Door het hoofdbestuur der Ver-1 eeniging voor Lijkverbranding is tot t afgevaardigde der Vereeniging, bij j het in Den Haag te houden vijfde Internationaal Congres voor Hygiëne en Demographie, benoemd dr. S. Hoogewerff uit Rotterdam, en tot rijn eventueelen plaatsvervanger de i beer prof. mr. B. H. Pekelharing uit Delft. (N. R. Cl.) Aan het Handelsblad wordt het volgende uit eene onzer garni zoensplaatsen medegedeeld «Terwijl de wachtmeester der hu zaren X., met een- en-twintig dienst jaren waarvan tien als wachtmees ter 's avonds in de stallen der ka zerne bezig was inspectie te houden klopte een der luitenants in burger- kleeding aan de staldeur. Doordien de wachtmeester aan de tegenover gestelde zijde van den stal bezig was. hoorde hij'dit kloppen niet en duurde het wel wat lang alvorens de deur geopend werd. De luitenant gaf aan zijn toorn daarover lucht, en de wachtmees ter, die wat meer gedronken had dan gewoonlijk, antwoordde ten laatste, dat hij hem niet behoefde te kennenals zijnde hij in burger- kleeding, doch, voegde er bij: «al is u honderdmaal officier, nu ver roek ik u den stal te verlaten.» De luitenant maakt rapport bij den kolonelen terecht wordt de wacht meester tot 8 dagen arrest veroor deeld welk arrest den schuldige wordt kenbaar gemaakt. Maar de luitenant vindt dit von nis onvoldoende; een nieuw vonnis komt nu in de plaatsen wel 8 da gen arrest en degradatie tot gewoon huzaar. Gisternamiddag ten 2 ure had te Egmond aan Zee, 17 Augustus op eenvoudige wijze, in het bijzijn van de autoriteiten aldaar, de ont hulling plaats van de wit marme ren buste van den admiraal M. Adr. 7.n. de Ruyter, door H. K. H. de Groothertogin van Saksen aan de Pr ins-Hendrik-Stichting alhier ver eerd. Na de toespraak van de waar- uemenden voorzitter der regenten, van den heer Yan Hall, waarin hij hulde bracht aan de edele en hooge geefster, die reeds door zoo menig en aanzienlijk blijk hare levendige belangstelling in onze Prins-Hen drik-Stichting had getoond, werd het beeld van de vlag, waarmede het bedekt was, ontdaan, en ver toonde het zich op een houten voet stuk, waarop de woorden zijn ge schilderd: «Geschenk van H. K. H. de Groothertogin van Saxen, 14 Mei 1884». Het mag een waar sieraad heeten voor de gezelschapszaal der - erpleegden, waarin het eene plaats heeft gevonden. Op verlangen der schenkster had deze plechtigheid niet op feestelijke, doch op officieuse, eenvoudige wijze plaats, terwijl de «oudjes» door haar werden onthaald en door de genoodigden onder ge zellig samenzijn menige dronk op het welzijn der edele geefster en op den bloei der Prins-Hendrik-Stich ting werd ingesteld en uitgebracht. De Amsterdamsche Diergaarde is verrijkt met een prachtige Numi- lischen leeuw, afkomstig uit den Thiergarten te Dresden; zoomede een Sumatraanschen oeran-oetan. Bij een slager in de Vijzelstraat -e Amsterdam was gisterennamiddag •en knecht bezig met het uitsnijden Vaders in den Hemel, die alleen de 1 ledoelingen en wegen der menseken kent. Met haastige schreden trad hij !n de woonkamer, sloot de deur goed dicht en keerde langzaam, in gedachten verzonken, naar van Aken 'erug. Er verliepen verscheidene uren •eer Schalm tot de zijnen weder keerde. Toen hij zijne woning bin nen trad, was zijn voorkomen als van iemand die zeer treurig is aange daan. Van zijne gewone hardheid was zelfs geen schaduw overig. Hij kuste Mathilda en zijne vrouw recht har telijk. Mijne dochter, zeide hij /acht, ofschoon Eduard nooit uw man zal worden, kunt ge den ouden an Aken altijd als een vader aan een. Ga naar* hem toe, zoo dikwijls uj verlangt, dat zal hem troosten. Vat Eduard betreft, ik kan uw ge- eener nier. Het mes gleed uit, en bracht hem eene diepe wonde toe in het onderlijf. Spoedig was heel kundige hulp ingeroepen, doch er bleek niets meer aan te doen. Hoofd zakelijk tengevolge van het enorme bloedverlies, was de ongelukkige binnen enkele minuten een lijk. Eene vrouw en twee kinderen verliezen in hem een oppassend man en vader. Een huisknecht in het Hotel Indie te Amsterdam wist sedert eenigen tijd, door losmaking van de schar nieren. het hek van den wijnkelder open te maken en daaruit van den besten wijn weg te nemen. De schade van het ontvreemde wordt op on geveer vier honderd gulden be groot. Door zich tegenover een an deren bediende op het feit te beroe men, was hij zelf oorzaak dat de brutale diefstal ontdekt werd. Zondagmiddag omstreeks half-zes is in de Rozenstraat te Amsterdam een meisje uit het venster eener derde verdieping gevallen. Met een wond aan het hoofd werd zij naar het gasthuis vervoerd, doch onder weg overleed zij reeds. Zondagavond, toen Amstel'sToo- neelclub in «De Koningskroon» te Amsterdam Het Kasteel Masara of de Zoon van den Blinde vertoonde, had een ongeval plaats, dat wellicht treurige gevolgen zal hebben. Een der dillettanten schoot bij ongeluk een pistool af in verkeerde richting en verwondde daardoor een zrjner medespelers in het aangezicht. Er heerschte groote ontsteltenis onder het publiek en de voorstelling moest gestaakt worden. De werklieden der chocoladefa briek der heeren Van Houten Co. te Weesp hebben op een uitstapje een Gooischen maaltijd gehouden te Valkenveen. Er werden drie mud aardappelen, 900 eieren en ettelijke exemplaren van de traditioneele Gooische pannekoek veorberd. Het gezelschap bestond uit 168 personen. In de vorige week maakten de leerlingen der openbare school te Nieuwveen, onder geleide van het hoofd dier school, van het hulpon- derwijzerspersoneel, van een verte genwoordiger van 't gemeentebe stuur en van eenige voormalige leerlingen een pleizierreisje naar Haarlem. De stoomboot Rijnland daarvoor afgehuurd, nam 's morgens 7 uur een honderdtal hunner op en voerde die naar Haarlem, waar zij den dag, begunstigd door heerlijk zomerweer, genoeglijk doorbrachten. Gistsrennamiddag had de verver W. H. te 's-Hage het ongeluk, van een torentje van het nog niet geheel afgewerkte gebouw van het Minis terie van justitie op een platdak op de binnenplaats te vallen. De ónge- lukkige die op het hoofd terecht is gekomenwerd onmiddelijk per zie- kenas naar het Ziekenhuis vervoerd. Men vreest voor het leven van de zen in alle opzichten oppassenden 25jarigen werkman. Eergisteren middag omtreeks half een is aan het station van het Hol- landsche spoor te 's-Hage een kind, een meisje van 4 jaar, door eene vrouw, waarschijnlijk de moeder, achtergelaten. De vrouw had een oogenblik te voren aan een der beambten den voel niet bevelen, maar ik denk: de ongelukkige zal wel alles daar toe bijdragen, dat gij hem.... ver geten moet! Den volgenden dag was Arnold van Aken. in weerwil van zijne on gesteldheid, bijzonder ijverig in de weer. Notaris Lebs en verscheiden hee- ren van het gerecht gingen uit en in. Schuurman had in last gekre- I gen, den inventaris van de zaken op 1 te maken, en ook Jonas was dik- wijls bij Arnold. In zijne vrije uren aan rust gewijd, was het den ouden van Aken altijd het liefst Mathilda bij zich te ziendan droomde hij van een geluk, dat alleen in de ver beelding en de matte stralen eener laatste, wellicht dwalende hoop, lag. Intusschen verbeterde Arnold's ge zondheidstoestand merkbaar, en dok ter Nagel verklaarde: nu beduidt dat alles niets meer, de zomer zal sleutel van zekere plaats verzocht,] bracht het kind daarheen, en is toen spoorloos verdwenen. De kleine is voorloopig door de politie in bewaring genomen. Door de Haagsche politie is aan-1 gehouden en overgebracht naar het huis van arrest zekere V., die bede larij gepleegd heeft bij verschillende bewoners aan de Koninginnegracht en Koningskade, onder bedreiging. Hij schreef nl. ongeteekende brieven, waarbij hij aandrong eene som gelds neer te leggen op eene bepaalde plaats in het Boschzoo niet, dan zou hij de ruiten inslaan. Omtrent den moord te 's-Hage ge pleegd wordt aan de N. R. Ct. nog van daar gemeld: Het Lamgroen is eene van die woe lige buurten, welke lang niet zoo onschuldig isals de zachtklinkende naam doet vermoeden. Orgeldraaiers, -bedelaars, draai molenbazen kroeghouderswater en vuurvrouwen, alles huist daar in de dicht opeengepakte woningen, hofjes en poortjes. Daarbij komt nog een aantal slaapsteden, waar het mindere volk uit andere plaatsen gewoon is nachtkwartier te nemen. Kloppartijen en burengeruchten behooren er dan ook niet tot de zeld zaamheden, zoodat voortdurende sur veillance van de politie daar hoogst noodig is. Tot de bevolking van het Lam groen, of in de volkstaal «Het Lam metje groen»behoort ook de draai molenhouder Roos, die midden in de straat woonteen breedgeschou derd man van buitengewone lengte. Gewoon de meeste kermissen met zijn draaimolen te bezoeken, was Roos met zijn caroussel naar de Rijs- wijksche kermis getogenbijgestaan door twee knechts, genaamd Staas en Wingers, die den baas behulp zaam waren bij het ophalen van het draaigeld. Den Zondag van Rijswijksche ker mis een der drukste dagen van die jaarmarktrees er verschil tusschen Roos en zijne bedienden over de uit betaling van het loon, met dit ge volg dat de helpers den dienst ver lieten met een te goed van 5 waarvan zij alstoen de uitbetaling vroegen aan hunnen meester, die verbolgen over hun tusschentijds vertrek, daarop antwoordde, «dat zij daarover eerst zouden moeten kloppen». Of deze uitdrukking eene zinspe ling was op het tóoneel, gisteren voormiddag omstreeks 12 ureu in het Lamgroen tusschen Roos, zijne bedienden en nog eenige personen vertoond, valt moeilijk te zeggen, maar zeker is. dat Roos gisteren duchtig aan het kloppen is geweest. Staats, Wingers, Telders en een vierde persoon, dan, zaten op dat uur een borrel te drinken met «ver gunning», toen weinige oogenblik- ken later baas Roos de herberg bin nentrad en aanleiding gaf tot een bloedigen twist. De draaimolenknechts S. en W. begonnen met Roos hun verdiend geld af te vragen, en dat wel op geen malschen toon. Spoedig daarop naar buiten gekomen, werd aldaar door het viertalten aanschouwe van bijna de geheele buurt, slag geleverdgewapend met stoelen, gla zen en andere voorwerpen. In koelen bloede tastte Roos op een gegeven oogenblik in zijn broek zak haalt een mes te voorschijn en hem wel genezen. Zijn gemoeds gesteldheid was geruster, hij scheen zelfs met eene groote onbezorgd heid de verdere handelingen van zijn zoon aan te zien, en zijn hart wendde zich meer en meer, met steeds teederder, vaderlijker neiging, tot Schalm's dochter. Hij ging veel, heel veel, met die familie om, en hij gevoelde zich zoowel bij hen, als hij het wel nooit voor mogelijk gehouden had. En verloochende hij nu en dan wel eens den voorna men koopman niet, zoo beschouwde hij Jonas voortaan als zijn gelijke, verachtte iedere opmerking van an deren daaromtrent, en onttrok zich opzettelijk geheel aan die kringen, welke anders zijn meeste genot en beste kennissen geweest waren. De tijd der laatste vacantie na derde. en voor Eduard dus ook de noodzakelijkheid om S.... te verlaten en te Berlijn zijn eindexamen af te leggen. valt daarmede zijne tegenstanders aan. Hij treft met het snijdend werk tuig eerst Staats en vervolgens Win gers. Door het rumoer was het schier onmogelijkdadelijk te zien dat ver wondingen toegebracht waren. Maar weldra kreeg men de overtuiging dat er bloed geëischt was, want nauwelijks was S. met Roos hand gemeen geraakt, of het bloed spoot met stroomen uit zijn hals en drenkte de straatsteenen als gevolg van een gevaarlijke wonddie Roos hem had toegebracht. Het mes was vermoedelijk tot den slagader doorgedrongenwant wei nige minuten na de bloedvloeiing zakte de verwonde bewusteloos in een. Nog vóórdat hij in een brancard naar het ziekenhuis was overge bracht, had hij den geest gegeven, waarschijnlijk tengevolge van de verbloeding. De man had kort na het ontvan gen van de wonde nog het bewust zijn te zeggen: «Dat heeft Roos ge daan; hij had het echter met zijne handen moeten doen». Trouwens Roos kwam er rond voor uitdaar hijzijn slachtoffer op straat in zijn bloed ziende baden tot de omstandersriep«Ziezoo, dat heb ik gedaan. »en dit zeggende sloeg hij het mes dicht en stak 't weder met de meeste bedaardheid in zijn zak. Met hetzelfde mes had hij ook Wingers eenige sneden op het aan gezicht toegebracht, zoodanig, dat het mes op diens kaken was afge stuit en de man in deerniswaardi- gen toestand naar het nabijgelegen hospitaal moest gedragen worden. Inmiddels was de politie in ster ker getale ter plaatse verschenen. De bedrijver van de gruweldaad, diena afloop der snijpartijzijn huis was binnengegaanwerd door de politie in arrest genomen en naar het commissariaat aan de Nieuwe Havenonder stevig geleideover gebracht. De hals van den verslagene toonde eene wonde van bijna 8 centimeter diepte. Een zeer vreemden indruk maakte het, dat Roos zich naar de slijterij beg-af juist toen zijne tegenpartij al daar gelag maakteen dat hij niet alleen een scheermes op zak droeg, maar dit werktuig ook des Zondags met zich nam. Reeds is een voorloopig onderzoek ingesteld. Ook bij het verhoor voor den com missaris van politie heeft Roos geen oogenblik geaarzeld, zijne schuld aan de gruweldaad te belijden. In de duinen te Scheveningen ten Noorden van den Watertoren, heeft Zondagmiddag een heidebrand gewoed. Daar men niet spoedig over de noodige hulp kon beschikken, hadden de vlammen gelegenheid zich over een groote oppervlakte te ver spreiden. [Een vijftigtal militairen van den Haag ontboden kwamen op het terrein toen het vuur reeds ge- bluscht was. Gisteren namiddag bevonden zich in een trein van de Holl. spoorweg maatschappij een brigadier-majoor der rij ksveld wacht en zijn onderge schikte, belast met het vervoer van een vreemdeling, die, als zijnde zon der middel van bestaan, over de grenzen moest worden gebracht. Op de hoogte van het kruithuis bij Hij kon den pijnigenden oogen blik van «Ivoude-Steen» binnen te treden, onmogelijk langer uitstellen; hij was levendig bewust van alle nare voorvallendie er tusschen hem en zijnen vader, zoowel als door eene ontmoeting met Mathilda en den hare. zouden plaats hebben. Zijn besluit, om de uitdragersdoch ter schriftelijk en even behoedzaam als zacht op de verandering zijner gevoelens, en op zijne nieuwe 'lief desverbintenis voor te bereiden, -was op zijne lafheid afgestuit, op zijne llauwgeestigheid om iets te doen, wat hij zoo gaarne wilde, maar waarvan het angs':ig kloppen van zijn hart hem afhield. Hij had dus gedurende bijna twee jaren stil ge zwegen, en daardoor, zooals hij zelf bekennen moest, alles verergerd. Hij had iedere kracht verloren om naar Berlijn terug te keeren, zoo hem niet een nieuw voorval onverwachts daartoe had aangedreven. Om As- Delft gekomen, maakte de vreemde ling van een onbewaakt oogenblik gebruik, om het portier te openen en uit den trein te springen. Omtrent den brand te Delft wordt nader gemeld: Zondagnamiddag te ongeveer 5 uren is in de gemeente Hof van Delft een hevige brand uitgebroken in de vóór korten tijd opgerichte fabriek van aardnotenolie. De brand nam in korten tijd zóó in hevigheid toef dat nagenoeg de geheele fabriek in asch gelegd is. De spuiten van Hof van Delft, Delft en de stoom spuit van de Rijksconstructiemaga- zijnen waren spoedig op het terrein aanwezig, en met veel moeite mocht het gelukken het zaadmagazijn te behouden, 18 reservoirs, elk gevuld met 180 vaten olie, zijn gebarsten en de olie verloren geraakt. Men vermoedt, dat de brand ontstaan is door het broeien der aardnoten- doppen. 80 h 90 werklieden zijn door dezen brand tijdelijk zonder werk. Dezer dagen trad een net gekleed heer te Rotterdam een magazijn van damesmantels binnen en vroeg om eenige mantels te zien. Toen de bezoeker zijn keus gedaan had, deed hij den chef de zonderlinge vraag, den mantel even aan te passen, een verzoek, waaraan deze, hoe vreemd hij ook opzag, voldeed. Nauwelijks had hij den mantel aan, of de be zoeker lichtte de toonbanklade en ging aan den haal, meenende dat de chef hem met den damesmantel aan wel niet achtervolgen zou. Deze deed dit echter en riep uit al zijn macht: «Houdt den dief.» In plaats van den dief, hielden de voorbij gangers evenwel den chef aan, daar zij meenden dat de man, met den damesmantel aan het lijf, niet goed bij het hoofd was. De dief ontkwam en is nog niet opgespoord. De graven der Gorkumsche mar telaren te Brielle zijn dit jaar door 12,600 bedevaartgangers bezocht ge worden, onder welk getal de pro- cessiën uit Hellevoetsluis en Brielle niet begrepen zijn. Een te Utrecht woonachtig man, zekere D., had van den laten avond van Vrijdag tot den vroegen ochtend van Zaterdag, volgens zijn zeggen, met een onbekend persoon aldaar flink de kroegen bezocht, totdat zij eindelijk beiden, uitgeput en versuft van den drank, op een stoep in de Laurierstraat waren neergevallen en in slaap geraakt. Toen D. wakker werd, miste hij zijn kameraad en kwam tevens tot de treurige ontdekking, dat met hem ook zijn jas, laarzen en pet, bene vens een bedrag van ruim f 60 aan specie verdwenen waren. De soldaat van het kol. werfde pot L. Biliet, die sedert 31 Mei jl. gedeserteerd is, heeft zich te Ter- neuzen vrijwillig bij de militaire autoriteit aangemeld, en is naar zijn garnizoen teruggezonden, om voor den krijgsraad terecht te staan. Te Arnhem is Zondag een ge kostumeerde zwemwedstrijd gehou den, uitgeschreven door de Arnhem- sche Zwemclub, waarbij tal van autoriteiten met hunne dames tegen woordig waren. Voor den krijgsraad te Leeuwar den staan 2 onder-officieren van het le reg. inf. terecht, beschuldigd van diefstal van kogels uit het Rijks magazijn van munitie aldaar. Men meldt ons uit Valkenburg (Limburg) 17 Bugustus: Dezen nacht werd bij den heer Loisel op het Halder diefstal gepleegd met overklimming, buiten- en bin- uenbraak. De dieven (want er moe- tarte's wille had hij zich van alle vroegere betrekkingen vervreemd en leefde enkel voor haar en hare omgeving. Natuurlijk had hij de barones al lang medegedeeld, dat de vacantiën hem naar huis terug riepen en hij daar zijn ambt aan vaarden zoude. Astarte en hare moe der hadden dit hoogst billijk ge vonden, en er was daarom, als van eene uitgemaakte zaak. geen sprake meer. (Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1884 | | pagina 2