ACm&düts. De herdenking van het twaalfjarig bestaan der N.S.B. (Vervolg van pag. 3) \len geest van de vertrouwelijke en harte lijke samenwerking werden besproken". Dit was de vijfde maal, dat ik den Führer ontmoette. Eenmaal in 1936, voorts in 1940, 1941, 1942 en nu de vorige week. Nimmer heeft een onderhoud met mij plaats gevon den, dat zulk een warmen toon had en zulk een hartelijk karakter. Gij zijt natuurlijk allen benieuwd te we ten hoe ik den Führer aangetroffen heb. Welnu, in goede gezondheid, veel beter dan het vorig jaar en stralend van den wil om zijn roeping te volbrengen: Europa voor den ondergang te behoeden. Open en eer lijk heeft hij met mij gesproken, zooals dit ligt in zijn karakter, dat van geen konke- larijen en draaierijen wil weten. Van mijn inzichten en mijn streven, dat is uw in zicht en uw streven mijne getrouwe kame raden, heeft hij ten volle kennis genomen en daarmede is hij het ten^-olle eens. Natuurlijk zijn ook de twee principieele vragen behandeld, die ik zoo even in her innering bracht. Ten aanzien van de dena tionaliseering van Nederlanders, de grond slag voor inlijving, zei de Führer letterlijk en daarom gebruik ik hier de oorspronke lijke Duitsche \yoorden: ,,'So kann auch nicht die Absicht bestehen, die Niederlandep zu entniederlandern, son- dern eg kommt darauf an, mit den übrigen Germanischen Vólkern zu lösen, was ge- meinsam gelast werde* muss. Wir dürfen den Vólkern an Freiheit nicht jiehmen, was genommen werden kann, sondern möglichst Freiheit lassen". Vertaald» in het Nederlandsch: „Zoo kan niet het voornemen bestaan, de Nederlanders te denationaliseeren, maar het komt er op aan met de overige Ger- maansche volkeren te volbrengen, wat gemeenschappelijk gedaan moet worden. Wij mogen den volkeren niet alle mogelijke vrijheid ontnemen, integendeel wij moeten hun zooveel mogelijk vrijheid laten". Mij dunkt dat is duidelijke taal, volko men in onzen geest, waarmede wij van ganscher harte instemmen. En wat onze opvattingen omtrent de godsdienst- en gewetensvrijheid betreft, ook die heb ik ten volle bevestigd gevon den. Kerk en staat hebben ieder hun eigen roeping, de kerk zal -ce staat niet critisee- ren en de staat de kerk niet. Ieder moet met zijn eigen geweten in het reine brengen, hoe hij God wil dienen. Wat wij al deze jaren hebben gewild en ten koste van zooveel offers hebben nage streefd was goed; is goed en blijft goed en het stemt ons tot groote verheugenis te weten dat de Führer er ook zoo over denkt. Vaster dan ooit staan wij nu in onze schoenen. Onze tegenstanders kunnen er nu niet meer onder uit. Zij kunnen geen .verhalen meer doen over kerkstrijd of in lijving zonder zich schuldig te makqn aan het spreken van onwaarheid. Natuurlijk zullen er nog heel wat stemmen gehoord worden van heden die het beter weten. Ik heb den Führer nog nooit zoo hartelijk zien lachen als toen hij tijdens het onderhoud kennis nam van het Nederlandsche spreek woord: „De beste stuurlui staan aan wal". Dat vond hij kostelijk en hij zal het niet vergeten. Wij vergeten het evenmin, want wij komen dit onaangename soort lieden dagelijks tegen. Het zal onzen tegenstanders steeds moei lijker vallen ons zonder verdraaiing van de feiten met argumenten te bestrijden. Wij zeiven groeien in de beweging en haar formaties als dragende kern, in de nevenorganisaties, in de volksordening ook al zijn de oorlogsomstandigheden daartoe bezwarender dan ooit. Als bewijs daarvan moge gelden onze barometer, die nog nooit gefaald heeft, de verkoop van ons strijdblad „Volk en Va derland". De oplaag is gestegen tot 200.000 exemplaren en ik weet zeker dat als de be weging zich als één man zou inspannen en daardoor het aantal colporteurs vergrootte binnenkort een oplaag'-van een kwart mil- lioen bereikbaar is. Daaruit blijkt de groote belangstelling voor het nationaal-socialis- me speciaal in de eenvoudige kringen der bevolking, die meer dan de z.g. ^ntellec- tueelen begrip hebben voor de omwente ling der tijden. Ik zou onvolledig zijn als ik dit overzicht Zou sluiten zonder met een enkel woord te Spreken over onze Duitsche medestanders. Dus in de eerste plaats over de'N.S.D.A.P. an Nederland, opgericht door den gestorven Hauptdienstleiter Fritz Schmidt, die zijn leven besteed" heeft in dienst van den Führer en zijn volk, maar ook tot het laatsi pal stond voor de N.S.B. De woorden: '„Marcheeren in onze rijen mede" zijn ten volle van toepassing op hem, dien wij in groote liefde blijven gedenken. Zijn opvolger Dienstlejter Ritterbuseh heeft zich in korten tijd het vertrouwen en de sympathie verworven niet alleen van de leden der N.S.D.A.P. in Nederland, maar evenzeer van onze N.S.B.-ers. De vaste kameraadschap tusschen Duitsche en Nederlandsche nationaal-socialisten, die Schmidt gewild heeft, is onder zijn voor- loopig bewind versterkt en het zal u, mijn kamer.aden, een groote voldoening zijn te weten, dat op den dag dat ik het onderhoud met den Führer had, aan hem is uitgereikt zijn definitieve aanstelling als leider van het Arbeitsbereich Niederlande der N.S. D.A.P., eigenhandig door den Führer onder teekend. Voorts is het mij een behoefte u, mijn heer de Rijkscommissaris, mijn groote er kentelijkheid te betuigen voor uwen inzet voor ons volk en onze beweging. Als ver tegenwoordiger van den Führer hebt gij natuurlijk immer de belangen van het hebt gij in toenemende liefde voor Neder land ook de belangen van ons volk zoo goed als de oorlogsomstandigheden dit veroor loven met kracht weten te verdedigen. Ook de beweging hebt gij leeren kennen en waardeeren, waardoor tusschen u en mij een band ontstaan is, die zoo hecht is, dat hij tot voorbeeld kan dienen voor de lots verbondenheid der Germaansche volkeren. Wij hebben het recht te spreken over Euro- peesche solidariteit omdat wij handelen in Germaansche solidariteit en deze vinat weer haar basis in het samengaan van Duitsche en Nederlandsche natitmaal-socia- listen en in den band, die u en mij per soonlijk verbindt. Zijn rede eindigend met een beroep op de Beweging,-'' in trouw voort te gaan met het werk, dat nog wacht, besloot Mussert met de woorden: Hebt dank voor alles wat gij gedaan hebt in het afgeloopen jaar. Pal zullen wij staan in 1944, wat de toekomst ons ook brengen zal. En het vast vérbond zal blij ven, het verbond tusschen U en mij, waar op onze kracht steunt, die wij ontleenen aan ons onwrikbaar geloof, dat wij naar eer en geweten onze roeping vervullen. (Stormachtig applaus). Het slotwoord werd gesproken door Van Geelkerken, die de telegrammen voor las, welke Mussert en Hitier hadden ge wisseld naar aanleiding van het bedoek zan.den leider aan het hoofdkwartier van den Führer. Met de woorden: „Onze gedachten gaan uit naar Adolf Hitler", besloot spr. zijn slotwoord. Nadat de plaatsvervangende leider een driewerf „Sieg Heil" op den Führer had uitgebracht, werd de bijeenkomst besloten met het zingen van het zesde couplet van het „Wilhelmus". Na afloop van deze indrukwekkende bijeenkomst begaf de Leider zich naar Amsterdam in gezelschap van Van Geel kerken, den districtsleider van Amster dam, Ouwerkerk, den chef van het kabi net Jhr. De Block van Scheltinga en Max Blokzijl, waar hij de daar vergaderde N. S. B.'ers heeft toegesproken. De herdenking te Amsterdam. Mussert bezoekt zijn oude strijders. In Amsterdam 'hebben de leden der N.S. B. het 12-jarig bestaan van de Beweging eveneens gevierd en zij hebben daarbij de voldoening gelhad, dat de Leider ook van zijn verbondenheid met zijn trouwe strij ders daar heeft willen getuigen en dat hi.i na de groote vergadering in Utrecht naar Amsterdam is gekomen, om er eenigen tijd bij zijn oude kameraden te toeven. In het Concertgebouw, dat met nationale vlaggen, vlaggen der Beweging, N.S.B.- emblemen en bloemen fraai was versierd waren de oude strijders voornamelijk le den, die de Beweging tien jaren onafgebro ken hebben gediend bijeen gekomen om te luisteren naar het woord van den Leider. In „Bellevue" waren de overige leden ver zameld. In beide gebouwen werden de re devoeringen. welke op de vergadering in Utrecht werden uitgesproken, via radio verbindingen uitgezonden. Na beëindiging van de Utrechtsche ver gadering werd de bijeenkomst in het Con certgebouw onder leiding van den Secre taris-generaal van de N.S.B., Ir. Huygen, voortgezet. Om ongeveer 5 uur arriveerde de Leider in gezelschap van den plaatsvervangend leider C. van Geelkerken, in het Concert gebouw, waar-hij met groot enthousiasme werd ontvangen. Mussert, door Ir. Huygen begroet, betrad direct het podium om zijn getrouwen toe te spreken. Hij zeide naar Amsterdam te zijn gekomen, omdat zijn hart trok naar zijn oudste kameraden en omdat hij op dezen dag met hen wilde zijn. De Leider herin nerde verder aan de eerste landdagen te Utrecht, waar maar weinig leden bijeen kwamen, maar die todh indruk genoeg maakten, om een ambtenarenverbod tot ge volg te hebben. Tot de mannen van de eer ste jaren zeide hij, dat zij het ongetwijfeld rustiger zouden hebben gehad, wanneer zij die tien jaren niet hadden meegedaan, maar desondanks geloofde hij dat niemand het zou betreuren, de stap te hebben gezét. Zelfs in deze tijden is men integendeel dankbaar te kunnen werken voor de Be weging en dus voor het volk. Wij gelooven niet dat het bolsjewisme zal overwinnen, omdat religieus denkende menschcn nu eenmaal niet kunnen gelop ven dat het kwade het goede zal verdrijven En daarom ook zullen wij vechten tot de overwinning ons is. Tot 'hen, die tien jaren de Beweging zijn trouw geweest, zeide Mussert dat zij de kern der Beweging vormen en zich van hun verantwoordelijkheid bewuït moeten zijn.<Toen de Führer mij ontving, aldus de Leider, ontving hii niet de persèon Mussert, maar in mij de Beweging, die het Neder landsche volk vertegenwoordigt. Onze ver antwoordelijkheid groeit met den dag en gij moet U dus gedragen overeenstemimng met die verantwoordelijkheid. Na den Leider voerde ook Van Geelker ken het woord. De oorsprong van Haarlem's naam. Verschillende verklaringen. Omtrent den oorsprong van Haarlem is niets met zekerheid te zeggen, evenmin als men weet, hoe onze stad haar naam gekre gen heeft. Verschillende, van elkaar afwij kende, naamafleidingen zijn bekend, de een meer, de ander minder aannemelijk. In Allan's „Geschiedenis en beschrijving van Haarlem" vinden wij o.m. de bekende legende van de stichting der stad Haarlem door een achterkleinzoon van den Leid- schen kastelein of ^urggraaf, wiens naam Heer Lem was. "Naar hem zou onze stad Here Lem's Stede genoemd zijn, waaruit later Heerlem of Haerlem zou zijn afgeleid. Ook vermeldt Allan dat men de stichting en naamsoorsprong van Haarlem wel heeft trachten af te leiden van het tijdelijk ver blijf in deze streken van- een Gothischen volksstam, de Heruelen, omstreeks 400 j. n. C. Naar hen zou de stad Herulheim of Herulem zijn genoemd, waarvan men dan Haarlem trachtte af te leiden. Allan voegt hier, o.i. terecht, aan toe, dat beide ver klaringen gissingen zijn, waaraan mert allen redelijken grond kan ontzeggen. Een andere, zeer bekende naamsoor sprong is de geschiedenis van de sterkte Bakenes of Oud-Haerlem. Allan vertelt hiervan, dat volgens overlevering in Haar lem's omtrek een heilig bosch lag, dat ge wijd was aan Bacchus. Tenslotte noemt Allan in zijn werk een gissing, volgens welke Haarlem een verkorting zou zijn van Harel, dat schraal, en H?im, dat woning (woonstede) beteekent. Haerlem zou dan zooveel als „woning of stede in een schraal oord gesticht" zijn. Allan komt het echter het meest waar schijnlijk voor, dat Haarlem's naam afkom stig is van het alouie adellijke geslacht van dien naam, n.l. de.Heeren van Haarlem. Hij wijst er op, dat onder Heemskerk een dellijke stichting heeft gelegen met den naam Hof ,,van Haerlem of Oud-Haerlem, hetgeen het aannemelijk zou maken, dat er later een nieuw Haerlem is ontstaan, wel ker stichting dus van lateren tijd dagtee- kent dan de stad Haarlem, op wier gebied het geslacht van dien naam wellicht een of andere woning, of althans eenige bezitting in eigendom gehad kan hebben". De nieuwste naamsafleiding voor Haar lem is die van dr. J. F. Steenhuis, in zijn artikel „Haarlem en de geologische weten schap" (Jaarboek 1942 van de Ver. „Haer lem). Hij leidt Haarlem's naam af van Haar-Loo-Heim (Haar weg, Loo bosch, Heim huis of woonplaats). Deze aannemelijke naamsafleiding vindt in zeke ren zin een bewijs in de opmerking van Allan, waarin hij zegt, dat volgens over levering „in den omtrek van Haarlem een groot bosch, dat aan Bacchus was gewijd" was gelegen. Dr. Steenhuis neemt n.l. bij zijn naamsafleiding aan, dat op of om Haarlem een heilig bosch heeft gelegen, hetgeen'dus het aan Bacchus gewijde woud geweest kan zijn. Ook een overeenkomst al is het misschien slechts een uiterlijke tusschen de woorden „harel" (schraal) en ,,haar" (weg of zandweg) zou dr. Steen huis' gissing aannemelijk kunnen maken. Misschien dat in de toekomst verdere onderzoekingen naar het leven onzer oud ste voorouders een nieuw licht op den oor sprong van den naam Haarlem kunnen werpen. Vooralsnog blijft men echter steeds bij gissingen en meer of minded waar schijnlijke afleidingen voor den oorsprong en den naam vap onze stad. „Een buitengewone vrouw." Zaterdagavond gaf het „Noord-Hollandsch Tooneel" in den Stadsschouwburg een opvoe ring van het stuk met bovenstaanden titel, een blijspel van Harry Anspach. Niemand zal beweren dat in de gangbare anecdotes en ook in de literatuur de schoonmoeders een gunsti- gen naam hebben. Het is daarom wel aardig eens een stuk te zien, waarin een man voor komt die nu eens niet van afschuw voor zijn aangetrouwde mama vervuld is, maar die integendeel het zoo innig zou betreuren een dergelijk familielid te missen dat zijn vrouw, die moederloos is. zich genoopt acht er hem één te verschaffen. Ze doet dit op een wel zeer bijzondere manier, n.l. door zich tijdens haar zoogenaamde afwezigheid uit te geven voor haar moeder. Ze houdt wijze gesprekken met den onnoozelen bloed die haar archeolo gie studeerenden echtgenoot blijkt te zijn en verrukt hem door een begrip en tact die hij bij zijn vrouw mist. Zonder zijn verregaande braafheid zou hij haast zijn eega voor zijn schoonmoeder hebben opgegeven. Door dit hoofdthema is het motief van een vermeende liaison van een sukkeligen Mat thias heengevlochten; Ninia, een oude getrou- de huishoudster, die mevrouw Kitty met raad en daad bijstaat helpt verder relief aan de tooneeltjes geven. Harry Anspach heeft zoo wel een grappig stuk weten te schrijven. Maar dikwijls zijn de effecten waarmee hij werkt wel wat goedkoop: was het nu bepaald noo- dig om een groeien onhandigen Matthias ook nog te laten stotteren? En dat die goeie Ninia zich een stuk in haar oude-vrijsterskraag moet drinken Maar veel van dergelijke bezwaren gaan pas wegen bij een nabeschouwing. Het stuk werd door het publiek in ieder geval geamu seerd gevolgd. Daartoe heeft het goede spel ongetwijfeld ook vee! bijgedragen. Willy de VosDanseiman als Kitty en als de moeder vmr Kitty gaf een hoogst vermakelijke dubbel rol. Haar uitheemsch accent als Duitsch- Zwitsersche was kostelijk, technisch knap het zoo nu en dan uit haar rol vallen, beter gezegd het vallen van de eene rol in de andere Jan C. de Vos gaf een rechtschapen, vreemd en onhandig in wereld staanden archeoloog. Bij hoofdpijn* kiespijn, rheumatische en an dere pijnen helpt MET VITA MINE Bj l'CI Cl O'ONOK Vischuitzetting in „De Groote Braak" te Halfweg. Een natuurreservaat met een bekoorlijke schoonheid. „De Groote Braak" nabij Halfweg is dit jaar tot natuurreservaat verklaard. Er gaat van dit idyllisch plekje een groote bekoring uit. Wanneer men, staande op den ouden Y- dijk, een blik werpt op de uitgestrekte lande rijen van den Grooten Ypolder, kan men zich moeilijk voorstellen, dat daar vroeger het Zui derzeewater Halfweg's dreven onveilig maakte Een enkele keer had er een dijkdoorbraak plaats: zoo ontstonden o.a. tusschen Sloterdijk en Halfweg de waterkommen „Groote Braak" en „Kleine Braak". Houtrijk en Polanen, de oude najm voor Halfweg, grensde in het Zui den aan het toenmalige Haarlemmermeer. Te recht merkte Napolpon bij zijn bezoek aan ons land op: „Wat is Holland toch een waterland". Napoleon keek naar het Haarlemri\ermeer, -draaide zich om en zag toen het water van de Zuiderzee, dat vaak een gevaarlijke hoogte bereikte tegen de aangelegde zeeweringen, welke laatste nu nog duidelijk te zien zijn langs den Spaarndammerdijk. Door de ver- eeniging van Houtrijk en Polanen met Haar- lemmerliede (een oude ambachtsheerlijkheid) en Spaarnwoude ontstond in 1857 de gemeente Haarlemmerliede c.a. Het water van „De Groote Braak" is sedert jaren gepacht door den Halfwegger J. Hartog, die door het uitzet ten van visch vele hengelsportliefhebbers pret tige uren van ontspanning bezorgde en boven dieneen rijke buit. De vischuitzetting was ieder jaar een evene ment, dat groote belangstelling trok. Verleden jaar was het door de tijdsomstandigheden niet mogelijk een uitzettirtg te doen plaats hebben, doch dit jaar is de heer Hartog erin geslaagd een groote partij visch aan te koopen. welke afkomstig is van de Nederlandsche Heide Maatschappij, kweekerijen te Valkenswaard (N.B.) Zondag 19 December om 2 uur zal de uitzetting van 250 K.G. twee-zomerige en 250 K.G. drie-zomerige edelkarper plaats vinden. Burgerlijke Stand. De bijeenkomst werd besloten met het w;s{ onwaarschijnlijke gestalte van zingen van de zesde strophe van het Wil helmus. Naar de haaien. „Ten gevolge van acties van den vijand" zijn alle postzendingen uit Engeland, be stemd voor Indië, Ceylon, Egypte, Syrië en Iran en Irak, tusschen 30 September en 18 October verloren gegaan. Verder eveneens de luchtpostzendingen voor dezelfde gebie- groote geheel behartigd, maar daarnaast den tusschen 8 en 16 October. Matthias, voor zoover mogelijk, werkelijk tot leven te brengen. Ook Ada van Duijl had van Ninia, de huishoudster, een adrdige fi guur gemaakt. B. VEURMAN. Jl'llIMEl'M ,J. VAN AVKZAATH Woensda December is de heer O. J. van Avezaatn 25 jaar als besteller in dienst bij Van Genei en Loos te Haarlem. De jubi laris is bij winkeliers en publiek een be kende figuur. HAARLEM 11 December 1943. ^EVALLEN: 8 Dec., M. A. M. DamoAlbrecht, d.; 10 Dec., A. J. van DamWallekers, z.; P W. Nelissen—van Schooten, d.; J. Horsten—Fort- gens. d.; H. A. v. d. StoopUijtendaal. d.: A. BoschmaZuiderhof, d.; 11 Dec., D. V. van der PljMPruis, d.; T. G. de BoodeGrenzenberg, d.; J. Kooyv. d. Wende, d. OVERLEDEN: 7 Dec.^C. L. Fels, 63 j., Rucha- vestraat; 9 Dec., A. H. C. van AmersfoqrtKamp man, 68 j.. Cheribonstraat; J. B. T. Zwart, 72 j., Hagestraat; 10 Dec., G. Bos—Tijdgaat. 79 j., Spaanschevaartstraat; H. Molenaar—Snooij, 77 j., Santpoorterplein. KORT NIEUWS De 37-jarige verkooper G. S. B.. werk zaam bij een kioskonderneming in Den Haag, schreef brieven aan winkeliers, waarin hij hun gelastte bedragen tot duizend gulden toe, te deponeeren bij kiosken. Voldeden zij daar aan niet dan zou hij er voor zorgen, dat zij last kregen met overheidsinstanties. Gelukkig waren alle winkeliers zoo verstandig zich te wenden tot de politie, die hun den raad gaf een enveloppe met waardeloozen inhoud te deponeeren. Het merkwaardige was echter, dat oogenschijnlijk niemand de enveloppen afhaalde. Wel bleken deze steeds verdwenen, hetgeen aanleiding gaf tot de veronderstelling dat de ontvanger zich in de kiosk bevond. B. werd gearresteerd en bleek inderdaad zelf de brieven geschreven te hebben. Te Rotterdam is de 56-jarige kapper P. Heydanus in zijn zaak aan de Voorschoter laan van een wenteltrap gevallen en met het achterhoofd op een granieten vloer van een bergplaatsje gekomen. Met een schedelbasis- fractuur werd hij naar een ziekenhuis ver voerd, waar hij bij aankomst overleden bleek te zijn. In een plechtige bijeenkomst ten stad- huize is te Maastricht de werkgemeenschap Maastricht van de Ned. Duitsche Kuituurge meenschap opgericht. De voorzitter van de N.D.K. de heer H C. van Maasdijk, hield een rede, waarin hij het doel der N.D.K. uiteen zette en een overzicht gaf van de werkzaam heden, welke de Kuituurgemeenschap tot dus verre heeft verricht. Inbrekers.zijn via een raam aan de ach terzijde binnengedrongen in een schoenen winkel in de Kinkerstraat te Amsterdam en hebben 2000 paar schoenen, een schrijf machine en eev) stofzuiger buitgemaakt. Een vertegenwoordiger van een Rotter- danjschen chemicaliënhandel heeft voor de Rotterdamsche rechtbank terechtgestaan, om dat hij aan een drogist mirbanolie (nitro- benzol) bad verkocht als vervangingsmiddel van citronelolie, welke gebruikt wordt om muggen te verdrijven. Deze mirbanolie is bij inwendig gebruik levensgevaarlijk, terwijl ook het inademen van de damp er van bewus teloosheid veroorzaakt. Daar de vertegen woordiger den drogist niet gewaarschuwd had, achtte de Officier van Justitie hem strafbaar en eischte ƒ25, boete.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsche Courant | 1943 | | pagina 6