Ondanks alle moeite waren zij niet in staat, de vervoerders te achter- kalen. Gedurende de afgeloopen drie maanden werden ongeveer 1700 kilo zout aangehaald, en tegen 16 per sonen werd proces-verbaal opge maakt, waarvan 12 bij nacht. Ook werd eene verboden nederlaag ge constateerd en dire bekeuringen ge daan, waarvan de personen onbe- bleven. De crediteuren in het faillissement van S. Detmers, totFebr. dezes jaars kassier te Winschoten, zijn tot de ervaring gekomen, dat het geluk de wereld nog niet uit is. Een hun ner, de heer D. S. Detmers, land bouwer te Meeden en vader van eerstgenoemde, heeft dezer dagen zijn vordering van één ton plus eenige duizenden gulden ingetrokken nadat tegen de verificatie van die pretentie verzet was gedaan door den heer A. H. Van Bergen te Heiligerlee, hetgeen den stoot gaf tot een nader bijzonder onderzoek door derden. De behandeling van het verzet voor de Rechtbank komt nu te vervallen en het passief is van pl. m. 2'/s ton beduidend verminderd. NGron Ct.) De timmermansknecht W. te Ter hand (Er.) viel uit de bovenverdie ping eener in aanbouw zijnde wo ning. Zijn baas D. die op den steiger stond, trachtte den val te breken, doch stortte mede naar beneden, zoodat hij meer wonden bekwam dan de knecht. Te Leeuwarden is weder een oud-strijder van Waterloo, G. H. Klaassen, in den ouderdom van 91 jaren overleden. Sedert 's Konings laatste bezoek aan LeevwardeD, bij welke gelegen heid IClaassen toevallig met Z. M. in aanraking kwam bij Zr. Ms. be zoek aan het St. Anth. Gasthuis, ontving deze oud-strijder jaarlijks eene gift van f10 van den Koning. GEMENGD NIEUWS, Volgens een op statistieke cij fers berustende berekening, vormt thans h"t bedrag der spaarpennin gen, door drie en twintig millioen arbeiders en andere nijvere burgers aan de verschillende spaarbanken in Europa toevertrouwd, een kapi taal van «zevenduizend millioen gulden». Dit feit levert weder een merk waardige bijdrage tot de geschie denis van het kapitaal. Zij, die op zoo hoogen toon met hun domme sophismen het kapitaal bestrijden, zien geheel voorbij, dat het geens zins uitsluitend in het bezit is van enkele vermogenden en dat ook de «kleine man» kapitalist is, zooals uit het bovenstaande blijkt. Wat zouden zij, die sparen, met hun over gelegd geld doen, wanneer zij het niet konden beleggen? De prikkel tot spaarzaamheid zou weggenomen zijn en hoe en waar zouden de kleine burgers hun geld bewaren, zoo er geen spaarbanken waren? De zeven milliarden, die door de besturen der spaarbanken worden uitgezet en nijverheid, handel en landbouw bevorderden, zouden in latafels, lessenaars, of misschien in kousen, een zeer onveilige bewaar plaats vinden en geenerlei vrucht afwerpen, noch voor de bezitters noch voor de maatschappij. (Arnh. Ct.) Op de Luik-Limburgsche lijn, tusschen de stations Diepenbeek en Hasselt, is Maandag een remmer van een goederentrein gevallen en overreden. De ongelukkige bleef op de plaats dood. Uit Arlon wordt aan het Ban - delsilad v. Anlm. gemeld, dat daar een hevig gevecht tusschen burgers en soldaten heeft plaats gehad. De politie heeft verscheiden bebloede schako's en sabels in beslag geno men. Een herberg moest een bele gering in optima forma doorstaan en een ouderling van 72 jaar werd gevaarlijk gekwetst. De Engelsche Regeering heeft aan graat De Lalaing, een Belgi schen schilder en beeldhouwer, de vervaardiging opgedragen van het gedenkteeken voor de in 1815 in den veldslag van Waterloo gesneu velde en te Evere begraven Engel sche soldaten. Men roemt zeer het ontwerp van het praalgraf, dat door vijf of zes leeuwen zal omgeven zijn. Bij de volkstelling in December 1885 bleek dat er in Pruisen 23 mannen en 33 vrouwen boven de honderd jaar waren De oudste was een man die 120 jaar telde. Douville-Maillefeu en Sans- Leroy hebben geduelleerd. Bij den tweeden degenstoot werd Maillefeu aan de hand gewond, de degen drong zelfs door de hand en er volgde een hevige bloeding. De getuigen ver klaarden hierop, dat hij niet verder het gevecht kon voortzetten. De gewonde naderde zijn tegenpartij en beiden drukten elkaar de hand. Een vleeschhouwer te Lyon was bezig vet te smelten in een grooten ketel, welke hij ten slotte met het kokende vocht van het vuur nam en in een achterhuis bracht om te laten afkoelen. Daar kwam onverwachts zijn 5-jarig zoontje binnengestormd en voor de ongelukkige vader iets zeggen kon, viel het knaapje in den ketel met kokend vet. De arme vader haalde zelf zijn kind uit den ketel, doch in welk een toestand! Het lichaam was slechts één wond en de arme kleine gaf weldra den geest te mid den van vreeselijke pijnen. Het is thans bepaald, dat de veiling der ten verkoop bestemde Fransche kroonjuweelen, te Parijs, den 12den Mei zal beginnen. Men rekent dat de- verkoop tien dagen zal duren. Van 20 April tot 8 Mei zullen de voorwerpen, gedurende, vier dagen der week, in het Pavil joen van Flora ter bezichtiging wor den gesteld voor het publiek, en gedurende twee andere dagen voor hen die een toegangskaartje hebben. Te Molinet woonde een we duwnaar, zekere Jobard; hij had een meisje in dienst genomen en deze was zijn nmttresse geworden. Zijn zoom, die uit Tonkin was terugge keerd, wilde dat hij haar zou weg zenden; de vader weigerde en hef tige scènes waren hiervan het gevolg. Dezer dagen had er wederom des avonds zulk een tooneel plaats. Den volgenden morgen stond de zoon op, trad de kamer van zijn vader, die nog sliep, binnen en sneed hem met een keukenmes den bals af. Daarna schoot hij zichzelf dood. De Weinlaute deelt mede, dat onlangs te Cette door het chemisch onderzoek-station 568 vaten Itali- aansche wijn in beslag zijn ge nomen, omdat die wiin doormiddel van aniline-stoffen was gekleurd. De wiin was voor verschillende huizen in Cette bestemd. Het Zwitsersche dorp Beu ghel is bijna geheel afgebrand:slechts 6 huizen bleven staan. Men telt verscheidene slachtoffers, o. a. kin deren ook is veel vee omgekomen. Graaf de Montléart, die on langs te Weenen overleden is, heeft zijn geheel vermogen, dat op on- 60,000,000 lire geschat wordt, aan de Koningin van Italië vermaakt. In November stak een bede laar te Weenen, zekere Kreitter, een heer, die weigerde hem een aalmoes te geven, met een dolk dood. Kreit ter heeft thans het doodvonnis on dergaan. Hij was zeer kalm tot het laatst toe en lachte toen hem het koord om den hals werd geslagen. Zijn laatste verzoek was om een paar nieuwe schoenenhij vond het niet prettig zoo armoedig gekleed voor het publiek te verschijnen. De Paus heeft een eigenaar dig Paaschei ontvangen. Het is van ivoor gemaakt, van binnen met wit satijn bekleed, terwijl zich in het midden een étui bevindt, een met diamanten omzet robijn bevattende. Dit geschenk, op een waarde van 25,000 gulden geschat, is den Paus aangeboden door een dame van de Engelsche aristocratie. Een dame te Genua, vrouw vau een hooggeplaatst ambtenaar aan het Italiaansche hot, is tot 5 dagen gevangenisstraf veroordeeld, omdat zij in een winkel eenige paren zijden kousen en chemisettes, ter waarde van 100 frs., had trach ten te stelen. De landverhuizing naar de Vereenigde Staten en Canada is in de laatste weken weder verbazend toegenomen. Straatmakers, stuka doors en metselaars vinden vooral zeer gemakkelijk en voordeelig werk. De toevloed van werklieden is ech ter op eenmaal vooral uit Schotland, Wales, de nooder-districten van En geland, Duitschland en Zweden en Noorwegen, zoo toegenomen, dat de meeste stoomvaart-maatschappijen hun agenten hebben aangeschreven voorloopig de inschrijving van land verhuizers weer eenigen tijd te staken. Uit Honolulu wordt bericht, dat een ambtenaar aldaar van Chi- neesche ingezetenen 70.000 dollars aannam voor het monopolie van den opium-verkoop. Na het geld te heb ben opgestoken, gaf hij geen mono polie en weigerde het geld terug te geven. De Chineezen lieten daar op biljetten aanplakken, waarin zij 5000 dollars uitloofden voor het hoofd van Koning Kalakaua. De wachten bij het paleis zijn diens volgens verdubbeld. Ofschoon het noodsein bij de spoortreinen is aangebracht om bij nood te dienen, schijnen sommigen van oordeel, dat het tevens tot ver maak voor de reizigers strekt. Dik wijls gebeurt het, dat dartele per sonen «voor de aardigheid er gebruik van maken en komt het, gelijk altijd, uit wie de dader is, dan trach ten zij zich te verontschuldigen met voor te wenden, dat zij niet wisten wat zij deden en de kennisgeving niet hadden gelezen. Soms wordt het ook te goeder trouw in be weging gebracht door iemand, die waarschuwen wil, dat hij aan het volgend station moet uitstappen, of dergelijke onnoodige kennisgevingen Dat van een brievenbesteller wel eens veel gevergd wordt, kan het volgende adres bewijzen Aan den Heer furaus Van rooiy Aaa bij Het sutad Hius in Hoofu (Aan den heer Frans Van Rooij, nabij het stad, Eindhoven.) Mevrouw Parvenue, op een madonna wijzende: «Van wie is dat portret?» «Van Rafaël mevrouw.» Zij (zeer verwonderd): «Weet u dat zeker? Ik had altijd gedacht, dat Rafael een man was.» A. Waarom eischje in je huwe- lijksaanvrage bepaald kennis der Engelsche taal. bij je toekomstige huisvrouw B. Ja, zie je, daarvoor is een goede reden. Mijn eerste vrouw kende toevallig Engelsch, en daarom liet ik op mijn winkelraam zetten: «English spoken». Daar't er nu een maal op 6taat, zou 't zonde wezen, als ik daarbij geen passende vrouw kon krijgen. KOLONIËN. BATAVIA, 9 Maart. Vervolg Van den civielen en militairen goeverneur van Atjeh en Onder- hoorigheden is, onder dagteekening van 1 Maart het volgend telegram ontvangen Pagani opgericht, één gesneuveld, één gewond. De verplichte koffiecultuur is in het district Magetan (res. Ma- dioen) ingetrokken. Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal zal worden inge diend het volgende, overal ter tee- kening liggende adres: Geven met verschuldigden eerbied te kennen, ondergeteekenden, allen ingezetenen van Nederlandsch-Indië, dat al moge de heerschende han delscrisis hare intensiteit verliezen, zij innig overtuigd zijn, dat het voor het ongeschonden behoud en de ont wikkeling der kolonie, ter bevorde ring voorts van de welvaart der inlaudsche bevolking en van den bloei der Europeesche industrie nood zakelijk is, de kolonie voortaan vol gens andere, meer vrijzinnige be grippen te besturen, dan tot dusver geschied is; dat bij de weinige bekendheid met de Indische toestanden, die, zooals herhaaldelijk gebleken is in het moederland heerscht, onderzoek en voorlichting door een deskundige commissie niet kan ontbreken; dat zij zich mitsdien tot uwe Ka mer wenden met de eerbiedige, doch dringende bede, dat het haar beha gen moge om bij den minister van Koloniën aan te dringen op het doen instellen eener enquête naar den toestand der kolonie, en de hervor mingen noodig zijn om daarin ver betering aan te brengen en wel door eene commissie voor de helft bestaande uit niet-ambtenaren. Hetwelk doende enz. (Volgen de handteekeningen.) Bij besluit van den Goever- neur-Generaal is goedgevonden het defensief militair-etablissement ter hoofdplaats Bezoeki als permanente versterking te doen vervallen. Volgens een door den resident van Benkoelen aan den commandant der zeemacht verzonden bericht, is de gewapende boot No. 25 op En- gano verongelukt. Het vaartuig is totaal verloren, de bemanning echter gered. Van den resident van de Wes- terafd. Borneo is, via Singapore, een telegram ontvaDgen, luidende: Pontianak27 Februari. «Brand te Soengie-ajah, afd. Sintang, door kwaadwilligen gesticht. Controleur G. F. M. Liebert bij arrestatie der Maleische brandstichters licht ge wond. Feit zonder politieke betee- kenis.» In den avond van 21 Febr. jl. heeft tengevolge der zware re gens, in de dessa Pamottan afd. Salatiga, eene aardschuiviug plaats gehad, waardoor een huis, bewoond door een gezin, bestaande uit man, vrouw en 4 kinderen, is bedolven geraakt. Slechts een der kinderen heeft z:ch nog bij tijds kunnen red den; de overige personen hebben bij het onheil het leven verloren. Het Bat. Hbl. zegt uit de beste bronnen te kunnen mededeelen, dat de legercommandant eenige dagen geleden zijn aan den Koning ge richt request om ontslag heeft in gediend en, zoo hem althans niet gevraagd wordt nog een tijd in functie te blijven, reeds in het be gin van Juni zal repatrieeren. Wie zijn opvolger zal zijn, blijft vooralsnog voor de oningewijden een diep geheim. Naar men verneemt zal bij aankomst van Zr. Ms. stoomschip Van Speijk in Indië, Zr. Ms. stoom schip Tromp repatrieeren. Het bevel over genoemden bodem zal worden opgedragen aan den kapitein ter zee C. E. Uhlenbeck. Men schrijft van Soerabaja, dat Zr. Ms. ramtorenschip Koning der Nederlanden met goed gevolg heeft proef gestoomd. Genoemde oorlogsbodem zal naar Singapore stoomen om aldaar te worden gedokt, na afloop waarvan het schip naar Batavia zal komen om zich van daaruit naar Macas sar te begeven. Zr. Ms. stoomschip Samarang zal na aankomst van Bandjermas- sin naar Amboina vertrekken om gedurende de afwezigheid van Zr. Ms. stoomschip Java, dat naar Nieuw Guinea zal worden gedirigeerd, daar station te houden. Zr. Ms. stoomschip Bromothans in reparatie te Soerabaja. zal niet te Amboina worden gestationeerd, doch Macassar als standplaats wor den aangewezen. Naar wij vernemen heeft de Raad van justitie te Batavia de te rechtstelling bevolen van den be klaagde P. J. E. van A., gewezen administrateur der tabaksonderne ming Bekioen te Deli, beschuldigd van een Chineeschen koelie dier onderneming te hebben mishandeld en onwettig te hebben gevangen gehouden. Naar aanleiding van het den 3den en 7den Februari jl. vermelde, betreffende ongeregeldheden op Bor neo, schrijft men dd. 23 Februari uit Bandjermassin aan de Locomotief. Den 6en Januari jl. scheepte zich eene colonne, sterk 85 bajonetten, op het goevernements-stoomschip Boni te Bandjermassin in, onder commando van den kapitein der infanterie van Bloemen Waanders, den eersten luitenant van Geelen en den tweeden luitenant Dommers. Ook de officier van gezondheid eerste klasse Kroh, met de ambu lance vergezelde de colonne. De resident en de gewestelijk militaire kommandant maakten de reis mede, doch slechts tot Martapoera. Op denzelfden datum kwamen wij te Martapoera aan. Het doel van de excursie was, om den opstandeling Toemanggoeng Gamar zoo moge lijk gevangen te nemen of onscha delijk te maken. Deze persoon was in 1859 en 1860 eea gezworen vijand van het goe- vernement; later heeft hij zich on derworpen en was steeds een goed vriend van ons gebleven tot het jaar 1886, toen hij zich weder open lijk tegen ons verzette. De aanlei ding hiervan moet gezocht worden in de omstandigheid, dat hem vroe ger was beloofd dat hij districts hoofd van Martapoera zou worden. In stede van hem te nemen toen er vacatura kwam, benoemde het goe- vernement den djaksa van de plaats. Gamar greep onmiddellijk naar de wapenen, wist zich een aanhang te verwerven en begon het Marta- poera'sche te verontrusten. Het volk kwam hulp vragen bij het bestuur. De assistent-resident, eenige hoof den en politie-oppassers, allen ge wapend, gingen Gamar opzoeken. Zoodra Gamar hen zag aankomen, gaf hij vuur, hij had toen slechts 4 aanhangers bij zich. Een oppas ser sneuvelde en een werd gewond, de overige oppassers gingen aan den haal; de paniek was zelfs zoo groot, dat de grootste gedeelte zich in de rivier wierp. Dit gebeurde in het begin van het jaar 1886; later is jde assistent resident weder naar zijne schuil plaats gegaan, geëscorteerd door 25 soldateD. Zij vonden Gamar niet. doch wel zijn hoofddoek, waaraan nog het warme zweet kleefde, wel em bewijs dat hij pas ontvlucht was en zich dus nog in de onmid dellijke Dabijheid bevond. Iu December 1886 was het aan tal van Gamar's aanhangers tot 300 geklommen. Zijne brutaliteit werd met den dag grooter. De assistent- resident vroeg om militaire macht aan den resident, van daar de in scheping der colonne op den 6den Januari. Den 7en Januari dan, des mor gens te vijf uren, rukte de colonne uit met het doel Gamar weder op te zoeken; zijne woningen waren te Lak Toengoel en daarheen moest de colonne marcheeren. De colonne had vijf paal gemar cheerd toen men het bericht van een hoofd ontving, dat Gamar zich in de kampong Astamboel versterkt had, drie palen van het oorspron kelijke doelLak Toengoel ligt acht paal van Martapoera. Onmiddellijk na dat bericht kreeg de colonne een hevig vuur van de overzijde der rivier, waar Gamar drie versterkin gen had opgeworpen. De brug over de rivier, dertig passen breed, had hij afgebroken, zoodat wij den an deren oever niet konden bereiken; eene omtrekkende beweging te ma ken, was ook niet mogelijk, daar er geen vaartuigen beschikbaar waren en de kali's te gezwollen stonden. Er werd zooveel mogelijk flank- vuur gegeven en eenige salvo's wer den gelost in het front; de troep stond slechts 50 passen van den vijand af. Een kwartuur duurde het vuurgevecht, waarna de vijaud het hazenpad koos. Wij verloren bij dit gevecht 2 soldaten, die sneuvelden, en kregen één gewonde, terwijl een volgeling van den djaksa ook zwaar gewond werd. Gamar zelf werd ge wond aan den pols, 2 gewonden zijn ons iu handen gevallen, terwijl wij 6 gevangenen hebben gemaakt. Volgens berichten van de bevol king moet de vijand 8 gewonden hebben gehad, waarvan 2 zwaar. Tegenover ons stonden pl. m. 100 geweerdragenden. De versterkingen werden geslecht en daarna naar Lak Toengoel af gemarcheerd. Gamar was daar niet te vinden, waarna de teruchmarsch werd aangenomen. Volgens inge komen berichten was Gamar naar het gebergte gevlucht. Patrouilles werden gemaakt naar het gebergte, die zeer vermoeiend en afmattend waren, geen spoor van Gamar was te vinden. Door zijn échec te Astamboel was zoo'n schrik in hem en zijn volgelingen geko men, dat hij, geen ander heenkomen kunnende vinden, naar het land schap Koesan, een staatje aan de Oostkust, is gevlucht. Reeds was zijne troep voor een deel uit elkan der gespat. De resident gaf den radjah van deze landstreek hiervan bericht. Deze loofde eene groote som uit aan hem, die Gamar dood of levend bij hem bracht. Gisteren ontvingen wij het bericht van Martapoera dat Ga mar in het Koesansche door de Boegineezen vermoord was gewor den. Gamar moest namelijk een kali over met zijne volgelingen, waartoe hij aan eenige lieden, die aan een kant in prauwen zaten, om hulp vroeg. Zij namen op zich hem over te voerendochmidden in den stroom gekomen, lieten zij de prauw

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1887 | | pagina 3