. dat wij dezen strijd kunnen uit vechten. Wij kunnen het, want het lot heeft ons reeds eenmaal onwrikbaar gezien. Wij weten ons de dragers van de ttdelijke orde in ons werelddeel. Daarom bezitten wij de besluitvaardigheid en de offervaardig heid-om ons vechtend een gemeenschappe lijke gelukkige toekomSt te veroveren. Wij il'illen de beslissing afdwingen en wij dwin gen haar af, want voor ons staat de Führer in zijn unieke grootheid. Hij heeft ons lot in zijn handen genomen. Dat is ons geluk en onze vervulling. Daarom, kameraden, geldt op den tienden verjaardag dér overneming van de macht het parool voor de toekomst: met Adolf Hitler ter overwinning! DE NED. KULTUURKAMER EN DE EVACUATIE. Aan allen, die zich bij de Nederlandsche Kultuurkamer hebbeh aangemeld, en al of niet hun bewijs van aanmelking reeds -ont vangen hebben, wordt medegedeeld dat zij ter vermijding van ernstige moeilpkheden bij de uitoefening van hun beroep, binnen twee weken opgave van adreswijziging behooren fn te zenden aan de afdeeling ledenregistratie van de Nederlandsche Kultuurkamer, 2e v. ct. Boschstraat 46, te 's-Gravenhage.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsche Courant | 1943 | | pagina 5