4e Jaargranff. Donderdag 13 Januari 1887. No. 1080. abonnementsprijs: Verschijnt Dagelijks uitgenomen Zon-en aigemeene Feestdagen. adyertentiEn- ALf.EiHEEN OVERZICHT. FEUILLETON. EEN OORDEEL GODS. Voor Haarlem per maand40 Cent». Franeo door geheel het Rijk p. maand 55 Afzonderlijke Nommer» 5 i Brieven, gelden, advertentiën enz. franco te adresaeeren aan het Bureau, Kleine Houtstraat No. 9. Hoofdagenten voor het Buitenland(,ompagnie Générale de rublicite Etrangère G. L. DA TJBE <ƒ- Co., JOH. P-JONES, Suer., Parijs, 3Ibis Faubourg Montmartrs. ▼an 15 regels 25 Cent; iedere regel meer 6 eeuw. Groote letters naar Plaatsruimte. AdTertentiën worden aangenomen tot 's middags 12 uori MUSEUMS EN ANDERE BEZIENSWAARDIGHEDEN VAN HAARLEM. Kolomaal museum van hei Paviljoen, lngaag aan de Dreefzijde 2e deur. Goopond dagelijks van 18 tot 4 uur. Toegang 25 cent» per persoon. Donatonr» en leden der Nederlandsche Maatschappij ter bevordering van Nijverheid hebbes Sp Jirtooa van diploma vrijen toegang, donateurs met gezelschap, leden met 1 dame. Museum van kunstnijverheid op het Paviljoen. Ingang Frontzijde tan het Paviljoen op het terras. Geop, dag. v 10—4 unr. Toegang 25 ot. p. persoon. Donateur» ea «dender Nederlandsche Maatschappij ter bovordoriag vaa Nijverheid hebben op vertoon van diploma vryen toegang, donateurs raat gezelschap, leden met 1 dame. Bisschoppelijk museum voor kerkelijke oudheid, knust en geschiedenis, vooral jan Nederland en meer b\jzonder van het Haarlemsche Bisdom, Kruisweg No. 59. Geopend dagelijks, uitgenomen Zaterdag, Zon- en Feestdagen, van 105 uur. Toegang 25 cents per persoon. Doorloopende toegangskaarteu voor een geheel ja»! X gulden. Museum der stad Haarlem op het Raadhuis. Geopend van 15 April tot 14 October alle werkdagen van 104 nnr, vaa 15 October tot 14 April op die dagen van 108 nur tegen betaliug van 25 cents per persoon, alleen Of jandagen kosteloos vaa 124 uur, de overige Christelijke feestdagen tegeii betaling van 25 cents per persoon. Kinderen beneden de 8 jaren worden in het geheel niet toegelaten; kinderen van 8 tot 14 Jaren niet dan onder behoorlijk geleide.^ VêJerrt museum in de Damstraat. Geopend dagel\jka nitgeuomen Zaterdag, Zon- en Feestdagen van 113 uur. Teylers bibliotheek. Geopend Woensdag, Donderdag, Vrydag en Zaterdag van 16 uur. Stadsbibliotheek Prinsenhof. Geopend Woensdag en Zaterdag van 24 uur. Orgel-bespelina in de Groote Kerk. Dinsdag van 1—2 en Donderdag van 2—8 unr. Toegaag fdenr Oudegroenmarkt* vrjj. SQ^T" Aan onze lezers binnen de stad wordt medegedeeld dat in den loop dezer weel: over het abonnementsgeld van de maand December per kwi tantie zal worden beschikt Goschen zal zich als candidaat der conserratieven verkiesbaarstel len te Liverpool, tegenover Ne ville als candidaat der liberalen. Lord Iddealeigh is vast be sloten zijne portefeuille neer te leg gen. Ook ziju zoon, H. S. North- cote, heeft als generaal-inspecteur der artillerie zijn ontslag genomen. Dillon en de overige gedaag den zijn onder borgstelling van 500 pd. st. elk naar de assizen verwezen. De zitting der Fransche Kamer van 1887 werd gisteren geopend. Blanc, de voorzitter naar jaren, hield de gewone openingsrede. Hij sprak over de internationale tentoonstelling van 1889. Dit zou een vreedzame strijd zijn eu andere moesten er niet wezen. EeDe uiting, die een parig werd toegejuicht. Floquet werd in den Kamer tot vast voorzitter gekozen. De Kamer heeft haar oude bureau geheel herkozen. In den Senaat zeide de voor zitter Carnot in zijne toespraak, dat een oorlog de aigemeene kwijning slechts verergeren zou. De volken zoowel als de regeeringen weten dit, en zelfs de monarchische re geeringen zijn genoodzaakt met de volken rekening te houden. Het waren parlementaire kunstgrepen, wanneer mei Frankrijk voorstelt als hunkerend naar den strijd. Het ELISABETH WERNER. Naar het Duitsch door Gerda. 18) Ik weet van uwe kameraden, dat gij tot nog toe, als door een wonder, al zijne geheime en open bare hinderlagen ontkomen zijt. De jonge officier haaide de schou ders op. Ik ben zoowel hier als elders in de hand der Voorzienigheid en het is waar ik ben in den laatsten tijd zoo dikwijls en zoo wonderbaarlijk gered geworden, dat ik geleerd heb mij aan haar toe te vertrouwen. Hij echter, die het gevaar tart, gelijk gij volgens het beweren der wenscht den vrede; doch mochten de gebeurtenissen dien wensch te- lemrstellen, dan zou het bewijzen dat het den tijd niet verloreu heeft laten gaan. Bij het debat, gisteren in den Duitsehen Rijksdag over de leger- wet (tweede lezing) gevoerd, heeft Moltke betoogd, dat geen staat zoo veel invloed tot behoud des vredes kan uitoefenen als Duitschland, het welk slechts eene verdedigende hou ding kan volgen. Doch hiertoe moet het krachtig ten strijde zijn toege rust. Mochten wij tegen wil en dank weder in een oorlog worden ge wikkeld, dan zullen wij ook oorlog kunnen voerendoch wanneer thans het ontwerp-legerwet wordt ver worpen, moeten wij met zekerheid oorlog verwachten. Het kan niet missen of het besluit, hetwelk de Rijksdag thans zal nemen, moet naar buiten invloed hebben. Voorts verklaarde Moltke nog, de vaststel ling van een korten termijn voor de werking der legerwet onaanne melijk te achten. Bismarck zeide, dat de Keizer niet het werk zijns levens kon op geven, en dat van de aanneming der legerwet Duitschlands weerbaar heid athaDgt. Tevens gaf hij te kennen, dat waaneer het ontwerp niet wordt aangenomen, de Rijksdag zou worden ontbondeD. Verder zeide prins Bismark dat tegenover het verlangen van alle militaire autoriteiten alleen de mee- Ding staat van de heeren R chter, Windthorst en Grillenberger. Het heeft moeite gekost den vrede te Frankfort te sluiten, maar nog meer moeite dien vrede te behouden. Onze verhouding tot Oostenrijk is zoo vertrouwelijk en innig, als nog nooit ten tijde van den Duitsehen Bond andere officieren doet, tart daardoor ook de Voorzienigheid. Uw leven behoort niet alleen aan u toe; er zijn anderen, die er ook aanspraak op hebben. Mijne moeder, ja! zeide Gerald langzaam. Ik vergeet het somtijds, dat zij angst en zorg voor mij heeft. En uwe verloofde? De jonge man zweeg en keek voor zich. Gij hebt toch, hoop ik, tijding van haar? Onze verbinding met Cattaro is immers tamelijk geregeld. Gerald keek op. Misschien las hij in de oogen van den priester, dat deze meer wist, dan hij wilde laten blijken, want hij zeide schielijk: - Heeft de overste Arlow u ge schreven? Neen, maar misschien weet ik van eene andere zijde, hetgeen gij voor mij verzwijgt. Gerald gaf geen antwoerd. Hij het geval is geweest. Het is onze plicht, den vrede in Europa te hand haven, en daartoe is een krachtig leger noodig. Onze verhouding lot alle mogendheden is gunstig; te genover Ruslaud is dit boven allen twijfel verheven. Het is waariijk geene roofzucht, welke ols bezielt, en zeker behoeft Rusland daar geen bezorgdheid over te koesteren, want eenen oorlog met Rusland zullen wij nimmer begiuneD. Aan eene sa menspanning tusschen Rusland en Frankrijk hebben wij bij het wets ontwerp niet gedacht; alle daaraan ontleende beweegredenen heeft men ons toegedacht. De dagbladen, die het ontwerp bestreden hebben, de den al wat in hun vermogen was om ons ter zake van Bulgarije in eenen oorlog met Rusland te wik kelen. Ik zou het landverraad ge acht hebbenindien ik mij een oogenblik slechts met zulke dwaas heden had ingelaten. Ons is het volkomen onverschillig, wie er in Bulgarije regeert. De vriendschap met Rusland is ons meer waard, dan die met het vorstendom. Het is onze taak, de goede be trekkingen tusschen de mogendhe den in stand te houden, welke moei lijke taak wij niet door aanvallen in dagbladen of parlementen ver ijdelen laten. Met Frankrijk kost het bewaren der goede verstandhou ding meer moeite, dewijl daar te lande het verleden nog niet vergeten is. Van onzen kant is al het moge lijke gedaan om dat vergeten te bevorderen. Eenen oorlog met Frank rijk willen wij niet, hem vreezen doen wij echter ook niet. Onder geene omstandigheden zullen wij Frankrijk aanvallen, maar wij moe ten steeds toegerust zijn ten einde tegen eenen uitbarstenden oorlog opgewassen te wezen. ging weer naar het raam en scheen het gesprek te willen afbreken, maar pater Leonhard trad op hem toe en legde hem de hand op den schouder. - Gerald, gij zijt in de laatste jaren weinig in het ouderlijke huis geweest, maar gij weet toch, dat ik daar geen vreemdeling ben. Wilt gij den vriend uwer ouders, den priester, niet te woord staan? De vraag klonk zacht, maar toch ernstig vermanend, en zij bleef niet zonder uitwerking. Gerald streek met de hand over het voorhoofd. Wat zal ik zeggen? Weet ik het zelf wat mij drukt? Ik hen in een twijfel, in eene onzekerheid met mijzelve geraakt. Indien Edith en haar vader op mijne eer vertrouwd hadden, zij zouden er waarlijk geen spijt van gehad hebben. De zaal was immers uit en ik zou de her innering er aan doodgezwegen heb ben als een zwaren droom voor altijd Ziedaar het doel van het wets ontwerp. Ik geloof aan de vrede lievende gezindheid van de Fran- sche regeering en vai een doel der Fransche natie; maar het is moge lijk dat in Frankrijk onverwachts eene regeering aan het roer komt, welke den oorlog met zich brengt. Daarmede hebben wij rekening te houden. Als dat gebeurt, dan is het te laat om ons voor te berei den. Geen blad, geene stem is er in Frankrijk, die van het terugvor deren van Elzas-Lotharingen afstand doet. Wat zou men dan wel van ons verlangen, indien het Fransche leger eene overwinning op het onze behaalde Wij kunnen geen haar breed van het vaststellen der voor gestelde legersterkte voor zeven jaren afwijken. In den verderen loop van het debat verklaarde prins Bismarck nog, in antwoord op de vraag waar om de regeering niet het einde van het loopende zevenjarige tijdvak der leger-organisatie had afgewacht, dat de regeering overtuigd was gewor den dat de tegenwoordige bewaking der grenzen verbeterd behoorde te worden. Het zou mogelijk kunnen wezen dat hier of daar, maar vooral in Frankrijk, een oorlog eeniger- mate dienst zou moeten doen als veiligheidsklep, en de regeering hare toevlucht nam tot den krijg, wan neer zij zich tegenover het binnenland niet sterk meer voelde. Windthorst verklaarde zich voor eene driejarige bewilling van het gansehe legerontwerp der regee ring. Hij bestreed het, dat Duitsch land geene belangen in het Oosten van Europa hebben zou. Door eene ontbinding van den Rijksdag zou niets bereikt worden, meende hij. Prins Bismacrk diende van repliek. De vraag was, zeide hij, of het le- Eene jonge verloofde wil niet alleen op de eer van hareminnaar vertrouwen, dat hij zijn woord houdt, zeide de pater ernstig. Zij eischt zijne liefde, en met het volste recht. Voor het overige heeft u de overste de toenadering opengesteld, voor zooveel ik weet, zoodra gij dit met een vrij hart doen kunt. Hebt gij aan uwe verloofde geschreven Neen, zeide Gerald dof en met moeite. Kondt gij het niet doen? Neen, ik kon niet. Gerald, dat is immers onmo gelijk, dat kan niet waar zijn Wat is onmogelijk? vroeg de jonge man met diepe bitterheid, - dat de nachtwandelaar, dien men plotseling wakker maakt om hem de diepte voor zijne voeten te wijzen, door eene duizeliDg wordt overval len? Als men hem niet gestoord had, zou hij zijn weg teruggevon den hebben. Ik hield het ook een- ger een keizerlijk, dan wel een par- lements-leger wezen moest. Niet elk jaar opnieuw kan de legersterkte worden vastgesteld, en een zooda nig gehaspel en gehekel in het parlement tegenover de vorderingen tot veiligheid des rijks is nergens gebruikelijk, dan in Duitschland. Met betrekking tot de Oostersche politiek deed spreker nogmaals op merken, dat indien ook Duitschland al Oostenrijk's belang en Oosten rijk Duitschland's belang ter harte neemt, niettemin Duitschland belan gen heeft, welke Oostenrijk niet raken, en zoo ook omgekeerd. Met het oog da&rop moest elke mogend heid haren eigenen weg gaan.Windt- horst's bewering, dat Rusland Duitschland's bondgenoot was, eisch- te terechtwijzing. Bij alle overigens vriendschappelijke betrekkingen, had hij, Bismarck, in geval van eenen oorlog met Frankrijk, volstrekt op geenen bondgenoot gerekend, noch ook te rekenen. Spreker achtte de geldelijke lasten, die uit het ont werp zouden voortvloeien, niet on draagbaar. De beslissing (zeide hij) ligt nu in plenum. Met de commis sie kon de regeering zich niet ver der inlaten, en spreker zelf kan zij nen tijd niet in die commissie ver spillen. De beslissing staat nu aan het Huis. De Times heeft uit Weenen be richt ontvangen, dat de Oosten- rij ksehe regeering, naar aanleiding van aanvragen uit St. Petersburg en Berlijn, bevredigende inlichting heeft gegeven omtrent officieuse ar tikelen in de pers, betreffende oor logzuchtige geruchten. Volgens een bericht uit Rome aan de Daily Telegraph gelooft men in de diplomatieke kringen aldaar, maal voor onmogelijk dat een gevoel weken lang op den bodem eener ziel kan sluimeren, zonder dat men het vermoedt, tot dat er eensklaps de bliksem inslaat, die het donker verlicht; dat zulk een slag het ge- heele zijn eu wezen kan veranderen, zoodat men zich zeiven niet weer kent in al zijn denken en gevoelen. Destijds in Cattaro had ik het nog kunnen overwinnen; thans, nadat ik wekenlang met haar alleen ge weest ben, weet ik, dat ik het niet meer kan, en daardoor hen ik los van mijn geheele verleden, verdeeld met hen, die mij het naast zijn, in voortdurenden strijd met mijzelve I Zou het daarom niet het best zijn, dat ik in het geheel niet terugkwam en wilt gij er mij een verwijt uit maken, dat ik het gevaar opzoek en naar den kogel verlang, die een einde aan al de pijn maakt? Hij had met klimmende opge wondenheid gesproken. Er had in-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1887 | | pagina 1