Haagsche stafmuziek wordt door den Antwerpschen Precurseur ge roemd wegens de kracht, welke het korps ontwikkeld, wegens de precisie en uitstekende samenwer king' en wegens de fijne uitvoering der solo's. Een voorval hij het tweede deel van het programma voerde de geest drift ten top. De heer Völlmar, we tende dat de heer Peter Benoit in de zaal was, liet hem beleefd ver zoeken persoonlijk de leiding der Rubenscantate op zich te nemen, aan welk verzoek door den Vlaamschen toondichter werd voldaan. Met luide toejuiching'en werd zijn optreden op het orkest begroeten de heer Benoit beantwoordde de hem be wezen beleefdheid op de schoon ge dachte wijze, dat onder zijne lei ding eerst het Wlen NeerlandscJi bloed gespeeld werd, voordat het korps de Rubens-cantate uitvoerde. Na afioop van het concert was er eene vriendschappelijke samen komst in den Cercle artistiquewaar men onder het uitspreken van eene reeks van toosten nog langen tijd hijeen was. Te Gent is de Nederlandsche staf muziek met de deputatie van het officierskorps der grenadiers en ja gers gisteren ochtend omstreeks 10 uur aangekomen, waar zij door de commissie voor het weldadigheids feest, waarvan de Nederlandsche consul P. Van den Acker voorzitter is, en door een onnoemelijk aantal vereenigingeu, zoo muzikale als let terkundige, aan het station ontvan gen werden. Ondanks den bijna on afgebroken regen waren duizenden op de been en heerschte er groote geestdrift, De huizen langs den weg, dien de stoet volgde, waren ver sierd met Belgische en Nederland sche vlaggen, terwijl alle consuls der vreemde natiën ook hunne natio nale vlag hadden uitgestoken. In optocht begaf de stoet zich naar het stadhuis, waar liet stedelijk be stuur de Nederlandsche gasten verwelkomde. De burgemeester, de heer Lippens, herinnerde in zijne toespraak, dat in hetzelfde gebouw ruim 300 jaren geleden de voorva deren van Nederlanders en Belgen de Pacificatie van Gent hadden ge sloten, en bracht een dronk uit op de verbroedering der beide natiën en het geluk van het Nederland sche volk. Ook hier werd de welkomstgroet door den luitenant-kolonel Boellaerd beantwoord, die naar aanleiding van de spreuk op Belgie's wapenEen dracht maakt machtde beste wen- schen uitsprak voor de dynastie, de Belgische natie en de stad Gent. Omtrent het verder voorgevallene ontbreken ons op 't oogenblik nog de berichten. Slechts weten wij, dat te 3 uur in het Casino het welda digheidsconcert. te 61/s uur een feestelijke maaltijd en 's avonds te 8 uur eene gala-voorstelling in den schouwburg zou plaats hebben. ALGEMEEN «VERZICHT. Naar luid der jongste berichten uit Tonkin heeft het Fransche le gerkorps de operatie tegen Sontay aangevangen. Zes duizend man zijn door oorlogsbodems tot op 7 mijlen afstands van de stad ontscheept, en staan gereed de vesting van twee kanten tegelijk aan te vallen. Wat het gevolg van dit feit zal zijn is aandacht tot zich trokken. Onder de toeschouwers, die een grooten kring vormden, bevond zich ook de dap pere Roland, de neef des konings, wiens gestalte boven alle andere uitstak en hij als betooverd, de bewe gingen van een der danseressen met oogen vol verrukking volgde. Zij scheen ook slechts alleen hem te willen bevallen, en het was alsof zijn blik haar schoonheid verhoogde en de bevalligheid harer bewegingen verdubbelde. Groefwang had lang naar het schoone schepsel gekeken, eer hij zich herinnerde, dat hem hare trek ken bekend voorkwamen. Maar hoe had hij ook kunnen vermoeden, dat zich daar in die sierlijke dracht de losbandige waarzegster Lo aan zijne blikken vertoonde. Toen hij daar nu niet meer aan twijfelde, trachtte hij hare aandacht op zich te vestigen, maar dat was niet gemak kelijk, daar zij slechts oogen voor nog niet met zekerheid te zeggen. De Chmeesche regeering schijnt bij hare eerste verklaring te zullen blijven, ën alzoo den aanval der Franschen als liet begin vaneenen oorlog te beschouwen, althans mar kies Tseng, heeft de laatste dagen aan de dagbladcorrespondenten uit drukkelijk verzekerd, dat China tot. geen prijs Sontay in den steek zal laten. Hoogstwaarschijnlijk zal dit muisje derhalve een langen staart hebben, en dat minister Ferry er eveneens over denkt, bewijst liet ge nomen besluit, krachtens hetwelk onmiddelijk maatregelen genomen zijn om het Fransche leger te ver sterken. Een korps van 5000 6000 men heeft bevel ontvangen zich in te schepen en door den president der republiek is gisteren de benoe ming van generaal Millot tot hoofd der expeditie geteelcend. De gene raals Keyrier en Brière de 1'Isle zul len hen terzijde staan, terwijl admi raal Courbet de vloot zal comman- deeren. 't Zal er dus op los gaan, en zelfs in Frankrijk zal er wel niemand zijn, die de zaak zeer luch tig opneemt. Dat ten slotte de wes- tersche beschaving' zal zegevieren over de oostersche,is vrij waarschijn lijk, doch de offers, die daartoe van de Fransche natie gevorderd zullen worden kunnen nog vrij aanzienlijk zijn. Waar toch Frankrijk over beter oorlogsmaterieel en goed gediscipli neerde troepen kan beschikken, daar heeft China het voordeel van het getal, want aan beschikbare man schappen zal het haar in den eer sten tijd althans niet ontbreken. Gelukt het evenwel om met de overige Europeesche mogendheden eene overeenkomst te treffen om trent de blokkade van de voornaamste havens, dan is het nog mogelijk China spoediger tot toegeven te dwingen. Immers de handel is voor dit rijk eene levenskwestie, zoodat elke be lemmering welke men aan dit mid del van bestaan in weg ligt, voor het land eene ramp te achten is. Uit de taal van sommige Engelsehe- bladen evenwel, kan men gemakke lijk opmaken, dat daar te lande zich nog' al eenige oppositie tegen de sluiting der Chineesehe havens zal openbaren. Immers, het is vooral de oppositie, die er op aandringt bij de regeering' eene blokkade in geen geval te dulden, en waar het de dubbeltjes kwestie geldt,daar wor den de gelederen der conservatie ven gemakkelijk versterkt door en kele liberalen, die bij de zaak zelve betrokken zijn. 't Ware voor de Franschen te wenschen, dat de af te zenden versterkingen reeds op het oorlogsterrein aanwezig waren, want vooral van een krachtig op treden hangt thans alles af. Een enkele nederlaag is voldoende om de moeilijkheden, die men te over winnen zal hebben, te verdrievoudi gen. In het begin der volgende maand, wij meldden het gisteren reeds met. enkele woorden, zal de regeering opnieuw de noodige gel den voor de expeditie aanvragen, waarschijnlijk ten bedrage van on geveer dertig millioen francs, 't Zal voorzeker bij dit op zichzelven reeds niet onbelangrijk sommetje niet blij ven. Naar men uit Londen bericht, heeft Lord Derby der Transvaal- sche deputatie eene nieuwe grens lijn voorgesteld, die wel is waar niet geheel aan de verlangen dei- den schoonen Roland had, en toen het den Sakser eindelijk gelukte, hare opmerkzaamheid tot zich te trekken, ontmoette hij volkomen onverschillige blikken, dat hem niet behoefde te verwonderen, daar het geheel onmogelijk was, dat zij hem op deze plaats kon vermoeden en zich zijn geheel veranderd voorkomen kon herinneren. Hij mengde zicli onder den troep zei ven, en zag nog hoe Lo, toen zij haren dans had geëindigd, met Ro land een gesprek aanknoopte, waarbij de jonge Sakser zich verwonderde; hoe behendig zij haar vurig gemoed onder een masker van zedigheid wist te verbergen. Toen zij nu tot de haren terugkeerde, sprak hij haar aan en vroeg' of zij hem nog her kende. Zij scheen over de ontmoe ting niet bijzonder verheugd, maar allengs kreeg haar goedig karakter de overhand, en zij keuvelde met hem gelijk voorheen. boeren voldoet, doch in ieder ge val het grondgebied der boeren aan merkelijk zou vergrooten. Enkele Kafferhoofden hebben te kennen gegeven, dat zij er geen bezwaar in hebben, wanneer hun grondge bied bij dat der republiek zou wor den ingelijfd, zoodat in deze dus de groote moeielijkheid voor de re geering uit den weg wordt geruimd. Algemeen toch was men er voor bevreesd, dat liet uitzetten der gren zen van den staat tot nieuwe moeie- lijkheden met de Kaffers aanleiding* zou geven, en men weet liet, hoe sterk de afkeer is, die in Engeland bestaat tegen een oorlog tusschen de boeren en dit volkje. O'Donnell, de moordenaar van den verklikker Carey is gisterenmorgen in de gevangenis te Newgate op gehangen. Nocli de vertoogen zijner vrienden, noch de tusschenkomst van den president der Vereenigde Staten, of de overweging' dat het slachtoffer zelf een ellendeling' was, hebben den man derhalve van de galg kunnen redden. Waarschijnlijk is de regeering voor het verleenen van gratie teruggedeinsd door de overweging, dat de partij der Ier- sclie ontevredenen dan ten minste deze voldoening' zou smaken, dat men een kroongetuige, die zijn eigen leven ten koste van dat zijner me deschuldigen redt, ongestraft zou kunnen dooden. De ontsluiering der talrijke geheimzinnige misdaden, waarvan Ierland helaas maar al te dikwijls het tooneel is, zou door zulk eene overtuiging ongetwijfeld zeer bemoeielijkt worden. De taal der Iersöhe bladen, en der Iersche redenaars, zal er intusschen dooi de voltrekking' van 'dit vonnis niet op verbeteren. Gisteren morgen is de Duitsclie Kroonprins met zijn gevolg te Rome aangekomen en heeft zijnen intrek op het Quirinaal genomen. De reis van Genua naar de hoofdstad, even min als zijne intocht aldaar, heeft zich door geen enkel bijzonder feit gekenmerkt. De moeielijklieden, die er op het Vatikaan nog bestonden om den vorstelijken afgezant van den Duitscheu keizer tot Z. II. den Paus toe te laten, zijn door den heer Yon Schlossen en kardinaal Jaco- bini uit den weg geruimd, zoodat daarmede de vrees voor een conflict, die bij sommige personen nog be stond, is opgeheven. Met groote be langstelling' ziet men nu vooral in Duitschland, het resultaat der onder handeling-en over de. bestaande ker kelijke geschillen te gemoet. Yan beide zijden is men vol hoop, om trent een gunstig'en uitslag. Meer en meer wordt het duidelijk, dat het Egypte onmogelijk zal zijn zich zonder hulp van buiten uit de bestaande moeielijklieden te redden. Niet alleen, dat het leger ongeschikt is, de gevaren die den staat dreigen af te wenden, doch ook op finantiëel gebied is de toestand zoo, dat Enge land zal moeten bijspringen. Was de schatkist door den jong-- sten opstand reeds geplunderd, en vereisclite het groot overleg zoowel van de regeering als van den buiten- landschen adviseur om de loopende verplichtingen te voldoen, thans is dit bepaald onmog'elijk, zoodat eene regeling met de schuldeischers van den staat getroffen zal moeten wor den, die zeker niet in het voordeel dezer laatsten zal zijn. Nood breekt evenwel wet, en de omstandigheid Verraad mij niet, zeide zij eindelijk met wezenlijk smeekende gebaren, want gij weet, de ko ning heeft strenge wetten tegen ons in zijn rijk ingevoerd. Hier in het schoone Spanje worden wij ge duld en gewaardeerd, terwijl in het Frankenland de stok van den beul ons'loon is. Gij ziet, hoe goed het ons hier gaat en hoe fraai mii deze kleederen staan. Het is mij gelukt, den schoonsten en dappersten ridder van uw leger te behagen en gij zult mij geen hinderpaal in den weg leggen, wanneer ik mij in zijne liefde wil verheugen. Gij weet wel, dat ik slechts voor de vluchtige oogenhlikken leef, maar ik verzeker u, ditmaal geld het een prijs, waar voor ik zelfs het leven waag en waarvoor ik zelfs de barbaarsche straffen van uw land zou trotseeren. De mijne moet de man worden, naar wien alle vrouwenharten smach ten; en de mijne kan hij worden^ dat Engeland zich met de zaak be moeit geeft den heeren de zekerheid, dat de opofferingen, die zij zich zullen moeten getroosten, tot het uiterste beperkt zullen blijven. De Britsche bladen betoogen met nadruk, dat het onder de tegenwoordige omstandig heden voor de regeering onverant woordelijk zou zijn, indien zij den ongelukkigen staat aan zijn lot zou overlaten. Daaromtrent keerscht in Engeland vrij groote eenstemmig heid. De troonrede, waarmede de koning van Spanje de vorige week de Cortes opende, blijkt volgens latere berichten toch ook de binnenland- sche politiek behandeld te hebben. Voornamelijk heeft de regeering' daarin de beginselen neergeleg'd, volgens welke zij van plan is de kiesbevoegdheid te hervormen. Aan de wenschen der liberale partij is voor een groot gedeelte gehoor ge geven, en de wetsvoorstellen, die men daaromtrent binnen korten tijd te gemoet kan zien, zullen dit zeker bewijzen. Naar alle waarschijnlijk heid zal de heer Sagasta tot voor zitter der Cortes voor liet volgende zittingsjaar benoemd worden. Bi WOL AND. Haarlem, 18 Dec. '83. Heden zal Z. M. de Koning- het Lustslot Soestdijk bezoeken, ter wijl H. M. de Koningin een bezoek zal brengen aan den Erfprins en Prinses van Bentheim, te Bentlieim. Het bestuur der Nationale Schaatsen- Vereenig ing van Groot- Britannië heeft bekend gemaakt, dat Z. K. H. de Prins van Oranje heeft ingezonden een bedrag van 25 pd. st., als bijlage in de kosten voor prijzen bij een internationalen wed strijd in het schaatsenrijden. Wan neer er dezen winter bruikbaar ijs zal zijn, zal die wedstrijd in de nabij heid van Cambridge worden gehou den. De nadere bijzonderheden daar omtrent zullen in een vergadering worden vastgesteld. Op ontvangen bericht in den namiddag' van 15 dezer van den in specteur van het loodswezen in het ode district, dat te Egmond aan Zee voor werpen waren aangespoeld waar-' schijnlijk afkomstig van een loods- kotter, zijn door den minister van marine op denzelfden dag maatre gelen genomen tot onderzoek en1 opsporingdoor het zenden van personen van het loodswezen tot herkenning der aangespoelde voor werpen en het opdragen aan den transportschooner Zeemeeuw van het doen van een tocht langs de kust. Uit dat onderzoek is gebleken, dat onder de g-evonden wrakstukken zich voorwerpen bevinden van den Goe- reeschen loodskotter no. 12, die in den laatst geheerscht hebbenden storm den kruispost had voor den Hoek van Holland, zoodat het aan geen twijfel onderhevig schijnt dat dit loodsvaartuig in de uitoefening- van zijnen steeds gevaarvollen dienst is vergaan. Yan de bemanning, die zieh vol gens het laatste bericht ten getale van elf nog aan boord bevond, is tot dusverre niets vernomen. De vermoedelijke vermisten zijn: schipper M. Haak, de zeeloodseu Joh. Van der Hoeven, W. Yan Iio- boken, A. Burger Cz., A. Hollaar, M. Yan Poelje, Adr. Steehouwer, de kweekeling der 1ste klasse P* want ik hen niet zoo dwaas, om mijn geheele leven lang zijn bezit te begeeren. Maar zoolang ik hem beval, en mijne schoonheid hem ge lukkig maakt, zal geen aardsche macht mij van hem losscheuren en wee dengene, die mij zou hinderen hem toe te behooren en hem te vol gen, indien hij het verlangt. Groefwang kende de hartstoch telijke natuur van het wilde schep sel genoeg, om te weten, dat zij hare woorden met de daad zou bekrach tigen, en hij zag niet in waarom hij den levenslustigen Roland een avontuur zou misgunnen, dat in ieder geval tamelijk veel geleek op andere, die deze reeds had beleefd. De Sakser verwonderde er zich ver der ook niets over, toen hij bemerkte, hoe, gedurende den loop van den dag, de kunstenaarstroep zich aan houdend, in de nabijheid van het leger ophield, en Lo spoedig alge meen voor de verklaarde minnares van Kruyne, de kweekeling der 2de klasse W. Kwak en de matrozen L. Bout en Cordia. (St. Ct.) Men schrijft uit 's Hage aan het U. JD. Ook na het raadsbesluit, waarbij voorwaarnelijk, subsidie aan het Scheveningsche havenplan van jhr. Siccama werd toegestaan, blijft men enkele stemmen vernemen, die minachtend over dat belang der re sidentie spreken, ten deele omdat men meent, dat in onze stad van weelde, de handel niet bloeien kan, ten deele omdat men de handels waarde van Scheveningen te gering schat. Daarom is het misschien niet onaardig te vermelden, dat een Scha- veningsehe reeder mij heden als globaal cijfer der opbrengst van het nu afgesloten vischjaar noemde twee millioen gulden. Wel te ver staan alleen door de Scheveningsche pinkenvloot gemaakt. Nader wordt aan het U. D. gemeld, dat de treinen van Amster dam naar Bokstel met 20 Dec. a.s. doorloopend materieel zullen bevat ten, zoowel via Hilversum (Hol- landsche) als via Breukelen (Rijn spoorweg), Het D. van Z.-R. en \s I-Iage zegt: Wij hadden niet geheel ongelijk, toen wij dezer dagen twijfel op perden omtrent het bericht, dat het ministerie Heemskerk een inkom sten belasting zou voorstellen. Geen incometax (inkomstenbelas ting), maar een ICtassensleuer (klas- senbelastiugj is het plan. 't Is wel beiden een heffing, «naar ieders inkomen», maar't heet dan ten minste geen inkom sten-belasting. Naar aanleiding- van den brand t.e Brussel brengt de heer J. M. IJserman, in Den Haag, weder de door hem herhaaldelijk aanbevolen ijzeren platen in herinnering. Hij schrijft o. a. «Men wende dan het ijzer aan ten 1ste als bij voorbaat en ten 2e onmiddelijk tegen den brand. «Ten 1ste. Bij voorbaat. Yan all® openbare gebouwen, werkplaatsen enz. cn zoo mogelijk van alle nieuw te bouwen huizen worden de onder kanten der vloerdeelen, die der hou ten binten en der houten trappen, zoomede het houtwerk der kap met licht plaatijzer beslagen of met eene andere voldoende vuurkeerende stof beschut. «Ten 2de. Onmiddelijk tegen den brand. aplaatselijk; b. door de brand weer. Vogelenzang. Onder de ge meente Bloemendaal is opgehaald het lijk van den koffiehuisbediende N. v. B., die sedert het begin dezer maand weid vermist. Hij laat eene weduwe met kinderen onverzorgd achter. Amsterdam. Gisteren och tend is een man, wonende, op den Overtom, die huiselijkeu twist met zijn vrouw had, voor zijne woning in het water gesprongen en niette genstaande alle pogingen, die tot zijne redding in 't werk werden gesteld, levenloos opgehaald. De soldaat van het 7e regi ment infanterie; die zich op St. Nicolaasavond uit de voeten maakte met een bankje van 100 gulden,- is gisteren gestraft met 8 dagen ca chot, om den anderen dag water en brood. Tevens zal hij worden over- geplaats naar Hoorn. De ouders den dapperen Roland werd aangezien. Hoe had men kunnen denken, dat uit dit avontuur, zooals ze op veldtochten zoo dikwijls voorkwa men, een groot, onberekenbaar on heil zou voortspruiten en de jonge, wijdvermaarde held er het leven hij in zou schieten. Inderdaad, met hem stierf de hoop en de schoonste bloei der toenmalige ridderschap uit. Wie hem in het krijgsgewoel had gezien, hoe hij met zijn zwaard Duranda de vijanden nedermaaide en op zijn hoorn Olivant zijn krijgs lied deed weergalmen, of wie het had beleefd, hoe beminnenswaardig en aangenaam hij in den kring zijner genooten verstond te schertsen, die begreep, dat hij in den mond des volks door lied en sage onsterfelijk is geworden. En als offer van overda dige weelderigheid en een zinnelijke neiging moest hij vallen, de dappere, diepbetreurde, schoone Roland! Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1883 | | pagina 2