opgelost. Eerstgenoemde is in zijn
rang overgeplaatst naar het hof te
St. Petersburg, terwijl het daartoe
strekkende besluit in de meest
vleiende bewoordingen was vervat.
De minister van buitenlandsche
zaken verzekerde den gezant, dat
zoowel de volksvertegenwoordiging
als de regeeriug, zijne houding in
deze aangelegenheden ten volle goed
keurde, en hij derhalve zijne over
plaatsing moest beschouwen als een
bewijs van het vertrouwen, hetwelk
men in zijn beleid stelde. Afwij
kende van hare gewoonte, had de
kamer van afgevaardigden deze
schikking dan ook goedgekeurd, zon
der haar vooraf naar eene commis
sie te verwijzen; daar zij er van over
tuigd was, dat de onverdiende be-
leediging, waaraan hij te Berlijn
had blootgestaan, zijn verblijf aldaar
onhoudbaar maakte.
Wanneer nu de plaats van den
heer Sargent spoedig wordt ver
vuld, wat de Duitsclie bladen har
telijk wenschen, dan zal ook dit
feit, door een verstandig optreden
der diplomatie, spoedig tot het ver
ledens behooreu en vergeten zijn.
Het Britsche leger, dat onder
generaal Graham andermaal naar
Tamanieb was opgerukt, kan blij
kens een telegram uit Cairo zijne
taak reeds als geëindigd beschou
wen. Men vond de oude legerplaats
van Osman Digna onbezet, doch
achtte het noodig den tocht wat
verder uit te strekken, tot dat men
dan ook werkelijk: den vijand in het
gezicht kreeg. Deze scheen evenwel
weinig lust te hebben, zich nog
maals aan het vuur der Engelsche
kanonnen bloot te stellen, althans
na een enkel salvo uit de geweren
wendde hij in allerijl den teugel en
zocht eene schuilplaats in het ge
bergte, waar men hem natuurlijk
niet achtervolgde. Of Graham het
nu geraden oordeelt zoo spoedig
mogelijk naar Soeakim weder te
keeren, zal de tijd moeten leeren.
Doet hij dit werkelijk, dan is de
geheele tocht niet veel meer dan
eene vertooning geweest, die weinig
vruchten zal opleveren, daar het te
voorzien is, dat de opstandelingen
zich in dat geval weder spoedig
zullen verzamelen en wellicht eene
vierde expeditie mogelijk maken.
Uit Khartoem kwam een bericht,
dat zeker nog al eenige nadere be
vestiging zal behoeven, alvorens men
er onvoorwaardelijk geloof aan slaat.
Daarin toch wordt ons niet meer of
minder medegedeeld, dan dat gene
raal Gordon de stad aan een der
oproerige sheiks heeft overgegeven,
die hem voorstelde haar voor den
Mahdi te bezetten. Wel wordt daar
aan toegevoegddat dit Bedouïnen-
hoofd zich heeft verbonden, de orde
te handhaven, het leven en den
eigendom der Europeanen te be
schermen, en het Egyptische gar
nizoen vrijen aftocht te verleenen;
doch dit alles maakt de waarheid
van het bericht nog geenszing voor
ieder duidelijk.
Misschien heeft de goeverneur er
de onmogelijkheid van ingezien, zich
zonder Britsche hulp op den duur
staande te houden tegen al zijne
bestrijders, en heeft hij zich daarom
gehaast de hand der verzoening aan
te nemen, voor het te laat was. Hoe
dit zij, wanneer het gerucht waar
heid bevat, zullen wij daaromtrent
spoedig' wel iets naders vernemen.
Tot zoolang deelen wij het slechts
onder voorbehoud mede.
Helaasja ik ben niet vrij
meerik heb mijn woord elders
gegeven.
En is er geen mogelijkheid op
n daaraan te onttrekken
Helaas, neen
Gij maakt mij wanhopend,
mevrouw. Ik had mij met de stille
hoop gevleid u als koningin van het
feest te mogen begroeten en indien
gij wegblijft, dan zal ons eene ko
ningin ontbreken.
OMilord, antwoordde Djella
lachend, maak mij niet hoovaar-
dig. Onder uwe bekoorlijke vrou
welijke landgenooten zullen er zeker
wel zijn, die meer dan ik aanspraak
hebben op dien titel en tot het voe
ren van dien scepter gerechtigd
zijn.
Wat bevalligheid en schoon
heid betreft, mevrouw, hernam
Lord Singleton, ken ik er slechts
twee die den toets en de vergelij
king met u zouden kunnen door-
De crediet-aanvrage der Fran-
sche regeering ten behoeve der
Madagascarsche kwestie is door de
kamer van afgevaardigden naar eene
commissie verwezen ten einde het
te onderzoeken. Vooraf evenwel ver
klaarde zij, dat Frankrijk in geen
geval van hare rechten op dit eiland
afstand kan doen, en men dus tot!
eiken prijs die rechten zal handhaven.
Er bestaat dan ook geen twijfel
over het al of niet toestaan van dit
crediet, daar men zeer goed begrijpt,
dat hij, die het doel wil, ook de
middelen moet aanwenden om het
te bereiken. In Londen gaat het ge
rucht, dat minister Ferry de Britsche
regeering heeft uitgenoodigd bemid
delend op te treden tusschen Frank
rijk en de Hora's. De Parijsche pers
hecht daaraan echter weinig gewicht,
daar men in den regel al zeer wei
nig op eene tussehenkomst van deze
zijde is gesteld.
Omtrent de Chiueesche moei
lijkheden verneemt men in den laat-
sten tijd niets bijzonders. Alleen
heeft een der dagbladcorresponden-
teneenhooggeplaatstChineeschamb-
tenaar gepolst over de plannen welke
het hof te Peking koestert. De man
gaf als zijn gevoelen te kennen,
dat er ook door de inneming' van
Bac-Nink niets veranderd is in de;
houding van het Hemelsche rijk.
Alleen dan, wanneer eene formeels l
schadeloosstelling geëischt werd, zou
de strijd ontbranden; daar de Chi-
neesGhe regeering zulk een eisch
niet kan toestaan, zonder zich de
verachting' van de groote meerder
heid harer onderdanen op den hals
te halen, en daardoor tot eenen bin-
nenlandschen opstand aanleiding te
geven, waarvan het einde niet te
overzien zou zijn. Wanneer de
Fransche troepen Hoany Hoan aan
tasten, zoo verzekerde de man. zul
len zij stellig op een geduchten
tegenstand stuiten. Er bevinden zich
binnen die vesting een groot aan
tal soldaten, die deel uitmaken van
het geregelde Chiueesche leger;
terwijl hun getal nog- aanmerkelijk
is versterkt, door de bezetting van
Sontav, die na den val dezer stad
een g-oed heenkomen gezocht had
den. Tot zoover de mededeehngen
welke de correspondent zijnen zegs
man ontlokte. In hoeverre zij ver
trouwen verdienen, weet men niet.
Dit evenwel is zeker, dat zij weinig-
klaarheid brengen in den toestand.
De republikeinsche pers bespreekt
in verschillende artikelen natuurlijk
de beide jongste verkiezingen, die
zoozeer in het nadeel harer partij
uitvielen. Zij stemt het toe, dat de
uitslag eene vermindering aangeeft
van de populariteit, waarin deze
reget-rings vorm zich geruimen tijd
mocht verheugen, doch zij ontkent1
het ten sterkste, dat zij van zoo
groote beteekenis is, als 'de monar
chale bladen het willen doen voor
komen. Wanneer op dit oogenblik
algemeene verkiezingen zouden wor
den uitgeschreven, dan zou ook
thans nog de zege der republiek
schitterend zijn, zoo verzekeren hare
organen.
Het onderzoek, door de Spaan-
sche regeering ingesteld naar aan
leiding der jongste samenzweringen
wordt nog steeds voortgezet. Hoe
wel de geheele zaak niet veel te
beteekenen had en het meer een
uiting van ontevredenheid bij het
leger was, dan wel eene poging om
het bestaande gezag omver te wer
pen, houdt de minister van oorlog
staan, maar die zijn nog veel te jong
en te onervaren en hebben nog te
weinig van de wereld g-ezien om
haar den scepter, dien ik gehoopt
had u te zien voeren, in de hand
te kunnen geven.
Jonge meisjes, voorzeker?
vroeg de prinses.
Ja, mevrouw.Mis Marv en
Heva Burtell, de pupillen van onzen
vriend, Sir John Malcolm, en de
aanstaanden van diens beide zonen,
Sir George en Sir Edward.
Djella ontroerde hevig.
Zoo! riep zij uit niet in
staat haar ontroering te verbergen,
doch waarvan niemand de ware reden
kon gissen. zoo gaat Sir George
trouwen
Doch begrijpende, dat zij zich bloot
gaf, liet zij er onmiddellijk op vol-
gen:
Sir George trouwenen
zijn broeder, Sir Edward ook?
Ja, mevrouw, antwoordde
eene flinke opruiming onder de offi
cieren en onderofficieren der onrus
tigste reg-ementen. V erscheidene hun
ner zijn gedegradeerd en bij andere
bataljons ingedeeld, terwijl ook de
hoofdofficieren voor het grootste ge
deelte zijn verplaatst naar garni
zoenen. waar zij minder gevaarlijk
zijn dan in Madrid zelve. Op deze
wijze hoopt de regeering voor goed
een einde te maken aan den geest
van muiterij, die het leger bezielt.
Of de uitslag hieraan zal beant
woorden, moet de tijd leeren.
De keizer van Duitschland heeft,
bij de receptie ten hove bij gelegen
heid van zijn geboortefeest, zich be
moeid met de debatten, welke, naar
aanleiding van het voorstel der re
geering betreffende de socialistenwet
in den Duitscheu Rijksdag, zijn ge
voerd. Over den tegenstand welken
dit voorstel ondervond, liet hij zich
zeer ongunstig uit. Het woelen der
partijen, zoo voegde hij deu president
van den Rijksdags toe, maakt het
noodzakelijk, dat de keizerlijke re
geering de middelen worden toege
staan om voortdurend de orde te
handhaven; vooral omdat naar zijne
meening het streven der revolution-
nairen is die orde te verstoren.
Hij spoorde de heeren aan, naar
hunne beste krachten' mede te wer
ken om de zaak ten slotte nog tot
een goed einde te brengen. De libe
rale partij zal ongetwijfeld over deze
inmenging weinig gesticht zijn. 't Is
trouwens niet de eerste maal dat
prins Bismarck den. persoonlijken
invloed des keizers te hulp roept,
om van den weerspannigen Rijks
dag te verkrijgen, wat hij zelf niet
kau verwerven. Voor den eerbied
welke allen het vorstelijk huis toe
dragen is het te hopen, dat hij niet
al te dikwijls tot dit uiterste mid
del zijne toevlucht neemt.
Het Rijksgerechtshof te Chris-
tiania maakt met de overige nog
hangende rechtsgedingen tegen de
ministers meer spoed, dan met dat
tegen den heer Selmer. Nu dan ook
de quaestie door haar is uitgemaakt,
dat zij in deze zaak bevoegd is tot
het vellen van een veroordeelend
vonnis, vereischen de uitspraken
weinig overleg meer. Reeds vier
der ministers zijn van hun ambt
vervallen verklaard. De koning, die
op dit oogenblik te Stokholm ver
toeft, heeft het honds-ministerie om
raad gevraagd, hoe hij in deze'
moeilijke omstandigheden zal han
delen. Eenstemmig was men daar
van oordeel, dat de vorst geen zijner
rechten moet prijs geven, en de
wetsverdraaiing, waarvan de radikale
meerderheid inden Nborschenlands- I
thing thans de sprekendste bewijzen j
geeft, nimmer als bindend behoeft
te erkennen. Men is er van over
tuigd, dat hij daarbij het beste en
grootste deel der natie op zijne hand
heeft, en dus de oppositie geenszins
behoeft te ontzien.
BrV\R\LA\!).
Haarlem, 29 Maart 1884.
Den zes kandidaten, welke Don
derdag jl. deelnamen aan het eind
examen der Burgeravondschool n.l.
Carel Frederik Huykman, Hendrik
van Huizen, Jan Hendrik van Ingen,
Dirk Jacobus van Danzig, Gerrit
Hendrik van den Berg en Hermanus
de Jager, werd het getuigschrift
voor voldoend afgelegd examen toe
gekend.
Sir John, en ik geloof, dat ik
door dit dubbele huwelijk het geluk
der beide meisjes en dat van mijne
kinderen verzekerd heb.
De prinses was doodelijk bleek
geworden.
En tegen wanneer is hun hu
welijk bepaald? stamelde zij.
Over veertien dagen, mevrouw-
was Sir John's antwoord.
Ja, zeide Lord Singleton
lachend, ik kan mij begrijpen,
dat Sir George en Sir Edward haast
maken en met ongeduldig verlan
gen dien dag zien genaken! Zij
zouden anders bewijs geven van
stekeblind te zijnwant Miss Mary
en Miss Heva zijn de bekoorlijkste
lieftalligste meisjes, die men zich
denken kan en het grootste bewijs
daarvan is, dat ik haar beiden zoo
even nog in eenen adem met de
prinses heb durven noemen.
Djella deed hevige moeite zich te
beheerschen en dank zij harer wils-
De dezer dagen gehouden col
lecte voor het fonds ten behoeve
der gewapende dienst heeft opge
bracht f399,185.
Naar men verneemt, zal de heer
Boegmer, directeur van het Evan
gelisch Zendingshuis te Parijs, hier
te lande aangekomen, zich te dezer
stede, Zondag e-k., in deWaalsche
kerk doen hooren.
Genoemd zendingshuis is reeds 50
jaren werkzaam met steeds toene
mend gevolg om godsdienst en be
schaving in het land der Basoeto's
(Zuid-Afrika) te verspreiden. Acht
maanden lang was de heer Boeg
mer met zijne echtgenoo'te in het
Basoetoland, ten einde de zendings-
posten te bezichtigen, die door zijne
maatschappij aldaar zijn opgericht,
en het lijdt zeker geen twijfel, of
de belangstelling voor genoemden
heer zal alhier even groot zijn als
elders.
Het uitvoerend comité, geko
zen door het hoofd-comité tot plech
tige viering op 13 September 1884,
van het zeventigste jaarfeest van
Nicolaas Beets, bestaat uit de hee
ren: mr. C. Th. graaf van Lijnden
van Sandenburg, eere-voorz. prof.
dr. M. de Vries, voorz., dr. Jobs.
Dy serin ck en H. de Veer, secreta
rissen. A. C. Wertheim, penningm.
dr. L. R. Beynen, mr. \V. C. M. de
Jonge van Ëllemeet, prof. Jos. A.
Alberdingk Thijm en F. Bohn. Krach
tens eene opdracht van het uitvoe
rend comité heeft de heer F. Bohn
zich te dezer stede in betrekking
gesteld niet de heeren mr. E. A.
Jordens, mr. A. J- Enschedé, A. C.
Kruseman, mr- R. H. J. Gallandat
Huet, Jeronimo de Vries, I. Esser Jr.
J. K. Tadema en F. Smit Kleine,
die zich met hem den 19den dezer
tot een sub-comité hebben gecon
stitueerd, waarvan het bestuur is
saamgesteld uit de heeren mr. E. A.
Jordens voorz., F. Smit Kleine secr.,
en A. C. Kruseman, penningm.
Met de Haarl-.Zandvoort spoor
weg' Mij.,zijn in de maand Febr. 1884
vervoerd: 4730 passagiers, waarvan
de opbrengst was f 1050.74
*van goederen - 75.51
van diversen - 180.74
Totaal 1306.89
Zijude per dag en per kilometer
ƒ5.30.
Zonder rechtstr. verkeer.
Te Amsterdam schrikte Donder
dagavond te half acht het paard
van den tram op de brug van de
Leidschestraat b/d Keizersgracht.
Van een op dat oogenblik passeerend
rijtuig werd toen het paard ook
schichtig, met 't gevolg dat rijtuig
en paard te water raakten. Twee
dames, die er in zaten, maakten het
koude bad mede, doch de koetsier
sprong tijdig vau de bolc. De dames
werden met groote moeite gered en
bewusteloos in een nabijzijnd huis
g-edrag'en. Paard en rijtuig werden
door Sinck op 't droge gebracht.
Donderdag was een hevige vecht
partij buiten de Muiderpoort te Am
sterdam. Een man werd gewond.
De daders zijn in handen der politie.
Even na middernacht werd
gisteren de hulp der politie in
geroepen wegens het vechten van
eenige jongens, die, na uit de Nieuwe
Leliestraat verjaagd te zijn, aan de
Leliegracht hunne heldendaden her
vatten. Zij wilden niet meer of min
der dan elkander in het water wer
pen. Vergeefsch was de aanmaning
kracht, slaagde zij er in haar lip
pen tot een glimlach te plooien.
Weet gij wel, Milordzcide
zij, weet gij wel, dat gij mij
erg nieuwsgierig maakt om die
schoonheden te zien.
Dan hebt gij eene schoone ge
legenheid laten voorbijg'aan, prinses,
eene gelegenheid waardoor het u
zeer g-emakkelijk zou zijn gevallen
uw verlangen te bevredigen.
Hoezoo?
Indien gij mij de eer had aan
gedaan, mijne uitnoodiging aan te
nemen, dan zoudt gij u van de
schoonheid en bevalligheid ber beide
meisjes persoonlijk hebben knnnen
overtuigen.
De Hindoesche vorstinnen zijn al
even goed dochteren Eva's als an
dere vrouwen en daarom schudde
Djella als eene volleerde tooneel-
speelster allerliefst en weerspannig
haar hoofd en vroeg met een aller-
liefsten glimlach:
tot rust, zoodat de agent, met be
hulp van vier toegeschoten karna
raden, de moedwilligen in verzekert)
bewaring moest brengen.
Aan de N. R. Ct. schrijft men u;
Leiden
Een der personen, aan welke doe
de Leidsche giftmengster vergij
moet zijn toegediend, is een bijc
achttien-jarig jongeling, die als tanj
boer bij het regiment grenadiers
dienst was getreden. Tijdens hij ee
dag uit zijne garnizoensplaats
verlof was overgekomen, werd hj
door de thans in hechtenis zijné
vrouw ten eten gevraagd, welke uii
noodiging door hem werd aangeno
men. Daar hij spoedig na den maal
tijd ongesteld -werd, moest hij in d;
infirmerie aldaar worden opgenome^
waar hij eenige maanden heeft dooi!
gebracht. Voor eenig-en tijd is hij
tengevolg'e van de door het vergi»
ontstane verlamming, met eene gra
tificatie ontslagen en hij wordt nj
in het Ned. Herv. weeshuis verj
pleegd, waar hij zich op het kleep
maken toelegt. De ongelukkig^
wiens moeder teu gevolge der ver;
giftiging overledeu is, kanmetmoeiti
slechts zeer gebrekkig loopen.
Door de Kon. Nederl. grofsmederij
te Leiden wordt over 1883 131/}
pCt. dividend uitgekeerd.
Een flink heerenhuis aan dei
's Gravenlandschen weg, gemeenfi
Hilversum, dat geruimen tijd haó
leeg gestaan en sedert een paai
weken weder was bewoond, is Don
derdagnacht geheel uitg'ebrand. Dé
aangrenzende perceelen, welke groot
gevaar liepen door het vuur aan^
getast te worden, zijn behouden gfrj
bleven. De oorzaak is vooralsnog
onbekend.
Een nader bericht meldt: dat dtf
bewoners niet aanwezig' waren. Al-I
leen een bewaarder bevond zich iti
huis.
Het gebouw, dat voor Hotel werd*
ingericht en waarin zich reeds een
veertigtal bedden en eenige meubej
len bevonden, is geheel door de
vlammen vernield.
Een hond en een kaketoe vonden
insgelijks hun dood door het vuur]
Dezer dagen werd melding ge
maakt van 3 kindereu, die te Vrees
wijk in eene hoogst armoedige hut
geboren waren. Thans zijn zij ge
storven.
Men schrijft uit Vlissingeu:
De leerlingen van the Royal Nor-
mal Collegete Londen, kwamen
reeds gisteren per mail-steamer
ses Marie van Queenboro daar aan.
Oorspronkelijk bestond het plan
eerst gisteren avond van Londen te
vertrekken, doch om onbekende re
denen blijkt de reis een dag- ver
voegd te zijn. Het geheele gezel
schap bestond uit 22 mannelijke en
20 vrouwelijke personen, dus te
zamen 42, en niet, zooals eerst werd
gemeld, 70. Onder die 42 bevonden
zich de directeur en directrice van
het Instituut, dr. Campbell en diens
echtgenootevoorts een dokter, twee
onderwijzers en twee onderwijzeres
sen, zoodat het aantal blinde musici
35 (18 heeren en 17 dames) bedraagt.
De reizigers, die zich, ondanks
hunne blindheid, met bewonderens
waardige kalmte en gemak bewegen,
vertrokken per aansluitenden trein
van hier naar Brussel. Yan dtiar
reizen zij morgen via Rozendaal
naar Berliin, waar zij zich vier dagen
zullen ophouden; voorts twee dagen
te Leipzig, twee te Dresden, en waar
schijnlijk ook te Halle.
Op 9 April e. k. keeren zij van
Berlijn hier terug, om zich weder
naar Engeland in te schepen.
(N. R. Cl.)
Heb ik dan zoo bepaald ge
weigerd? vroeg zij opnieuw glim
lachend, doch nu geheel ongedwon-
gen.
Helaas ja, prinses, ant-1
woordde Lord Singleton, maar
al te bepaaldgij hebt gezegd, dat I
gij uw woord reeds elders gegeven
had, waardoor gij niet meer vrij
over uw tijd. beschikken kunt.
Wordt vervolgd.)