BUITEN LA\D.
BINNENLAND.
lien. Voor den geregelden gang der
zaken levert deze spanning niet
weinig "belemmering op.
GROOT-BRITTAKNIE.
Uit Melbourne wordt per tele
graaf gemeld:
De conferentie der koloniale sta
ten, bijeengeroepen, om over de
quaestie der annexatie van N. Gui
nea en de eilanden van den Stil
len Oceaan te beaadslagen, zal om
tijdverlies te voorkomen, niet hier,
doch te Sidney bijeenkomen, en
wel tegen het einde van Novem
ber. Behalve de Australische kolo
niën, zal ook Nieuw Zeeland ver
tegenwoordigd zijn. Natuurlijk heeft
hier het telegrafisch antwoord aan
lord Derby op het Australisch me
morandum, houdende motieven voor
de weigering van de voorgestelde
inlijving, groote teleurstelling' g'e-
wekt. De dagbladen geven hun be
vreemding te kennen, dat de En
gelsche regeering ten eenenmale
over het hoofd ziet het voor de
Australische koloniën dreigende
gevaar van een invasie van weg-
geloopen Fransche geïnterneerden.
Zij wijzen er op, dat nog onlangs
te Baliarat een Fransche commu
nard g-evang'en is g*enomen en dat
te Brisbane reeds meermalen ont
vluchte misdadigers zijn aangeko
men, welke de Fransche regeering
weigert te doen halen. Hieruit lei
den de bladen de gevolgtrekking'
af, dat de Fransche strafkoloniën
Australië zullen gebruiken, om zich
van de gevaarlijkste misdadigers te
ontdoen. In het parlement te Mel
bourne werd in gelijken geest ge
sproken. Eenparig werd daar het
besluit genomen, dat wanneer En
geland de koloniën niet wenscht
te helpen, om het gevaar van een
deportatie van Fransche veroor
deelden naar Austalië af te wen
den, de koloniën zelf maatregelen
zullen nemen.
BELGIE.
Den 27sten zal de Koning van
Spanje hier aankomen. Reeds is be
paald, dat bij de g-ala-voorstelling,
te Zijner eere in de Opéra, Faust
zal worden gegevenwaardoor de
jeugdige Souverein tevens gelegen
heid zal hebben, ook zijnerzijds te
bewonderen de huidige ster aan ons
tooneelfirmament, Mme. Caron, die,
zoo dikwerf haar naam op het affiche
staat, eiken avond volle zalen trekt.
In weerwil van al hetgeen daar
over reeds gezegd is, wil men in
onze Hofkringen niets weten van
een bezoek van den g-raaf van Pa
rijs. Gij herinnert u, dat er sprake
van was dat de erfgenaam en op
volger van den Graaf van Chambord,
hier een samenkomst zou hebben
met den Koning van Spanje.
Het is dan ook niet zeer waar
schijnlijk, dat Koning Leopold, die
reeds niet al te best gezien is bij
de Fransche Republiek, er bijster
veel lust toe zal gevoelen, nog aan
leiding tot klagen te geven aan
Frankrijk, dat niet op zijn gemak
is tegenover de geruchten omtrent
het Nederlandsch-Belgisch Tolver
bond.
Het ware te wenschen, dat de
Gouvernementen van beide landen,
die men beschuldigt materieele voor-
deelen te willen koopen tot den prijs
van staatkundige concessiën van
Duitschland, langs een of anderen
zou, indien ik langer leefde dan gij,
u in den dood even trouw blijven,
als ik het in 't leven geweest ben.
Ik weet het, gij zijt een goed
kind, antwoordde Sturm. Hij streek
haar teeder over haar goudblond
haai.in den geest echter zag hij
zijne andere dochter, die hij van
ganscher harte had bemind, maar
die hem had verlaten en iets als
onderdrukt ongeduld was uit zijne
beweging-en te lezen. De dochter,
die zich van hem had losgemaakt,
van zijne begrippen, van zijn leven
en het doel, dat hij haar had gesteld,
zij was hem, in weerwil van dit
alles, duizendmaal dierbaarder dan
liet liefdevolle, opofferingsgezinde en
dankbare kind aan zijne zijde.
Er was iets wat voor Loneck die
scène pijnlijk maakte, maar het was
hem niet duidelijk wat het was. Hij
was getroffen door de teederheicl
der dochter, maar wat beteekende
die nadenkende uitdrukking op het
weg het middel konden vinden om
dergelijke vertelseltjes den kop in
te drnkken. Zulke canards moeten
op hun weg onschadelijk worden
gemaakt. Noch Nederland, noch Bel
gië hebben er eenig belang bij, zich
gemengd te zien in de groepeering,
die thans plaats vindt en die Europa
dreig't in twee kampen te verdeelen.
De kleinere staten doen wèl, het
spreekwoord gedachtig' te zijn«dat
het met groote heeren kwaad, kersen
eten is.»
FRANKRIJK.
De koning' van Spanje zal in de
laatste dagen der maand zijn aan
gekondigd officieel bezoek te Parijs
afleggen en met groote eerbewijzen
worden ontvangen. Een adjudant van
den president der republiek zal den
koning aan de grenzen begroeten,
terwijl aan het spoorwegstation pre
sident Grévy met alle ministers Al-
fonsus XII ontvangen zal. Langs
den weg van het station naar de
Spaansche ambassade, waar de ko
ning zijn intrek neemt, zullen de
troepen' en liaie geschaard staan.
Het bezoek zal drie dagen duren.
Een ander officieel bezoek aan de
Fransche hoofdstad wordt Dinsdag
of Woensdag a. s. gebracht door
een gezantschap van den koning van
Siam, bestaande uit 22 mandarijnen
en andere hooggeplaatste Siameezen,
van welke twee van hunne vrou
wen vergezeld zijn. Het doel van
dit gezantschap is het sluiten van
een nieuw handelsverdrag' tusschen
Siam en Frankrijk. Het staatkun
dige deel van het tractaat van 7
Augustus 1867, speciaal wat betreft
Frankrijks protectoraat over Cam
bodja, blijft onaangeroerd.
ITALIË.
Volgens den Moniteur te Home
heeft de Fransche regeering', in over
leg met het Vaticaan, het decreet
tot inhouding van de wedden der
geestelijken ingetrokken.
BULGARIJE.
De Nationale Vergadering heeft
zich en corps naar het paleis bege
ven, waar haar een manifest van
vorst Alexander werd voorgelezen
van den volgenden inhoud: De vorst
stelt op het eenparig verzoek der
vergadering de Tirnova-grondwet
weder in werking, doch wijst tege
lijkertijd de hoofdstukken 13 en 14
over de vertegenwoordiging des lands
aan, als wijziging behoevende. Z. H.
gaf de hoop te kennen, dat de afge
vaardigden vroegere verdeeldheden
zullen vergeten en tot eene duurzame
reorganisatie van het land samen
werken. Het ministerie, met in
begrip der twee Russische generaals,
is afgetreden en de heer Zankoff is
tot minister-president benoemd.
SERVIE.
De uitslag der verkiezingen voor
de volksvertegenwoordiging is een
volledige triumf der Russische partij
De minister van oorlog is afgetreden,
en de andere ministers zullen zijn
voorbeeld volgen. De toestand is voor
koning Milan zeer netelig.
EGYPTE.
De Egyptische regeering toont,
dat het haar ernst is den slaven
handel te willen uitroeien. Onlangs
heeft de gendarmerie nabij Assiout
een karavaan van honderdvijftig
slaven in beslag genomen en thans
is Ali-Saidi, de voornaamste slaven-
koopman te Caïro, naar de gevan-
gezicht van den vader? Waarom
gevoelde hij zich niet gelukkig door
de hartelijke liefde van zijn kind?
Waarom bedankte hij haar niet voor
hare trouwe liefde?
Zoo verliepen er eenige weken
en de zelfzuchtige, oude demagoog
was na eenigen tijd zeer met Erwin
von Loneck ingenomen. Hij ver
heugde zich als liij kwam en was nog
minder tevreden, dan gewoonlijk op
de dagen waarop hij niet verscheen.
Op zekeren morg-en spraken zij
samen, terwijl Hilda afwezig was
om onderwijs te geven en Loneck
zeide lachend tot Sturm, hoe vreemd
het toch was, dat hij zoo dikwijls
hier kwam, zonder dat hij zijnen
naam had bekend gemaakt.
Sturm maakte eene afwerende be
weging met de hand.
Is het een naam, dien gij u
zelf verworven hebt? vroeg hij.
Neen, ik heb hem geërfd,
antwoordde Erwin.
genis gebracht. Eerstdaags zal hij
voor een krijgsraad terechtstaan.
Onder de in zijn bezit gevonden
slavinnen waren zes vrouwen: drie
Circassisclie en drie negerinnen. Vijf
van deze slavinnen herkregen de
vrijheid, doch de zesde, een buiten
gewoon schoon Circassisch meisje,
weigerde de haar aangeboden vrij
heid, daar zij ongetwijfeld de eer
bejaagt, de slavin van een rijken
Egvptischen pacha te worden. Of
de toekomst van de vijf ex-slavinnen
behoorlijk verzekerd is, weet nog
niemand.
CHINA.
Aan de Times wordt van den 18.
uit Hongkong het volgende gemeld
Mijn correspondent te Haiphong is
hier aangekomen en zegt, dat de
Franschen in moeielijkheclen ver
keerden, ten gevolge van gemis aan
troepen. Vele Chfneesche soldaten
deserteerden en voegden zich bij de
Zwartvlaggen. Lau, hun opperhoofd
is zeer machtig en Frankrijk zal
misschien met hem moeten onder
handelen. Men zegt, dat vreemde
lingen aan zijne zijde strijden. Het
land staat nog onder water. Gene
raal Bouet erkent, dat hij na het
laatste gevecht zijne positie niet kon
behouden, waardoor de Chinëêsche
berichten worden bevestigd. De
Franschen gaan voort stoombooten
en paarden aan te koopen.
De Engelsche opperrechter
Kennie is den 18. van Hongkong
naar Canton vertrokken, om het pro
ces teg'en Logan te leiden, den be
ambte der douane, die twee maan
den geleden een Chinees heeft dood
geschoten. Men is beducht voor on
geregeldheden, indien Logan mocht
worden vrijgesproken en er zijn
maatregelen genomen, om de orde
te handhaven. De onderkoning vreest,
dat hij het gepeupel van Canton
niet zal kunnen in bedwang houden.
De Amerikaansche consul houdt
zich van zijn ambtgenooten afgezon
derd en tracht verzoenend te werken.
Haarlem, 24 .Sept. 1883.
Gisteren, Zondag, opende de Let
terlievende Vereenig'ing «J. J. Cre-
mer», het seizoen met eenetooneel-
voorstelling in den Nieuwen Schouw
burg alhier
Nadat door den president de le
den waren verwelkomd, maakte hij
den aanwezigen bekend, dat hij de
vereerende taak op zich had ge
nomen, den werkenden leden, na
mens eenige dames, een banier aan
te bieden.
Eenige jonge meisjes overhandig
den op het tooneel den President
dit huldeblijk, dat verder door de
werkende leden, onder luide fan
fares der muziek, in ontvangst werd
genomen.
Na afloop hiervan werd ten too-
neele gevoerd: «De Oude Kassier
tooneelstuk van Rosier Faassen
waarin de werkende leden zich uit
stekend van hun taak hebben ge
kweten en blijken gaven van gron
dige studie en een tact, die zelfs
eenigermate het middelmatige over
schreed.
Op dit stuk volgde, na eene kor
te pauze, als slot: Broekmeijer
in Turkijeeene kluchtige operette,
die den toeschouwers natuurlijk niet
weinig stof tot lachen gaf, terwijl
uit dit stuk blijkt, dat de Yereeni-
Dan wil ik hem niet weten.
Als een man van flinke begrippen,
houd ik van u: gij zijt rechtscha
pen, eerlijk, maar wanneer gij een'
adellijken naam draagt en boogt op
eene rij van voorvaderen, dan be
geer ik dien naam niet te weten.
In den eersten tijd toen ik u leerde
kennen, hield ik u voor een' aristo-
kraat. Indien gij dat werkelijk zijt,
dan weet ik dat liever niet.
Zooals gij wilt, zeide von
Loneck lachend. Als ik mijnen
naam eerst beroemd heb gemaakt,
zal ik hem u noemen. Als niet
Ik hecht geene waarde aan
titels, zeide Loneck, die van
den vader op den zoon overgaan.
Ik schat eenen naam hoog, die door
verdienste beroemd is geworden. Het
is vreemd, mijne vrouw was op niets
zoo trotsch dan op haren ouden
adellijken naam en, welk een toeval,
zij huwde met mij, den man des
volks.
ging «Cremer» ook op het gebied
van zang, lang niet onverdienste
lijk is, hetgeen ook de luide bijvals
betuigingen van het publiek bewe
zen. Een prettig* bal besloot den
avond.
Heden morgen omstreeks twaalf
uur werd het stoffelijk overschot van
Prof. Dr. Johannes van Vloten plech
tig ter aarde besteld. Tal van vrien
den en vereerders bewezen den te
vroeg' gestorven g'eleerde de laatste
eer. Hij ruste zacht, na een zoo
werkzaam leven.
Aan de groeve werd een hartelijk
woord van afscheid gesproken door
den heer nir. Gallandat Iluet, die
beweerde dat v. Vloten niet sterven
kon omdat van hem kracht was uit
gegaan en kracht eeuwig is.
Hij schetste het beeld van den
overledene als mensch en als nijver
werkman op het gebied van den
geest. «Zulke menschen» zeide de
redenaar, «worden veelal door hunne
tijdgenooten niet verstaan, maar de
nakomelingschap is van beter ver
stand en begrijpt hem en de kracht,
die van hem uitging.
Een lid der familie dankte voor
de eer der tegenwoordigheid van
zoovelen, alsmede den heer Huet
voor zijne gevoelvolle woorden.
Op de begrooting der Gemeente
voor 1884, den Raad aangeboden, is
uitgetrokken in ontvang'st: voor
plaatselijke directe belasting 138000;
vergunningsrecht op den verkoop
van sterkendrank f 9400. Schoolgel
den voor lager onderwijs f17610.,
middelb. onderwijs f17080, enhoo-
ger onderwijs f8880; geldleening'
f167906. En in uitgaaf, kosten,
huish. bestuurs f 34973; lager
onderwijs f 137101. Gymnasium
f 27636. H. B' School 5 jarige cursus
f 28225. Meisjesschool M. O. f 19110.
Burgeravondschool f 6150. H. B.
School ter opleiding voorhandelen
nijverheid f 11750. andere scholen en
kunsten en wetenschappen f 7952.715
Buitengew. uitgaven voor openbure
werken f 123946. Het geheele cijfer
der ontwerpbegrooting bedraagt in
ontvangst en in uitgaaf f 1026937,81.
De minister van Financiën
maakt bekend, dat bij hem ontvan
gen is een muntbiljet van ƒ10, door
een onbekende, onder het postmerk
Utrecht van 19 dezer, ingezonden
tot voldoening van te min betaalde
belasting.
Bij den minister van Buiten-
landsche Zaken is van den Italiaan-
schen gezant de mededeeling ont
vangen, dat door Z. M. den Koning
van Italië een som van 5000 frank
ten behoeve van de slachtoffers van
de jongste ramp in Nederlandsch-
Indië is beschikbaar gesteld, terwijl
door het Italiaansch gouvernement
een gelijk bedrag met hetzelfde doel
wordt g-eschonken.
Ter wille van vreemdelingen,
die aan de Indische Regeering ver
zoekschriften indienen welke niet in
hunne landtaal kunnen worden be
antwoord, is onlangs door den Gou
verneur-Generaal tot regel aange
nomen, om de in het Nederlandsch
gestelde beschikkingen op dergelijke
adressen voortaan ter doorzending
aan te bieden aan den betrokken
consul airen vertegenwoordiger te
Batavia, ten einde dezen in de ge
legenheid te stellen om des verlangd
het geschrift te doen vergezeld gaan
van eene vertaling.
Het A. H. B. schrijft over
de overledene Dr. van Vloten het
volgende:
Noem mij maar Lingenfeld,
zeide Erwin von Loneck, de eene
naam is even goed als de andere.
Ik wil niet hopen, dat gij een
graaf zijt.
Neen, zeide Loneck lachend,
dat ben ik volstrekt niet, zelfs
niet eens een vrijheer.
Het zou mij moeilijk vallen u
te haten, zeide Sturm, maar
ik zou het doen, als gij zoo iets
waart.
Sedert dezen tijd noemden hij en
Hilda Erwin von Loneck mijn
heer Lingenfeld.
Het gebeurde zeer dikwijls, dat
Hilda alleen tehuis was en dan zaten
ze samen voor het huis op de bank
en praatten.
Onze kennismaking heeft eene
groote verandering in ons leven ge
bracht, zeide zij op eenen mor
gen. Mijn vader schijnt zich veel
beter te gevoelen. Gij vroolijkt hem
geheel op, ja, gij schenkt hem een
Zijn leven is veelbewogen geweest.
Opgeleid voor de godgeleerdheid,
vond hij geen vrede in de kerk, in
welker leerstellingen hij nietgeloo-
ven kon, en wijdde zich daarom ge
heel aan studie en onderwijs. Ge-
ruimen tijd was hij hoogleeraar aan
het voormalig Athenaeum te Deven
ter, maar werd in 1867 uit zijn ambt
ontslagen, omdat de meeningen in
zijn rectorale rede uitgesproken of
liever de wijze waarop hij die uitte,
aanstoot g'aven. Hij behoorde tot de
niet zeldzame mannen, die, hoogst
welwillend en beminnelijk in den
persoonlijken omgang, de pen niet
op het papier kunnen zetten zonder
zich door hun overtuiging omtrent
het afkeurenswaardige dat zij waar
nemen, te laten medeslepen tot verre
gaande scherpheid en onverbiddelijke
vaak persoonlijke kritiek. Verwierf
hij zich daardoor tal van vijanden,
en heeft hij aldus bijdragen tot de
ontwikkeling' van slechte manieren
in de pers op velerlei g'ebied heeft
hij zich recht verdienstelijk gemaakt
en is hij een baanbreker geweest.
De lijst zijner groote en kleine
geschriften beslaat een aantal blad
zijden, en vele er van zijn van blij
vende waarde. De kennis van den
strijd tegen Spanje heeft hij door
nauwgezette bronnenstudie belang
rijk vermeerderd, en de beoefening
der vaderlandsche taal- en letter
kunde heeft hij bevorderd, o. a. door
een groot aantal uitgaven van schrij
vers (Vondel, Hooft, Camphuysen,
Oats, Huygens, Lu vken, Van Effen,
W. Van Haren, Wolff en Deken,
Bilderdijk, kluchtspelen, geschied-
zangen, enz. enz.) Aan de herleving
der wijsg'eerige studiën in ons land
heeft hij krachtig geholpen, vooral
door zijn geschriften die aan Spinoza
gewijd zijn en door het tijdschrift
De Levensbode dat hij sedert 1865
uitgaf. Tot de beoefening der schoon
heidsleer in ruimeren kring heeft hij
den stoot g'egeven door een voor 20
jaar verschenen werk. Over schier
alle vraagstukken van den dag liet
hij zich hooren in vlugschriften, tijd
schriften of redevoeringen.
Wat zijn streven bovenal ken
merkte, was een groote onafhanke
lijkheid van karakter en een onbe
dwingbare zucht om zijn lar.dgenoo-
ten door eigen voorbeeld op te
wekken tot zelfstandig' denken en
oordeelen. Gaf de wijze, waarop zich
dat streven uitte, vaak aanstoot, was
zijn stijl dikwijls stroef en onduide
lijk, toch is er onder Van Vlo-
ten's letterkundig'e nalatenschap ge
noeg, dat hem een eereplaats onder
de Nederlanders der 19e eeuw blijft
verzekeren.
Leiden. Vrijdagochtend werd
bij de politie alhier aangifte gedaan,
dat er in het achterhuis van den
heer Aguilar was ingebroken, door
het raam van de wijnbergplaats op
te schuiven en eene der ruiten te
verbreken, zonder dat men daarbij
iets miste, noch van de aanwezige
gelden of wijnen. Uit een onderzoek
door de politie ingesteld, bleek alzoo,
dat een en ander niet door vreemden
konde zijn geschied; waarop de 13-
jarige bediende, ondervraagd zijnde,
bekende het feit te hebben bedreven
om eens van den wijn te kunnen
proeven. Daar de wijnbergplaats be
hoorlijk gesloten was, kon hij aan
zijn voornemen geen gevolg geven
dan op de wijze hierboven omschre
ven.
's Gravenhage. Naar men
gedeelte zijner geestkracht terug,
die hij reeds totaal verloren had.
Het verheugt mij voor hem, dat gij
den tijd hebt ons gedurig te bezoe
ken.
Gij verheugt u slechts in dit
opzicht? vroeg hij verwijtend.
Verheugt gij u dan niet door
mij te zien?
Plotseling' herinnerde hij zich, dat
hij het recht niet had, zulke woor
den te spreken.
O, vergeef mij, zeide hij
op meer koelen toon. Ik heb mij
niet goed uitgedrukt. Ik wilde zeg
gen, dat het voor mij het grootste
genoegen is, u te mogen bezoeken.
Wordt vervolgd