schestra&t te Amsterdam eene gas ontploffing plaats. De bewoners der buurt kwamen met den schrik vrij. De vlam werd spoedig gebluscht. Dezer dagen zijn op last van een der ontvangers der directe be lastingen te Amsterdam, in het Hötel «de Oude Graaf», in deKalverstraat, de goederen van den hötelhouder bij executie verkocht. Mag men de geruchten gelooven, dan heeft de deurwaarder, met de executie belast, op eigen gezag en in strijd met de wet den publieken verkoop voortgezet, niettegenstaande de opbrengst reeds verre de som der belastingschuld met de kosten overtrof. Ofschoon de wet uitdruk kelijk voorschrijft, dat de goederen aan de hoogstbiedenden behooren toegewezen te worden, moet de ver koop zoo overijld en onregelmatig zijn gegaan, dat o. a. een nieuwe pianiuo, nieuwe overgordijnen met toebehooren, voor slechts enkele guldens zijn verkocht. De officier van justitie is met een en ander in kennis gesteld. Aan de wandelaars in Am sterdam werd Zondag 11. eene inve- loppe in de hand gestopt, met het opschrift in druk: Aan de burgerij van Amsterdam. Algemeen Stem recht.» Na het openmaken van het om hulsel vond men een strooibiljet, waar bovenaan met vette letters te lezen stondDe uitslag der verkie zing te Sneek, en daaronder het vol gende opwekkend woord: «De uitslag der verkiezing te Sneek heeft doen zien, hoe moeilijk het is, dikwijls eene behoorlijke en goede keuze te kunnen doen. Zelfs het groote Amsterdam toonde zich nog voor korten tijd geheel mach teloos, en moest zich nu beschamend door een provincieplaats, door Sneek, doen overtreffen. «Amsterdam weet dikwijls niet te kiezen en doet daardoor eene slechte keus. «Daarom, Amsterdammers, stad- genooten, wij bieden u hier de be hulpzame hand. «Evenmin als ge u door leiders die het niet goed met u meenen, moet laten meêsleepen, past toch vooral op, en wacht u voor valsche raadgevingen, die u tegenwoordig van alle kanten worden opgedron- geu. «Weest voorzichtig, alvorens ge kiest Wat? Men raadt het niet in tienen. «Weest voorzichtig alvorens ge kiest, waar ge een goede Win terjas of Winterbroek voor u of uwe kinderen zult koopen....» Het behendig gestelde manifest was namelijk niets anders dan eene réclame van een der vele leveran ciers van gemaakte kleederen, die u den laatsten tijd bestormen met hunne prijscouranten en advertenties, en hunne goederen bijna om Gods wil van de hand doen wegens de «oneerlijke» concurrentie (van an deren). Te Amsterdam is gisteren avond eene bijeenkomst van een 300 sociaal-democraten, met inbe grip van nieuwsgierigen, door eene sterke politiemacht uiteengedreven. Ziehier de toedrachtTegen half acht was er eene vergadering uit geschreven in het oude «Café Zinc- ken», aan de westzijde van de De- Ruy terkade, waar Fortuijn het woord zou voeren over het onder werp: «wie zijn de moordenaars?» in aansluiting aan de bekende rede ren dood; hem heb ik het weinige, dat ik bezit, een zorgvuldige op voeding, lust en liefde voor mijn werk en een eerlijken naamte danken. Het doet mij genoegen, u zoo te hooren spreken. Ik stel een le vendig belang in u, mijnheer De Langes, en het zoude mij zeer ver heugen, in de gelegenheid te zijn, u een dienst te bewijzen. Maar wij vergeten onder het praten onze acte geheel en al. Ik wenschte het ge voelen der hertogin er ook over te vernemen, zij verwacht ons in haar kamer. Wilt gij met mij medegaan, om te hooren, of zij ook opmerkin gen te maken heeft? De hertog was opgestaan en Henri stond eveneens op. Zonder te weten waarom, gevoelde de jongeling zich door de verschillende vragen, die de hertog tot hem gericht had, niet op zijn gemak en ofschoon deze vaagen op zich zeiven niets onge- van F. Domela Nieuwenhuis: «wie zijn de dieven?» Penning, de kastelein van «De Leeuw» op het Waterlooplein, opende de vergadering en zeide dat bedel- optochten waren afgekeurd, en dat de werkman, die niet stelen mag, toch genoodzaakt is te bedelen. Deze vergadering was belegd om de middelen te bespreken, op welke wijze de optochten het best zouden kunnen worden georganiseerd, om aan de burgerij een duidelijk denk beeld te geven, hoe hoog de nood der arbeiders gestegen was. For- tuijn zou het onderwerp inleiden. Deze begon met er op te wijzen, dat de sociaal-democraten geens zins met geweld hun doel trachtten te bereiken; maar dat daarentegen de politie overal pressie uitoefende, waar men trachtte propaganda voor de partij te maken. Kwam men hier of daar eene zaal huren, dan was het: «Ja, wij willen wei zeer gaarne wat verdienen, maar wij worden bedreigd met intrekking der ver gunning», en allerlei fraaiigheden meer. Ook het petitionneeren bij den burgemeester gaf niets, want de burgemeester zond allen met een kluitje in 't riet weg, of weigerde eenvoudig gehoor te geven. En werd dit verleend, dan werd daar van eene onjuiste voorstelling ge geven in de dagbladen. Wij wor den zeide Fortuijn uitgemaakt voor dieven, en alle scheldnamen in het woordenboek zijn op ons van toepassing; doch niet wij zijn de dieven, maar de Regeering en de regeerende klassen». Tot zoover was het nu nog vrij kalm, maar na deze voor de wet tige macht beleedigende woorden stond de commissaris van politie, de heer Stork, op, die met eenige rechercheurs in sprekers onmiddel lijke nabijheid zat. Hij zeide: «Ik verzoek den spreker kalm te blijven en geen beleedigingen tegen de Re- geeriug te gebruikenHierop volgde een onbeschrijfelijk tumultgefluit, gesis, gegons, te midden waarvan gehoord werd«gooi hem (den commissaris namelijk) er uit!» Penning maande schreeuwende tot kalmte aan, wat niet dan met groote moeite gelukte. Fortuijn be gon nu aan de menigte mede te deelen, dat deze bijeenkomst de eerste was, die door een commis saris van politie werd bijgewoond, waarop alweder een groot tumult volgde, en dat noch door Penning, noch door Fortuijn kon bezworen worden. De heer Stork riep nu den inlei der toedat, indien deze de orde niet wist te handhaven, hij dit zou doen als commissaris van politie, en nauwelijks waren deze woorden gesproken, of een aantal agenten drongen uit eene waranda rechts de zaal binnen, en deden met ge trokken sabel of stok in een oogen- blik de zaal ontruimen, wat niet geschiedde dan over omvergevallen stoelen, tafels, kachel en wat alzoo meer de zaal stoffeerde. Geen ruit bleef er heel, en zoowel door deu ren als door veasters zocht de ver schrikte menigte (socialisten en nieuwsgierigen) een uitweg. Te half acht was de vergadering aangevangen, en te half negen was er geen mensch meer in de omge ving te zien, daar het geheele ge bouw door ruim honderd agenten werd omsingeld. Slechts één persoon werd gear resteerd, omdat hij zich met een woons bevatten, maakten zij op hem den indruk, alsof de hertog ze met een bepaald doel en onder den in vloed van een geheimen aandrang gedaan had; zelfs de stem van den ouden heer was nu en dan onvast. De hertog ging voorop en Henri volgde. Nadat zij verschillende ruime ka mers d'oorgegaan waren, welker ven sters door zware gordijnen verduis terd werden, kwamen zij in een klein boudoir, waar zich een ka mermeisje met een handwerk bezig hield. Is mevrouw in haar kabinet? vraagde de hertog. Jawel, uw excellentie. De grijsaard trad, door Henri ge volgd, de salon zijner echtgenoote binnen. Deze rustte op een causeuse, meer in liggende, dan in zittende houdiDg, en het op haar schoot lig gende, geopende boek scheen haar zeer weinig belang in te boezemen. stoel tegen de politie verweerde. Fortuim vluchtte niet, maar bleef op den katheder, waar hij veilig was, en bleef de vluchtelingen kalm nakijken. Dezer dagen werd door den sub stituut-officier en de rechter-com- missaris bij de Haagsche rechtbank, eene huiszoeking gehouden bij een slager te Delft. Er was nl. zeer ern stige verdenking gerezen tegen hem, dat hij de rijksbelasting zou hebben trachten te ontduiken, door de vol gende handeling. Sedert geruimen tijd had het de aandacht getrokken dat die slager zulk een groot aantal koeien slachtte die op deu rechterhoorn met de V, het teeken dat het dier uit den be smetten kring af komstig was, waren ingebrand. Dit vee mag toch niet van den stal worden vervoerd en kon dus moeilijk door de rijksamb tenaren met juistheid worden ge schat. Het getal dezer gemerkte die ren bedroeg reeds vier en twintig. Nadat voor eenigen tijd reeds eenige koeien waren in beslag ge nomen, doch tegen een cautie van f 600 weder waren teruggegeven, en omtrent een k twee koeien het bewijs was geleverd dat zij niet uit den besmetten kring af komstig wa ren, maar op de markt te Delft ge kocht, is proces-verbaal opgemaakt tegen den slager als verdacht dat hij het rijksstempel zou hebben na gemaakt. In verband daarmede had dan ook de huiszoeking plaats. Zes onderofficieren van het regi ment grenadiers en jagers werden gisteren aangenaam verrast met het bericht, dat op het nommer in de staats-loterij, waarvan zij te zamen een half lot hadden genomen, de prijs van twintig duizend gulden was gevallen. De Minister van Financiën heeft naar aanleidiug van een vonnis van de Arrond.-Rechtbank te Rotterdam van 10 October '85, waarbij J. H. van Geffen, wed. J. Florijn aldaar in geldboete is veroordeeld wegens het in hare slijterij voorhanden heb ben ten verkoop van gedistilleerd als drank, waarin houtgeest aan wezig is, aan de veroordeelde de bevoegdheid ontzegd om gedistilleerd met houtgeest te doen vermengen, af gemethyleerd gedistilleerd in te slaan of voorhanden te hebben. Een landbouwer op Gelbink te Ratumonder Winterswijkhad Maandagmiddag het ongeluk dat een zijner varkens, dat hij verkocht had en op een wagen wilde ver voeren, van den wagen sprong. Het paard geraakte op hol, en vader en zoon vielen van de kar. De man is zwaar gewond naar huis gevoerd, het varken had een poot gebroken en het paard werd aan de Pruisi sche grenzen opgevangen. Uit Oude Pekela wordt gemeld Omtrent den moord, hier gepleegd, is nader het volgende mede te dee len. Reeds hebben wij in ons eerste bericht gemeld, dat de vermoorde een man was van middelbaren leef tijd, maar gebrekkig, en dus niet tot krachtige tegenweer in staat, en bovendien dat hij alleen leefde. De kleine boerderij waarop hij woonde, ligt op ongeveer 17 minuten van den straatweg, die door de, een uur gaans lange, gemeente loopt. Uit het ingesteld onderzoek is gebleken, Was het Henri bij zijn eerste ontmoeting met het echtpaar, ten huize van den graaf De Mallepeyre, reeds opgevallen, dat de wangen der oude dame door tallooze tranen rood geworden waren, nu maakten haar gelaatstrekken een nog diepe ren indruk op hem, en hij kon een gevoel van oprecht medelijden niet onderdrukken. Mijn schat, zeide de hertog. Hier is mijnheer De Langes van het kantoor van dea nataris Fro- mentingij kent hem reeds van het bal bij De Mallepeyre. De hertogin wierp een flauwen blik op Henri en deze meende op te merken, dat het droefgeestige oog der oude dame verhelderde, toen zij hem aanzag. Inderdaad, ik herinner het mij, mijnheer De Langes, antwoordde de hertogin niet zonder eenige in spanning, terwijl zij haar bezoeker voortdurend bleef aanstaren, mijn dat wellicht reeds Zaterdagavond het vreeselijk misdrijf is gepleegd. Men heeft den vermoorde Zondag gevonden, liggende op een hoop turf die met petroleum was begoten, en er was een begin van brand ontstaan. Duidelijk is het hieruit, dat de moor denaar, (of misschien waren er meer dan één, die het booze feit hebben gepleegd) door brandstichting de sporen der misdaad heeft willen doen verdwijnen, Een paar steken in den hals met een puntig mes of dergelijk scherp werktuig, hebben den ongelukkige doen sterven. Meer dan verachtelijk is het laffe en lage misdrijf op den bijna weer- loozen, eenzamen man gepleegd. Begeerte naar het geld van het slachtoffer is stellig de drijfveer ge weest voor deze misdaad, waartoe geen kracht, zelf geen list noodig was. Een kwajongen had het kun nen doen. De bedrijver schijnt eerst met den man, dien hij wilde aan vallen, koffie gedronken te hebben en hem daarna onverhoeds met zijn moordtuig te lijf te zijn gegaan. Dit maakte men op uit de kopjes enz. die men op de tafel vond. Het geld was verdwenen, toen men Zondag de misdaad ontdekte: het was be kend dat de man kort te voren aardappelen en boomen enz. van zijne kleine boerderij had te gelde gemaakt. Zondagavond sloegen eenige boe renknechts de ruiten in bij een kas- telijn te Kallinkete gem. Steenwij- kerwolde. Deze en zijn gezin lagen reeds te bed, doch op het geraas liep hij naar buiten en werd door een drietal opgewacht. Hierop ont stond eene woordenwisseling, waar op de knechts hunne messen trok ken en den kastelein in den rug en aan de hand sneden toebrachten. Toevallig was er rijkspolitie om te surveilleeren, en door deze is dan ook tegen de daders procesverbaal opgemaakt. Drank speelde hier we der eene groote rol. GEMENGD NIEUWS. Te Wanneghem-Lede (België), heeft een 13-jarige jongen, zekere Anckaart, eenige zoon van een we duwe, de dienstmeid zijner moeder met een geweer doodgeschoten. Na de misdaad volbracht te hebben, begaf hij zich uiterst kalm naar het politie-bureau, waar hij zich zelf aangaf. De aanleiding tot de daad was geen andere dan dat de verslagene eenigen tijd geleden bij haar mees- teresse geklaagd had over de on zindelijke gewoonten, die aan den hond van het veelbelovend zoontje eigen waren. Bij het gerechtelijk onderzoek is gebleken, dat de dood zeer spoedig gevolgd moet zijn. Het ondergedeelte van het gelaat was door het schot, dat in de onmiddellijke nabijheid was gelost, geheel weggenomen. De ongelukkige was 34 jaren oud. Anckaart, wiens vader jaren lang burgemeester van een der belang rijkste gemeenten in Vlaanderen was, wordt geschetst als een val sche, verwende knaap. Bij verschillende Duitsche legercorpsen zijn betaalmeesters in hechtenis genomen, men spreekt van meer dan twintig, als verdacht van bij leveranciën voor het leger, drinkgelden van de leveranciers te hebben aangenomen. peetekind heeft mij over u gespro ken. Neem plaats, mijnheer De Lan ges, hier op dezen stoel, wij hebben het een en ander te bespreken. Mijnheer heeft de schenkings- acte bij zich, merkte de hertog op. Goed, ik ben bereid er kennis van te nemen; het doet mij altijd genoegen, als ik mij op de een of andere wijze met het lieve kind moet bezig houden. Zij noodigde haar gemaal uit, naast haar op de sofa plaats te ne men, en boog zich toen naar hem toe, om hem eenige woorden ia het oor te fluisteren. Vreewd, meer dan vreemd, fluisterde zij, het is, alsof ik haar in levenden lijve veor mij zie. O, hoe vreeselijk! Dadelijk, alsof zij door een hevige aandoening bevangen was, begon de oude dame te snikken, en de hertog wendde vergeefs allerlei mid delen aan, om haar tot kalmte te Een Parlementslid als zetter. De heer Walther van de Times was in het voorjaar van 1833, kort na zijn terugkeer in het Parlement als afgevaardigde van Berkshire, in de drukkerij van de Timestoen er een expresse van Parijs aankwam, die de troonrede van den Koning van Frankrijk bij de opening der Kamers inhield. De tijding kwam 's mor gens te 10 uur aan, nadat de cou rant was afgedrukt en de redacteur en zetters naar huis waren gegaan. Het was van belang, dat de troon rede terstond zou worden gedrukt en uitgegeven, en de heer Walther ging onmiddellijk aan het werk. Eerst vertaalde hij het stuk en toen, door slechts één zetter geholpen, ging hij voor de letterkast staan en begon te zetten. Toen de drukkers gezellen te een uur terugkwamen, zagen zij tot hunne verwondering den heer Walther, lid van het Par lement, in zijn hemdsmouwen aan het werk. De troonrede was gezet en gedrukt, en de tweede editie werd te één uur uitgegeven. Had hij dit niet gedaan, dan waren de kosten van het bericht per expresse vergeefs geweest. En waarschijnlijk had in de geheele drukkerij geen ander dit dubbel werk in zulk een korten tijd kunnen verrichten. Dezer dagen hadden vier boe ren uit het dorp Lopschenga, in de nabijheid van Archangel, zich in een hinderlaag gelegd, om een beer op te wachten, die hun in twee op volgende nachten onderscheidene schapen had ontstolen. Het dier liet niet lang op zich wachten en werd op onderscheidene schoten onthaald; verwoed sprong het op de schutters los, maar keerde, toen nog een paar schoten vielen, om en draafde weg. Een der jagers liep hem met een langen stok na, waarmede hij on derscheidene duwen gaf, hetgeen de beer zoo woedend maakte, dat hij zich op zijn vervolger stortte en hem binnen weinige seconden op jammerlijke wijze toetakelde. Een der kameraden kwam te hulp en schoot zijn geweer af, maar miste; weinige oogenblikken later had de beer ook hem te pakken en reet hem het vleesch van het lichaam. Het mocht den derden jager ge lukken het dier door een geweer schot te vellen; een der ongeluk kige mannen stierf onmiddellijk, de toestand van deu ander is hopeloos. Een Amerikaansch blad maakt melding van een jaagpaard als men- schenredder. Een oud jaagpaard, «Old Joe» genaamd, en toebehoo- rende aan Burney Dugan te Creek Lark in den Staat New-York, had in de maand October van dit jaar, achtereenvolgens twee personen gered. De eerste was een meisje dat aan boord van haar vaders schuit speelde en in 't water viel toen de schuit, die door «Old Joe» voort getrokken werd, voorbij kwam. Voor dat iemand hulp kon bieden sprong het paard te water, pakte het kind met zijne tanden bij de kleeren en bracht haar aan de overkant op 't droge; 't paard weigerde toen echter terug te zwemmen, zoodat men genoodzaakt was de jaaglijn los te maken en hem langs een grooten omweg weer op het pad te brengen, De tweede maal was het jagertje zelf de persoon die de edelmoedig heid van zijn beest genoot. De jon gen geraakte met een anderen jon gen, die eveneens een jaagpaard dreef, aan 't worstelen en werd in het kanaal geworpen. Hij kon niet zwemmen en verkeerde dus in le vensgevaar, daar niemand anders in de onmiddellijke nabijheid was. Ter wijl men aan boord van de schuit brengen. Henri wist niet, hoe hij zich bij dit eigenaardig tooneel te gedragen had; hij was zeer aange daan door dit onwillekeurig bewijs van een geheim zieleleed, waarvan de notaris hem wel de oorzaak had medegedeeld, maar waarvan hij het verband met zijn tegenwoordigheid en de schenkings-acte niet kon be grijpen. Allerlei verschillende ge dachten maakten zich van hem mees ter, en het kostte hem moeite, zich goed te houden. 'Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1885 | | pagina 2