Haarlemsche Courant FUHRER EN DUCE BIJEEN. Politieke en oorlogsvraagstukken aan de orde. Woensdag a.s. de groote inzameling voor Rotterdam Nieuwsblad voor Noord-Holland Stadgenooten doet Uw plicht Ontslag van twee raadsheeren in het gerechtshof te Leeuwarden. ?88e Jaargang No. 85 Bureaux: Groote Houtstraat 93. 1 Tal. Advert. 10724, Redactie 10604 -a Postgiro 134958 Haarlemsche Ct, Haarlem Bijkantoor, Soendaplein 37. Tel. 12231 Hoofdredacteur: 1. V. Baudewyns Maandag 12 April 1943 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Drukkerjj: Z. B. Spaarne 12. Tel. 12713 Kantoor IJmuiden: Kembrandtlaan 55, IJmuiden-Oost Ultg Graf. Bedryven Damiate, Haarlem K 1297 F De Führer en de Duce heben van 7 tot 10 April 1943 een ontmoeting gehad. De Duce was*]in gezelschap van den chef van den Italiaanschen generalen staf, legergeneraal Ambrosio, den staatssecretaris voor buitenlandsche zaken, Bastianini, alsmede van ambtenaren van het Italiaansche ministerie van buiten landsche zaken en van officieren van het Italiaansche opperbevel. Met den Führer waren in de samenkomst verschenen: de Rijksmaarschalk Hermann Göring, de minister van buitenlandsche zaken Von Ribbentrop, de chef van het opperbevel van de weermacht generaal-veldmaarschalk Keitel, de opper bevelhebber van de marine grootadmiraal Dönitz en de chef van den generalen staf van het leger, generaal Zeitzler. De Duitsche ambassadeur te Rome Von Mackensen en de Italiaansche. ambas sadeur te Berlijn, Dino Alfieri, namen eveneens aan de samenkomst deel. In de uitgebreide besprekingen werden' zoowel de algemeene politieke toestand, ais ook alle kwesties van de gemeenschappelijke oorlogvoering behandeld. Omtrent de op alle gebieden te treffen maatregelen werd vol ledige overeenstemming bereikt. De Führer en de Duce gaven opnieuw uitdrukking aan hun en hunner volken harde vastberadenheid, den oorlog door het totale gebruik van alle krachten te voeren tot aan de definitieve overwinning en tot aan de volledige uitschakeling van elk toe komstig gevaar, dat de Europeesch-Afri- kaansclie ruimte van het Westen en het Oos ten uit bedreigt. De gemeenschappelijke doelstellingen, die de Asmogendheden nastreven ter verdedi ging van de Europeesche beschaving en voor de rechten der volken op vrije ont wikkeling en samenwerking, werden op nieuw bekrachtigd.. De overwinning van de in het JPact van Drie verbonden naties moet aan Europa een vrede waarborgen, die de samenwer- Keuringen voor de Waffen SS en het Legioen. Nederlandsche Vrijwilligers strijden in het Oosten. (SS PK Zschackel O/H P. c) Het SS-Ersatzkommando Niederlande deelt mede: Nederlanders van arisch bloed, in den leeftijd van 1745 jaar (ook ge huwden), die lichamelijk zoowel als gees telijk goed ontwikkeld zijn en zich geheel kunnen geven aan de eischen, die de op leiding hun stelt, kunnen zich bij de ge noemde adressen vervoegen, teneinde ge keurd te worden. Thans bestaat ook de mogelijkheid tot opleiding en dienstvervulling in Neder land, in een speciaal wachtbataljon. Ge zinsleden dezer vrijwilligers hebben gelijke voorrechten als zij, die dienen in de Waffen-SS of het Legioen: kostwinners vergoeding, kostelooze ziekenverpleging, extra levensmiddelen enz. Tijdens deze keuringen kunnen zich ook diegenen melden, die tot de Germaansche SS in Nederland willen toetreden. 14.4.43, 9 tot 13 uur, Rotterdam, Deut- sches Haus, Westzeedijk; 15.4.43, 9 tot 11 uur, Tilburg, Lange Schijstraat 66; 15.4.43, 15 tot 17 uur, den Bosch, Hotel Noord-Brabant, Markt 45; 16.4.43, 9 tot 11 uur, Roermond, NSDAP, Swalmerstr. 61; 16.4.43, 16 tot 18 uur, Arnhem, Wever- str^Et 16 to* 17.4.43, 9* tot 11 uur, Hengelo, Deutsches Haus;* 17.4.43, 15 tot 17 uur, Zwolle, Hotel Peters, Markt; 18.4.43, 9 tot 11 uur, Groningen, Concert huis, Poelestraat; 18.4.43, 15 tot 17 uur, Leeuwarden. Huize Schaaf, Breedstraat; 19.4.43, 9 tot 13 uur, Amsterdam, School Iepenweg 13; 20.4.43, 9 tot 13 uur, Utrecht, N.V. Huis Oudegracht 245; 21.4.43, 9 tot 13 uur, Amersfoort, Dienst gebouw, Leusderweg; 22.4.43, 9 tot 13 uur, Den Haag, Café „Den Hout", Bezuidenhoutscheweg. king van alle volken op den grondslag van hun gemeenschappelijke belangen garan deert en een rechtvaardige verdeeling tot stand brengt van de economische goederen der wereld. De besprekingen tusschen den Führer en den Duce en de onderhandelingen van hun medewerkers zijn verloopen in den geest van groote hartelijkheid. De diplomatieke correspondent van het D.N.B., die op de plaats der besprekingen tusschen Führer en Duce aanwezig was, schrijft: Alieen reeds het feit, dat de besprekingen tusschen Führer en Duce vier dagen ge duurd hebben, waarbij zij eiken dag tot zes uur en meer in beslag namen, toont aan, hoe buitengewoon omvangrijk de kwesties waren, die ter bespreking op dé agenda stonden. Echter wordt hiermede ook aan getoond hoe nauwkeurig en diepgaand deze kwesties onderzocht zijn. Juist deze grondigheid waarmede elk ac tueel en wellicht actueel wordend politiek en militair pr-obleem van alle kanten be sproken werd, verhoogt de beteekenis van hetgeen geconstateerd kan worden uit het officieele communique, n.l. dat zich noch ten aanzien van den wil om te overwinnen, noch ten aanzien van het vertrouwen in de overwinning der Asmogendheden iets ge wijzigd heeft. D.v-z.: dit buitengewoon diepgaande on derzoek van den toestand versterkte op nieuw het inzicht, dat deze oorlog, die aan de Asmogendheden is opgedwongen, niet alleen gewonnen moet worden, doch ook gewonnen zal worden. Er kan niet duidelijk genoeg op gewezen worden, dat elke speculatie, die van deze besprekingen wellicht iets anders verwachtte of die aan het feit van dit resultaat mocht twijfelen, valsch is. Wat in de berichtgeving van de tegenpartij aan combinaties over deze samenkomst verscheen, toont aan, dat men zich daar bij het bekijken van de oor logsgebeurtenissen altijd nog beweegt in den gedachtengang van 1914'18 en dat. hoewel men inmiddels daartoe toch wel ge legenheid gehad heeft, men eenvoudig niets er bij geleerd Heeft. Wat de vijandige be richtgeving over deze samenkomst aan on derwerp van bespreking en mogelijke con clusies heeft verzonnen, onthult een gebrek aan werkelijkheidszin, die vroeg of laat moet leiden tot hittere teleurstellingen en smar telijke verbazing. De kracht van wil en de consequentie, waarmede twee historische verschijnin gen als de Führer en de Duce handelen, die hun werk altijd weer over onover komelijke hinderpalen tot resultaat ge bracht hebben, kunnen nooit overschat, maar altijd slechts onderschat worden. Er bestaat alle aanleiding toe om hieroc met het oog op de thans gevoerde bespre kingen, opnieuw den nadruk te leggen. Beide Asmogendheden staan na 314 jaar oorlog wat in dit verband bijzondere aan dacht verdient niet reeds midden in de vitale oorlogsvoering, doch pas aan het begin daarvan. Het verdient voorts de bijzondere aan dacht, dat de vastberadenheid der As mogendheden om tezamen met hun bond- genooten de gevaren te bestrijden, die Europa in het Oosten en Westen bedreigen, en wel totdat die gevaren volkomen en de finitief uit den weg zijn geruimd, niet alleen ontspruit uit het bewustzijn der daartoe ge boden materieele mogelijkheden, doch ook uit het bewustzijn eener historische missie. Die missie ligt in de redding en toekomstige bescherming van het gemeenschappelijke geestelijke en cultureele bezit van Europa, dat ontsproten is aan den rijkdom zijner nationale culturen, alsmede in de redding en bescherming der vrijheid van het con tinent om zijn eigen, volgens Europeesche begrippen en .volgens nationaal karakter gevormd, leven te leiden. Het gaat er hierbij niet om een anti these te vinden tot het Engelsche stand punt, dat aan de kleinere Europeesche volken het recht op eigen aard en vrije ontwikkeling van hun nationale leven ontzegt en hun aanbeveelt er naar te streven het vertrouwen van de Sovjet Unie te winnen. Een dergelijke eisch, die aan het continent slechts de keuze zou laten tusschen de overgave aan een voor Europa vreemd Anglo-Amerika- nisme en de overgave aan 't Aziatische bolsjewisme, is voor Europa in het geheel niet discutabel. Het officieele communiqué maakt echter ook duidelijk, dat de taak van de As mogendheden tezamen met de mogendheid Japan, veel verder gaat dan Europeesche belangen, wanneer het tevens spreekt van de samenwerking van alle volken op grond slag der gemeenschappelijke belangen, rechtvaardigheid en vrije ontwikkeling, als mede rechtvaardige verdeeling van de eco nomische goederen der wereld bestempelt als het doel, waarvoor de mogendheden van het Pact van Drie den strijd van thans voeren. Het verloop der besprekingen. De Duce kwam op 7 April in den middag in gezelschap van den chef van den Italiaan schen generalen staf, Ambrosio en. van Bas tianini aan op een station dat gelegen was in de onmiddellijke nabijheid van.de plaats der besprekingen. De Führer wachtte hier de aankomst van zijn gast af en begrgette hem hartelijk. Ter ontvangst van den Duce waren voorts aanwezig de minister van buitenland sche zaken Von Ribbentrop, generaal-veld maarschalk Keitel, Reichtsleiter Bormann en Reichspressechef dr. Dietrich. De Führer begeleidde den Duce naar zijn verblijf, waar de chef van de Prasidialkanzlei, staatsminister dr. Meissner, den hoogen gast ontving. Nog denzelfden middag namen de bespre kingen een aanvang. Des avonds gaf de mi nister van buitenlandsche zaken, Von Rib bentrop, voor de leden van de Italiaansche delegatie een maaltijd, waaraan ook talrijke vooraanstaande Duitsche personen deelnamen. Op 8, 9 en 10 April werden de besprekingen tusschen Führer en Duce voortgezet De minister, van buitenlandsche zaken Von Ribbentrop en staatssecretaris Bastianini had den herhaalde langdurige politieke bespre kingen, waarbij ten deele ogk de wederzijd- sche ambassadeurs Von Mackenzen en Dino Alfieri aanwezig waren. Ook de Duce heeft den .Duitschen minister van buitenlandsche zaken Von Ribbentrop in een langdurig on derhoud ontvangen. Tijdens de samenkomst waren in het hoofd kwartier van den Führer bovendien aanwezig: Reichsführer S.S. Himmler, Reichsleiter Bor mann en Reichspressechef dr. Dietrich, als mede van den staf van den Duitschen minis ter van buitenlandsche zaken de ambassadeurs DE STUDENTENVERKLARING. Bs. Het mag ons verheugen, dat de Duitsche overheden genegen schijnen, ons hooger onderwijs verder te laten functio- neeren, want het zijn degenen die in deze jaren slagen, welke geroepen zullen zijn om in de toekomst aan land en volk leiding te geven. In dezen zin liet zich prof. dr. J. van Dam, secretaris-generaal van het departement van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming uit in zijn rede ten behoeve van de studeerende jeugd van Nederland. Na den oorlog toch zal blijken, dat Nederland deze intellectueele krachten méér dan noodig heeft. Daarom ontken ik dan ook, dat iemand het recht hebben zou, te luisteren naar de duivelsche propaganda van over zee en van zekere „Nederlandsche" intellectueelen, door zijn studie er aan te geven. Wanneer Nederland in de toekomst op eenige kracht een vergeefsch beroep zou moeten doen, omdat hij geen geslaagde,maar een door eigen wil mislukte is, dan zou zijn schuld tegenover het vaderland ten allen tijde onafdoenbaar blijken. Dit klemt te meer, omdat, zooals prof. Van Dam heeft aangetoond, van niemand iets gevraagd wordt, dat hij als eerlijk en rechtschapen staatsburger :uet zou kunnen toezeggen; men verbindt zich slechts, voorzoover eer en geweten zulks toelaten, geen wettelijke voorschriften te overtreden en geen daden van sabotage te plegen. Prof. Van Dam licht hier nader toe: „De verklaring is geen eed, die voor het leven bindt. Zij geldt, zoolang men in een bepaal den cursus student is en houdt op aan het einde van den cursus, of zoo men 'daartoe aanleiding vindt, door een bericht aan den rector, dat men niet langer als student wenscht te worden beschouwd. Wie de ver klaring heeft afgelegd, bezit in zijn gestem pelde en door den rector afgeteekende in- schrijvingskaart een bewijs, dat hem de studie waarborgt en hem bescherming geeft tegen inbreuken op zijn recht van studie." Geruchten omtrent de numerus clausus kan men gerust naast zich neerleggen; er is nog niemand die er iets over weet. Hier zal alles afhangen van de wijze waarop de studenten wereld op deze zaak reageert. Het is niet moeilijk zich voor te stellen, dat bereid willige studenten ook de Duitsche autoritei ten bereidwillig zullen vinden, maar het omgekeerde ligt al evenzeer voor de hand. Wanneer toch blijken zou, dat ook hier weer dezelfde mentalitet heerscht, die de raen- schen er toe drijft te juichen terwijl Engel sche en Amerikaansche vliegers dood en verderf over een stad zaaien, dan moet men zich niet al te veel voorstellen. In elk geval heeft prof. dr. J. van Dam gegronde hoop, dat de Duitschers genegen zullen zïjn be trekkelijk groote aantallen toe te staan. Voor de goedwillenden verandert er dan in. feite niets, zij studeeren verder en heb ben slechts één groote zorg: zoo goed moge lijk door de examens heen te komen. De kwaadwilligen echter dienen er op te reke nen, dat het ook anders kan. De waarschuwing kwam ook van prof. Van Dam, dat wie na 10 April teekent, moge bedenken, dat hij (prof. v. Dam) na dien datum niet meer kan garandeeren, dat men niet voor tewerkstelling in Duitschland wordt aangewezen: „Wien dat gebeurt moet daaraan gehoorzamen. Men kan zich daar aan niet onttrekken door zich dan alsnog tot teekening bereid te verklaren." Deze laatste oproep aan onze studeerende jeugd is inderdaad van groote beteekenis; niet alleen voor wat de eigen toekomst, doch ook voor wat Nederland betreft. Toegeven aan de stem vari Londen of aan de vele in fluisteringen van hen, die hun geestelijk evenwicht reeds.lang geleden verloren heb ben, kan fataal zijn. Men bedenke, dat het uiteindelijk om Nederland gaat en dat onder alle omstandigheden veel meer behoefte zal blijken te bestaan aan mannen, die leiding kunnen geven, dan aan mislukten, wier stu die tengevolge van onverstand, abrupt moest worden afgebroken. Wie het anders tracht voor te stellen, wil - samenwerkend met Churchill en Roosevelt den weg voor het bolsjewisme voorbereiden. Woensdag a.s. zal te,_Haarlem de groote inzameling plaats hebbe'n voor onze zoo zwaar getroffen landgenooten in Rotterdam, die have en goed ver loren tijdens den waanzinnigen aanval van 31 Maart j.l. Overal in den lande is men diep begaan met het lot der slachtoffers en voor zoover mogelijk dient alle hulp te worden geboden, ten einde tenminste den stoffelijken nood eenigermate te lenigen. Nederland zal zich niet onbetuigd laten, dat is reeds overduidelijk gebleken. En zoo zal dan Woensdag a.s. in Haarlem van huis tot huis gevraagd worden wat men te missen heeft. Kleeding, schoeisel, huisraad, alles is hartelijk welkom. Laten we helpen zooveel we kunnen. Laten we zelfs meer géven dan we missen kunnen. De nood is zoo groot en het leed zoo schrijnend Medewerkers en medewerksters, geeft U in grooten getale op aan het plaatselijk bureau van den Nederlandschen Volksdienst, Ged. Oude Gracht 47 alhier. Goederen, kleeding, huisraad enz. kunnen steeds afgegeven worden aan hetzelfde adres en voorts aan het voormalige Militaire Tehuis in de Zoete- straat. Vele organisaties, vereenigingen, ondernemingen en particulieren gaven zich reeds op om het inzamelingswerk tot een succes te maken. Zij, die een kind uit Rotterdam tijdelijk willen huisvesten, kunnen zich vervoegen aan het bureau van den N. V. D., Kenaupark 1, Haarlem. Haarlemsche stadgenooten, Rotterdam rekent op U Gaus, Von Rintelen en Hewel, de chef van het protocol, gezant Freiherr von Dörnberg en de beide gezanten dr Schmidt. Op 10 April hadden de Führer en de Duce in tegenwoordigheid van den Rijksmaarschalk Hermann Göring, van den minister van bui tenlandsche zaken Von Ribbentrop en van staatssecretaris Bastianini een gemeenschap pelijke slotbespreking. Na afloop der vierdaagsche samenkomst droeg het afscheid tusschen den Duce en den Führer een bijzonder hartelijk karakter. Met deze samenkomst zijn de Führer en da Duce voor de zevende maal sinds het begin van den gemeenschappelijken strijd bijeenge komen en voor de twaalfde' maal in het ge heel. De jongste samenkomst vond plaats bij na juist een jaar geleden en wel van 28 tot 30 April 1942. De Rijkscommissaris heeft de Raadsheeren in het Gerechtsh'of te Leeuwarden, mr. F. F. Viehoff en mr. J. Wedeven wegens grove verzaking van hun ambtsplichten onmid dellijk ingaande uit hun ambt ontslagen. Rotterdam antwoordt. Met ingang van heden zal Max Blokzijl irt het vervolg zijn radiopraatjes houden om 18.45 uur via den zender Hilversum 2. Ditmaal is het politiek weekpraatje getiteld: „Rotterdam antwoordt".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsche Courant | 1943 | | pagina 1