op 2 en 3 Januari 1886 een nationaal
schermconeours uitschrijven, waarhij
op alle wapens zal gestreden worden.
Daarbij zullen uitgenoodigd worden
alle vereenigingen, die tot het Ne-
derlandsche Schermverbondzijn toe
getreden, benevens eenige anderen
die later zullen toetreden.
De heer J. van 't Lindenhout,
directeur der Weezeninrichting te
Neerbosch, ontving dezer dagen bet
verrassende bericht uit Rotterdam,
dat de Martha-Vereeniging aldaar
op zich heeft genomen, al de be-
noodigde gordijnen voor het nieuwe
weeshuis geheel kosteloos te ver
vaardigen. Daarenboven is nog van
iemand, die onbekend wenscht te
blijven, de toezegging ontvangen
van eene aanzienlijke partij hout
voor den aanmaak van 100 ledi
kanten.
Door de directie der marine
te Hellevoetsluis zullen proeven
genomen worden met het doel de
brandbluschgranaten van Hardens,
Hay wards en Schöcberg te verge
lijken.
Onlangs maakten wij melding
van eene aanschrijving van den
Duitschen Rijkskanselier aan de amb
tenaren, waarbij deze worden ver
maand, hunne naamteekeningen dui
delijk te schrijven, daar dit zeer
dikwijls veel te wenschen overlaat.
Het N. v. d. D. herinnert, dat ook
hier te lande de regeering wel eens
met dit zelfde kwaad te worstelen
heeft gehad. Althans in het jaar
1877, den 27en December, zag de
toenmalige minister van financiën,
de heer Gleichman, zich gedrongen
tot het nemen van de volgende re
solutie:
«Eenige ambtenaren schrijven
hunne handteekening zoo onduide
lijk en onleesbaar, dat daaruit, vooral
met betrekking tot stukken van
comptabelen aard, herhaaldelijk bij
het departement van financiën moei
lijkheden zijn ontstaan. Ik noodig u
daarom uit, de ambtenaren in uwe
inspectie te bevelen, voortaan hunne
handteekeningen volkomen duidelijk
en leesbaar te schrijven, opdat ik
niet opnieuw er toe zal behoeven
over te gaan, de onleesbare hand
teekeningen te hunnen koste door
de bevoegde autoriteiten te doen le-
galiseeren, waartoe ik dezer dagen
reeds verplicht ben geweest.»
Van Het maandblad, Getuigen
en Reddenwaarin de Heer H.
Pierson onvermoeid met eenige
trouwe medearbeiders den strijd te
gen de prostitutie en vooral tegen
hare reglementeering voert, is het
eerste nommer van den achtsten
jaargang verschenen. Het bevat een
relaas van een merkwaardig gesprek
dat de heer Pierson met den heer
Stead voerde.
Ten nadeele van den reeder Van
der Toorn is door een Engelsche
smak op de Noordzee, de geheele
vleet van een zijner schuiten afge
zeild. De bom liep te LTmuiden
binnen en een onderzoek wordt in
gesteld.
Op de «Badhoeve» te Haarlem
mermeer werden Woensdag ver
kocht 145 schapen, de herdershond
en 6 paarden. Gedurende de ver-
kooping onstond begin van brand
in den paardenstal, waarbij het paard
van P. de Koning staart en onder
lijf brandde. Gelukkig evenwel werd
het vuur juist bijtijds gebluscht.
deze des te sneller hij de gestrenge
Tatiana Petrowna; zij was geneigd,
de grijze Eudotja de schuld van het
geheele ongeluk te geven en zij
hield deze meening in 't geheel niet
verborgen. Zij kon daar evenwel
geen ongelijk in hebben. Het oude
moedertje, dat nog van vroeger een
sleutel van de kamer van haren heer
in het oude gebouw voor zich be
houden had, mocht gaarne aan die
plaats een nachtelijk bezoek bren
gen. Dat was het spook, deDomo-
woï, waarvoor de bedienden zulk
een angst hadden en waarom zij
steeds vreesden een nader onderzoek
in te stellen.
Ongestoord had daarom ook in
dien nacht de oude zich daarheen
gesleept, om aan hare, door het on
derhoud met Teodoor en Clarita,
opgewekte herinnering te beant
woorden en de portretten harer over
leden gebiedster en hare zonen hij
het schijnel van haar flikkerend
Een kloeke daad is Woensdag
verricht door den Volendammer vis-
scher Cornelis Plooijer.
De tjalk De vroum Evaschipper
Roelof Brouwer uit Amsterdam, ver
liet Woensdagmorgen vroeg de ha
ven te Hoorn. De zee was toen zéér
hol, doch de schipper waagde het
toch nog te gaan. Voor hij Urk had
bereikt, nam het weer echter zoo
toe, dat het schip in nood geraakte.
De tjalk werd lek en was met pom
pen bijna niet hoven water te
houden.
Reeds was de noodvlag geheschen,
en eene plank in den mast gemaakt
waarop de schipper en zijn knecht
het lijf wilden bergen, toen Cornelis
Plooijer ter hulpe kwam en hen met
groote moeite redde.
Dit is reeds de derde maal, dat
Plooijer zich zoo kloek heeft gehou
den. Voor een paar jaren redde hij
visschers die in het Krabbersgat bij
Enkhuizen op een wrak gestooten
hadden, en reeds vroeger deed hij
hetzelfde „nder Stavoren.
Gisterennacht omstreeks half twee
brak te Zaandam in een der loodsen
van den stads-reinigingsdienst een
brand uit, die zich in den aanvang
vrij er.'Stig liet aanzien. Door het
snel en krachtig optreden der brand
weer was men den brand echter
spoedig meester, en bleef deze be
perkt tot het aangetaste gebouw.
Omtrent de oorzaak van den brand
is nog niets met zekerheid bekend.
Het lijk van den directeur der
stads-reiniging, den heer v. S., die
uit deze betrekking ontslag had ge
vraagd is gisterenmorgen in het
water tusschen de vletten in het
schuiten huis gevonden.
De geneeskundige inspecteur voor
Zuid-Holland heeft het roodvonk te
Leiden epidemisch heerschend ver
klaard.
Dinsdag sloeg te Katwijk aan Zee,
bij het beproeven, de reddingboot
om, tusschen de buitenste en breede
bank; dientengevolge zag men 9
man in zee ronddrijven, terwijl de
boot zich niet vanzelf omkeerde, wat.
men toch mocht verwachten. Zeven
man wisten zich op de omgekeerde
boot te redden en werden door de
golven naar het strand gedreven.
De twee anderen, elk op eene roei
spaan en hunne kurken gordingen
vertrouwendekonden ook gered
worden een er van werd meer dood
dan levend naar huis vervoerd. Het
eerst van de omstanders ging te
water de heer Wesseling.
Men schrijft het ongeluk toe aan
de minder goede keuze van het roei-
personeel, terwijl ook gebleken is
dat de boot niet aan de te stellen
eischen voldoet.
Bij een kastelein aan de Kruis
berg nabij Deutichem broeide een
hen den 29sten Maart jl. negen
kuikens uit, waarvan twee reeds op 6
Juni twee eieren begonnen te leg
gen en dit nu nog blijven doen.
De twee jonge kippen hebben nu
al te zamen ruim 200 eieren gelegd.
Een schaap van den landbouwer
D. Klopper in de Beemster heeft
binnen één jaar tijds tweemaal twee
lammeren ter wereld gebracht, die
zich alle in goeden welstand be
vinden.
Onder Beilen heeft gisterennacht
hij gelegenheid der jaarmarkt eene
ernstige mishandeling plaats gehad
olielampje te aanschouwen. Terwijl
zij zich daarmede vergenoegde, kon
licht een vonkje, een klein stukje
van de gloeiende pit op het ver
gane tapijt gevallen zijn, waar het
ongezien glimmend en gloeiend om
zich heen vrat, totdat eindelijk, na
dat de sidderende oude reeds lang
weer in hare kamer geslopen was,
een der reeds opspringende, gloeiende
vonkjes het gordijn trof, het lichte
weefsel aanstak en dit snel in vlam
zette.
Deze verklaring lag dicht voor
de hand, er werd ten minste geen
andere gevonden; als men niet die
van de geestenhand wilde aanne
men, waarvan de steppenbewoners
evenals de mindere bedienden mom
pelden, als zij, het teeken des krui-
ses makend, schuw de puinhopen
van Ornatoffsko aanschouwden.
Intusschen lag de laatste Orna-
toff, de jonge harin, in de kamer,
die nog eenigermate gemakkelijk
van een rijksveldwachter die ten
gevolge van het op hem gepleegd
geweld naar zijne woning moest
worden weggedragen. De dader is
bekend.
Bij een vechtpartij tusschen infan
teristen en artilleristen te Breda is
Dinsdagavond een artillerist zooda
nig aan het hoofd en aangezicht
verwond, dat hij onmiddellijk naar
het hospitaal moest vervoerd wor
den. Daar soortgelijke vechtpartijen
meermalen plaats grijpen, hebben de
militaire autoriteiten thans maatre
gelen genomen ter voorkoming van
zulke tooneelen.
Opmerkelijk is het, hoe in den
laatsten tijd de zoutsmokkelarij in
Noord-Brabant aan de grenzen toe
neemt. Geheele benden maken er
zich aan schuldig en de veroordee
lingen deswege door de rechtbank
te Breda zijn dan ook legio. Niet
tegenstaande de waakzaamheid der
rijkspolitie en kommiezen, dringen
de smokkelaars soms tot diep in
de provincie door en kleeden zich
slechts met het hoog noodige, om,
wanneer de nood aan den man
komt, zoo spoedig mogelijk, des
noods met achterlating van hunnen
last, het hazenpad te kunnen kiezen.
De heenen zijn doorgaans tot de
knie geheel bloot, evenals de borst
en het hoofd. Vóór men de grenzen
oversteekt, worden er eerst de noo
dige posten uitgezet en daarna wordt
de tocht en corps ondernomen.
In de afgeloopen week had aan
het station Zwaluwe een ongeluk
plaats, dat vreeselijke gevolgen had
kunnen hebben. Eene vreemde da
me, van coupé willende verwisselen,
werd door eene rangeerende machine
aangegrepen en een eindweegs me-
degesleurd. Alles liep echter met
eenige onbeduidende schrammen af,
zoodat de dame den volgenden dag
hare reis kon voortzetten.
Dinsdagnacht jl. hebben dieven
door middel van buitenbraak en
inklimming zich toegang verschaft
tot de R. K. kerk te Epen (Lim
burg), en de aanwezige offerbussen
opengebroken en geledigd. De poli
tie heeft tot heden hun spoor nog
niet ontdekt.
Karlinaki, de kerkdief die te
Maastricht gearresteerd is, heeft ook
bekend de dader te zijn van den
kerkdiefstal in de Munsterkerk te
Roermond.
Door de rijksambtenaren te Ven-
loo, is tegen een smokkelaar eene
bekeuring ingesteld wegens het
binnensmokkelen van een anker ge
distilleerd uit Pruisen. Later volgde
eene tweede bekeuring tegen een
bekend persoon, die op het nazen
den van een schot bleef staan, doch
de in zijn bezit zijnde flesschen stuk
wierp, die ook met gedistilleerd ge
vuld waren geweest.
Aan het station te Venloo liep
Woensdagavond een exprestrein van
Leeuwarden binnen met 180 stuks
fokvee, bestemd voor Italië. Bij het
afzenden van dit bericht, was ge
melde trein van daar nog niet ver
trokken, omdat Pruisen den in- en
doorvoor verbiedt. Men stond met
verschillende autoriteiten reeds den
geheelen dag in verbinding, doch
had nog geen resultaat.
was, beneden hij de warande. Hij
klaagde niet, hij wilde zelfs niet
toegevendat hij gekwetst was,
maar zijn bleek, lijdend gelaat weer
sprak die bewering; hij gevoelde
zich slechts zwak en de pijn aan
zijn rechter been was wel te dra
gen. Maar toch had hij bij het in
eenzinken onder het gewicht van
den brandenden balk zulk een letsel
bekomen, dat de uit het naaste stadje
gehaalde arts een verband legde en
rust en kalmte beval. Dit werd door
de noodzakelijkheid van zelf gebo
den. De onmogelijkheid om zich
vrij te kunnen bewegen, ketende
Teodoor op de sofa. Clarita stond
een onuitsprekelijke onrust om zij
nentwille uit.De geneeskundige hulp
scheen haar zeer onvoldoende toe
en de terugreis naar Petersburg on
eindig ver.
De anderen drongen hierop ech
ter aan en maakten in haast toe
bereidselen voor de reis. Slechts een
Hield mevr. Bulkley na hare ar
restatie eerst, met toestemming van
de bevoegde macht, haar verblijf bij
den heer S. te Zutfen, thans bevindt
zij zich in de gevangenis aldaar.
De instructie ter zake van de po
ging tot kinderroof is aangevangen;
gisteren zijn de heeren Hoek en
Ender, directeur van den speeltuin
van mevr. Bulkley, gehoord.
Te Gieten heeft gisteren zekere
K. een ander met een scheermes
ernstig in het gelaat verwoDd. De
toestand van den gewonde was zeer
bedenkelijk.
Een paard en rijtuig uit Drie-
bruggen raakte Dinsdagmiddag te
Stolwijk op hol, en kwam steeds
hollende in het een uur verder lig
gende Berg-Ambacht, alwaar het
paard, met het rijtuig achter zich,
over het rasterwerk om de kerk
sprong. Nu sloeg het rijtuig om,
werd verbrijzeld, en het paard ge
raakte los, maar werd spoedig ge
grepen. De bestuurder kon met
moeite zijn rijtuig verlaten, en zette
met hetzelfde paard, in eene geleen
de kar, zijn reis voort.
Een postbode, als naar gewoonte
op weg van Woudsend naar Bak
huizen, werd Dinsdagmorgen door
een geducht onweer overvallen. In
zijne onmiddellijke nabijheid sloeg
de bliksem neer. Ofschoon hij staande
kon blijven, was hij toch bedwelmd
en ontdekte eerst later, dat de ko
peren plaat op zijn horst door de
hitte gezengd en blauw geworden
was.
Bij Valom (Fr.) is een jongeling
onder de paardentram geraakt en
daardoor overreden. Zwaar aan beide
beenen gekneusd werd hij opge
nomen.
GEMENGD NIEUWS.
Op niet onaardige wijze hekelt
«Kas» in het Handelsbladde An
tiquiteitenmanie. In een brief aan
zijn nichtjes, die op een buiten
wonen en hem, den Amsterdammer,
om twee paar echte Zeeuwsche
knoopen, gelijk de dames tegen
woordig als mantelsluiting dragen,
gevraagd hebben, schrijft hij o. a.:
«Rien n'est beau que le vieux,
le vieux seul est aimabie.»
Antiek is tegenwoordig een aan
beveling voor alles, erftantes
niet uitgezonderd. Hoe ouder hoe
liever. De nijverheid heeft zich die
modegril ten nutte gemaakt en le
vert alle mogelijke en onmoge
lijke spiksplinternieuwe antiquitei
ten. "Weet ge wel, lieve nichtjes,
dat uit den matter stoel, waarop
Napoleon I in een boerenhut bij
Waterloo gezeten zou hebben, alléén
aan Engelsche liefhebbers naar
matige berekening, reeds eenige
duizenden sporten zijn verkocht?
Herinnert ge u wel, dat op de
Delftsche tentoonstellingen van oud
heden indertijd drie kisten te zien
waren, waarin Huig de Groot uit
Loevestein zou zijn ontsnapt? Is
het niet algemeen bekend dat een
Engelsch verzamelaar in het bezit
is van twee schedels van Shakes
peare één toen de dichter nog kind
was en de tweede bij zijn overlij
den achtergelaten? en dank zij
der redactie van Oud-Holland zal
eerlang een palet van Rembrandt
met het van de «Nachtwacht» over
geschoten licht en bruin aan het
zag die niet gaarne - mijnheer
van Karin. Hij zou om Clarita's wille
het liefst het geheele gezelschap
naar zijn landgoed gebracht heb
ben. Zooals hij reed gezegd had,
had hij alleen om harentwille Pe
tersburg voor de steppe geruild en
nu zou hij juist slechts aangekomen
zijn, om haar te zien vertrekken!
Neen, hij wilde zijne reis niet te
vergeefs gemaakt hebben. Het plan,
dat hem daarbij geleid had, moest
alleen door de gebeurtenis van gis
teren een des te spoediger uitvoe
ring verkrijgen. Daar hij eenmaal,
voortgesleept door de macht van
het oogenblik, zijn gevoel verraden
had, mocht Clarita niet in het on
zekere omtrent zijne bedoeling blij
ven, mocht hij met zijn aanzoek
niet dralen.
Even volhardend als zij hem op
dien morgen vermeed, even volhar
dend zocht hij haar op. Zijn geduld
zegevierde. Hij verraste haar in het
Rijk ten geschenke worden ge
zonden.
Eenige jaren geleden ontving een
Londensch antiquair van een Am-
sterdamsch handelsvriend de ge
heimzinnig ingekleede mededeeling,
•dat eene deftige familie van den
ouden stempel, door zware verlie
zen aan de beurs geteisterd, haar
kabinet van oud-Hoïlandsche kunst
in alle stilte van de hand wilde
doenhij was met den verkoop be
last en zou gaarne met een of meer
liefhebbers onder stipte geheim
houding in onderhandeling treden.
De Londenaar kwam over met een
schatrijk Amerikaan en werd naar
een voornaam huis aan de Heeren
gracht geleid. De zware eiken meu
belen, de ouderwetsche vloer- en
wandtapijten, de koperen luchters
enz. bewezen duidelijk, dat men
zich in de woning eener patricische
familie bevond. De Amerikaan en
zijn leidsman waren verrukt. Men
werd het eens over den prijs en,
zonder dat er een haan naar kraaide,
verliet alweer eene heerlijke ver
zameling oude schilderijen ons on
dankbaar vaderland. Onherstelbaar
verlies. Ieder kunstvriend zou over
dat feit in gloeiende verontwaardi
ging ontstoken en de naam des
verkoopers voor goed gebrandmerkt
zijn.
Maar wat was het geval? Onze
oolijke antiquair had zich eenvou
dig tijdelijk meester weten te maken
van een aanzienlijk, onbewoond huis.
Hij had een paar kamers in ouderwet-
schen trant rijk gestoffeerd endaar
een twintig, dertig stuks behoorlijk
in stijl omlijste, oude schilderijen
van weinig of geen kunstwaarde
neergehangen. De Amerikaan liep
er in en twee antiquairs hadden
«een schuitje gemaakt», de geijkte
term zooals die voor dergelijke kunst
bewerking onder de mannen van
het vak luidt.
Als ge in de krant leest, dat een
mangel te koop wordt gevraagd,
kunt ge in negen van de tien ge
vallen zeker zijn dat die doodon
schuldige aanvrage niet voor eene
hulpbehoevende weduwe, maar door
een antiquair wordt gedaan, die het
oude eikenhout laat verwerken tot
antieke kasten met «naïef» leelijk
snijwerk, waarvoor belachelijke prij
zen worden betaald. Dergelijke meu
bels worden in een magazijn opge
slagen of op het platteland in dag-
loonersstulpen neergezet, waardoor
de ware liefhebber, die niet over
één nacht ijs gaat, er des te stel
liger inloopt.
En weet ge nu, wat de beden
kelijke zijde van die onbegrensde,
ziekelijke liefde voor oudheden is?
Dat de hedendaagsche kunst en
kunstvlijt er door gedrukt worden.
Met de fabelachtige som, die voor
één oud voorwerp wordt betaald,
zou men een dozijn levende mees
ters, die niet minder fraai werk
scheppen, het doornig levenspad
kunen vergemakkelijken. Ik doe dus
niet mee aan die oudheidwoede. Bij
kunstvoortbrengselen komt het er
slechts op aan, of iets inderdaad
schoon mag heeten; oud of nieuw
is bijzaak, met dien verstande dat
het nieuwe, indien het even mooi
is, de voorkeur verdient.
Vergeeft mij, lieve Nichtjes, dat
ik ditmaal een beetje erg antiek
park. Hij had haar verscholen groen
plekje, waarheen de verkwikkende
morgenkoelte haar gelokt had, uit
gevonden. Zij kon hem niet meer
ontgaan, maar met alle tegenwoor
digheid van geest zocht zij snel het
gesprek een bepaalde richting te
geven. Dadelijk na de eerste be
groeting sprak zij, naar de puin-
hoopen van den ouden vleugel wij
zend: Slechts puin en asch dat
gebouw, dat zoo lang den tand des
tijds getrotseerd heeft, geslacht op
geslacht gehuisvestHoe verschrik
kelijk ziet het er uit! Demenschen
maken er uit vrees een kruis voor.
Wat fluisteren en mompelen zij toch
van vloek en vertoornde geesten?
O, zeide Nikolai Karin na
denkend ons Russisch volk is
over het algemeen reeds ontzettend
bijgeloovig, het ongelukkige voor
val na den dood van den ouden
Ornatoff heeft hun volkomen het
hoofd op hol gebracht.
'Wordt vervolgd.)