Mkmmmm.
De Romeinsche wet was zonder
genade voor den insolventen schul
denaar; zij leverde hem over aan
de willekeur van zijne schuldei-
schers, die het recht hadden hem
in de boeien te sluiten en zich door
hem als slaaf te doen bedienen.
Naderhand kwam de gewoonte
in zwang, dat met afstand te doen
van alles wat hij bezat, hij zich
van zijne schuld kon vrijmaken.
Maar zijn bank werd gebroken op
de plaats waarop kooplieden bij
elkander kwamen, wij zouden zeg
gen op de markt, van daar ban
kroet, banco rotto, gebroken bank.
In sommige plaatsen, want allen
hadden hare afzonderlijke strafbe
palingen, moesten zij een schand-
teeken dragen, een gele muts, een
ijzeren halsband enz.
Met misdadigers verwant te zijn
werd op verschillende plaatsen ook
gestraft. De bloedverwanten van een
misdadiger werden doorgaans ver
oordeeld de strafoefening bij te wo
nen. De ouders van Ravaillac (de
man die Hendrik IV in 1610 ver
moordde) werden veroordeeld binnen
veertien dagen het koninkrijk te
verlaten en daarin niet terug te
keeren op straffe te worden opge
hangen en gewurgd, in geval van
overtreding van het gebod.
De Koning van Frankrijk, Frans
I, deed in 1534 afkondigen, dat op
straffe van met den koorde ge
wurgd te worden, niemand zich
mocht vermeten binnen het Rijk
eenig boek te drukken of te doen
drukken.
Op het schenden van boomen
stond vroeger zware straf. In Frank
rijk werd deze daad gestraft met
tepronkstelling, geklonken met een
ijzeren halsband aan een paal. Boo
men omhakken die tot eene laan
behoorden, werd met de geleien
gestraft.
Werden in Londen kleinhandela
ren betrapt op het gebruik maken
van valsche gewichten of maten, of
het bezigen van andere middelen
om klanten te bedriegen, dan wer
den zij in de mestkar van het kerspel
geplaatst en aldus door de straten
rondgevoerd. Een der schepenen van
Douay, graanhandelaar van beroep,
werd aldaar in 1365 opgehangen,
omdat hij «met een groote maat
kocht en met eene kleine maat ver
kocht.» In het jaar 1400 werden een
Duitsch graanhandelaar de voeten
afgesneden, omdat hij valsche maten
gebruikt had. Eene vrouw, die haar
man geslagen had, moest vroeger
in de streken latgs den Rijn, ach
terwaarts op een ezel gezeten, met
den staart van het beest in haar
hand, door den gedweeën echtge
noot langs de straten der stad wor
den rondgevoerd. Kijfachtigheid van
vrouwen werd in vroegere tijden
vrij algemeen bestraft met indom
peling in het water. In de Engel-
sche provinciesteden gebruikte men
daartoe een werktuig, dat bestond
uit een soort van stoel of zetel, die
vastgemaakt was aan een langen
paal of balk. Deze balk rustte in
het midden op een paal in het wa
ter, waaraan hij bevestigd was door
een spil, die in twee oogen lag,
tegen den top van den paal was
vastgespijkerd, waardoor aan den
stoel eene op en neergaande bewe
ging kon worden medegedeeld. In
1776 werd de duikstoel nog in Li
verpool gebruikt.
In sommige streken van Duitsch-
land en ook in ons land werden
lastertongen door de straten der
stad rondgeleid met een steen aan
den hals. Wanneer het misdrijf zeer
groot was, werden zij voorafgegaan
door een hoorn- of trompetblazer en
moesten zij driemaal om het stad
huis wandelen op marktdagen. In
Noord-Amerika was de indompeling
op de duikstoel nog in zwang, toen
zij in Europa reeds lang was afge
schaft. In 1818 onder anderen, lezen
wij nog van de indo-r. peling van
zekeren Mary Davis, die wegens
kijfachtigheid aangeklaagd, door de
jury schuldig werd bevonden. Een
lasteraar werd in sommige Staten,
Polen en Frankrijk, veroordeeld ge
durende een kwartieruur op handen
en voeten te loopen en te blaffen
als een hond.
Volgens een ordonnantie van 4
Mei 1723, werd hij, die op de kerk
hoven te Arnhem «onhoffelijkheid»
pleegde, of vuiligheid smeet, op de
plaats aan een halsband aan een
paal vastgesloten. Wandelen onder
kerktijd werd, volgens eene veror
dening van 1550 te Delft bestraft
met drie stuivers boete, terwijl de
schuldigen ook nog op andere wij
zen konden worden gestraft, wan
neer de schepenen zulks goed von
den. In dezelfde stad werd het pra
ten in de kerk bestraft met eene
boete van drie stuivers.
Op bladz. 149, Deel I van den
Ouden tijd kan men lezen, dat «Mij
ne Heere van den Gerechte der
stad Amsterdam» bij het heerschen
van de veeziekte in 1713, den in
voer van ziek vleesch bestraften
met tentoonstelling op een schavot,
waarbij het ondeugende vleesch om
den hals van den overtreder werd
gebonden.
Ten tijde van Cromwell werden
op verscheidene plaatsen in Enge
land de dronkaards gestraft met
het dronkenmans hemd, dat wil zeg
gen, dat een vat hun werd aange
trokken, zoo, dat het hoofd door
een gat in den bodem en de beide
armen door gaten in de duigen
staken. Het vat reikte hun tot aan
de knieën. Aldus toegetakeld wer
den de schuldigen door de stad
rondgevoerd, gedurende korteren
of langeren tijd, naarmate hunne
dronkenschap hen luidruchtig en
voor anderen lastig had doen zijn.
In Rusland moesten mannen en
zelfs vrouweD, die in beschonken
toestand bij den weg werden ge
vonden, Da in de gevangenis hun
roes te hebben uitgeslapen, den vol
genden dag onder toezicht van een
ambtenaar de straat vegen.
KOLONIËN.
BATAVIA, 24 Juli.
Aan het verslag der voornaamste
gebeurtenissen in het goevernement
Atjeh en onderhoorigheden van den
len t/m den lOen dezer wordt het
volgende ontleend:
Groot-Atjeh. Meermalen werden
gedurende het afgeloopen tijdvak de
posten en de stoomtram op groote
afstanden door een klein aantal vij
anden beschoten, vooral in het oos
telijk deel der stelling, waar den
8en Juli een minder militair te Kota
Pohama gewond werd.
Den lOen d. a. v. werden de kam
pongs der XXVI Moekims door het
geschutvuur onzer versterkingen ge
tuchtigd.
Onderhoorigheden. Omtrent de
door T. Oemar gevangen gehouden
opvarenden van het stoomschip
Rok-Canton werden geene nadere
meldenswaardige bijzonderheden ver
nomen. Door tusschenkomst van den
hoeloebalang van Rigas werden de
pogiDgen tot bevrijding der gevan
genen voortgezet.
De versterking Segli werd in het
afgeloopen tijdvak bijna dagelijks
door een 10- tot 20tal vijanden be
schoten den 9en dezer werden hier
door twee mindere militairen licht
gewond.
Met de tuchtiging van Pakan
Bahroe werd voortgegaan.
Volgens geruchten zouden twee
Atjehers eene poging gedaan hebben
om Toekoe Bintara Pekan, hoeloe
balang van Djolokbesar, te vermoor
den, doch zoude hij slechts licht
gewond zijn.
Het weder was afwisselend; zware
winden veroorzaakten zeer koude
nachten.
De gezondheidstoestand bleef on
gunstig de beri-beri nam echter op
de meeste posten sterk af. Alle
grondverzet werd tijdelijk gestaakt,
om na te gaan in hoever hierdoor
een gunstige invloed op deze ziekte
zal worden uitgeoefend.
Oostkust van Sumatra. In het be
gin der verslagmaand keerde Nja-
Makam met zijne bende weder uit
Atjeh terug. Nabij Koewala Sim
pang stak hij de Tamiang-rivier
over en begaf zich vervolgensnaar
Si-Madam aan de SimpaDg-rivier en
van daar naar Sala-Hadji, ten einde
onzen post te Pangkalan-Siatas aan
te vallen. Hij trachtte, doch naar
het schijnt tevergeefs, de bevolking
aan de Ajer-masin en de Sarang-
djaja over te halen gemeene zaak
met hem te maken, en nam daarop
na een verblijf van eenige dagen
in die streken over Aloer-Manik,
Oepak en Modjopahit den terugtocht
naar Sangsar aan.
Den 15en bereikte den controleur
van Tamiang het bericht, dat Nja-
Makam met pl. m. 120 man op
nieuw zich in dit gewest had ver
toond, en wel te Soengei-Yoe, en
dat hij een aanval in den zin zou
hebben op den passar en het tol
kantoor te Seroewaij.
De bende van Njaq-Ali, dezelfde
die, blijkens het vorig verslag, in de
Besitan-streek eene door Chineezen
gedreven houtzaagonderneming had
afgeloopen en verbrand, wist hoe
zeer ha e nadering tijdig bekend
was, en overal waakzaamheid was
aanbevolen, in den nacht van 1 op
2 Juni onze onlangs op Tamaran-
estate, gelegen aan de Batang-Se-
rengan, in West-Langkat opgerichte
benting te overvallen. De twee schild
wachten (inlanders) werden door de
aanvallers afgemaakt, waarop zij
verder het troepen-logies binnen
drongen, daarna nog 8 militairen
verwondden en met medeneming
van vier beaumontgeweren op de
vlucht sloegen. De benting uitko
mende, stuitten de Atjehers op drie
Europeesche adsistenten van Tama-
ran-estate, die op het alarm waren
toegeschoten; zooals bekend, werd
een dezer adsistenten aoor hen ge
dood en een ander gewond.
De Atjehers lieten één doode achter
terwijl, nastr men later vernam, nog
vijf hunner waren gewond, waar
onder Njaq-Ali zelf.
Dadelijk na het gebeurde werden
zoowel uit Beneden- als uit Boven-
Langkat bevolkingspatrouilles uit
gezonden, die van Boven-Langkat
versterkt werden met gewapende
oppassers, om te trachten deze bende
op te sporen.
Het mocht de patrouilles geluk
ken de bende van Njaq-Ali nabij
Genting te ontmoeten; bij het daar
op gevolgde gevecht werd een der
Atjehers gedood, en werden twee
gevangen genomen. Van onze zijde
werd een oppasser gewond. Volgens
ontvangen berichten moet de bende
daarop in berooiden staat de wijk
hebben genomen naar de Alaslanden.
Na den overval van onze benting
op Tamaran-estate werden de mili
taire posten op de ondernemingen
in West-Langkat versterkt, en tevens
eene kolonne van 40 man, onder
een luitenant, naar Boven-Langkat
gedirigeerd. Nadat de streek bewes
ten de Batang-Serangan door bevol
kingspatrouilles van vijanden was
gezuiverd, keerde deze kolonne we
der naar Medan terug.
Volgens de Locomotief heeft de
goeverueur-generaal de wijze, waar
op de resident van Batavia bij het
gewaperd verzet op Tjampea is op
getreden, gedesavoueerd. Met het
oog op de gevolgtrekkingen welke
door de inlandsche bevolking uit
een openbaar désaveu zouden ge
maakt worden, heeft de raad van
Indië voorgesteld in het gebeurde
te berusten, met welk advies de
goeverneur-generaal zich ten slotte
vereenigd heeft.
Wij gelooven, teekent het
Bat. RU. hierbij aan, dat de
uitkomst nu reeds bewezen heeft,
dat het flink optreden van den resi
dent De Munnick de eenige weg
was om het lijdelijk verzet, dat een
fanatiek karakter begon aan te ne
men, te smoren en een beteren geest
te doen ontwaken.
Zr. Ms. stoomschip 4e klasse
Madoera is 15 Juli van Soerabaja
vertrokken naar Timor-Koepang en
zal van daaruit de kleine Soenda-
eilanden bekruisen, naar aanleiding
van vermoedens omtrent een daar
op vrij groote schaal gedreven sla
venhandel.
Naar Djambi vertrok 16 Juli
Zr. Ms. rader-stoomschip Onrust
begeleid door Zr. Ms. stoomschip
4e kl. Pontianak, dat daarna met
de Soembing terugkomt, terwijl Zr.
Ms. stoomschip 4e kl. Macassar
wordt klaar gemaakt voor indienst-
stelling ter vervanging van Zr. Ms.
stoomschip Bangka.
Den llen Juli kwam te Ma
kassar van Ambon aan het Duitsche
oorlogsstoomfregat Gneisenaucom
mandant kapt. ter zee Valois. Het
schip meet 2800 ton en is bemand
met 400 koppen. Ook hevindt zich
een muziekkorps aan boord.
De helft der ekwipage heeft beur
telings verlof om te passagieren.
Zulk een bezoek van een paar hon
derd man ongeveer is op eene stille
plaats iets ongewoons, en aan be
kijk dan ook geen gebrek. De man
schappen zien er krachtig en door
en door gezond uit; zij gedragen
zich zeer beleefd en maken een recht
flinken indruk.
De Gneisenau is den 22en Juli
te Batavia aangekomen.
Het 50jarig bestaan van de
militaire sociëteit Concordiate Ba
tavia, is den 17en Juii gevierd door
een luisterrijk gekostumeerd bal,
dat tot 's morgens half vijf duurde,
en een souper. Hetgebouw was met
gasvlammen en lampions schitterend
geïllumineerd.
Uit Sebórö (Kraksaan) schrijft
men aan de Soer. Ct. de dato 16
dezer het volgend:
Reeds eeD geruimen tijd had men
in het Probolingosche hier en daar
veel last van dieven en roovers.
Men wist te zeggen, dat eene
ketjoebende zich gevormd had, als
aanvoerders waarvan genoemd wer
den tweë beruchte schavuiten, nl.
Moeki en Banteng.
Onlans op tournée zijnde, kreeg
de wedono van een zijner spionnen
bericht dat de beide rooverhoofden
en eenige hunner volgelingen zich
in zeker huis in de désa Mendek
ophielden.
De wedono spoedde, hoewel het
nacht was, zich er heen en trad
met ontbloot zwaard het huis bin
nen. waar hij werkelijk Moedi en
Banteng aantrof; deze grepen op
die onverwachte verschijning naar
hunne sabels en toen volgde in de
duisternis een gevecht op leven en
dood, totdat eene minuut of tien
later de volgelingen van den wedono
verschenen en beide ketjoehoofden,
zwaar gewond, arresteerden.
Ook de wedono bleek geblesseerd
te zijn; hij bekwam sabelhouwen,
waarom hij tot heden toe nog geen
dienst doen kan.
Menigeen viel het op, dat
onder de Javanen, die voor Deli
teekenen, zoo velen voorkwamen
uit het district Bodja. Een nader
ons geworden bericht meldt dien
aangaande dat het uittrekken
van zooveel huisgezinnen uit
Bodja is toe te schrijven aan de
omstandigheid dat de verdiensten
in genoemd district volstrekt niet
in verhouding staan tot den gele-
verden arbeid. Werd vroeger voor
het planten van koffieboonen 3 cent
per boom gegeven, nu kan er niet
meer dan l'/s cent op overschieten.
Indertijd had de uitbetaling dage
lijks plaats, langzamerhand werd
de termijn tot vijf dagen verlengd,
en nu kunnen de inlandsche arbei
ders weken wachten, vóór zij het
hun toekomende loon ontvangen.
Armoede, nijpende armoede alleen,
heeft volgens onzen berichtg-ever
zoovelen der Bodja'sche bevolking
hun geboortegrond doen verlaten
om zich elders een beter levensbe-
staan te verzekeren. (Loc.)
Den 15en Juli heeft bij de
halte Grompol een spoorwegongeluk
plaats gehad, waarbij gelukkig geen
menschenlevens te betreuren zijn.
Eene locomotief werd gebruikt om
zeventien goederenwagens, welke bij
zonder zwaar geladen waren naar
Solo te brengen. Door het niet ge
sloten zijn van een wissel, liep de
trein bij Grompol op eene doodloo-
pende lijn. De locomotief nam een
stuk van het dak van het perron
mede, liep op een grasheuvel en
stortte achter den heuvel in eene
diepe sloot. De machinist kwam er
als door een wonder ongedeerd af,
niettegenstaande hij duchtig heen
en weer werd geschud. De conduc
teur Gros was er bijtijds afgespron
gen; hij kwam op zijn gezicht te
recht en werd bewusteloos gevon
den, doch kwam weder spoedig bij.
Vier goederenwagens zijn met
hun inhoud aan splinters geslagen.
De schade wordt begroot op pl. m.
f13,000.
Ingevolge machtiging der re
geering zal het goevernements-
stoomschip Anjerliggende ter reede
Soerabaja, met tuig, machines, ke
tels en onbruikbaren inventaris
op publieke vendutie worden ver
kocht. De minimum verkoopprijs is
gesteld op f 8000.
Ten einde bij het marine-etablisse
ment belangrijke reparatien te on
dergaan, wordt het goevernements-
stoomschip Siak, in station ter Oost
kust van Sumatra, naar Java op
geroepen.
CIVIEL DEPARTEMENT.
Verleend: een jaar verlof naar Europa,
wegens ziekte, aan den notaria te Batavia
J. D. de Riemer.
MILITAIR DEPARTEMENT.
Verleend: een tweej. verlof naar Europa,
wegens ziekte, aan den kolonel der art. T.
J. A. van Zijll de dong
Vergunning verleend om te repatrieeren
aan den »ff. van adm. Ie kl. F. F. Courier
dit Dubikart en aan den lnit. ter zee 2e kl.
J. E. Snetblage.
Trouw-, Geboorte- en Doodberichten.
Gehuwd: C. J. J. van den Broeke en J.
A. Schrooijenstein, Padang. - J. Peters en
J. H. van Alien, Malang. - K. E Schutten
M. A. Beins, Samarang
Bevallen: Mevr. Ruempol-Ham z., M.
A. Scholte-Freeth d., P. J. G. Fiebig-Mul-
ler z. allen te Padang. - L A. Hagen-Bitter
Probolinggo. - O B. Schmalhausen-Bruijn
van Rozenburg z Djombang. - H. J. de
Vos-Van den Kout z. Tegal. - L. M. C,
Bierhnijs-Jansz d H W. Stroband-Reerink
d., C. van Eck-Kruseman z. allen te Sama
rang. - M. A von Oven-Ten Broecke Hoek
stra z. Batavia. - M. H. B. Feudletau de
Bruijn-De Klerck z. Palembang. - Mevrouw
Bruijnis-Grouw, Kotta Radja. - M. A. W.
WolfF-Alix, Meester-Cornelis.
Overleden C. R Swaab, Medan - Marie
Smiesaert, Soerabaja - J. F. Juch 51 j. Soe-
rakart». - Aapt. art. E. A. M. van Meurs
Chefoo (China). - Wed. J. W. Tellings-Si-
neck, Salatiga.
EERSTE KAMER
DER STATEN-GENERAAL.
Zitting van 26 Aug.
Door den Minister van Marine
werden inlichtingen verstrekt be
treffende genomen en nog te nemen
maatregelen tot het lichten van den
rammonitor Schorpioen.
De heer Blussé zag in het voor
gevallene een bewijs dat onze ma
rineschepen niet aan de billijker
wijze aan oorlogsschepen te stellen
eischen voldoen en wenschte zoowel
betreffende de aanvaring als ten
opzichte van het technisch gedeelte
een nauwkeurig onderzoek, opdat
de natie wet-, dat zij waar voor
haar geld krijgt. Een onderzoek al
leen door marine-officieren achtte hij
onvoldoende.
Hoewel de Minister van Marine
in het gebeurde geene aanleiding
tot veroordeeling ouzer oorlogssche
pen zag, beloofde hij, op aandringen
van den heer Franzen v. d. Putte,
nadere inlichtingen vóór de behan
deling der marinebegrooting aan de
Kamer te zullen verstrekken.
Bij het wetsontwerp, houdende
nadere bepalingen betreffende den
accijns op de suiker, werd door de
heeren Blijdensteijn en Insinger aan
gedrongen op algeheele afschaffing
van den accijns, waarin zij het eenige
middel zagen om de suikermarkt
hier te lande te herstellen.
De heer Wertheim ofschoon voor
de afschaffing van accijns, was van
oordeel dat het herstel der markt
kon verkregen worden door de ko
loniale suikers goedkooper in den
handel te brengen, waarvoor alleen
noodig was eene betere wijze van
outilleeren en betere gelegenheid tot
expedieeren.
De Minister van Financiën ver
dedigde het ontwerp en wees er op
dat afschaffing van den accijns een
nadeel van 81/» millioen voor de
schatkist zou ten gevolge hebben,
hetgeen Nederland thans niet zou
kunnen dragen.
Met eenparige stemmen werden
de drie?onderwerpen: tot vaststelling
van uitgaven en verstrekkingen door
het Dep. van Marine, dienst 1886,
tot machtiging op de Rekenkamer
tot vereffening van in 1877 gedane
betalingen, en dat houdende nadere
bepalingen omtrent een accijns op
de suiker aangenomen.
Slechts een tweetal stemmen ver
klaarde zich tegen het laatste ont
werp.
diVIERBERICHTEN.
Vniiwwire. 27 Aug 2 21 M. bov«* A P
4.31 M. onctar JV P.
.Kbuluj, 27 Aug. 2.86 boven 0.
ONDERWIJS.
Tot onderwijzer aan de o. 1. school te Hui
zen, is benoemd de heer X. Moll, te Haar
lemmermeer.
LETTEREN EN KUNST.
/rRobur le Conquérant" is de titel van
Jules Yerne's jongste werk.
AM8TEELAM, 27 Aug.
De pryzen d«r Aardappelen waren al* volgt:
Eriesche Eraneker f0.90 a 2.10; dito Ham
burger f 1.50 a 1.60; Geld. Blauwe f 1.85 a
2.do Muizen f3.aO.dito Jammen
fl.80 a 2.dito Kralen f0.60 a 1.50;
Katwijker Zand fl.a 2.50; Noordwijker
do. f 1.50 a 2.80; Sassenheimer dito f0.a
0.Hillegommer dito fl.a 4.Haar
lemmer do. f 0.30 a 0.50, IJpolder Kralen
f L50 a 0.—
Aangeroerd 8 versche ladingen.
Suiker. Biet en Geraffineerd onveranderd.
Katoen onveranderd.
Tin met levendigen handel. Loco Banka
f59Vs, idem Billiton f593/?, termijnen x/<
hooger.
Petroleum onveranderd. Loco f 7.60 B.
Sept./Dec. f7.70 E. Consumtie f8.75.