Haarlemsche Courant
Sovjet aanvallen over breed front
bij Kirowograd afgeslagen.
Nieuwsblad voor Noord-Holland
Mogelijkheden tusschen
Newel en Leningrad.
Sovjet-regeering richt
een Tsjechisch leger op
De Polen in Londen zoeken
contact met Kremlin.
268e Jaargang No. 293
Bureaux: Groote Houtstraat 93.
Tel. Advert. 10724, Redactie 10600
Postgiro 134958 Haarlemsche Ct, Haarlem
Bykantoor, Soendapleln 3?. Tel. 12230
Hoofdredacteur: F. C. Berks
Donderdag 16 December 1943
Verschijnt dagelijks,
behalve op £on- en Feestdagen
Drukkerij: Z. B. Spaarne 12. Tel. 12713
Kantoor IJmuiden: Rembrandtlaan 55,
iJmuiden-Oost
Uitg.: Graf. Bedrijven Damiate, Haarlem
k mi
DuHseh afweersucces bij Sjiobin. Harde gevechten ten Z. van Newei.
Gedeeltelijke opleving van den strijd kt Z.. Italië.
Het Duitsche Weermachtbericht luidt als
volgt:
„In den sector van Kirowograd werden
de over een breed front uitgevoerde aan
vallen der bolsjewisten op bloedige wijze
V afgeslagen. Duitsche pantserformaties,
door de luchtmacht op effectvolle wijze
gesteund, gingen tot tegenaanvallen over,
braken den tegenstand van den vijand en
wierpen dezen uit enkele penetraties.
Daarbij werd een tijdelijk verloren gegaan
belangrijk plaatsje ten Noorden, van Ki
rowograd heroverd.
In het gebied ten Noordoosten van Sjitomir
wierpen onze troepen den sterkeren vijand
terug en brachten hem gevoelige verliezen
toe.
Ten Zuidwesten van Sjiobin gingen de bols
jewisten met krachtige infanterie- en pant
serformaties tot den verwachten aanval over.
In verbitterde gevechten behaalden onze troe
pen een volledig afweersucces. Tijdelijk door
gedongen vijandelijke gevechtsgroepen werden
in een tegenaanval teruggeworpen. De bolsje
wisten leden in dezen sector bijzonder zware
verliezen. Veertig pantserwagens werden
kapotgeschoten.
Ten Zuiden van Ngwel versterkte de
vijand zijn druk belangrijk na nieuwe
strijdkrachten te hebben aangevoerd. Ook
hier werden de aanvallen In harde ge
vechten afgeslagen, enkele plaatselijke
penetraties afgegrendeld.
In Zuid-Italië viel de vijand Dinsdag aan
de Adriatische kust over een smal front op
nieuw aan. De aanvallen der Britten leverden
ondanks sterken steun van artillerie en vlieg
tuigen slechts op enkele plaatsen geringe ter
reinwinst op, stortten echter voor het overige
in het afweervuur of in gevechten van man
tegen man ineen.
De gevechten om de penetratieplekken zijn
nog aan den gang.
Een formatie Duitsche gevechtsvliegtuigen
viel in den nacht van 13 op 14 December het
vijandelijke ravitailleeringssteunpunt Bari
aan en plaatste treffers op de haveninstal
laties.
Boven het Middellandsche-zeegebied wer
den Dinsdag' zeven vijandelijke vliegtuigen
neergeschoten".
De A.N.P.-correspondent te Berlijn meldt:
De pogingen van het Roode Leger in het ge-
biedj van Kirowograd, door een omtrekkende
beweging deze stad af te snijden, acht men
van Duitsche zijde voorshands verijdeld. De
Duitsche tegenaanvallen in dezen sector heb
ben den opmarsch der Russen, die tot de
aankomst der Duitsche reserves vrij diep de
Duitsche stellingen hadden kunnen binnen
dringen, tot staan gebracht, alhoewel de strijd
hier nog steeds voortduurt. De bolsje-wisten
streven er blijkbaar naar, met de troepen, die
Tsjerkassy bezet hebben, in verbinding te
komen.
De Duitsche aanballen ten Westen van
Kief, die zoowel naar het Oosten als naar het
Noorden gericht zijn, hebben 'tot nieuwe ter
reinwinst geleid, ondanks het feit, dat ook de
Russen in dezen sector aanvallen onderne
men. Er schijnt een zekere wisselwerking te
bestaan tusschen den strijd in dezen sector en
dien in de bocht van den Dnjepr. Wordt bij-
Voorbeeld de Sovjet-Russische druk in het
gebied van Kirowograd vergroot, dan schijnt
Angio-Amerifcaansche belangen
strijd over de Aziatische olie.
Maandag is de bevelhebber der Amerikaan-
sche luchtstrijdkrachten in het Naburige Oos
ten, generaal Royce, met een militaire delega
tie te Dzjidda aangekomen. Koning Ibn Saoed
moest zijn verblijf in de heilige stad Mekka
onderbreken en zich naar Dzjidda begeven,
waar hij door Royce in aanwezigheid der ge
zanten van de Vereenigde Staten en van Gr.-
Brittannië werd ontvangen.
De aankomst van een Amerikaansche mili
taire delegatie in Dzjidda wordt te Cairo be
schouwd als een begin van een nieuwe en
verscherpte fase in den Engelsch-Amerikaan-
schen concurrentiestrijd om het Naburige Oos
ten. Ibn Saoed heeft onlangs met de Califor
nia Arabian Oil Company uitgebreide exploi
tatieprojecten afgesloten. Volgens een schat
ting van zakenkringen te Cairo zouden deze
projecten de tot dusver op de gelden, verkre
gen uit de petroleumindustrie en de bedevaar
ten gebaseerde Saoedische staatsbegrooting,
verviervoudigen. De Amerikaansche regeering
ziet zich thans voor de taak geplaatst deze be
langrijke petroleumposities ook militair te be
schermen, eventueel ook tegen de eigen bond-
genooten. Royce speelt in het Naburige Oosten
een even groote politieke als militaire rol. Hij
is er in geslaagd om een nie't te onderschatten
positie aan het Egyptische hof te veroveren.
Tijdens het Libanon-conflict ageerde hij ook
tegen De Gaulle.
Recordproductie Duitsche mijnen.
De kolenproductie heeft in Duitschland
haar maximunlcijfer bereikt in het jaar 1942-
1943. Talrijke factoren hebben daartoe geleid,
voorop het werk van de mijnwerkers, die
vrijwillig Zondagsarbeid hebben verricht. Door
den Zondagsarbeid werden in 1942-43 twintig
millioen ton kolen en 26 millioen ton ligniet
gedolven.
dit ten koste van den sector van K-ief te gaan,
v/aar de Duitschers dan kans hebben, hun
tegenstander terug te dringen.
Een nieuw zwaartepunt van het front is
het gebied van Sjiobin, het spoorwegknoop
punt halverwege Gomel en Bobroeisk. Nadat
de Russen sedert geruimen tijd in den drie
hoek, gevormd door Pripét, Dnjepr en Bere
zina, een sterke troepenmacht hadden ge
concentreerd, zijn zij hier tot den verwachten
aanval overgegaan. Alle aanvallen konden
tot dusver worden afgeslagen.
Aan het front tusschen Newel en Leningrad
is het nog steeds rustig. Weliswaar hebben de
bolsjewisten hier van tijd tot tijd aanvallen
ondernomen, doch deze hadden kennelijk het
doel, het front naar zwakke plekken in het
Duitsche front af te tasten. Het is nauwelijks
aan te nemen, dat deze rust in den komenden
winter zal voortduren. Met de intrede van
de vorst doen zich hier volkomen gewijzigde
omstandigheden voor. De vele moerassen in
dit deel van het front worden dan min of
meer voor gemotoriseerde strijdkrachten be
gaanbaar en het is te verwachten, dat het
Sovjet-Russische opperbevel zal trachten, zich
deze omstandigheid ten nutte te maken. Van
Duitschp zijde wordt in elk geval zeer met
deze -mógelijkheid rekening gehouden.
Verklaring van Eden over het
Pact Moskou-Benesj.
De Prawda deelt mede, dat de besprekingen
van de regeering met dr. Benesj tot gevolg
hebben gehad dat er een Tsjechisch leger in
de Sovjet-Unie zal worden opgericht.
Het is nog niet bekend hoe sterk het leger
zal zijn en hoe de organisatie ervan is. Men
weet slechts dat de reeds vrij langen tijd ge
leden in de Sovjët-Unie gevormde „Tsjechi
sche brigade" als voorlooper en kern van den
nieuwen troep kan worden besohouwd.
De Poolsehe regeering' te Londen is, nu de
conferentie te Teheran heeft plaats gehad en
het pact tusschen Benesj en Sowjet Rusland
is gesloten, ernstig bezig contact te zoeken
met het' Kremlin, aldus Reuter.
Zeer. waarschijnlijk zullen de Poolsehe pre
mier en zijn minister van buitenlandsche za
ken een bezoek aan Eden brengen om van
deze te vernemen, op welke wijze het moge
lijk is de verbroken betrekkingen met de
Sowjet Unie te hervatten.
De diplomatieke correspondent van het D,
N. B. Siegfried Horn schrijft:
„Ook in Engelsche politieke kringen is
Edens zwijgen over het pact, tusschen de
Sovjet Unie en Benesj opgevallen, zoodat in
het Lagerhuis een vraag gesteld werd, waar
op Eden genoopt was te antwoorden.
Hij verklaarde, dat de aangelegenheid te
Moskou was besproken tusschen Molotof,
Huil en hem en dat de Britsehe regeering
het thans geteekende verdrag te meer toe
juicht, daar» het een belangrijk instrument
voor de algemeene veiligheid kan worden en
bovendien den nabuurlanden de mogelijkheid
tot toetreding biedt.
Hiermede bevestigt de Britsehe minister
van buitenlandsche zaken, dat. reeds te Mos
kou het Oost-Europeesche probleem en daar
mede samenhangende vraagstukken zijn ge
regeld in den geest van Moskou en dat daar
door de grondslag voor de Sovjet-expansie
naar het Westen is gelegd. De van Duitsche
zijde meermalen agpgetoonde tendenz der
Britsehe politiek tegenover Europa wordt
door de verklaring van Eden in een bijzon
der licht geplaatst. De bedenkingen, die in
zekere Lagerhuiskringen zijn gerezen ten aan
zien van de gevolgen van het pact op de „al
gemeene Europeesehe veiligheid", beden
kingen, waaraan een arbeidersafgevaardigde
op welsprekende wijze uiting gaf meent
Eden tot zwijgen te kunnen brengen met de
verklaring, dat „bij het onderhavige verdrag
in zijn tegenwoordigen vorm dit gevaar nau
welijks behoeft te worden gevreesd".
Influenza-golf in de V.S. en
Engeland.
In de Vereenigde Staten grijpt de influen
za steeds meer om zich heen. Men schat het
aantal zieken op meer dan een millioen.
Washington, waar de ziekte het hevigst
heerscht, heeft lOO.OO'o zieken. In een ge-
heele reeks fabrieken is het werk stopgezet,
in de groote steden hebben theaters de voor.
stellingen moeten laten vervallen door ziekte
van het grootste deel van acteurs eri too-
neelpersoneel. Alleen in het Zuiden van de
Vereenigde Staten heerscht nog geen influen
za. In Durhamshire in Engeland is den laat-
sten tijd de kolenproductie met 30.000 ton
per week verminderd tengevolge van de in-
fluenza-epldemie. Het departement van ge
zondheid heeft medegedeeld, dat het sterfte
cijfer van dag tot dag stijgt en dat men er
nog steeds niet in geslaagd is de épidémie
'tot staan te bréngen.
BENESJ.
D. - De overeenkomst tusschen Moskou
en de Tsjechische emigrantenregeering
heeft de belangstelling weer eens geves
tigd op een man, die vijf jaar geleden in
het centrum van het Europeesch gebeuren
stond, een nederlaag leed, die menig ander
den lust zou hebben benoipen, zich ooit
weer in het politieke leven te begeven, bij
het begin van den oorlog zich naar het
emigranten-asyl aan de Theems begaf en
naar het schijnt zijn hopeloozen strijd thans
weer wenscht te vervolgen. Wij bedoelen
Eduard Benesj, gewezen president van de
voormalige Tsjecho-Slowaaksche republiek.
Benesj is1 een volkomen tragische figuur.
Het leven heeft hem weinig meer dan te
leurstellingen gebracht. Eenige jaren moge
het hebben geschenen, alsof zijn streven
met succes bekroond zou worden, steeds
weer bleek tot zijn ongeluk, dat hij zich in
zijn verwachtingen had misrekend en dat
hij zijn vertrouwen verkeerd geplaatst had,
hetgeen tot de decepties leidde, die in 1938
zijn val veroorzaakten en hem niet on-
waar^hijnlijk thans tot de wanhoopsdaad
hebben gevoerd, hulp en steun te zoeken
bij Stalin.
Benesj werd in 1884 uit behoeftige
ouders geboren, die er niettemin in slaag
den, hem een goede opvoeding te bezorgen,
zoodat hij te Praag en Parijs in de rechten
kon studeeren en in 1908 in Dijon promo
veerde. Frankrijk heeft blijkbaar grooten
indruk op hem gemaakt, immers gedurende
zijn staatsmanscarrière heeft hij altijd de
vriendschap van Frankrijk gezocht en op
Fransche hulp vertrouwd, ook toen hem
duidelijk moest zijn, dat van dien kant
geen steun te wachten was. Zoo het lot
dezen man inplaats van naar Parijs naar
Weenen of Berlijn had gestuurd, de we
reldgeschiedenis der laatste jaren zou wel
licht een anderen loop hebben genomen.
Benesj was al vroeg Tsjechisch nationa
list. Hij moet deernis hebben gevoeld met
het lot van zijn volk, dat zijn rechten vroeg
in de voormalige dubbel-monarchie Oos-
tenrijk-Hongarije, waar Duitschers en Ita
lianen, Serven en Kroaten, Tsjechen en
Slowaken plukhaarden en de kans af
wachtten op hun bevrijding, waartoe het
jaar 1914 het sein scheen te geven. Benesj
was toen reeds een der leiders van de
Tsjechische nationalisten en had via de
journalistiek, die hij te Parijs beoefende,
reeds contact met de wereld der diploma
ten gekregen. Het lag dan ook voor de
hand, dat hij in aanraking kwam met zijn
landgenoot, den staatsman-filosoof Masa-
Lavai te Vichy teruggekeerd.
Laval is uit Parijs te Vichy gearriveerd.
Tijdens zijn verblijf te Parijs, heeft hij den
prefect van de Seine, den politieprefect en
den president van den gemeenteraad van
Parijs ontvangen en met verschillende minis
ters geconfereerd. Voorts heeft hij verschei
dene problemen van economjschen aard met
de bezettingsoverheden besproken. Ook had
hij een onderhoud met Abetz, den Duitschen
ambassadeur.
Knox: Amerika voer offensief in
Stillen Oceaan gereed.
De Amerikaansche minister van marine,
Knox, heeft verklaard, dat de Vereenigde
Staten nu voldoende troepen en schepen heb
ben om een offensief in den Stillen Oceaan
te beginnen De gevechten die zich nu af en
toe in den Pacific afspelen, zijn eigenlijk
maar voorbereidingen voor het' groote offen
sief, waartoe „Amerika nu bereid is".
Ik hou van Holland
Wie houdt er nu niet van zijn geboorte
grond? Wie is er nu niet gehecht aan de plaats
waar hij is opgegroeid? En wie zou het kun
nen dulden, dat die grond eenmaal door den
bolsjewiek vertrapt zal worden? Niemand!
Geen enkele onder U. Maar wie staat er borg
voor, dat dit nooit of te nimmer zal geschie
den?
Wie anders dan de soldaten van den Führer
en onder hen ook de mannen van de
Waffen-SS.
Sluit u aan, meldt u bij de Waffen-SS of
bij den Landstorm Nederland.
OVER VERDRAAGZAAMHEID.
In de serie brancfende kwesties houdt Max
Blokzijl hedenavond over Hilversum I om
18.45 uur een praatje, getiteld: „Over ver
draagzaamheid".
In gevecht met Bolsjewistische voorpos
ten. Manschappen van een Luftwaffen-
velddivisie in gevecht met Bolsjewistische
voorposten, (PK Keiner Wb/C.N.F. P. c)
ryk, die zich in ballingschap had begeven,
ten einde als leider van den Tsjecho-Slo-
waakschen Nationalen Raad de onafhan
kelijkheid van Tsjecho-Slowakije voor te
bereiden, een plan, waarvoor in 1916
Briand en eenigen tijd later Wilson gewon
nen werden.
De zaak van Tsjecho-Slowakije was
daarmede die van de Entente geworden en
hiermede was de grond gelegd voor de tal-
looze moeilijkheden, dien de nieuwe repu
bliek sinds 1918 het hoofd te bieden kreeg.
Want Benesj, die als minister v^p Buiten
landsche Zaken was opgetreden en die
functie tot 1935 bekleedde, oriënteerde zijn
politiek ten eenenmale op de voormalige
Entente, speciaal op haar vertegenwoordig
ster op het Europeesehe vasteland: zijn ge
liefd Frankrijk. En het behoeft nauwelijks
betoog, dat van dien kant de gelegenheid
werd benut, zich in het centrum van Euro
pa een invloedssfeer te scheppen ter be
teugeling van iedere poging van den kant
van Duitschland, Hongarije en andere lan
den om zich in midden Europa te doen gel
den. Aldus heeft Benesj jaren lang een zeer
grooten invloed op het Europeesch gebeu
ren gehad, niet het minst door de stichting
van de z.g. Kleine Entente (Tsjecho-Slo
wakije, Roemenië en Joego Slavië) waar-
'bij Frankrijk aan invloed won en o.m. zelfs
het militaire apparaat dezer landen tot op
zekere hoogte onder haar controle kreeg.
Maar allengs won Duitschland aan macht
en beteekenis en het was wederom Benesj,
die als oogendienaar van Frankrijk geen
poging onbenut liet, om Duitschland den
voet dwars te zetten. Onbegrijpelijk is het,
dat hij nimmer heeft kunnen of willen in
zien, dat deze politiek op een conflict moest
uitloopen, een'conflict, waarbij nog moest
blijken, of Frankrijk haar erkentelijkheid
metterdaad zou bewijzen en in hoeverre hij
in dat geval op Engeland zou kunnen re
kenen. Nog wist Masaryk met staatsmans
wijsheid wrijvingen te voorkomen, doch
toen dit staatshoofd in 1935 overleed trad
een onverbloemde tegenwerking jegens
Duitschland aan den dag. Hiertoe was alle
gelegenheid: het westelijk deel des lands,
Bohemen, was in^ zijn randgebieden over
wegend door Duitschers bevolkt en deze
bevolking, de z.g. Sudeten-Duitschers wer
den door de Tsjechische minderheid geter
roriseerd, blijkbaar met goedvinden van*
Praag.
Had Benesj voordien zijn vertrouwen op
zijn machtige vrienden Frankrijk en Enge
land gevestigd, eerst thans bleek al zijn
driestheid gebaseerd op de hem verstrekte
garanties. Midden Europa, inzondei-heid
Tsjecho-Slowakije werd een haard .van
pro-Fransche en pro-Engelsche propagan
da, een vooruitgeschoven post van deze
beide landen en door zijn openlijke vijand
schap jegens Duitschland een erkend ge
vaar voor den Europeeschen vrede. Het is
bekend, waarop dit alles uitliep: In Sep
tember 1938 sloeg Hitier toe. Hij richtte
een ultimatum tot Praag, waarin hij de be
zetting, der Boheemsche randgebieden aan
kondigde en toen Benesj in dezen nood
Frankrijk en Engeland aan him garanties
herinnerde, reisden de premiers van beide
landen naar Duitschland, willigden al
Hitler's eischen ten volle in en lieten.
Benesj onder betuiging van leedwezen aan
zijn lot over. Het spreekt vanzelf, dat
Benesj ontslag nam als president. Een jaar
jater was Bohemen Duitsch prMc+araat.
De grootste weldaad, die Benesj ziin land
had kunnen bewijzen, bestaat hierin, dat
hij zijn teleurstelling in stilte gedragen had
en he,t aan anderen had overgelaten, voor
zijn land een betere toekomst te vestigen.
Maar stilaan is gebleken, dat Benesj ver
trouwen blijft stellen in de macht van het
wereldimperialisme. al is het duidelijk, dat
hij van den kapitalistischen vorm daarvan
niets te wachten heeft. En zoo heeft hij
zich dezer do sen laten vinden, om de be
langen van zijn land en volk toe te ver
trouwen aan het marxistisch imnerialisme,
dat wij als bolsjewisme kennen. Hij is
daartoe naar Moskou gereisd en heeft een
vriendschans verdrag met Moskou gesloten,
waarbij Stalin hem met een grand ais?
heeft beloofd, de grenzen van Tsiecho-
Slowakiip te zullen eerbiedigen. Dat inge
val Rusland ziin plannen met Eurona zou
kunnen verwezenlijken een en ander de
komst van den Russisehen volkscommissa
ris in Bohemen zou b-teekenen. is echter
zoo zeker als tweemaal twee vier is. Dat
deze heele vertooning niets anders is dan
een voorsoel tot een tweede verdrag, dat
Moskou straks met de een of andere schijn-
regeerïng van Polen zal sluiten (en waarbij
de grenzen van Polen w'aarlük niet ge
garandeerd zullen worden") is even duide
lijk.
Maat laten we dit laatste rusten. Het
gaat hier om de figuur van Benesj, die dus
na de groote désillusie van 1938 Moskou
als toeverlaat heeft gekozen. En dan rijst
de vraag, of de teleurstelling, die hem na
dit verdrag vroeg of laat te wachten staat
men bedenke, dat de sovjet-regeering'
nog niet zoo heel lang geleden verklaarde,
dat geen enkel verdrag haar heilig is, zoo
dit niet met haar oogenblikkelijke belangen
strookt niet nog véél groóter zal zijn
dan de débacle van 1938. Want kon men
viif jaar geleden Benesj' houding tot op
zekere hoogte begriiDen en zijn besluit om
heen te gaan respecteeren, de man, die zijn,
land en zijn volk overlevert aan Sovjet
Rusland zoekt misschien zichzelf maar
zeker niet het welzijn van zijn volk.
De Tsjechen hebben als verbondenheid
een aanvoerder noodig, die hun hun plaats
zal wijzen in de veelheid der Europeesehe
volken. Benesj heeft getoond, die man niet
te zijn,