i r. e z o iv n e Hier een vloek, laar een Zepn. Raai icr Gemeente Haarlem, "werklieden naar Batavia zijn terug gekeerd en honderden menschenle- vens behouden zijn gebleven. De zeebeving moet blijkens de verschijnselen te Batavia ongehoorde afmetingen hebben gehad, het dok Onrust werd van zijne ankers ge slagen. Te Tandjong Priok, eene plaats 55 Eng. zeemijlen van Mirak gelegen, steeg' het water tot een hoogte van 2,25 M. boven Batavi- aasch peil en daalde tot 3,15 onder dat peil en dus een verschil van waterstand van 5,70 M. terwijl het dagelijksch gemiddeld water verval slechts 0,85 M. is. Het water stroomde door de slechts 125 M. opening van de havens, vulde deze en liep daarna weder met ge lijke snelheid naar zee. De haven- werken en kaaimuren werden aan i ontzaggelijke zuigingen en persingen van de zee blootgesteld doch heb ben zich er in gehouden en geene I noemenswaardige schade geleden. In Bantam is groote materieele schade geleden, doch zwaarder drukt het verlies der vele menschenlevens. Thans is de ellende allerweg-e I groot. De Nederlandsche regeering i heeft een zware taak te vervullen. Vele schepen die van Suez, Kaap de Goede hoop, Australië enz. op i reis zijn naar China, Japan of Java is het onheil onbekend, onbewust, van het hen dreigende gevaar, wan neer zij g'eene vuurtorens zien en dus denken niet binnen het bereik van land te zijn. Straat Soenda de j reeds zoo gevaarlijke weg tusschen Java en Sumatra zal hun, nu zij geheel veranderd is ten verderve zijn, indien zij niet tijdig met het gebeurde in kennis worden gesteld. De Ind. Regeering heeft reeds I maatregelen genomen door schepen aan den ingang der straat te stel len, om de binnenkomende schepen te waarschuwen, doch zal deze uit- j «tekende maatregel geheel voldoende zijn. De Indische Regeering moge alles in 't werk stellen om de ongelukkige 1 bevolking van West-Java te onder Steunen. De heer Levysohn Norman, bekend door zijne groote bekwaamheden en warme belangstelling in Java en zijne bewoners, is reeds naar de ge teisterde streek met onbeperkte vol macht gezonden. De Ind. Regeering' kan echter niet alles doen, en ook Nederland zijne liefde voor den Javaan niet alleen in woorden, maar in daden toonen. Het is alweer eene aanvulling j voor de lange rij van rampen, die Java teisterden, het verlies door ziekte van den veestapel, de hevige koort- j sen, die er tallooze slachtoffers maak ten, daarna de cholera en nu deze vreeselijke, allerbesehrijvingte boven I gaande ramp. En nu staat tengevolge der vernietiging van den rijstoogst hongersnood voor de deur. Daarom, toont Nederlanders uw weldadigheidsgevoel, steunt alge- j meen en krachtig, opdat West-Java j voor hongersnood, dien geesel der menschheid verschoond blijve. Spoorwegongeluk te Steglitz. Een vreeselijk spoorwegongeluk had den 3en Sept. te Steglitz bij I Berlijn plaats, juist op den grooten Sédan-dag. Een tal van personen, waaronder t vele opgewonden soldaten, wilde na j het einde der feestvreugde aldaar, 1 met den avondtrein naar Berlijn te- I rugkeeren. Geen geduld hebbende om op het sein van instappen te wachten, en ondanks de waarschu wingen van het stationspersoneel, stormden allen zoodra een paar opgewonden soldaten de si uit hoornen openden, over de rails naai den locaal trein. De rnenschen massa verdrong zicli otq in dien trein, en wel aan de verkeerde zijde, in u •stappen. Juist op dat oogeublik kwam een koeriertrein van Berlijn aansnorren, en ondanks alle pogin gen om het te verhinderen, door sneed hij de menschenmassa. Een enkele doodskreet die merg en been doordrong, werd gehoord, I daarna was alles stom. Steunend en dreunend .vervolgde de koeriertrein zijn weg* in den donkeren nacht. Duizenden schreden van de plaats j des onheils kon hij pas stil houden. Aan de wielen der locomotieven zijn de overblijfselen van kleeren en la - pen vleesch te bespeuren. De wag gons zijn met bloed bespat. Een en dertig personen zijn ver pletterd. Slechts vijf dezer zijn her kend. Drie en twintig zijn uit hunne kleeren en gelaatstrekken herkend, dertien lijken zijn onkenbaar, men vermoedt slechts dat deze overblijf selen van dertien personen zijn. De wachtkamers leverden een vreeselijk tooneel op. Een vrouw waren beide beenen afgereden In haar doodstrijd bracht zij een kind ter rcereldhet kind was vijf minu ten na de geboorte een moederlooze wees. Midden onder de dooden lag de persoon die gisteren bij het prijs schieten »SchützenkÖnig» was ge weest. Op zijn borst was nog de medaille en de eikenkrans, die men hem had geschonken. Vier kleine kinderen zaten naast twee pakken kleeren en verscheurde ledematen neergehurkt. Het waren de ouders der beklagenswaardige weezen. Tal van verminkte ledematen met ver scheurde kleeren lagen in een hoek door linnen doeken bedekt. Eigenlijk is het te verwonderen dat er niet vroeger een dergelijk ongeluk gebeurd is. In het Pruisi sche Huis van Afgevaardigden werd aan het einde van het vorige jaar het voorstel gedaan tot het verbou wen van het station te Zehlendorf, dat veel beter is, en welke plaats minder verkeer heeft dan Steglitz. Er werden dikwijls van eerstge noemd slation Zondags namiddags 20,000 passagiers uit Berlijn naar Steglitz vervoerd, somtijds nog een derde meer. De verbouwing van het station in laatstgenoemde plaats is echter steeds verworpen. 's Morgeus na het ongeval werd Berlijn door extra bladen overstroomd en duizenden rijden naar de plaats waar het ongeluk is voorgevallen. De omg-ekomeuen zijn alle inwoners van Berlijn: 17 mannen, 18 vrou wen en 4 kindereu zijn dood. Vijf personen zijn zwaar gewond. De lichtgewonden hebben in particuliere woningen hun intrek genomen, hun aantal is niet te becijferen. Berlijn is in diepe verslagenheid gehuld, het station ziet er uit als in be oor logsdagen van 1870. TeSteglitz werkt men den geheeleii nacht door om de sporen van de ontzettende ramp te doen verdwijnen. Een der eerste plichten van den burger is toch de wapenen te dra gen, ter verdediging van den staat, van zijn vaderland, van eigen huis en haard. Deze plicht is niet opge dragen door de grondwet, deze plicht is een plicht der natuur. Alles wat leeft kan zich verdedigen tegen aanvallen van buiten en moet dat doen om te blijven bestaan. Zoo ook de burger van den staat. Deze schep ping der natuur (de staat) heeft recht van bestaan, heeft dus ook liet recht der verdediging. Ieder die deel uitmaakt van den staat, moet dien schragen met al zijne macht, moet die verdedigen kunnen tegen aanvallen van buiten. Die plicht van verdediging is een natuurlijke, maar is het ook een aangename plicht? Dat moet hij zijn, omdat hij natuurlijk is; en dat kan hij zijn, als men het plichtgevoel niet doodt, of aan handen leg't; als men een ieder recht laat wedervaren, door hem de gelegenheid te openen, dien plicht naar behooren te vervullen. Er is een land in Europa, klein als het onze, sterk als het onze, vrij als het onze, maar die oceerplicht is een1 genoegen voor den burger, en een zegen voor den Staat. Dat kleine land is Zwitserland. Daar dient een! ieder, klein en groot, rijk en arm, aanzienlijk en gering. Daar is de landsverdedigingeéne volkszaak, het lë^cr een volksleger. Men is daar niet soldaet 6f burger schutter óf soldaat, men is in Zwitserland sol— I daat èn burger, burger en soldaat. Het leger is saamgegroeid uit het volk, is de bewapend- kracht van het volk. Daar geene minachting -oor den. soldaat, zooals men die vindt in Ei - geland of in Nederland, daar geeno I soldaten-aanbidding, zooals die heerscht over Pruisen of Duitsch- land. Neen, daar heeft men den plicht der natuur niet in te gieten in den natuurlijken vorm. Geene scheiding, maar eenheid,en io >r <h ze eenheid: macht. Ieder dient van zijn 20ste tot zijn 44ste jaar. Men kan het den burger in krijgs dienst aanzien, dat hij met genoe gen zijne plichten vervult. Het dienen is hun tot vreugd en genot. Hij wordt niet brutaal be handeld; neen. De officier is even als hij burger, en behandelt hem zooveel mogelijk als zoodanig. De dienst is een zegen voor ieder, die met meer ontwikkelden en met meer beschaafden in aanraking ko men, de dienst is voor hen de hooge school des levens. En dat is de dienst voor allen, want de hooger geplaatste leert hier den minderen man kennen in zijn denken en in zijn doen. Ook hij neemt toe in ontwikke ling; hij overziet een breeder veld. Met een lachend gelaat vervult hier elk zijn plicht. Er ligt geest drift in iedefs oog, men heeft liefde voor de zaak. En de Staat? Hij vergoedt de diensten van die burgers in krijgsdienst. Niemand mort, ieder doet zijn plicht met blijd schap. Zoo moet het zijn mijne lezers. Is liet ook zoo ten onzent. Is daar ook de dienst allen ten zegen Laat ons openhartig zijn en rondweg ant woorden Neen: De dienst is den meesten ten vloek. Wie dienen bij ons te lande? Als soldaat zij, die geen geld hebben om zich los te koopen van den dienst; dus in den regel de minst ontwikkelden en de minst be schaafden. Wie dienen bij ons in de hoogere rangen? Zij, die als officier meenen te vinden een nuttigen werkkring, maar tevens een goedkoope oplei ding en eene vroeg melkgevende koe. Ook dienen als soldaat zij die te lui zijn voor een ambacht, en die als plaatsvervanger een doodend le ven leiden; doodend naar ziel en naar lichaam. Daarom nergens geestdrift, overal dwang of rechtstreeks of onmidde- lijk. Ziedaar ons leger. En hoe is het met onze schutterij? Beter? Neen, nog erger. Bijna alle schut ters vervullen hunnen plicht mor rend en met weerzin,ieder verwenscht dien schuttersdienst en bij de offi cieren is het niet veel beter, die on der hen niet mort, dient om bijre denen en weet weinig van den dienst. Laat ik u nog wijzen op enkele punten. De soldaat bij ons wordt veracht. En waarom? In den regel is hij geen fatsoenlijk mans kind. Hoe behandelt men hem? Barsch en onbillijk. Hoor hoe er gevloekt en geraasd wordt tegen den rekruut. Weet dat de meeste onderofficieren de kwel geesten zijn van den soldaat. Yraag den soldaat hoe hij het dienen vindt; het antwoord zal lui den: Eene hel. Men dwingt den soldaat gemeen te zijn. In de kazernes hangen lijs ten van fatsoenlijke koffie- en bier huizen. Daar mag de soldaat niet komen. Hij wordt verbannen naai de kroegen. Men dwingt hem zuip lap te worden. Er is zulk een groote afstand tusschen officier en soldaat de eerste is een heer, die zich heel wat aanmatigt boven de burger- I heerende andere is een gemeene, dit woord zegt alles. Tusschen hen geen welwillende verhouding, maar die van slaaf en meester. Mochten anderen, die de jzaak meer van nabij kennen dan ik want ik heb nooit gediend, noch als soldaat, noch als schutter den sluier helpen op lichten," die het soldatenleven bedekt. De waarheid kome aan 't liclit, hoe eer hoe beter. Dan zal men inzien, dat zulk een toestand niet langer maa voortduren. Zou ons leger niet een even dege lijk, fatsoenlijk en blijmoedig leger kunnen zijn als dat der Zwitsers? Voorzeker. Men sla den weg in dien Zwitserland aanwijst, men heffe den bestaanden toestand op en roëie al de verkeerdheden uit met wortel en tak. Een ieder zij tot dienst verplicht, omdat de natuur een ieder die ver plichting oplegt en daarom de wet. Zoowel rijk als arm vormc Neder lands leger. Dan verdwijnt meteen de afstand tusschen officier en soldaat, dan wordt het leger een oefenschool voor vol wassenen. Dan ontwikkelt de een den ander, dan leert men opmerken en inzien, begrijpen en waardeeren. Dan zal men niet meer morren en onwillig dienen, maar dienen met een blij gelaat en een opgewekten geest. Dan zal het niet meer zijn, daar een zegen, hier een vloek, maar hier even als ginds een zegen. Zoo worde het spoedig! Zürich, 27 Aug. 1883. R. H. J. GALL. Huet, LAATSTE BERICHTEN. HONKONG, 3 Sept. Een Chi- neesch legerkorps, ter sterkte van 15,000 man, is bij Mongkoi over de grens van Tonkin getrokken en rukt voorwaarts in de richting naar Haidzuong, waar de Fransche be zetting versterkt is geworden. De zendelingen hebben de vlucht ge nomen naar de stations aan de marschlijn gelegen. Ook te Ya wordt een Chineescli korps bijeen getrokken en te Whampoa leggen zij vestingwerken aan. GORITZ, 3 Sept. De royalisten hebben gisteren, in den tijd die tus schen de eerste en de tweede plech tigheid verliep, verscheidene verga deringen gehouden. De groep, welke in het Hotel der Trois Gouronnes was bijeengekomen, besloot tot het zenden van de volgende dépêche aan de royalistische bladen van Parijs: «De Franschen, te Goritz veree- nigd om den graat van Chambord de laatste eer te bewijzen, betuigen hunne onwrikbare getrouwheid aan het beginsel der traditionneele erfe lijke monarchie, en begroeten den graaf van Parijs als hoofd van het Iluis van Frankrijk. {Get.) LARÓCHEFOUCOLD. De tweede groep, in het Hotel des Postes vergaderd, heeft aan den graaf van Parijs een door de heer Lareinty opgesteld adres gezonden, dat van vele handteekeningen voor zien is en waarin zij hunne gehech- heid aan het beginsel der door hem vertegenwoordigde traditioneel mo narchie te kennen geven. Aan de gravin van Chambord werd geen adres gezonden, Figaro zegt, dat de prinsen van Orleans zullen terugkomen, na zich vier-en- twintig uren te Gemunden te heb ben opgehouden. Prins Napoleon is gisterenavond naar Moncalieri vertrokken. NEW-YORK, 4 Sept. Volgens hier ontvangen bericht, heeft te Cin- cinnatie in een met lompen gevuld pakhuis een brandgewoedj acht vrou wen en één man kwamen in de vlam men om. KAAPSTAD, 4 Sept, Onder de passagiers aan boord van de heden naar Engeland vertrokken Gard Castle, bevinden zich de Engelsche zendelingen Shaw, benevens de fa milie en de personen, die tegen den moordenaar O'Donnell zullen ge tuigen. LONDEN, 4 Sept. Het dorp Bat- tincourt, bij Arlon, is in den afge- loopen nacht door brand geheel ver nield; 116 huizen zijn in de asch gelegd. CAIRO, 4 Sept. Sedert de laatste opgave (tot hedenmorgen 8 uur) zijn in Opper-Egvpte 34 personen aan de cholera bezweken. MOSKOU, 4 Sept. Naar aanlei ding van een artikel in de Standaard over het Sedanfeest, stelt de Mos- hou-Zeitinij tegenover de mogelijk heid van een Fransch bondgenoot schap de weifelmacht en onmacht der Fransche regeering, «Het zou moeielijk zijn», naar het blad meent, «een verhond te sluiten, over welks bestaan men geen d agzeker kan ziin. Waarom zou men in Rusland naar zulk een bondgenoot baken? Wat gaat het Rusland aan, dat de chau vinisten van weerwraak droomen? Frankrijk heeft zijne vroegere over- heerschende, maar tegen Rusland steeds vijandige stellingen verloren. Welke dwaasheid zou het voor Rus land zijn, bloéd te vergieten tot verheffing, van een vijand, ten koste van krachtige bondgnooten, wier belangen met die van Rusland over een stemmen!» VERGADERING VAN DBN op Dinsdag 4 Sept. 1883. Tegenwoordig 18 leden. De notulen worden gelezen en goedgekeurd. De nieuw benoemde leden dc hee ren: Dyserinck, v. d. Pol, Rcthaan Macaré, de Kanter, Knoop Koop- mans, Huet en Derx leggen in han den van den voorz. den eed af en worden vervolgens geïnstalleerd, daarna werd overgegaan tot het on derzoeken der geloofsbrieven van den heer Mr. W. A. 't Hooft. De com missie bevond ze in orde. De missive van gedep. Staten goedk.; besluit afkoop erfpacht wordt met hoofdelijke stemming aange nomen. Vervolgens wordt overgegaan tot dc benoeming van eene commissie tot onderzoek naar de bezwaarschrif ten der pi. dir. belasting. De voorz. stelt voor eene com missie van 3 leden te benoemen. De heer Van Weel voert aan, dat eene commissie van 5 leden beter zal werken, omrede hij eventueele afwezigheid van leden nog eeu ge noegzaam aantal aanwezig zal zijn om de commissie te vormen. De heer de Kanter stemt ook in dit gevoelen overeen. De heer Van Weel stelt een amendement voor om over het aan tal leden te stemmen. Dit wordt aangenomen. Met meerderheid van stemmen wordt aangenomen dat de commis sie zal bestaan uit 5 leden. Daarna wordt gestemd over de leden der comm. De uitslag is dat de heerenvon Reeken, de Kanter, Hoeufft, van Ek en Stoel tot leden worden benoemd. De heer de Kanter vraagt naai de werking en de bevoegdheid dei- commissie of ze n. 1. het recht heeft om reclamanten op te roepen en aldus na den last ontslagen is, zich persoonlijk aan de woning van hen te overtuigen van de al of niet ge grondheid der reclames. Voorz. ant woordt dat dit niet mogelijk is, daar men hieromtrent geene verordening heeft, die dit voorschrijft. De beer de Kanter wenscht de samenstelling der commissie in het cohier opge nomen te zien. De vaste commissiën van het vorige jaar werden herkozen. Omtrent het voorstel van B. en W. betreffende het duinwater in eenige openbare scholen en het Stads armen- en ziekenhuis wordt vast gesteld, dat het aldaar zijnde drink water daardoor zou worden ver vangen. Omtrent het voorstel van Burg. en Weth. betreffende het rekest der be woners van den Schootersingel werd door den Heer Dyserinck de slechte toestand van de sloot bij het stads armen- en ziekenhuis bevestigd en stelt hij voor de demping en af watering ervan. De heer Krelage geeft in beden king of het euvel ook niet op eene andere wijze kan worden opg-elost, daar namelijk de slechte toestand der sloot te wijten is aan de fecaliën van het stads armen- en ziekenhuis, die langs dezen weg worden afge voerd. De heer de Kanter kan zich niet vereenigen met het voorstel van B. en W. en liet verwondert hem, dat geen advies is ingewonnen van de comm. van fabricage. Hij geeft zijne adhesie aan het voorstel van den heer Krelage en wenscht het advies van de comm. van fabricage te hooren. Voorz. zou het wenschelijk ach ten dat de faecalien naar eene beer put zouden worden afgevoerd de vorige put was slecht en liet de faeca lien door, waardoor het water der sloot bedorven is. De Heer Huet vraagt of ook de bevolking van het gesticht last heeft van de onreinheid der sloot, daar het toch hunne eerste plicht is voor die lieden te zorgen. Voorz. zegt dat de gezondheids toestand der lieden van dit huis niets te wenschen overlaat, ja vol gens ingekomen berichten uitsteker.;! is en wenscht verder het voorstel van de comm. van fabricage te hoo ren. Voor de vernieuwing van den scheidingsmuur der LI. B. school met de school in de Koningstraat wordt eene som van ƒ240,disponibel gesteld. Verder wordt medegedeeld, dat de gemeente begroeting is ingediend. Ter kennisse wordt gebracht dat aan de stadsbeambte Collin en Schoe- vaart eene gratificatie is uitgereikt. Het rekest der agenten van Pol. tot verhooging der jaarwedde, wordt tot eene volgende vergadering uit gesteld. Hierna wordt de vergadering ge sloten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1883 | | pagina 3