BINNENLAND
ten den Katholieken godsdienst, de
Montenegrijneu de Grieksche belij
den. De laatsten zijn evenwel niet
gezind, hunne aanspraken op het
hun afgestane grondgebied om dien
tegenstand op te geven.
Het adres van gehoorzaamheid,
door den Russischen adel den
Czaar aangeboden, is in de officieele
staatscourant opgenomen. Aan het
hof moeten de betuigingen van toe
wijding, daarin vervat, een zeer gun-
stigen indruk te weeg gebracht heb
ben, en de keizer moet herhaalde
lijk daarover zijne bijzondere tevre
denheid hebben betuigd.
Nu. na al het onaangename wat
hem in den laatsten tijd van de kant
der nihilisten is gewordenmocht
hij ook wel eens een aangenamer
tijding ontvangen, dan de berichten
vau aanslagen tegen het leven zijner
dienaren, het verspreiden van revo
lutionaire geschriften enz.
De beweging in Parijs onder
het werkvolk en de ontevredenheid
over het besluit van den prefect der
Seine, ten aanzien der stadsreini
ging, waardoor vooral de vodden
rapers zich verongelijkt achten, hou
den nog steeds aan en trekken voor
namelijk de aandacht der Franschen
van de buitenlandsche aangelegen
heden des rijks af.
Toch koestert men de hoop, dat
het der politie gelukken zal, een
openlijke uitbarsting* te voorkomen,
waartoe zij natuurlijk al hare krach
ten inspant.
De berichten uit China en Ton
kin zijn vooral in den laatsten tijd
bijster schaarsch; zoodat men alge
meen van gevoelen is, dat daar ginds
alles bij het oude blijft, 't Kon ook
best zijn, dat het slechts een stilte
is, die een storm voorafgaat, en dat
men binnen kort vart belangrijke
gebeurtenissen zal liooren gewagen.
De houding der bevolking in het
Hemelsche rijk moet er evenwel
ten opzichte der vreemdelingen niet
op verbeteren, en reeds zijn er vol
gens een telegram uit Honkong en
kele vijandelijkheden gepleegd, die
ernstige gevolgen hadden kunnen
na zich slepen. De autoriteiten doen
echter hun best om eene algemeene
uitbarsting zooveel mogelijk tegen
te gaan.
Haarlem, 28 Januari 1884.
Zaterdagavond gaf de Gymnas
tiek Vereeniging "Sparta*, onder
directie van den heer J. G. Martin,
in de sociëteit «De Vereeniging»
voor een zeer talrijk en net publiek
eene uitvoering, voorafgegaan door
een concours ouder de leden. De
vereeniging* legde blijken van goede
geoefendheid en spierkracht af, en
verwierf algemeenen bijval. Aan vier
der leden, die in bet concours de
meeste punten hadden behaald, werd
een lauwerkrans, benepens aan de
twee beste hunner een prijs uitge
reikt. Vele andere turnmakkers, zoo
wel uit Haarlem als uit Amsterdam,
waren aanwezig. Een zeer geani
meerd bal besloot dezen bij uitstek
genoegelijken avond, en wij wen-
schen «Sparta» veel voorspoed op
den ingeslagen weg en een lang
bestaan toe.
mijnen naammen eischte van alle
kanten Mr. Trump, den poppenman,
en hoe hooger mijne eischen wer
den, hoe drukker de toeloop was.
Ik stelde mij onder meerge-
melden naam met den bankier Eter-
son, en onder dien van Matbison
met zekeren Gland te Rotterdam,
in betrekking, ten einde de door
mij gewonnen penningen op hunne
bestemming te doen komen.
't Ging mij wel, en was het
denkbeeld van een vernederden stand
mij niet dikwijls te binnen geko
men, ik zou een gelukkig mensch
zijn geweest.
Als ik echter aan Nora, of
liever aan hare toekomst dacht,
klopte mij het harte bang. Wat
zou zij denken, als zij eens groot
zou geworden zijn, over bet band-
werk waaraan ik haar had ver
bonden? Was ik het niet, die be
lette dat zij in haar eigen stand
vereerd en gelukkig* zou opgroeien?
Immers, Nora was betrekkelijk
riJk
Dewijl ik mijn verblijf in
Amerika nog geruimen tijd wilde
rekken, besloot ik Nora in eene
Het bezoek, dat HH. MM. dej
Koning en de Koningin te Brussel
aan den Koning en de Koningin j
der Belgen zullen brengen, is in
Mei vastgesteld.
Te Nice zal van 12 tot 20
Febr. 1884 worden gehouden een
internationaal congres voor archi
tecten en ingenieurs, waaromtrent
nadere inlichtingen te bekomen zijn
bij den secretaris der commissie tot
organisatie van het congres, den
heel* Martin, E. C. P., aldaar.
(Si. CL)
Te San Paul de Loanda, aan
de Zuidwestkust van Afrika, provin
cie Angola, is in November jl. over
leden de consul der Nederlanden
K. A. Niemann. Ilij was aldaar
tevens agent der Nieuwe Afrikaan-
sche Handelsvennootschap, die in
hem een barer trouwste en bekwaam
ste dienaren verliest.
Naar wij vernemen, is binnen
kort te verwachten, dat op den Rijn
spoorweg ook aan militairen van
land- en zeemacht beneden den rang
van officier, in uniform, zal worden
toegestaan om tegen betaling der
halve vracht in 2de of 1ste klasse
te reizen. NR. Ct.)
In Planches te Amsterdam werd
[Vrijdag den ganschen dag ijverig
slag geleverd door de jonge mannen,
die op de roepstem van De Vrije
Wapenbroeders zich hadden aange
gord tot den nationalen wedstrijd
op alle wapens.
De strijders gaven elkaar weinig
toe. Immers op de sabel bleef de
strijd onbeslist en moet die heden
worden uitgevochten. De uitslag van
den degenstrijd was, dat aan J.
Duizend, van Oranje te Amsterdam,
de le prijs, gouden medaille, S.
Hamburger, van dezelfde vereeni
ging, de verg-uld zilveren med., en
J. Koopman van Algemeene Turn-
vereeniging Rotterdam, de zilveren
medaille werd toegekend.
Gisterenavond had de kampplaats
met hare vlaggen,banieren en schil
den een nog meer opwekkend aan
zien, toen het oog vanhet zwakke
geslacht het sterkere aanmoedigde.
De leden der feestvierende vereeni
ging hielden een groot assaut. De
oefeningen met de verschillende wa
pens, het zoogenaamde trekken
vooral, geschiedden op eene wijze,
waarvan den militairen toeschouwers
het hart moet zijn opengegaan, en
die al wat burger was te meer de
overtuiging moet hebben geschon
ken, dat die rapheid en ontwikke
ling der spieren niet anders dan
ten goede kon zijn van lichaam en
geest.
De Voorzitter, de heer J. W.
Loopuit, schetste in bet begin van
den avond in korte trekken de lot
gevallen van dat eerste jaar der
Vereeniging en ontving daarna uit
handen van den heer A. Barends
eene fraaie banier; een kostbaar stuk,
dat op een blauw fluweel veld naam
en doel der Vereeniging in mat goud
en zilver uitdrukt en den vervaar
diger, den heer C. H. De Vries, tot
eer verstrekt.
Het denkbeeld tot het aanbieden
dezer banier was bij de leden op
gekomen den dag, toen in den wed
strijd te Roermond van de drie
uitgeloofde prijzen twee werden be
haald.
kostschool te plaatsen, en baar alzoo
van de poppenkas af te zonderen.
Ik koos de voortreffelijkste
school uit, die ik vinden kon en
maakte liet meisje zacht en vleiend
met mijn ontwerp bekend. Nora
antwoordde nietsdat was overigens
hare gewoonte. Zij gaf mij een kus
en glimlachte eens.
Maar toen het koffer ingepakt
stond, toen wij op het punt waren
van te vertrekken, was het mij zoo
te moede, dat ik meende te zullen
bezwijkenik bad het kind lief
lief als mijn eigen bloed. ?t Moest
echter zóó zijn!
Ik trad mijmerend in de ka
mer welke ik bewoonde, en bleef
op den dorpel staan. Daar deed zich
een tafereel voor mij op, dat ge
voeld, maar niet kan beschreven
worden.
Nora stond met haar kleinen
omslagdoek op den schouder en den
breedgeranden reishoed op het hoofd,
dus gereed om te vertrekken, voor
de poppen, die aan eene koord, aan
twee stoelen gespannen, hingen te
bengelen.
Zij boog zich tot de poppen,
Aan dit veld van eer der Vrije
Wapenbroeders hechtte het zwakke
geslacht den eersten lauwer. Namens
eenige dames toch werd, bij monde
van mej. W. Breyman, nevens een
album in rood fluweel, een zilve
ren krans als blijk van hulde der
vereeniging aangeboden.
Aan den wedstrijd werd o. a.
deelgenomen door de gymnastiek-
vereeniging «Sparta» te Haarlem.
Namens de Algemeene Turnver-
eeniging Rotterdam voegde de heer
Van Aken onder hartelijke bewoor
dingen daaraan een groenen lauwer
krans toe, welke de voorzitter aan
den gevierden instructeur, den heer
S. D. Hamburger, overdroeg.
{Hbl.)
Donderdagochtend heeft men de
toonbanklade van een kastelein op
den Zeedijk te Amsterdam gestolen.
Daarin bevond zich ruim 40 aan
[klein geld en Eng. stuiverstukken,
j een geldmandje van ijzergaas. 3
wissels van Daalmeijer te Schiedam,
eene assurantiepolis en spaarpot-
kistje, eenige quitantien en notitie
boekjes. Tot nog toe is men den
brutalén dief niet op het spoor.
Iu den nacht van Vrijdag op Za
terdag omstreeks half vier uur, ver-1
voegde zich tot een agent van po
litie aan de Lijnbaansgracht te Am
sterdam een oud man. Ilii was in
koortsachtige gejaagdheid, want
zijne vrouw, een 72jarige, met wie
hij in het hofje «Öonstantia» den
herfst des levens in gemoede hoopte
te slijten, was plotseling in eene
ijlende koorts het huis ontvlucht.
Waarheen? Een vriend der beide
oudjes zou de plaats aanwijzen.
Hun goede bond, die zijn meester
op zijn bangen nachtelijken tocht
was gevolgd, stond plotseling stil,
snuffelde, kwispelde en tuurde voor
eene bepaalde plek aan den wal.
En daar werd, met behulp van eene
dreg «de vrouw» levenloos opge
haald. Hb.)
Den 14n Jan. jl. heeft zich tot
het inkoopen van brandstoffen op
reis begeven naar Ouderkerk a/d
Amstel, waar hij echter volgens be
richten niet is aangekomen, Adria-
nus Lijs, oud 44 jaar, wonende te
Nieuwendam, lang en mager van
gestalte, haar en ringbaard zwart,
oogen grijs, gekleed met bruin pi-
low broed, lage schoenen, bruin
vest, zwart jasje en zwartzijden pet.
en bij zich hebbende een sleutel en
eene portemonnaie met omstreeks f 40.
In het belang van zijne vrouw
en kinderen, die vreezen dat hem
een ongeluk overkomen is, verzoekt
de Burgemeester van Nieuwendam,
ingeval van eenige ontdekking,
daarvan mededeeling.
Naar men verneemt, beeft de
heer J. P. Lissone te Amsterdam
plan, om tegen 1 Maart eene ge-
zelschapsreis naar Nizza en Monaco,
via Parijs en Marseille te organi-
seeren, en op die wijze de gelegen
heid tot een bezoek aan de ten
toonstelling in eerstgenoemde plaats
te vergemakkelijken.
Naar wij vernemen, heeft vrouw
Van der Linden, de Leidsche gif
mengster, thans ook in de gereck-
en kuste ze een voor een vaarwel;
ik hoorde haar zeggen: ik zal
altijd aan u denken, vroolijke oom
SamDit was de naam van een
mijner personages.
Ik was diep bewogen, en na
derend nam ik het kind op dé
knieën en vroeg:
Gij verlaat mij dan wel on
gaarne, Nora?
Het kind knikte, en twee
groote tranen welden in hare schoone
oogen op.
Lief kind, 't is voor u geluk
waagde ik te zeggen.
Nora schudde het lokkig
hoofdje.
Gij zijt bleek, kind; gij beeft
alsof gij aan de koorts lijdt. Arm
kindwees gerust, we zullen dezen
avond niet heengaanmorgen
fleemde ik.
Het kind lachte vol hoop.
Des anderdaags zeer vroeg trad
ik aan haar bedje, wel besloten
niet meer zwak te zijn; doch het
kind zag er zoo bleek, zoo ontroerd,
zoo zenuwachtig uit dat ik bang
werd. 't Was blijkbaar dat zij gansch
den nacht slapeloos had doorgebracht,
telijke instructie eene gedeeltelijke
bekentenis afgelegd, nl. voor zooveel
de vergiftiging der leden van het
gezin van Frankkuijzen betreft. (V.)
In bet Politieblad, is de volgende
bekendmaking» opgenomen
«Uithoofde nog voortdurend, na
de stranding van bet dynamiet- en
kruitschip Echo te Scheveningen, op
de Nederlandsche kust der Noordzee
tonnetjes, kisten en zakken aanspoe
len, wier inhoud men niet kent,
deelt de commissaris van politie te
,s Hage, wonende te Scheveningen,
alsnog het volgende mede:
Het buskruit, uit dat schip af
komstig, is verpakt in metalen cy
linders en in bouten tonnetjes (iets
grooter dan haringtonnetjes) en is
lichtgeel van kleur.
Het dynamiet, in rolletjes ter
grootte van 50 a 100 aaneengerolde
centen, is oranje van kleur; elke
patroon is gerold in een olieachtig
papier, waarop gedrukt is met zwarte
verf een leeuw en daaronder «Rhe-
nan Dynamit Fabrik».
Overigens zijn de patronen gepakt
in papieren doozen, deze weder in
een caoutchouc omhulsel en einde
lijk in kisten, die er uitzien als
sinaasappelkisten en ook zoo groot
zijn; wanneer het buskruit en sas
door zeewater nat zijn geworden is
het onbrandbaar. De beste weg om
kleine hoeveelheden dynamiet on
schadelijk te maken is 'de volgende:
Men neme een houten bak of em
mer, doe daarin een weinig koud
water, doch zóó, dat de dynamiet-
patronen onderliggen, voege daarbij
een ot meerdere pijpjes «cali cau-
stica», zet den bak in huis en
late het daarna eenige dagen stil
staan.
Het dynamiet is daarna een oranje
brij geworden; men roere het met
een bouten stokje goed door en ver
dunne het daarna met koud water.
Vervolgens kan bet worden weg
gedaan.
Het «cali caustica» is vergift
De Commissie tot redding van
drenkelingen te Rotterdam, tevens
correspondent van de Maatschappij
tot redding van drenkelingen te
Amsterdam, beeft de zilveren me
daille van bovengenoemde maat
schappij uitgereikt aan J. Ten Holt,
te Kralingen.
Wederom is Vrijdag avond bij een
wiukelier te Rotterdam een strooi-
penning met de buste van Koningin
Victoria in betaling gegeven voor
een pond sterling. De man, die dit
bedrog pleegde, was gekleed als
zeeman met gele oliejas en broek,
laarzen en rond zwart hoedje, en
sprak Engelsch. -
Reeds meermalen is tegen derge
lijke praktijk gewaarschuwd. Die
penningen zijn zeer gemakkelijk te
herkennen, doordien ze slecht afge
werkt en veel lichter in gehalte
dan de echte muntstukken zijn, ter
wijl op de meeste aan de keerzijde
een rutter te paard staat met het
bovenschrift te Hanover.
Bij het ontstuimige weder van 11.
Woensdag had op de zalmvisscherij
in de Oude Maas, nabij Barendrecht,
zekere P. d. B. het ongeluk bij bet
en zich met het denkbeeld van
scheiden had gefolteld.
Ik meende zelfs iets lieflijk
boos in hare oogen te zien, en met
j een meesmuilend gezichtje, zeide zij
mij: Ik zal toch overal zeggen
dat ik het kind van den poppen-
man ben.
Het kleine ding had mijn ge
heim geraden en het dreigde, zich
op mij te wreken, mijne ontwerpen
te verijdelen en mij te dwingen
haar bij mij te houden.
Wilt gij dan liever bij vader,
blijven? vroeg ik.
Zij vloog driftig op, sloeg
hare armkens om mijnen hals en
kuste mij; ik moest het koffer ope
nen en het uitpakken; dan naast
haar bedje plaats nemen en eerst
toen zij mij, zoo dacht ze gewis,
door hare bandjes vastgekluisterd
en belet had heen te gaan, sliep
zij in, en ik zat nog in dezelfde
houding aan haar bedje, toen zij
wakker werd.
Kinderachtig, niet waar? Maar
men is slechts waarachtig geluk
kig, als men kind kan zijn met het
kind.
uitschieten van den zegen overboord
te slaan en te verdrinken.
De man, wiens lijk Woensdag 11.
op den weg onder Bleiswijk gevon
den is, is herkend. Hij was genaamd
Cornells van Nieuwkoop, en woon
achtig té Rotterdam.
Zaterdag ochtend vervoegden zich
twee persomen bij den wagenma
ker J. Vervat, in de Waterloos-;
straat te Kralingen, te koop aan
biedende een nieuw Amsterdamsch
wagentje voor f 24. Daar die prijs
Vervat nogal boog voorkwam, bood
hij er f 17 voor, welk bod einde
lijk maar werd aangenomen.
De kooper eischte van den ver-
kooper eene quitantie, en toen hij
daarop den naam van Metz zag
gesteld, herinnerde hij zich dat er
tegen dien persoon al herhaalde
lijk iu de dagbladen gewaarschuwd
was. Hij bracht de beide personen
dit onder bet oog, en weigerde on
danks alle tegenstribbelen den koop
gestand te doen. De beide perso
nen vertrokken daarop met het wa
gentje naar Rotterdam.
Wat een geoefend vélocipédist in
zijne vrije uren al niet zien kan,
bewees de president van bet Vélo-
cipédistenbond, de heer E. H. Bing
ham, te Utrecht, in het afgeloopen
jaar. Deze rijder legde op 26 Zon
en feestdagen niet minder dan 1384
kilometer at, dus gemiddeld 53 ki-
lom. per dag, zijnde de afstand langs
den spoorweg van Rotterdam tot
Utrecht. De grootste rit dien hij op
één dag maakte was 100Vg, de
kleinste 12 kilometer. De heer Bing
ham bezocht op zijne «wandel»
ridjes de volgende steden: Ilinde-
loopen, Harlingen. Leeuwarden,
Heereveen, Zwolle, Harderwijk,
Zutfen, Arnhem, Nijmegen, Tiel,
's-Bosch, Breda, Antwerpen, Ber-
gen-op-Zoom. Willemstad, Rotter
dam, Gouda, Utrecht, Den Haag,
Leiden, Haarlem, Amsterdam, Hoorn,
Eukhuizen en de tusschenliggence
steden en dorpen.
Een soldaat van het le regement
veldartillerie te Utrecht werd Vrij
dag 11. door een brigadier getrans
porteerd om een dag gevangenis
straf te ondergaan. De brigadier
leverde hem over ten bureele van
de rijksveldwacht, vanwaar de sol
daat echter heimelijk wist te ont
komen. Toen men hem miste, werd
er onmiddellijk een rijksveldwacht
naar de kazerne gezonden, en daar
werd dezen de brigadier mede ge
geven om den man op te sporen,
dien men ten slotte vond in beschon
ken toestand iu eene herberg in de
Hekelsteeg. Hij werd nn naar het
politiebureau en vandaar door eenige
manschappen van de hoofdwacht
naar de gevangenis gebracht, en
zal zich nu te verantwoorden heb
ben wegens gewelddadig verzet.
Zaterdag is te Utrecht vanwege
den krijgsraad een onderzoek aan
gevangen aangaande het gedrag'
van eenige geniesoldaten, die eenige
dagen geleden in eene herberg aan
de Mariaplaats in den laten avond
i eene groote verwoesting hebben
aangericht. De commisie bestaat uit
kapitein Ilaitsma Muiier van de
Nora verliet mij niet, en le
deren avond zaten wij samen over
de schoolboeken gebogen en ik
leerde haar, met een onwankelbaar
geduld, wat zij kennen en weten
moest; ik leerde haar ook muziek
en teekenen, en voor beide deze
kunsten toonde zij veel aanleg.
Hoe zou liet in de toekomst
met Nora gaan? 11c wilde er niet
meer aan denken. De groote Mees
ter van hierboven heeft alle moeie-
lijkheid weggenomen, door haar
vroeg* tot zich te roepen!
Nora heeft mijne fortuin ver
groot, dat is waar; doch door heen
te gaan, heeft zij ook mijn levens
geluk verminderd. Och, ik wensclite
dat graf nog eens te kunnen ope
nen, mijn kind wakker te mogen
kussen, alles te geven wat ik bezit
en mijne dwaaltochten met mijne
poppen te hernemen!
Goed kind, rust in vrede, on
der het gras en het bloemenkleed
des kerkhofs, in den gewijden grond
en naast den goeden vader Craw.
{Slot Volgt.)