len worden uitgezonden tien ge schikte personen, om als maréchaus- sées der 2de klasse bij de politie aldaar te worden geplaatst. Aan die betrekking is verbonden een traktement van f 600 met vrije geneeskundige behandeling en ver strekking van geneesmiddelen, mede voor het wettig gezin, en vrije huie vesting. In hunne kleeding moeten de maréchauseées zeiven voorzien, doch zij ontvangen eene matige som voor eerste uitrusting. Wapenen worden hun van goevernementswege verstrekt. Naar men meldt zal de «Maat schappij tot bevordering van Nijver heid» te De Rijp (eene instelling aldaar, indertijd uit de nalatenschap van een vermogend ingezeten op gericht) haar kapitaal, dat tot nu toe grootendeels in effecten belegd was, op voorstel van eenige bestuurs leden gaan besteden voor de op richting van verschillende indus- trieele ondernemingen. O. a. moet besloten zijn, een oventegelfabriek op te richten en de bestaaude touw- slagerij aanmerkelijk uit te breiden. De Nieuwe Delftsche Courant meldt het volgende: Een onzer lezers, oud-onderofficier van het Nederlandsche leger, deelde ons dezT dagen de volgende bij zonderheid mede, die wij, met het oog op het feest vau jl. Zaterdag, wel de vermelding waardig achten. Om der eigenaardigheidswille laten wij hem die zelve verhalen. «Het was September 186... Het regiment, waarbij ik destijds diende, lag in het kamp bij Milligen, en de Koning, toen nog in de volle kracht der jaren, was geregeld 's morgens te paard tegenwoordig bij de oefe ningen of manoeuvres, die gewoon lijk van 6 tot 10 uren plaats had den. Na afloop daarvan begaf hij zich steeds naar de zoogenaamde Koningstent, die in het centrum van het kamp was opgesteld, en werd vóór die tent, tijdens zijn verblijf daarin, een eerewacht geplaatst, waarvoor in den regel werd aange wezen een der mede in het kamp vertoevende tirailleur-compagnieën welke compagnie vooraf door Z. M. werd geïuspecteerd. Op zekeren morgen had ik ge legenheid een dergelijke inspectie van zeer nabij gade te slaan. Hier bij dient tevens gezegd, dat de aangewezen compagnie tot het ba taljon behoorde, waarbij ik was in gedeeld. De Koning, na het le en 2e gelid te zijn gepasseerd, ziet op eens in het opsluitend gelid een sergeant, die door zijn krauig mili tair voorkomen en uiterst gunstig postuur zijn aandacht trok. Hij sprak dien onderofficier aan, ik kwam zoo dicht mogelijk nader en hoorde toen ongeveer het volgende: «Uw naam, sergeant?» «CUwe Majesteit!» «Hoe oud?» «Zes en dertig jaar, Sire!» «Wat is uw vader?» «In leven luitenant-kolonel bij het aOp den cursus geweest?» «Ja, Sire!» «En waarom geen officier ge worden?» Hier ging het antwoord gedeel telijk voor mij verloren. Enkele woorden ving ik echter op, o. a. Moeder vroeg weduwe, veel kinde ren, geeu middelen De Koning luisterde met veel tellen, dat men het gesprek onmo gelijk kon afbreken. Ze gingen nu twee aan twee naar buiten. Daar verwonderden allen zich, die de eenzame vroeger nooit met eenig levend wezen hadden zien verkeeren en vooral de kellners wa ren een en al verbazing. Reeds den volgenden dag was het tafeltje uit de rotonde verdwe nen en op de groote tafel der Rus sische familie voor één persoon meer gedekt. En zoo bleven de zakeD tot ze vertrokken. DERDE HOOFDSTUK. Op den avond van dien dag, waar op de eenzame zich aangesloten had bij de Russische familie, schitter den nog laat in den avoni, toen de meeste badgasten reeds hunne lich ten hadden uitgedoofd, twee ven sters ver van elkander. Achter het eene zat een jong meisje. Het donkere haar hing los, belangstelling, keerde zich eensklaps tot den compagniescommandant vroeg dezen: «Hoe gedraagt zich die sergeant?» kreeg tenantwoord: «Uitstekend, Sire, en trad daarop zijn tent binneD, een hem verge zellend ordonnance-officier iets in het oor fluisterend, wat blijkbaar door dezen laatste werd genoteerd. Op 19 Februari van het daarop volgend jaar aan de onderofficiers- tafel gezeten, kwam eensklaps onze bataljonscommandant in de eetzaal, en na eenige inleidende woorden in verbaad met den militairen feestdag zeide hij «En als blijk van Zr. Ms. goede zorg en groote liefde voor zijn leger heb ik het genoegen u mede te deelen, dat bij besluit van jl. de sergeant Cdoor Z. M. is benoemd tot 2en luitenant plaat selijk adjudant te(hu, de namen doen niets ter zakeh Nog, dunkt me, hoor ik onze eet zaal daveren onder de hoeraas, onzen beminden Vorst ter eere, en wan neer ooit deze herinnering onder de oogen mocht komen van getuigen dezer bijzonderheid, dan weet ik zeker, dat voor allen hierdoor een aangename bladzijde uit het mili taire leven wordt aangehaald» De in deze bedoelde officier is sedert enkele maanden als kapitein gepensioneerd. Een sergeant-bottelier van de ma rine, die vijt jaren op de Atjehsche wateren gevaren had, keerde de vorige week in het vaderland terug. De man wist niet beter of zijne moeder was voor twee jaren geleden gestorven, zooals een vriend hem geschreven had. In zijne geboortestad aangeko men, stapte hij eene tapperij binnen aan den Buitenkant te Amsterdam om de Schiedammer eens te probee- ren. Vervolgens wilde hij zijne oude buurtjes van vroeger eens opzoeken. Langs den Kloveniersburgwal gaande, staat de man plotseling stil en verbleekt. Daar ziet hij eene vrouw, zou zijja, neen ja ze is 't! en de man valt de vrouw om den hals en drukt haar aan 't hart. Men begrijpt de verrassing ook van de moeder, die sedert 3 jaren niets van haar zoon hoorende, hem eveneens dood waande. Zij herkende hem bovendien niet zoo aanstonds, daar onze krijgsman bij de Atjehers een deel van zijn neus gelaten had en een klewang- houw op den wang zijn gelaat versierde. Daarop werd echter niet gelet. De hoofdzaak was dat zij elkaar weer hadden gevonden en daarover was de vreugde wederzijds groot. De vereeniging Kindervoeding te Amsterdam bereidde op 's Konings verjaardag aan omstreeks 1200 kinderen een feestmaaltijd. De kin dereu kwamen met Oranje versierd in ploegen in de kosthuizen. Het maal bestond uit gestoofden pot met gehakt, en rijst met krenten en suiker. De katholieke kregen in plaats van vleesch twee eieren. Menig ei zag men in den zak glijden om voor moeder of zusje bewaard te blijven. In de Egelantierstraat te Am sterdam hebben eenige oranjege zinde vrouwen eene vrouwelijke om hare schouders. Zoo nu en dan, ais het haar een weinig te veel over 't voorhoofd gleed, streek zij het terug. Onophoudelijk schreef zij. Een enkele maal wierp zij het hoofd achterover en staarde naar den zol der, waar het lamplicht een helder kringetje teekende. Dan bewogen zich hare lippen, als zocht zij naar eene uitdrukking, die het kortst en meest passend was voor eene schoone zaak. Het late uur en het lange schrij ven hadden het meisje eenigszins zenuwachtig gemaakt. Op eens wierp zij de pen weg en ging naar het openstaande venster. De armen over de borst gekruist sprak zij «Ik kan haar niet beschrijven.... hij zal haar, na mijn brief gelezen te hebben, niet zien zooaU ik haar zie.... maar als hij kwam.... zouden ze wel goede vrienden worden?.... Waarom niet?.... Welk een heerlijk meisje! Nog eens ziet ze naar buiten en werpt met beide handen een hand sociaal-democraat onderhanden ge nomen en toegetakeld. Omstreeks tien uur Donderdag avond waren eenige bewoners van den omtrek van het Waterlooplein te Amsterdam, in de Willemstraat gekomen en hielden voor het wijn huis van Chrispijn stil. Zij gingen daar binnen, vereenigden zich daar na met een groot aantal Jordaan- bewoners en trokken door de Palm- dwarsstraat, Palmstraat en Oranje straat naar de Haarlemmerstraat. Op de Willemstraat waren zij door eenige agenten echter reeds gedeel telijk uiteengedreven. Van de Haar lemmerstraat ging het naar den Nieuwendijk, waar de stoet, op de hoogte van de Gravenstraat, echter door de politie werd tegengehouden en verspreid. Alle toeschouwers werden verzocht door te gaan, ter wijl een inspecteur het volk toeriep, dat «Oranje vrede wilde en geen opstoot.» Ook in de Jonker- en Ridderstra ten benevens op het Waterlooplein moet de politie bij het vormen van samenscholingen en optochten han delend zijn opgetreden. (A.) Uit Tessel wordt van 24 dezer gemeld Heden namiddag, toen de stoom van de Ada van Rolland meteenig geraas ontsnapte, schrikten de paar den der diligence van den Burg, die pas was aangekomen en ont laden, zoo hevig, dat zij een zij sprong deden en op de touwen der boot bleven hangen. De achter- pooten der dieren sleepten in het water. Door den ruk tuimelde ook de wagen tusschen wal en boot. Ten einde de paarden te kunnen redden, was men verplicht, ze eerst los te snijden, en in de haven neer te laten, waar de sloep der stoom boot de dieren achteraan nam en eene hellende droogte boegseerde, waar zij zelf aan land konden loo- pen. Voerman en wagen waren in middels op de kade geholpen. Wonderlijk genoeg bekwam bij dit ongeval alleen de diligence eeni ge schade en liep overigens alles goed af. Gisteren nacht zijn in de artil lerie-kazerne te 's-Hage socialistische schimpschriften op de nachtlegers der manschappen neergelegd. De boekjes werden onmiddellijk in beslag genomen, terwijl een ge streng onderzoek is ingesteld. Een matroos van een Engelsch stoomschip, liggende te Rotterdam, d e met de linkerhand in aanraking kwam met een tros touw en naar het ziekenhuis werd overge bracht, is die hand afgezet. Door de firma Ingenhoes, Buiten weg en Co, te de Bilt (bij Utrecht) is voor Z. M. den Koning een rijtuig vervaardigd. Het is een reis- omnibus op breed spoor en voorzien van een rem, die ter zijde van den bok door een wiel in beweging wordt gebracht, waardoor het rij tuig ook in bergachtige streken kan worden gebruikt. Het rijtuig heeft een zeer forsch en vorstelijk uiter lijk, is voorzien van de nieuwste vindingeu, rijk maar sober versierd en in alle opzichten een pronkstuk van rijtuigbouw, dat ongetwijfeld de reeds zoo gunstig bekende fa briek, die reeds het koninklijk wa- kusje in de avondlucht. U, mijn beminde en u, mijne vriendin. Slaap wel, droomt aangenaam en God behoede u beiden. Weder ging zij aan hare tafel zitten en schreef onophoudelijk voort, waarna zij las hetgeen ze ge schreven had. Ofschoon alles tin telde van gloed en leven, was zij er niet mede tevreden: zij kon haar niet beschrijven. Waarom niet? Om dat zij haar nooit had gezien. Niet gezien? Hoe is 't mogelijk, wijl zij met haren nieuwsgierigen kinderblik ditgelaathadaanschouwd, zoo dikwijls het in hare nabijheid kwam. Zij, die van al de schoon heden der vreemdelinge zelfs eene studie had gemaakt. Zij, die als hare moeder en hare zusters afwe zig waren en haar dus niet konden uitlachen, voor den spiegel elke be weging en elke houding van de eenzame poogde na te doen. Zij, die sedert dagen, als zij de oogen sloot, niets anders zag dan een be- tooverend wezen, dat zooveel indruk pen voert, tot eer zal strekken. Maandag a. s. zal het rijtuig worden afgeleverd. Op 19 Febr. is Z. M. den Ko ning ook al een kan melk en nog wel heel uit Arnhem, aaDgeboden. Namens Z. M. ontving de melk- schenker het bericht «dat Z. M. de melk met welgevallen had aange nomen». Te Heerlerheide is Donderdag een moord gepleegd op een mau die van zijn vrouw gescheiden leeft. De moordenaar is niet bekend. Bijzon derheden ontbreken nog. Door middel van het openschuiven van een raam aan de achterzijde zijn in den nacht van 20 op 21 Februari jl. ten nadeele van het hervormd diaconie armbestuur, uit het herv. diaconie verplegingsgesticht aan de Hooge Molenstraat te Zierik- see ontvreemd 8 ijzeren collecte bussen, inhoudende gecollecteerde gelden. Te St.-Pieter, nabij Maastricht, is Donderdag ingebroken in de Bé- raudinefabriek en eene aanzienlijke partij gereedschappen ter waarde van »fl50 ontvreemd. De daders zijn bekend, terwijl de ontvreemde voorwerpen door de justitie in beslag zijn genomen. Toen J. K., bakker en landbou wer te Rouveen, Donderdag per rij tuig van de weekmarkt te Meppel terugkeerde, geraakte het paard op hol. Eerst sprong K., later zijne vrouw er uit. Beiden geraakten on der het rijtuig en werden voor dood opgenomen. K. had arm en been, en de vrouw, behalve eene wonde aan het hoofd, een been gebroken. Aangaande den in het Pruisische grensdorpje Tudderen, bij Sittard, op zekeren Schörgers gepleegden moord, verneemt men nog het vol gende. Zekere P., 's morgens om streeks 11 uren aan Schörgers een kerkbriefja willende brengen, vond de huisdeur eventjes geopend, doch door een tafel gebarricadeerd. Hij stak het briefje door de opening en ging achter het huis om. De ach terdeur geopend ziende, trad hij door nieuwsgierigheid gedreven binnen, en bemerkte tot zijn schrik dat S., alleen met een hemd bekleed, mid den in het vertrek met krampachtig gebalde vuisten in een bloedplas op den grond lag. Het armzalige huis raad lag her- en derwaarts in stuk ken in het rond. In de nabijheid van het lijk bevonden zich een dorschvlegel, een snoeimes en een pook, aan het boveneinde van een hamer voorzien. Uit het door de justitie ingesteld onderzoek bleek, dat den armen 70- jarigen man vier gapende wonden aan het hoofd en tal van kleinere verwondingen over het lichaam zijn toegebracht. Verder bracht het on derzoek aan het licht, dat de ver moorde zelf de deur geopend en zich wanhopig verdedigd moet hebben. Van den moordenaar is intusschen tot dusverre geen spuor te ontdek ken; evenmin kan men bevroeden, wat de aanleiding tot de misdaad is geweest. op haar had gemaakt, dat de brie ven aan haren bruidegom overvloei den van lof over de schoone vrien din, die ze gelukkig veroverd had den. Zou zij haar niet gezien hebben Zooals men 't neemt: misschien had zij haar niet in 't rechte licht gezien. Wilt gij haar zien Werpt dan een blik in een ander venster van eene donkere rij huizen. Het licht voor 't raam verraadt ons, dat daar nog iemand wakker is. Wat ziet gij Eene schoone vrouw. O voorzeker, nog altijd schoon. De ronde, kleine handen vlechten het korte, dichte haar in tweeën. On ophoudelijk zijn hare handen in be weging. De oogen staren rechtuit. Zie, daar glijdt haar los omgewor pen kleed van den schouder. Zij merkt het niet, voor haar eene koude rilling langs den rug gaat. Zij is koud, neemt een doek, die over een stoel hangt en wikkelt hem om hals en schouders. Zij glimlacht, eerst zoo, als we dat van haar gewoon GEMENGD NIEUWS. De telephoon tusschen Brugse' en Parijs heeft Donderdag reed! druk gewerkt. Vijf en twintig beurs mannen hebben te Brussel zonder eenige moeite met hun Parifiche collega's geconfereerd. —Volgens nadere te Parijs ontvan gen berichten hebben in Noord Italië nieuwe en zeer zware aard- bevingen gewoed, die naar men zegt* aan 1500 menschen het leven »e' kost hebben. Drie treinen met troepen om hulp te bieden en met levens- middelen zijn uit Genua naar de plaats des onheils ?gezonden. Ver scheidene dorpen, die tegen de rot sen aangebouwd waren, zijn in d> dalen geslingerd. De gevangenis te Oneglia is ingestort. Verscheidene gevangenen vonden den dood, de overigen zijn aan boord van een schip geborgen. De Figaro beweert, dat deze aardbeving reeds lang te voren was voorspeld. In het nummer der Figaro van 23 Sept. 1886 schreef namelijk de heer Leo de Rie, dat tusschen 29 Aug. 1886 en 18 Aug. 1887 in het Zuiden van Frankrijk schokken eener aardbeving zouden gevoeld worden. Een net gekleed heer trad dezer dagen een bakkerswinkel te Berlijn binnen, en zei: «er zijn tegenwoordig valsche twintigmark- stukken in omloopik heb een toets steen bij me, waarmede ik de echt heid der goudstukken bewijzen kan.n De vrouw van den bakker, die zich alleen in den winkel bevond, was door deze mededeeling zeer ontsteld, nam haastig twee twintigmarkstuk ken uit de toonbanklade en reikte ze den vreemdeling over, om ze te beproeven. Deze wreef de munt stukken met zijn toetsteen, wees de beangste vrouw op het verschil van kleur van haar gouden trouwring, stelde een onderzoek in de lade in en ging eindelijk heen. Nu eerst bemerkte de bakkerin, dat de goud toetser een goudstuk meegenomen had, op welks echtheid niets aan te merken viel. Aau het Spaansche hof zal binnenkort een kinderbal plaatsheb ben. Op de invitatiekaarten fungeert Koning AlfonsusXHI als gastheer, terwijl zijne zusters de honneurs zullen waarnemen. Bij het baltoilet des Konings, dat uit echte Spaan sche kant bestaat, zal hij al de orden, die hij reeds bezit, aan een kettinkje om den hals dragen. De Koningin heeft het plan, hem zoo spoedig mogelijk jongenskieederen aan te doen, daar hij reeds zeer goed kan loopen. Hij zal zijne gas ten aan den ingang ontvangen en hun de dansorden van zijde over reiken. De proeven, welke daartoe genomen worden, zijn tot nu toe slecht uitgevallen, daar de kleine Majes teit volstandig weigert de mooie boekjes af te geven en alles voor zich wil houden. Te Liverpool bestaat eene vrij willige vrouwelijke brandweer. De leden daarvan bezitten hare eigene, even smaakvolle uniform, bestaande uit eene donkerblauwe wijde broek, donkerblauwe blouse, wijde hooge kaplaarsen en belm. Aan het hoofd staat eene Duitsche onderwijzeres, uit Dresden geboortig. Bij eenen brand, die onlaugs in eene sigarenfabriek plaats had, was deze vrouwelijke brandweer veel vroeger met hare spuit op de plaats aanwezig dan de gewone brandweer, zoodat toen deze verscheen, demoe zijn: innemend, vriendelijk en nu geheel anders: hard, bitter, on barmhartig, verachtelijk. Wanneer wij dit bittere lachen en de uitdrukking dezer grijze oogen in woorden konden overbrengen, zou den ze ongeveer aldus luiden: Dwaas noodlot, dat ik eeuwig moet aanklagen, waarom stort gij in 'den schoot van een kind, dat niets vermoedend haar voorschoot met beide handen vasthoudt, uwen hoorn van overvloed uit, en laat mij, die niet moede wordt van smee- kend de handen naar den Hemel op te heffen, overal ontberen voor en na? Waarom? En eene inwendige stem schijnt baar te antwoorden: Was u dan minder toegestaan den anderen? Neen, meer, veel meerantwoordt de eenzame, nu inderdaad tegen zich zelf. Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1887 | | pagina 2