verworven heeft, is in alle opzichten j
welverdiend.
Na mijn poging, om u, Neder-
landsche geldmannen, op te wekken, j
ditmaal op vaderlandschen bodem
iets groots, iets nuttigs, iets blij
vends tot stand te brengen, waartoe
g*ij door Fortuna is staat gesteld
zijt, eindig ik met de behartigens
waardige woorden van den grooten
Engelschen economist Richard Cob-
den, die voorspeld heeft, dat de toe
komst behoort aan de Natie, die
werkt en voortbrengt!
Mogen deze schoone woorden door
u, door allen in Nederland, die 't
beproeven, tot waarheid gemaakt
worden.
Zij die er geld voor over hebben,
om de ontginning van heideveld
krachtig te steunen, met het doel
om evenals Gaffart uit niets iets
voort te brengen, wat navolgings-
waard is, gelieven van hun instem
ming blijk te geven aan
.TULES VAN HASSELT.
Kampen, 1 Jan. '84.
YLf.KHEEN OVERZICHT.
De Fransehe kamer van afge
vaardigden is weder eens getuige
geweest van een dier hartstochte
lijke tooneelen, die daar helaas niet
tot de zeldzaamheden belmoren. De
radikale partij en hare leiding heb
ben er voor gezorgd, dat het jaar
1883 op eene waardige wijze be
sloten is. Aan de orde waren de
verschillende wijzigingen in de be
grooting van eeredienst, die daarin
door den senaat gebracht waren.
Zij betroffen de besluiten, waarbij
de jaarwedde van den aartsbisschop
van Parijs met 30,000 francs was
verminderd en de gelden voor de
studiebeurzen aan de semenariën
geheel geschrapt waren.
De minister Ferry, die zich trou
wens reeds bij de behandeling der
voorstellen hierop betrekking heb
bende, sterk tegen dergelijke maat
regelen liad verklaard, was ook thans
op zijn post, en verzocht de meer
derheid zich thans bij het besluit
van den senaat neder te leggen,
terwijl hij tevens zijn voornemen te
kennen gaf. om bij de aanstaande
grondwetswijziging in 1884, deze
zaak nader te regelen. Hij wond er
evenwel geen doekjes om, dat het
geenszins zijn plan was, om in den
geest der radikalen de voorstellen
tot deze wijziging te doen, en deze
verklaring lokte natuurlijk een le
vendig protest van deze door
gaans vrij luidruchtige lieden. In
het kruisvuur van aanmerkingen
en weerleggingen, hetwelk hiervan
het gevolg was, werd het rumoer
allengs zoo groot, dat de minister
genoodzaakt was de tribune te ver
laten. Inmiddels had de kemphaan
Klovis Hugues nog g-elegeuheid ge
vonden Ferry een dier onbeschoft
heden toe te voegen, waarvan alleen
de radikalen, soins ook de bonapar-
tisten het geheim kennen. Vous êtes
unjinsolent (gii zijteen onbeschaamde
kerel), riep hij overluid, en op de
aanmaning van den voorzitter zijne
beleediging in te trekken, weigerde
hij standvastig dit te doen. Plet ge
duld der kamer was thans ten einde
en met overgroote meerderheid sprak
de vergadering de censuur over hem
uit, met andere woorden, zij ver
klaarde hem onwaardig de eerst
volgende 15 zittingen bij te wonen,
waardoor dan tevens zijne toelage
als afgevaardigde, gedurende den
tijd zijner verbanning komt te ver
vallen en hij nog bovendien genood
zaakt is het aanplakken te betalen
van 200 afschriften van dit vonnis.
Op* herhaalde, aanmaning van den
voorzitter verliet hij onder de toe
juiching zijner vrienden de zaal en
'zocht troost in eene vergadering
van partijgenooten, waar hij zich
als een martelaar voor de volkszaak
liet bewonderen eu toejuichen. In
de kamer intusschen was de orde
langzamerhand hersteld, en volgens
het verzoek van den minister legde
thans de meerderheid zich bij het
besluit van den senaat neder. Waar
lijk geen opwekkend tooneel, dat
werd afgespeeld in de vergadering
van mannen, die geroepen zijn, de
hoogste belangen van den staat te
behartigen, en de eer der natie op
te houden. Of dergelijke schandalen
evenwel geschikt zijn om de repu
bliek in de oogen van het volk te
verheffen, valt sterk te betwijfelen.
Omtrent den gang der zaken in
Tonkin, verneemt men nader, dat
door de veelvuldige verliezen welke
de troepen bij de bestorming van
Sontav geleden hebben, admiraal
Courbet liet onraadzaam acht iets
van belang te ondernemeu voor de
versterkingen, die onderweg zijn, zi jn
aangekomen. Het verlies moet aau
beide zijden aanzienlijk geweest zijn.
Van de Franschen zijn 1000-man
en 36 officieren gedood of gewond,
terwijl het verlies van den vijand
op minstens 3000 man geschat wordt.
Een buitenkansje was bet stellig,
dat men in de vesting eene belang-
rijke geldsom benevens uitmuntende
Kruppkanonnen, vond, welke arti
kelen natuurlijk uitstekend te pas
komen. Van Amerikaanscbe zijde
wordt bericht, dat Rusland en de
vereenigde Staten aan China den
raad gegeven hebben, zich niet in
de Tonkinkwestie te mengen, en
hare geregelde troepen uit Bac-Ninh
terug te trekken. Als dit gerucht
zich bevestigd en het hof te Peking
volgt dien raad op, dan wordt lioogst-
waarchijnlijk een noodlottig* con-
I flict voorkomen, wat zeker door
Frankrijk in de eerste plaats, en
I alle Europeesche mogendheden bo-
vendien ten zeerste toegejuicht zou
I worden. Na de stoute taal evenwel
die markies Tseng zoo nu en dan
j gesproken heeft, zou een zoodanig
terugtreden China nog al zwaar
vallen moeten, zooals men licht
begrijpen kan.
De heer Sagasta, de leider der
meerderheid in de Spaansclie cor-
tes, heeft in eene rede, gehouden
bij de discussie over het ontwerp-
adres van antwoord op de troonrede,
reeds duidelijk te kennen gegeven,
dat hij nimmer zoa medewerken tot
j wijziging der bestaande kieswet in
den geest van het algemeen stem
recht; zijne partij zou elk voorstel
tot herziening der grondwet op dat
principe, bestrijden. Natuurlijk ver-
klaarde de minister-president zich
door deze verklaringen teleurgesteld.
Na al de concessiën, die hij reeds
gedaan had, meeude hij eene andere
houding der meerderheid te mogen
verwachten. Hij voor zich wilde de
verantwoordelijkheid van eene breuk
tusschen de kamer en de regeering
'niet op zich nemen. Waarschijnlijk
zullen wij derhalve in Spanje eene
ministrieele crisis zien, waarvan,
volgens sommigen, de oplossing reeds
gevonien is.
De tegenwoordige minister van
oorlog zal een nietw kabinet samen
stellen en daarna onmiddellijk tot
de ontbinding der cortes overgaan.
Wat er evenwel gebeuren zal, wan
neer het beroep op de kiezers niet
dat resultaat oplevert, wat men er
van verwacht en dezelfde vertegen- i
woordiging terugkomt, daaromtrent
bewaard men nog het stilzwijgen.
't Is een heele toer om uit den
politieken toestand, waarin Spanje
op dit oogenblik verkeert, wijs te
worden. De verschillende partijen,
waaruit de cortes bestaat, kunnen
het al slecht met elkander vinden,
en omtrent de gevoelens der meer
derheid weet niemand het rechte.
Toch hebben de conservatieven de
overhand, en het is vrij waarschijn
lijk. dat bij de discussie omtrent het
adres van antwoord op de troonrede,
het ministerie de nederlaag zal lij
den. Wat er dan gebeuren zal, weet
men niet. Sommigen vermoeden, dat
de koning het oude ministerie met
enkele wijziging zal behouden en
tot eene ontbinding der cortes zal
overgaan, terwijl anderen integen
deel het optreden van een kabinet
Sagasta te gemoet zien. De toekomst
j zal het leeren wie van beide het
geraden heeft. In ieder geval, hoe
j de zaken ook loopen,wordt de koning
voor eene hoogst moeielijke keuze
geplaatst.
De Nihilisten in Rusland die
kolonel Suderkin en zijn bediende
hebben vermoord om een belang
rijke geldsom machtig te worden,
hebben, naar enkele Duitsche bla
den mededeelden, in het hoofdkwar
tier een brief achtergelaten, waarin
zij graaf Toletoï en generaal Gressec
mededeelen dat het thans hunne
beurt is om door het wrekend staal
te valleneen prettig vooruitzicht
voor beiden, want een doodvonnis
van het nihilisme is voorwaar geen
zaak om mede te spotten. Die lieden
beschikken over zulke geheime
krachten, dat zij vroeg of laat liuu
doel nog wel eens bereiken zullen,
al mislukt ook de eerste aanslag
eens.
In Egypte moet het er, naar thans
aan de Daily News bericht wordt,
al langer hoe slechter uit beginnen
te zien. De Mahdi staat gereed om
eigenlijk Egypte binnen te rakken,
het leger van den Khedive is nog
niet gereed, en onder de Europeesche
en inlaudsche officieren bestaatgroote
oneenigheid. Daarbij komt de vij
andige houding van den vorst der
Abessyniers, zoodat het werkelijk
treurig met dezen staat is gesteld.
Tmrkije volhardt in zijne weigering
om hulp te verleenen. en het is vrij
waarschijnlijk dat al zeer spoedig
het Engelseh kanon een woordje
mede zal moeten spreken.
Daar deze berichten uit Eugelsche
bron komen en daarom als jobstij
dingen meer vertrouwen verdienen,
dan die welke Fransche bladen ons
mededeelden, zijn zij zeker dichter
bij de waarheid dan men wel ver
moedt. De geruchten omtrent de
aftreding van Tewfik-pacha en zijne
vervanging door Ismael, den ex-khe-
dive, houden aan en vinden meer en
meer geloof.
De Noorweegsche Folkething is
naar huis gegaan, nadat zij in het
geheele zittingsjaar de begrootingen
had aangenomen, 2 wetten goedge
keurd en 36 andere zonder vorm
van proces in den boezem eener
commissie begraven had, natuurlijk
king te heïbheu bekleed, werd hij
door den gouverneur-generaal Van
Lansberge itot algemeen secretaris
benoemd. Sedert 1 Augustus
1879 was de heer Sprenger Van
Éyk lid va;.n den Raad van Neder-
landsch-In/die, in welke betrekking
hij zich oc>k meer in het bijzonder
wederkeerige sympathie niet heeft met de fimancieele aangelegenheden
ontbroken. Over het algefteên liet van Indie 'bezighield en o. a. in de
men de politiek buiten beschouwing, tweede he lft van 1882 een reis deed
j door enkeÖe gewesten, met het doel
lom de gegevens te verzamelen voor
1 de versterking der middelen, noodig
1 geworden door de klimmende be
hoeften.
alleen omdat zij met dit ministerie
niets te maken wil lebben. Wat
zal het land dankbaai zijn voor
zoo'n ijverige plichtsbetrachting
Aan de verschillende koven heb
ben natuurlijk de gebruikelijke
Nieuwjaars-receptiën plaats gehad,
waarop het aan betuigingen van
BIXNENLAM)
Haarlem, 3 Januari 1884.
Do»r de directie der Holl.
IJzeren Spoorweg-Maatschappij is
De heejr Sprenger verloor enkele
maanden jgeleden in Indie zijn vrouw
bekend gemaakt, dat de vierdaag- aan de o&olera; hij heeft geen kin-
sche retourbiljetten van en.naar deren.
Amsterdam aan alle stations der j Hij wordt door het Vad. geroemd
maatschappij nog gedurende de als een man van rijpe ervaring,
maand Januari worden afgegeven.vooral op het gebied van het finan-
Het aantal aangeslotenen van j ciewezen, eu ook als een man van
de Nederlandsche Bell-Telephoon; buitengewone bekwaamheid.
Maatschappij klom in het afgeloo-
pen jaar van 853 tot 1057; eene) De Minister van waterstaat heeft
vermeerdering van 204 of ruim 19 pet.1 eene gunstige beschikking genomen
Het aantal berichten in 1883 be-j op het verzoek om het hulp-tele-
droeg 1,172,318, terwijl nog door graaf kantoor te IJmuiden met in
de Telephoon-maatschappij 15,083gang van 15 Januari a. s. geopend
telegrammen werden behandeld en te houden tot des morgens 5 uur.
wel 8020 opgenomen en 7063 besteld. I Dank zij dien maatregel, is Amster-
De volgende bijzonderheden 1 dam nacht en dag telegraphisch var-
omtrent den nieuwen minister van I bonden met hare belangrijke haven.
Koloniën worden aan het Rolt. Nbl. Met 1 Jan. is het vijftiende hulp
van geachte zijde medegedeeld: l kantoor der rijks-telegraaf geopend,
Jacobus Petrus Sprenger Van Eyk j namelijk aan de Overtoom, gemeente
werd geboren in 1842 te Hilvaren-1 Nieuweramstel.
beek, in Noord-Brabant, waar zijnAan de Weesperzijde te Am-
vader predikant was. Deze laatste j sterdam heeft dezer dagen een "bru-
woont thans als emeritus te Haarlem.tale aanranding plaats gehad. De
Hij was de eenige zoonvan zijnbesteller P. B. van het Delftsche
twee zusters is een overleden; ooklveer werd eensklaps door een circa
zijn moeder verloor hij.
I Zijn oom, de heer Van Meurs,
j toen ontvanger der registratie te
Zwolle, leidde hem voor dit vak op,
en op 17 Juli 1862 werd hij cot
surnumerair der registration en domei
34-jarig persoon met blond haar
en rossigen knevel aangesproken en
om een pruim tabak verzocht, toen
om geld gevraagd en toen hij dit
weigerde, bij den keel gegrepen.
Het scheen dat die persoon gezien
nen benoemd. Als zoodanig werdhad dat de besteller even te voren
hij te Utrecht geplaatst, waar hijeen som van f300 ontvangen bad.
van de gelegenheid gebruik maakte. De besteller bezat tegenwoordig-
om in de rechten te studeeren, I beid vau geest genoeg om den aan-
waarin hij candidaat is. Reeds vóór j rauder af te slaan, maar geen kracht
zijn benoeming tot surnumerair om hem vast te houden, althans de
schreef hij een handleiding voor de j aanrander ging op de vlucht toen
Wet op het Notarisambt, waarvan een man met een kar aankwam en
in 1879 een tweede druk, herzien is tot dusver niet ontdekt,
door den heer Vroom, het licht heeft1 De Amsterdamsche nachtpo-
gezien. j litie zal in sommig*e gedeelten dei'
Den 30 Maart 1866 werd hij be- stad, voornamelijk in de nieuwe
noemd tot ontvanger der registratie i wijken, versterkt worden. Er be
te Tolen, op welke plaats hij echter j vinden zich daar verschillende per-
niet geweest is, daar hij werkzaam I sonen van verdacht allooi op straat
was aan de afdeeling Domeinen aanen er werden reeds hier en daar
het Departement van Financien,pogingen tot inbraak gedaan, welke
waar hij opklom tot den rang van1 nog door de politie verijdeld werden,
inspecteur der registratie. H. Smit hoopt op 7 dezer
Toen in 1872 de heer Motké in maand den dag te herdenken, dat
commissie naar Indie werd gezon-hij 25 jaren onafgebroden als smid
den, om het financiewezen aldaar aan ie Maatschappij «Paleis voor
te onderzoeken en te hervormen, Volksvlijt» is werkzaam. Hij is een
werd de heer Sprenger van Eijkzeer verdienstelijk werkman eu een
aan die commissie toegevoegd. De j braaf huisvader van een talrijk ge
dood van den beer Motké, korten zin. Het zal hem op zijn zilveren
tijd na diens aankomst in Indie, Heest niet aan blijken van belang-
maakte een einde aan de speciale i stelling ontbreken,
zending. De heer Sprenger van Eijk Z. M. heeft benoemd tot subst.-
ging in Indisehen dienst over alsgriffier hij de arrondissements-recht-
hoofdinspecteur van Financien en I bank te Amsttrdam, jhr. mr. J. C.
kon in zijn nieuwe betrekking, waar- Baud. adv. en proc. te Arnhem,
in hem de bewerking eener nieuwe Rij het vervoer van een kinder
regeling ven comptabiliteitsbeheer j lijkje per vigilante naar de begraaf-
was opgedragen, zijn kennis en er-1 plaats brak gisterenmorgen op het
varing aanwenden, om zooveel mo- Leidscheplein bet wiel van het rij-
gelijk werkzaam te zijn in de rich- tuig. met het treurig gevolg dat
ting, die de aanleiding tot zijn komst het lijkktetje op straat viel en de
in Indie was geweest. In 1874 werd1 droevige vader mede in den val zich
de heer Sprenger van Eyk directeur j min of meer ernstig* bezeerde,
van het departement van Financien;1 Dinsdagmiddag viel een man,
en na bijna drie jaren deze betrek- die meer dan den gewonen Nieuw-
Albert bestudeert voor zijn ver
maak. zelfs met eene zekere voor
liefde, de plantekunde, vormt een
herbarium, teekent zeer aardig, speelt
piano, en doet verder wat elk jong
en bedaard man doet: rookt sigaren,
jaagt in het herfstseizoen, rijdt som
wijlen te paard, reist in den zomer
naar een badplaats en is wel eens
vroolijk met de vroolijken.
Een paar erfenissen hebben hem
dien gansch onafhankelijken stand
in de samenleving bezorgd.
Ëen zeer aanzienlijk huis in het
midden van Antwerpen, waar zijn
vader vroeger woonde, heeft hij se
dert eenigen tijd verlaten en ver
huurd, en bewoont nu buiten de
oude stad eene kleine, sierlijke wo
ning met varanda, bloemkassen, hof
en stalling voor een paard.
Recht stil is het daar in en rond
om die wopino -qn de jonge man
kan zich saan al zijne
liefhebb
Maar zóó lief en aangenaam is
de eenzaamheid niet, of men wordt
wel eens moede den zomervogel te
zien fladderen, de bijen te hooren
gonzen, de zon en de rozen te zien
schitteren, en in een van die oogen-
blikken heeft Albert Van Veltbem
zijne vertrekken, die uitzicht op den
hof geven, verlaten en plaats ge
nomen voor een venster dat op de
straat uitzicht heeft.
Wie woont tegenover hem in dat
net burgerhuis? Hij weet het wel,
doch hij heeft zich daarover tot uu
toe niet bekommerd.
Dat huis is bewoond door me
vrouw Van Leefdael en hare twee
dochters, die ook wel weten wie
haar buurman is, doch zich daar
omtrent evenmin verder hebben in
gelaten.
De gordijntjes van dat huis zijn
altijd geslotende huisgenooten le
ven dus in de kamers, die op den
hof uitzicht hebben.
Zelden gaat het drietal uit; zel
den komt er bezoek; de Van Leef-
dael's hebben echter vroeger, jaren
geleden, tamelijk druk in de deftige
wereld geleefd, doch 'tis of zij nu
verlangen vergeten te worden.
Voor een vijftiental jaren moet
er iets ter Beurze hebben plaats
gehad, waarin mijnbeer Van Leef
dael erg betrokken was, waarin hij
zelfs zijne fortuin gelaten heeft;
doch liet rechte woord is niet ge
kend of reeds vergeten.
Vijftien jaren! 't Is in onzen tijd
inderdaad eene eeuwigheidIn vijf
tien jaar gaat in onze dagen een
handelshuis driemaal ten onder, en
komt er ook weer driemaal boven op.
Zeker is 't, dat de familie sedert
dien eenzaam en vergeten, doch
altijd zeer fatsoenlijk leeft, en de
reden der afzondering ten eenemale
aan baar zelve moet geweten wor
den.
De vader leeft nog, doch hij be
vindt zich in den vreemde, in eene
plantage van Amerika zegt
men en daar hermaakt hij zoo
zegt men nog zijne fortuinmaar
het juiste woord van dat alles is;
bij het publiek niet bekend.
Soms, doch zeer zelden, komt hij
over, blijft eenige weken evenals!
zijne familie achter de gordijntjes)
verscholen, vertoont zich zelden, j
verdwijnt dan weer en wordt an
dermaal vergeten.
Voor velen zelfs bestaat de va-,
der niet meer.
Albert Van Velthem heeft hem]
nooit gezien, weet niets van hem
dan wat hij eens ter loops en lang
geleden, heeft hooren leggen, be
kommerde zich overigens niet om j
hem en de zijnen, tenzij toen hem,
zooals wij zeiden, eens een oogen-'
blik verveling overviel.
Hoe het zij, en wij denken den!
lezer verdere bijzonderheden te kun-1
nen sparen, eens trad de jonge man
het huis van mevrouw Van Leef
dael binnen, hetgeen menigeen, die
voor de spion of achter de gor
dijntjes zat te loeren, grootelijks
verwonderde.
De lezer kent reeds de drie be
woonsters, en om het vierde schep
sel, eene oude dienstmeid, zal liij
zich gewis niet bekommeren.
De ontvangst, door de dame des
huizes den heer Van Velthem be
wezen, was zeer onderscheiden; zij
was welwillend, doch, in zekeren
z;n, zeer terughoudend; de handel
wijze der meisjes was zoo keurig,
zedig als wenschelijk, zonder dat
in iets een glimp van gemaaktheid
doorstraalde.
(Wordt vervolgdA