ALfiEMF.FA OVERZICHT.
BINNENLAND.
Zooals wij vroeger reeds als ons
gevoelen mededeelden, dat met liet
tusschen China en Frankrijk ge
sloten tractaat de expeditie niet ge
heel zal algeloopen zijn, komt liet
vrij wel uit. Van tijd tot tijd ver-
toonen zich nog de benden der
Zwarte Vlaggen, die de geregelde
troepen van terzijde bestoken, of
schoon zij zeer goed weten, dat er
op de hulp van China voor hen niet
meer te rekenen valt. Gelukkig vin
den zij. indien men ten minste de
verklaringen dienaangaande van de
Frausche officieren gelooven mag,
bij de eigenlijke bevolking al zeer
weinig steun. Deze toch begint zich
langzamerhand in haren nieuwen
toestand te schikken en zich te ge
wennen aan het bestuur harer nieuwe
meesters. Van lieverlede keeren de
bewoners dan ook weder naar hunne
haardsteden terug, leggen zich toe
op de bearbeiding hunner velden,
en gedragen zich overigens als rus
tige burgers van eenen geregelden
staat. Maar juist daardoor wordt het
voor de Franschen plieht zoo gestreng
mogelijk tegen de oproermakers op
te treden en hen hoe eer hoe beter
volkomen tot onderwerping te bren
gen. Een guerilla-oorlog toch, put
het land meer uit dan een openlijke
strijd, daar de onrustigen zich er in
den regel op toeleggen de bezittin
gen der goedgezinden te vernielen,
zonder dat het de regeering moge-
Mjt is, deze misdaden naar eisch te
bestraffen. Generaal Millot ziet dan
ook de noodzakelijkheid van een
krachtig optreden tegen de hier en
daar nog zwervende benden zeer goed
in. Een hunner versterkte plaatsen
heeft hij heden, na eene zwakken
tegenstand, doen bezetten, doch toen
de soldaten de vesting binnendron
gen vonden zij de vogels gevlogen,
wat voorzeker wel te bejammeren is.
In Egypte wisselen goede en
slechte berichten elkander, men zon
haast zeggen geregeld, af. Nu eens
heet het, dat de toestand aanmer
kelijk verbetert, dan weder luiden
de berichten contrarie, en doen al
lerlei onrustbarende geruchten de
ronde. Onder die laatste behoort
voorzeker ook wel de tijding, dat
Berber op het onverwachtst in de
handen der opstandelingen gevallen
is. Gelukkig heeft zich deze jobstij
ding tot hedeu niet bevestigd, zoo
dat men in Engeland nog altijd de
hoop blijft koesteren, dat zij onwaar
zal blijken. Indien dit echter niet
het geval is, loopt ook Soeakim
ernstig gevaar. Zooals men weet,
bevindt Osman Digna zich meteen
groot getal zijner dweepzieke vol
gelingen voor deze stad, en herhaal
delijk poogt hij de bezetting door
nachtelijke aanvallen te overrompe
len of haar af te matten. Algemeen
houdt men het er voor, dat deze
taktiek slechts als eene voorberei
ding tot eenen geduchten aanval be
schouwd kan worden.
Indien nu de benden, die tot heden
voor Berber lagen, door de inneming
dezer vesting de handen vrij krijgen,
zullen zij ongetwijfeld de macht van
Osman Digna gaan versterken, en
zal alzoo met een geducht leger een
aanval gewaagd worden, die wel
eenig gevaar voor de stad oplevert.
Wel bevinden zich een tweetal En-
gelsche oorlogschepen in de haven,
doch het staat te bezien of deze in
staat zullen zijn den val van Soeakim
te benadeelen, die ontvoering daar
aan niet anders dan bevordelijk kan
wezen.
Zij wist allesdacht Door-
gal bij zich zeiven, terwijl hij zijn
vreugde tengevolge van die ontdek-
kiug nauwelijks in staat was te
bedwingen. alles is haar werk!
De eene dienst in den anderen waard:
Ik help haar en wederkeerig helpt
zij mij.
Luid liet zij er op volgen:
En nu prinses beveel! Wat
moet ik nu doen? weer naar Bena
res terugkeeren?
Hier blijven Doorgal als ik u
verzoeken mag.
Kan ik u van dienst zijn?
- Ja.
Waarin?
Er wordt hier heden avond
een feest gegeven, waarbij u een
kleine verrassing bereid is; uwe
tegenwoordigheid kan dus niet ge
mist worden.
te verhoeden. Omtrent generaal Gor
don ging gisteren te Londen het ge
rucht, dat het dezen krijgsman ge
lukt was op een gepantserde kanon
neerboot uit Khartoem te ontsnap
pen. Na alles wat in den laatsteu
tijd over de sterke positie, welke de
generaal aldaar inneemt, is gezegd
en geschreven, vindt dit gerucht in
Engeland al zeer weinig vertrouwen.
Men acht het niet waarschijnlijk,
dat de generaal in het vooruitzicht
van de hulp, die Engeland voor hem
gereed maakt, zijnen post zal ver
laten, indien er ten minste voldoende
voorraad van levensmiddelen is en
er van den kant der bewoners geen
gevaar dreigt, wat herhaaldelijk de
Britsche ministers in het Lager- en
Hoogerhuis hebben verzekerd.
Intusschen bevindt zich Enge
land, wat de conferentie aangaat, in
een moeilijk parket. Aan den eenen
kant dringen de mogendheden er op
aan. dat zij de zaken aan het oor
deel van geheel Europa, Frankrijk
niet uitgezonderd, zal onderwerpen,
terwijl aan den anderen kant een
groot deel der Engelschen geene in
menging gedogen. Vooral met Frank
rijk heeft zij het meeste te stellen.
Deze staat toch weigert volstandig
aan de beraadslagingen deel te ne
men, indien niet in de eerste plaats
de gemengde controle wordt her
steld. Nu zijn zoowel liberalen als
conservatieven sterk tegen dezen
maatregel gekant. Zelfs heeft eene
deputatie van liberale afgevaardig
den eene audiëntie bij den heer Glad
stone gehad, waarbij zij hem te ken
nen gaf, dat zij zieh genoodzaakt
zou rekenen tegen hem te stemmen
indien hij er in bewilligde de Brit
sche troepen zijdelings of direct on
der vreemd toezicht te stellen. Waar
lijk, men moet meer dan een gewoon
menschenverstand bezitten om eenen
uitweg uit deze moeilijkheden te
ontdekken. Iumiddels is het eene ge
ruststelling, al is zij niet van groote
beteekenis, dat de Porte zich bereid
verklaard heeft, om aan de confe
rentie deel te nemen. Of zij daaraan
nog enkele voorwaarden verbonden
heeft, vermeldt het telegram uit
Konstantinopel niet.
Eergisteren had te Berlijn voor
het paleis van Prins von Bismarek
een opstandje plaats, dat nog al veel
sensatie verwekte. Een bende van
omstreeks 25 beschonken werklie
den schoolde samen, en veroor
loofde zich allesbehalve vriendelijke
opmerkingen aan het adres van den
kanselier. Zij wilde diens hotel
binnendringen en kwamen daarbij
natuurlijk in botsing met de bedien
den van den Prins, die vrij wat moeite
hadden haar tegen te houden. De
komst van eene sterke afdeeling
politie-agenten maakt eindelijk een
einde aan dit woelige tooneel. De
belhamels werden in hechtenis ge
nomen, en zullen misschien nuchte-
ren in de gevangenis gelegenheid
hebben, na te denken over de dwaas
heden, die zij in beschonken toe
stand hebben gedaan. Inmiddels
weten de Berlijnsche bladen ons reeds
mede te deelen, dat de gearresteer
den allen socialisten zijn, die zich
juist met het oog op het voorge-
nomeu schandaal aan sterken drank
te buiten waren gegaan.
De door de regeering voorgestelde
beursbelasting vindt bij den Ber-
lijnsclien handel geen zeer gunstig
onthaal. In eene vergadering van
de kamer van koophandel werd be-
LIX. Een onverwacht bezoek.
De drie medeplichtigen sloegen
daarop langzaam den weg naar het
paleis in.
Op het oogenblik, dat zij den
trap wilden opgaan, die van uit
het park naar de vertrekken der rez-
de-chaussée voerde hoorde men hoe op
het voorplein aan de andere zijde
van de gebouwen een ruiter stand
hield.
Dat zal Saugor zijn, dacht
de prinses, ik wil hem alleen
zonder bijzijn van derden spreken.
Wilt gij mij voor een oogen
blik verontschuldigen? zeide zij
daarop zich tot haar gasten wen
dende. Ik ben zoo dadelijk
terug.
En vlug den witmarmeren trap
oploopende verdween zij in de vesti
bule. Hier vond zij Saugor, die zich
juist gereed maakte haar in het
park te zoeken
sloten een adres tot-den minister van
financiën te richten, om dezen het
invoeren dezer belasting te ontraden.
Zij wijzen daarbij op het groote na
deel, hetwelk de handel daarvan zal
ondervinden, terwijl zij tevens in
j herinnering brengen, met hoe groote
moeilijkheden deze thans reeds te
kampen heeft. Of het veel zal helpen,
valt sterk te betwijfelen.
Tusschen de regeeringen van Ser
vië en Bulgarije heerscht op dit
oogenblik een eenigszins gespannen
toestand. Herhaaldelijk heeft het
kabinet van Belgrado geklaagd te
Bucharest c^ver den last, welken de
Servische grensplaatsen ondervinden
van de uit Servië gevluchte repu
blikeinen. Niet zelden toch overval
len deze de grensposten, dooden de
manschappen en maken zich aan
verschillende rooverijen plichtig.
Tevergeefs heeft koning Milan er
op aangedrongen, dat de Bulgaar-
sche regeering krachtige maatrege
len zou nemen om deze invallen te
voorkomen, of anders de bedrijvers
ervan uit te leveren. Wat het einde
van deze kwestie zal zijn, weet men
nog niet.
De Spaansclie regeering heeft
op verzoek den Cubaanschen afge
vaardigde een onderzoek doen in
stellen naar de klachten, welke in
den laatsten tijd omtrent deze kolo
nie zijn geuit. Het resultaat van dit
onderzoek is, dat zij hij de Cortes
enkele voorstellen heeft ingediend,
die ten doel hebben verbetering in
den toestand te brengen. Het voor
naamste hiervan is, dat zij eene
verlaging voorstelt voor de inko
mende rechten van die goederen,
welke uit Cuba afkomstig zijn, of
daar bij uitzondering groeien. Daar
bij acht zij eene belangrijke verla
ging van het oorlogsbudget ge-
wenscht. Zoodra de Cortes wederom
bijeen zullen komen zal een en ander
in behandeling gebracht worden en
men twijfelt er geenszins aan of
dezen zullen er hunne goedkeuring
aan hechten.
De Italiaansche minister-presi
dent. de heer Depretis, is niet ge
lukkig met de voorstellen, die hij
bij het aanvaarden zijner portefeuille
bij de kamer van afgevaardigden
heeft ingediend. Na een zeer lang
durig onderzoek heeft de commissie,
welke daarmede belast was, verslag
uitgebracht, en dit rapport is niet
bijzonder ganstig voor de regeering,
Wel vonden enkele bepalingen be
treffende de in te voeren wijzigingen
in het binnenlandsch bestuur genade
in de oogen dier heeren, doch de
voornaamste, de instelling van een
afzonderlijk ministerie voor het mi
nister-presidentschap, werd afge
keurd. Men vreesde te veel voor den
overwegenden invloed, welken men
daardoor eenen enkelen persoon zou
geven. Verschillende dagbladen ach
ten het thans zeer waarschijnlijk,
dat na het uitbrengen van dit rap
port het geheele ontwerp zal wor
den ingetrokken.
De discussie in de Fransche ka
mer van afgevaardigden, naar aan
leiding van de interpellatie over de
ongereldheden op Corsica, werd gis
teren voortgezet. Zooals altijd bij
dergelijke gelegenheden, wierp men
elkander verschillende hatelijkheden
naar het hoofd, en moesten verschei
dene sprekers tot de orde geroepen
worden. De regeering wilde volstrekt
Hier ben ik, meesteres.
Wat zijt gij lang wegge
bleven
Ja, ik heb zoolang moeten
zoeken.
Maar gij zijt geslaagd, niet?
Ja.
En is Edward Malcolm in de
vlammen omgekomen?
Neen, meesteres, hij leeft.
Hoe weet gij het?
Ik heb hem gezien.
Dan hebt gij hem mijn bood
schap overgebracht?
Ja ik heb hem zelf uw brief
overhandigd, die hij in mijne tegen
woordigheid, heeft gelezen.
En, vroeg Djella met koorts
achtig ongeduld, en hij heeft
geantwoord, niet waar?
Saugor knikte, bevestigend.
Wat heeft hij dan geant
woord
Dat hij komen zal.
Alleen?
niet toestemmen, dat de beambten
hunne bevoegdheid te buiten waren
gegaan. Wel verklaarde zij zich be
reid tot dezen eene aanschrijving te
richten, ten einde hen te gelasten,
zich voortaan van elke inmenging
in de politiek te onthouden.
Haarlem, 7 Juni 1884.
Onze stadgenoot, de heer Hiine
muziekonderwijzer, is benoemd tot
organist der Evang. Luthersche kerk
alhier.
Het orgel in de Evang. Lu
thersche kerk alhier, werd gisteren
middag bespeeld door den heer B.
van der Kaa, oud-leerling van het
blinden-instituut te Amsterdam.
Een achttal stukken, sommige door
hem zelf vervaardigd, werden door
genoemden heer zeer verdienstelijk
gespeeld, 't Was jammer dat niet
meer personen van het concert heb
ben geweten, anders zou het aantal
toehoorders wel iets grooter hebben
kunnen zijn.
Bij het mondeling gedeelte
van het liter.inathem.examen. Woens
dag en Donderdag jl. te Utrecht
gehouden, waaraan door 7 kandi
daten werd deelgenomen, is o. a. ge
slaagd de heer D. S. de Jong van
Haarlem.
Bij de op 5 Juni 1884 door
Dijkgraaf en Heemraden van den
Haarlemmermeerpolder gehouden
aanbesteding voor het vervangen
door twee gemetselde gewelfbrug-
geu van de houten bruggen over
den Nieuwerkerkertocht in den Vijf-
huizerweg en over den IJtocht in
den Kruisweg, waren elf inschrijvers,
waarvan de hoogste H. Rinck te
Haarlemmermeer voor f 8900; laag
ste inschrijver J. Poot te Amster
dam voor f 5967.
Omtrent den gezondheidstoestand
van Z. M. den Koning zijn uit Carls
bad zeer bevredigende berichten
ontvangen. De ongunstige nierver
schijnselen, welke zich vóór het
vertrek van Z. M. naar de genoemde
hadplaats bij Hem hadden voorge
daan, zijn reeds geweken. De bad-
geneesheer, dr. Londen, koestert de
hoop. dat de wortel der ongesteld
heid geheel zal zijn te overwinnen.
Naar het oordeel van genoemden
doctor, wiens advies volkomen in
overeenstemming is met het beslist
gevoelen van Zijner Majesteits lijf
arts, kan dat verblijdend vooruitzicht
van 't welk de natie met vreugde
zal kennis nemen alleen verkre
gen worden indien Z. M. de kuur
onafgebroken doorzet. Het was dan
ook dr. Londen, die den Koning er
van terughield, gevolg te geven aan
de inspiratie van Zijn Vaderlijk ge
moed om, onmiddeiijk op het ver
nemen der ziekte van den Kroon
prins, naar het vaderland terug te
keeren. Niet dan noode onderwierp.
Z. M. zich aan de ernstige raadge
ving van den geneesheer, die ver
klaarde, niet in te staan voor de
gevolgen van het niet-nakomen van
zijn advies. De Koning gaf eindelijk
toe, ongetwijfeld allermeest zeker wel
geleid door de overweging, hoe Zijn
leven, juist met het oog op de ge
vreesde gebeurlijkheden, voor de
natie en haar belangen, nog dier
baarder wordt.
Omtrent de ziekte van den
Kroonprins en de geneeskundige be
handeling, worden de volgende me-
dedeelingen verstrekt:
Ik denk van ja, want woor
delijk zeide hij mij: Zeg aan de
prinses dat ik aan haar verlangen
zal voldoen, en over een uur naar
haar paleis te Allahabad op weg
zal zijn)).
Waar hebt gij Sir Edward
gesproken?
Hij verliet juist het paleis van
den goeverneur.
En is hij nadat gij hem ver
laten hebt niet weer in huis ge
gaan
Neen, want ik heb hem onge
merkt op een afstand gevolgd. Na
vele omwegen gemaakt te hebben
heeft hij zich eindelijk naar de
woning van den Franschen dokter
begeven.
Hij zal dus komen, en alleen!
mompelde Djella met al de uit
drukking van wreede zelfvoldoening
in haar stem. Alles loopt mij
mede, dat is duidelijk, zelfs het on
mogelijke wordt gemakkelijk hereik-
De ziekte van Z. K. H. eischt
haar gewonen ontwikkelingstijd en
vertoont het gewone verloop.
Kritiek blijft de toestand nog steeds,
daar het gevaar voor het intreden
van perforatie gansch niet is gewe
ken. Heeft zich deze complicatie bij
een lijder vertoond, dan beschouwen
de geneesheeren zijn toestand in den
regel als hopeloos.
De geneesheeren van den Prins
meeuen echter met grond te mogen
hopen, dat Z. K. H. dit gevaar zal
te boven komen.
De diarrhee. waaraan de Prins
lijdende was, heeft sedert gisteren
opgehouden, ongetwijfeld een niet
ongunstig verschijnsel.
Zooals reeds werd medegedeeld,
gebruikt de Prins weinig voedsel,
hetgeen geen bijzondere bezorgd
heid behoeft te wekken, omdat bij
de ziekte, waaraan Z. Iv. H. lijden
de is, het voedingsproces altoos stoor
nis ondergaat.
Men maakt zich bovendien in dit
opzicht niet ongerust, in de eerste
plaats omdat het lichaam van den
Prins alsnog tegen tijdelijke ont
houding van voedsel bestand is en
voorts verkwikkingsmiddelen, als
ezeliunenmelk, gelei van hartshoorn
e. a., welke de Prins geregeld ge
bruikt genoegzame voedingsbe-
standdeelen leveren. Overigens neemt
Z. K. H. geregeld de voorgeschre
ven geneesmiddelen in.
Voor het even edelmoedige als
zelfsopofferende aanbod voor eenige
dames van hoogen huize, om als
liefdezuster den Prins te verplegen,
zal vermoedelijk bedankt worden.
Herhaalde malen daags, en ook
heden, deed de Prins zijnen secretaris
aan het ziekbed ontbieden tot be
spreking van eenige loopende zaken.
De ziekekamer van Z. K. H.
maakt deel uit van 5 kamers en
suite met elkaar in gemeenschap,
en die tot gewoon verblijf van Z.
K. H. dienen. In alle het ziekever-
trek omgevende apartementen zijn
de vensters geopend tot het binnen
laten van de frissche buitenlucht.
Nadat zijne ongesteldheid van ern-
stigen aard is geworden, zijn 's prin
sen lievelingen, papegaaien, par
kieten, fraaie vogels uit zijne kamer
en belendende vertrekken verwij
derd, terwijl ook de prachtige git
zwarte poedel, die des nachts voor
het bed van zijn vorstelijken meester
gewoon was te waken, tijdelijk een
ander verblijf heeft betrokken.
Er waren gisteren avond geene
nadere berichten omtrent den Kroon
prins. Het niet-uitgeven van een
nader bulletin mag als een gunstig
teeken beschouwd worden.
Tengevolge der schade, wel
ke de dijken en rietschoten van ver
scheidene waterschappen en polders
in de provincie Noord-Holland lij
den door het varen der stoomboo-
ten, werd, op uitnoodiging van dijk
graaf en heemraden van het wa
terschap «De Beemster», te Pur-
merend eene vergadering gehouden,
ter gedachtenwisseling over een aan
de Provinciale Staten in te dienen
adres. 13 besturen van waterschap
pen en polders hebben zich door
eene commissie uit hun midden
doen vertegenwoordigen.
Door den heer Visser van Ha-
zerswoude werd een adres ter tafel
gebracht, behelzende een verzoek
aan de Prov. Staten, dat door hen
eene verordening worde vastgesteld
waarbij billijke regeling op de stoom
vaart in de boezemwateren der pro
vincie wordt bepaald. Dit adres
werd door al de aanwezigen onder
teekend.
Naar een Berlijnsch corres
pondent der Kölnische Zeitung ver»
neemt, zou in Pruisen het aanne-
baar, zoodra het wenschen van mij
betreft; wat ik wil, dat geschiedt.
Wil mijne meesteres nog meer
van mij weten vroeg Saugor.
Ja.
Zij be vele slechts.
Zijt gij zoo als ik u gezegd
heb bij de visschers en schippers
geweest, welke ik belast heb met
de boorden van den Ganges te on
derzoeken.
Ja.
En?
Ik heb overal hetzelfde ant
woord gekregenDe heilige stroom
heeft zijn prooi goed bewaard. Het
lijk van George Malcolm is ner
gens gevonden.
Wordt vervolgd.)