en de geheime middelen, waarover
het nihilistisch comité beschikt, ma
ken het uiterst moeielijk, hunne
tegenwoordige verblijfplaats uit te
vinden.
B1WENLAM).
Haarlem, 7 Januari 1884.
Gedurende het jaar 1883 werden
in het St.-Elisabeths- of Groote
Gasthuis alhier verpleegd 141 man
nen, 88 vrouwen, 35 kraamvrouwen
en 18 kinderen, te zamen 282 per
sonen. Als hersteld verlieten het
Gasthuis 108 mannen, 57 vrouwen,
32 kraamvrouwen en 15 kinderen,
terwijl in 1883 overleden zijn 24
mannen, 17 vrouwen, 1 kraamvrouw
en 1 kind, zoodat op 1 Januari 1884
in verpleging bleven 9 mannen, 14
vrouwen, 2 kraamvrouwen en 2
kinderen.
Zaterdagavond is alhier naar
het huis van arrest overgebracht
eene Duitsche vrouw, genaamd Ca-
tharina Batz, wed. Snijders, die zich
te IJmuiden had schuldig gemaakt
aan diefstal van ruim f 700 aan
bankbiljetten en een gouden remon
toir-horloge met gouden vestketting.
Gisterennamiddag zijn weder
zeven jongens uit het gesticht voor
opvoeding en verbetering te Alk
maar ontsnapt, wier opsporing en
aanhouding wordt verzocht.
Ook te 's-Iiage heeft zich een
commissie gevormd, welke zich be
last met het verkrijgen van hand-
teekeningeu op een hulde-adresaan
den edelen raenschenvriend sir Moses
Montefiore. die onlangs het zeld
zaam voorrecht genoot, zijn 100ste
levensjaar te mogen intreden. Het
uitvoerend Comité bestaat uit de
heeren K. Enthoven Lzn., president,
mr. M. De Pinto, secretaris, J. E.
Andries, penningmeester; verder zijn
leden dier commissie de heeren D.
Bles, Martiuus Hijmans van Wade-
noijen, J. Israels, D. De Jong, mr.
A. A. De Pinto, A. Polak Daniels,
L. Simons en mr. A. Teixeira de
Mattos.
De Middelb. CL schrijft: On
langs is gemeld dat aan het voor
reizigers zoo lastig overstappen aan
het station te Rotterdam een einde
was gemaakt. Men zou zich echter
vergissen wanneer men meent dat
dit voor alle reizigers het geval
was; er schijnen ook hierbij uitver
korenen te wezen. Iemand die Vrij
dag met den sneltrein, welke te
7.30 's morgens uit Amsterdam ver
trekt, de reis naar Zeeland maakte,
vond in dien trein slechts doorloo-
pende wagens, alleen bestemd voor
reizigers naar Brussel en Parijs.
Daarin mochten zij, wier bestem
ming Rozendaal, Antwerpen of Zee
land was, niet plaats nemen; zij
moesten dus wel degelijk in Rotter
dam overstappen. Op die wijze is
de opheffing van die lastige bepa
ling meer schijn dan werkelijkheid;
en wij zouden willen vragen waarom
zij, die in hun eigen land reizen of
die slechts tot Antwerpen behoeven
te gaan, moeten achter staan bij hen
die Brussel en Parijs moeten bezoeken.
Nader verneemt het Dagblad
dat niet het Cantinefonds, maar de
Kon. Mil. Kapel van het reg. Gre
nadiers en Jagers van gen.-majoor
Smits, na betuiging van zijn warme
ingenomenheid met de waardeering,
welke de Kapel op haar kunstreis
in België had ondervonden, f100
Lieve hemel, ma, wat zijt ge
ruimgevig vandaag! zeide Liva,
de jongste zuster, lachend.
Och, kind, wie weet hoe de
man dit noodig' keeltzeide me
vrouw kalm.
Hij? Wel, ma, de man ziet er
uit als een Hercules!
Mogelijk, maar weet ge wat
er misschien achter dit leven ver
borgen zit?
En wat zou er misschien ach
ter verborgen zitten? vroeg' Veva.
Ik weet het niet, kind, maar
die man kan wellicht zoo'n ambacht
juist niet uitoefenen uit neiging, uit
roeping. In het uitsteken der hand
ligt iets vernederend, zoo denkt men
ten minste, en ik gevoel dat het
dien man pijnlijk zijn moet openlijk
te vragen.
Laat mij toe op te merken,
mevrouw, dat gij menschen, als die
zanger is, een al te fijn gevoel, al
te veel kieschheid toeschrijft,
merkte mijnheer Albert op,
heeft ontvangen, tevens met de mede-
deeling dat voortaan telken jare op
29 December over een gelijk bedrag
voor hetzelfde doel bij hem kan
worden beschikt.
De reden, waarom professor
De Louter heeft geweigerd de Trans-
vaalsche deputatie in hare onder
handelingen met de Engelsche re
geering van advies te dienen, blijkt
thans uit een brief door dezen
Utrechtsclien hoogleeraar aan pre
sident Ivriiger gericht en in afschrift
door den schrijver van de Volksstem
van Pretoria ter openbaarmaking
gezonden.
De hoogleeraar heeft den brief1
in Nederland niet willen openbaar
maken om de deputatie niet te be
moeilijken en rekende dus waar
schijnlijk op een spoedigen afloop
der onderhandelingen. De brief van
prof. De Louter luidt:
«Het onveranderlijk recht, dat niet
afhankelijk is van menschelijke be
palingen, maar onder de bescher
ming' van den almachtige ons tot
eerbiedigen schroom en gehoorzaam
heid dwingt, eischte in dit geval,
hetzij eene dankbare en duurzame
erkenning' van de onschatbare ver
diensten die dr. Jorissen zich ten
aanzien van uw land verwierf, of
een ernstig en onpartijdig onderzoek
naar de redenen die hem de aan
spraak daarop hadden doen verbeu
ren. Door noch het een noch het
ander te doen, heeft de Volksraad
een besluit genomen, dat aan uw
vaderland onberekenbaar nadeel toe
brengt, omdat het de grondzuilen
aantast, waarop de sympathie van
alle weidenkenden rust.
«Deze g-rondzuilen zijn: bezadigd
heid, zelfbeheerscliing, rechtvaar
digheid; deze alle zijn met voeten
getreden, en deze daad zal de nood
lottige gevolgen na zich slepen, die
een Heilig'e God aan elke schennis
van het recht heeft verbonden. Het
doet mij leed deze woorden te moeten
nederschrijven, te meer omdat uw
reisgenoot, de heer Du Toit, zelf
een der hoofdbewerkers is van dit
noodlottig besluit, waartoe velen in
een onbewaakt oogenblik hebben
medegewerkt. Wellicht gelukt het
uwen invloed het gepleegde onrecht
te herstellen, en eer en ambt aan
den onrechtmatig ontslagen ambte
naar terug te geven. Indien dit ge
schiedt, zal de eer van uw land zijn
gered, en een groote hinderpaal voor
Fiet welslagen uwernnanciëele plan
nen hier te lande uit den weg' zijn
g-eruimd. Anders vreezéu velen met
mij een ongunstigen uitslag-.»
Bij een dame te Parijs, die ge
heel alleen woonde, werd voor eenig-e
maanden een bedrag van ongeveer
60.000 francs aan eftecten gestolen.
Het was onmogelijk op iemand het
vermoeden te werpen, daar de dame
nooit bezoeken ontving'. Alleen een
zeer intieme vriendin kwam haar
van tijd tot tijd bezoeken, doch deze
kon den diefstal niet gepleegd heb
ben. Voor een paar dagen kwam
een jongmensch op een wisselkan
toor om coupons in te wisselen. De
wisselmakelaar die een nummerlijst
van de gestolen effecten had liggen,
bemerkte spoedig, dat deze coupons
van de gestolen effecten afkomstig
waren. Het jongmensch werd aan
gehouden en hij verklaarde ze van
Mme. R. de vriendin van bovenge
noemde dame, ontvangen te hebben.
Mme. R. werd in hechtenis genomen
en zij bekende den diefstal gepleegd
te hebben.
Wie geeft u daarvan de over
tuiging?
Die g'ewoonte doet welhaast
de scherpe punten der eigenwaarde
en het eergevoel afslijten, en de
mensch voelt alsdan de vernedering
niet meer,
Dat is waardoch hebt gij er
wel ooit over nag'edacht, wat mar-
telstrijd een dergelijk man in den'
aanvang- heeft moeten onderstaan?!
Ik spreek niet van diegenen, welke
van kindsbeen af in dat Bohemer
leven werden opgeleid, maar wel
van die, welke door den nood ge
dwongen en om vrouw en kinderen
te onderhouden, tot dien staat af
dalen. Denkt ge, mijnheer Albert,
dat bij deze de punten van eigen
waarde en eergevoel zoo spoedig
afslijten?
Dat zijn uitzonderingen, me
vrouw.
Gewis, maar ik spreek ook
van uitzonderingen. Neem, bij voor
beeld, een operazanger, een zanger,
Het N. v, dj. D. schrijft het
volgende
Aan geen der aanplakborden of
zuilen alhier werd Zaterdagavond,
en ook gisteren, zooveel aandacht
door het voorbij gaand publiek ge
schonken als aan dé winkelkast van
den heer M. C. Hassoldt, in de Gast-
huismolensteeg, waar Zaterdagavond
een geschreven bitjet was aange
plakt, aankondigende, dat ziju in
boedel dezer dagen executoriaal zou
worden verkocht.
Gisteren-ochtend was naast het
genoemde kleine biljet ter weers
zijden een grooter gedrukt biljet be
vestigd van dezen inhoud:
Burgers l
De executoriale verkoop vindt
plaats, omdat ik weiger te betalen
de rekening van den advocaat J.
Kappeyne van de Coppello, die voor
mijn tegenpartij heeft gepleit, in
zake dat men in het jaar 1879 in
Juli bij een studentenrijjool mijn
winkelkast met pijpen, wandelstok
ken enz. enz. heeft sfukgereden.
Ik verlang'de vergoeding voor de
mij berokkende schade ca 400 gul
den; de rechtbank ontzegde mij
mijn eiscb, op grond dat het een
ongeluk was door liet wilde rijden,
dus overmacht bewezen, en nu heb
ik, behalve 400 gulden schade, nog
die rekeningen der advocaten van
beide partijen te betalen. Aldus
schade, last, verdriet en nog daar
enboven de kans, dat men mijn
sinds 31 jaren hier bestaande affaire
vernietigt. Noemt men dit recht in
Nederland? Yerdere inlichtingen
hierbinnen.
M. (j. Hassoldt.
Zegt dat ook voor tl
Bij onderzoek is ons gebleken,
dat het biljet inderdaed waarheid
bevat; dat door wild rijden de ge
noemde schade werd berokkend. De
eiseh om vergoeding van den heer
Hassoldt tegen den directeur der
Rijtuigmaatschappij J. Polderman
werd dan ook toegewezen, tenzij de
laatste overmacht kon hewijzen.'Dit
geschiedde op grond van den toe
stand van den weg of iets dergelijks,
en daarop werd den heer Hassoldt
zijn eisch ontzegd, en hij tevensin
de kosten van het proces veroor
deeld.
Mr. J. Kappeyne van de Coppello,
advocaat van den gedaagde, leverde
nu een rekening in van f2100, die
later, in overleg met de advocaten
van den eischer, mrs. Hartogh en
Pet, tot f 850 werd gereduceerd. De
heer Hassoldt bood betaling in ter
mijnen van f 10 'sjaars aan, welk
aanbod mr. Kappeyne, namens cien
eischer, onaannemelijk achtte waarna
tct het legg-en van executoriaal be
slag overgegaan werd.
De aanleiding' tot het gerucht,
dat deze zaak maakt, is dus het
feit, dat de heet- Hassoldt, behalve
de f400 schade, die hij leed, en de
f350, die hij aan zijn advocaten
voor onkosten betaalde, nu nog per
slot van rekening f850 moet be
talen voor kosten, door de tegen
partij g'emaakt.
Summum jussumma in juria
Bij het kantongerecht te Hilversum
werden in liet afgeloopen jaar 537
zaken behandeld, tegen 695 in 1882.
Wegens openbare dronkenschap
stonden terecht 298 mannen en 2
vrouwen, te zamen alzoo 300, van
wie 4 werden vrijgesproken.
In 18S3 zijn te Alkmaar 144
processen-verbaal opgemaaktterzake
die in onze concerten geschitterd
heeft en wien, na verloop van eenige
jaren, door dit of dat toeval, de
stem, zijne eenigv broodwinning,
ontnomen wordt: rillen geraken
aan een ander be- aan; daarenbo
ven, de omstandigheden zijn soms
onverbiddelijk; welnu, wat schiet
er dergelijk en over dan in de straat
af te dalen, en denkt gij dat bij
dezulken alle eigenwaarde versmacht
wordt?
Daarmee stem ik volkomen
in, mevrouw.
En denkt ge, ma, dat die
man?.,.. vroeg Veva.
Och neen, kind, het was ook
slechts eene veronderstelling', een
vluchtig denkbeeld, dat bij mij op
kwam. een gek denkbeeld ik
beken het.... liet er mevrouw
op volgen en zij glimlachte.
Geen gek denkbeeld, sedert
ik uwe uitlegging' gehoord heb,i
zeide m vin heer Van Velthem. In-
dien wij den sluier konden ophef-
van openbare dronkenschap. In 1882
waren het er 184,
In de meubelfabriek van de hee
ren Bleesing Zn. geleg'en in de
Bethlehemsteeg te Amsterdam, brak
Zaterdag avond te 6 uur een hevi-
gen brand uit.
In deze fabriek, waar te vijf uur
het werkvolk was heengegaan en
behoorlijk de gewone ronde was ge
daan om te zien of alles in orde was,
braken de vlammen door een tot
dusver onbekende oorzaak op de
tweede verdieping met zóó groote
felheid uit, dat zoowel de daaronder
als de daarboven gelegen verdieping
spoedig in lichter laaie stonden
Toen de brandweer dan ook ter
plaatse kwam was alles een vuur
zee, en een niet gemakkelijk te be
reiken vuurpoel bovendien.
Slechts kort behoefden een paar
handspuiten water te geven, want
alras waren drie stoomspuiten in
werking. Een daarvan stond in de
Warmoesstraat en verkreeg water
uit de brandkranen aan den hoek
van de St. Annastraat en aan den
hoek van de Zoetenaamsteeg, de
andere stonden aan den O. Z. Voor
burgwal. De slangen lagen door de
Trompettersteeg, zoodat door het
huis heen en van achteren de brand
aan twee zijden te gelijk werd aan
gepakt. Het vuur bleef dan ook tot
de fabriek beperkt, en reeds even
ina zevenen kon een der stoomspui
ten ophouden water te geven.
Terwijl de brandwacht Jacob
M e ij e r, staande op een platje van
een binnenplaatsje, met de straalpijp
wilde manoeuvreeren, viel een stuk
van een gevel, waardoor de man
onderscheidene wonden bekwam,
die zijn vervoer naar het gasthuis
noodzakelijk maakten, maar geluk
kig niet van gevaarlijken aard zijn.
De Jan van der Regde, die spoe
dig in den burgwal lag, behoefde
geen water te g'even.
Woensdagavond werd een 17jarig'
meisje op den N. Z. Voorburgwal
te Amsterdam door een jongen, on
der eenige liefkozingen, 'liaar g'onden
medaillon ontnomen.
Door zijn vriend, die bij het ge
beurde tegenwoordig was geweest,
werd de jongen op het laakbare
van zijn g-edrag gewezen en goed
willig gaf hij hem. het medaillon.
Deze bezorgde dit aan het politie-
bureel, maar dit' nam niet weg dat
de dader, 17 jaar oud, kort daarop
werd g-earresteerd en naar de cel
gebracht.
Tegen twee kinderen, wonende in
de Barentstraat te Amsterdam, is
proces-verhaal opgemaakt, omdat
zij een partijtje van 300 straatstee-
uit de Van-Linschotenstraat hadden
weggenomen en bij hun ouders in
huis gebracht, om daarmede het
plaatsje achter hun woning te be
straten
Omtrent de Leidsche vergiftigin
g-en verneemt men verder, dat er in
de woning' van vrouw Van der Lin
den ook zoogenaamde muizentarwe
is gevonden, zonder dat het mensch
er muizen in hare woning' op na
hield en dus deze schadelijke zelf
standigheid daar ter plaatse onnoo-
dig' was.
In 't begin dezer week schijnt I
vrouw v: d. L, verlang-en g-ekreg-en
te hehben om haar man en kinde
ren te zien. Op haar verzoek werd
fen, die de geringe standen in de
samenleving bedekt, zouden wij
dikwijls, het ware van het valsche
onderscheidend, wezenlijke rampen
kunnen zalven, wezenlijk goede
menschen kunnen opbeuren; doch
er is in dit alles zóóveel bedrog-,
zóóveel sch ijnl ij den, zóóveel maske
rade dat wi j het kaf met het koorn,
het goede met het kwade verwar
ren.
Mevrouw luisterde niet meer; zij
zat schijnbaar g-edachteloosop het
water te staren, terwijl de meisjes
gearmd en langzaam over het dek
drentelden en slechts terugkeerden,
om aan dat gekke en wonderlijke1
gesprek eene andere wending te
geven.
Dat ging echter zoo gemakkelijk
niet.
- Het is in Londen, zeide
mevrouw, zich tot den jongen man
echtende, dat gij wonderlijke,
en onbegrijpelijke standen in de sa-
menleving zult ontmoetenj
aan dezen een schrijven gericht,
waarin dit verlangen werd mede
gedeeld. Dientengevolge ging de
man met zijn drie kinderen naar
's Hage om haar te bezoeken. Zijn
wij wel ingelicht, dan duurde het
onderhoud slechts kort en viel niet
zeer tot tevredenheid der vrouw uit,
daar de man zich niet kon onthou
den haar hare weldaden onder het
oog te brengenOok aan haren
wensch om hare kindereD te om
helzen, weigerde hij toestemming
te verleenen.
't Is verschrikkelijk dergelijke
toestanden niet onmogelijk te kunnen
noemen, maar de feiten spreken in
deze zaak zoo sterk, dat zelfs de
afschuw van den man en de kin
deren te verklaren is.
Zaterdag had te Dordrecht onder
groote belangstelling de plechtige
begrafenis plaats van den geachten
burgemeester, mr. P. A. De Raadt.
De lijkbaar, getooid met kransen,
werd door de gemeente-ambtenaren
g-edragen raar de groeve, waar ook
door weezen uit het burger-wees
huis kransen op de kist gelegd wer
den. Het lijk werd gevolgd door de
familieleden, dr leden van den ge
meenteraad, leden van de Eerste
Kamer, leeraren van de hoog'ere
burg-erschool, rector en docenten
van het gymnasium, hoofden van
schooien en verschillende corpora-
tiën.
Aan de groeve schetste de heer
Nebbing Sterling, namens de leden
van den gemeenteraad, voorname
lijk wat Dordrecht aan hem te dan
ken had, en wat het vaderland in
het bekwame lid der Eerste Kamer
van de Staten-Generaal verloor, boe
hij met betrekking- tot het lager on
derwijs met vasten en zekeren tred
steeds voorwaarts streefde. Spreker
verzekerde aan de familie, dat de
nagedachtenis van den overledene
door de leden van den gemeente
raad steeds in eere gehouden zal
worden.
Ook de heer Pické, lid van de
Eerste Kamer, sprak eenige woor
den van waardeering', waarna de
heer Keiler van IToorn in korte
woorden herdacht wat het hooger
onderwijs aan hem te danken had.
De heer Scheltens, schoonzoon
van den overledene, dankte namens
de familie in welgekozen woorden,
"waarna de treurig'e plechtig'heid was
geëindigd.
De belangstelling was groot, en
blijkbaar gevoelde de burgerij diep
wat Dordrecht door het afsterven
van zijn burgemeester verloren bad.
Zekere juffrouw in Den Haag
leende aan haren beminde een som
metje van ongeveer f 30, waarvoor
de schuldenaar haar een kleedingbon
(in den vorm van een bankbiljet
van f 25) wist in de hand te stop
pen. Het engagement raakte echter
af, en nu deed de juffrouw, die het
bedrog had bemerkt, daarvan aan
gifte bij de potitie.
Het landijs wordt al druk bere
den in Friesland. Verschillende bla
den in de provincie wijzen tal van
hardrijderijen aan, en er is nog zoo
weinig' ijs.
Zaterdagvoormiddag is het stof
felijk overschot van den heer E. G.
J. M. Driebeeck„ vice-consul van
Zweden en Noorwegen te Rotter
dam, op de R. K. begraafplaats in
het familiegraf bijgezet. De kist
doch mevrouw hield plotseling op.
Lieve hemel! zeide Liva,
- mijnheer Albert zal zich, hoop
ik, met dergelijke aardig-heden niet
ophouden.
- Neen, zeker niet, -viel Veva
lachend inis het al niet ge
noeg dat wij daarover Charles Dic
kens lezen, die ons somtijds reeds
veel te akelig is met al zijne fan
tastische figuren en onbegrijpelijke
standen zooals ma zegt.
Dat mijnheer Albert ons in
tegendeel veel nieuws brenge over
de heerlijke parken, gehouwen, pa
leizen, museumsover.
En niet o^er de prachtige
winkels in Regenstreet en Oxford-
street? viel Albert lachend in.
Gewisliet er Liva lachend
op volgen.
Het gesprek was afgeleid en nam
weer eene vroolijke, eene opgeruimde
wending.
(Wordt vervolgd