Aai onze lezers. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Mathilda's Liefde 4e Jaargang. Woensdag 22 Juni 1887. No. 1214. ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIES: BINNENLAND. Z I N K A. HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem, per 3 maandenf 1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0.03. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij groote opgaven aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekbandelaren, postkantoren en courantiers. Hoofdagenten voof het Buitenland: Compagnie Générale de Publicite Etrangere G. L. BAG BB Sf Co., JOH. F. JONES, Sucr., Farijs, 3 Ibis Faubourg Montmartre. De Directie van HAARLEM'S DAGBLAD heeft aan baar bureau verkrijgbaar gesteld, een beperkt ge tal exemplaren van den boeienden geschiedkundigen Roman naar het Hoogduitsch door CHRISTIAAN VAN SPAARNE. gyff Voor geabonneerden op HAARLEM'S DAGBLAD is de prijs ƒ0.40; voor niet-geabonneerden ƒ1.50. De Directie. STADSNIEUWS. Haarlem, 21 Juni. Behalve de reeds vermelde, aan den Raad gerichte stukken, s nog een verzoek ontvangen van Dr. Ph. S. Frank, hier ter stede, om als ge meente-heelkundige te worden her benoemd. De geneeskundige adj.-inspecteur heeft verklaard, dat de mazelen in deze gemeente epidemisch heerschen. Op de lijst van oud-leden van den senaat van het Amst. Studentencorps, komen ook de namen voor van de volgende heeren, te Haarlem woon achtig H. F. Waller, theol. doet., J. Craandijk, Doopsgez. Predikant, Mr. H. Jacobi, Ridder der Leo poldsorde en 2de klasse St. Stanislaus van Rusland, Eerelid van het A. S. C., Griffier der Prov. St. van N.-H., Js. de Vries, Doopsgez. Pred., Mr. A. C. Waller, lid van den gemeenteraad, en W. Meijer, theol. cand. In den afgeloopen nacht omstreeks 2Vj ure is brand uitgebroken bij den kleerbleeker J. van der Steen in de Oranjeboomslaan no. 26, en wel in de wasscherij gelegen op het erf, achter zijne woning. De brand, die vermoedelijk ontstaan is door on voorzichtigheid met vuur, werd ge lukkig spoedig ontdekt en met behulp der buren gebluscht. De zolder en het dak van de wasscherij, die niet ver zekerd is, zijn verbrand. Kwajongensstreken zijn. nu een maal der «lieve jeugd» eigen en, gedachtig aan het kattekwaad dat de ouderen in hun eigen schooltijd bedreven, zien dezen nog al wat door de vingers. Zelfs de Haarlemsche politie doet wel eens een oogje dicht; anders zouden er al te veel pro- cessen-verhaal worden ingediend, en dat is nog zoo kwaad niet.'t Wordt erger wanneer die deugnieterij in moedwil en baldadigheid ontaardt. Een van de nieuwste liefhebberijen is een soort van spuitje, vervaar digd uit een gom-elastieken bal, die met water, (of andere vloeistof fen) wordt gevuld en dan op niets kwaads vermoedende voorbijgangers wordt gericht. Oude menschen en dames, die bezwaarlijk defensief kun nen optreden tegen de bengels, die hunne kleederen met bederf bedrei gen, zijn natuurlijk bij voorkeur het mikpunt omdat zij aan de overtre ders de meeste kansen geven op straffeloosheid. Maandagmiddag werd een dame in de Groote Houtstraat door een kwajongen natgespoten, zoodat haar kleed en parasol met waarschijnlijk onuitwischbare vlekken werden voor zien. Zoo'n spuitje wordt gewoon lijk gevuld in een emmer met vuil water, aan een gracht of in een groe- zeligen gootsteen. Het is te hopen dat de Haarlem sche politie voor dergelijke over tredingen beide oogen zal openhouden en zich met een paar processen verbaal eens zal doen gelden. Eene kleine waarschuwing van de hoofden der scholen zou mede veel goeds kun nen doen. Volgens het L. D. werd te Heem stede Zaterdagmiddag een jongen van 11 jareD, die in eene te diepe sloot was gaan zwemmendaar levenloos uitgehaald. Door de kunst matige behandeling echter, naar de bestaande voorschriften, mocht men er zich in verheugen den jongen in het leven terug te brengen. (I) In de aanstaande zomerverga dering der Prov. Staten van Zuid- Holland zal o. a. een voorstel van Gedep. Staten worden behandeld tot verbetering, voor rekening der provincie, van den waterweg tus- schen den IJsel en de Ringvaart van den grooten Haarlemmer- meerpolder. De bedoeling is om aan de wateren op Zuid-Hollandsch ter ritoir, deel uitmakende van de vaart tusschen den IJsel en het Noord zeekanaal, die verbeteringen aan te brengen, welke in het belang zijn van scheepvaart en handel in de provincie. Het werk wordt geraamd op f 1,573,000. De brug over de Gouwe zal verhoogd worden tot eene door- vaarthoogte van minstens 3.50 M. boven A. P. De Rijnspoorweg-maatsch. heeft zich voorloopig tot overleg bereid verklaard. Voorts zullen o. a. nog behan deld worden een voorstel tot intrek king van het prov. reglement op de bewaar- en kleinkinderscholen, tal van subsidie-aanvragen tn be- groo tingen. Bij de gehouden verpachting van het grasgewas in den Legmeerpol- der onder Aalsmeer was de opbrengst gemiddeld f75 per H.A. Maaudagnacht is tusschen Hille- gom en Lisse de postkar, welke des avonds te 91/» uur van Amsterdam naar Rotterdam vertrekt, in aanra king geweest met den stoomtram LeidenHaarlem. De kar is gebro ken. De postillon en het paard zijn gekwetst, terwijl de conducteur, die bijtijds het gevaar zag aankomen, zich heeft weten te redden door zoo spoedig mogelijk er af te springen. Met eeu gewoon rijtuig werd de reis naar Leiden voortgezet. LETTEREN EN KUNST. Leven van Baronesse Bons van Lovendegkem, gebGravin van Marnix, door Catharina Alber- dingk Thijm geschreven, en zoo pas ver schenen bij Desclée te Brugge, is een werkje dat, ofschoon de biographiebevat tende eener vrome Katholieke vrouw, zeker ook door dames van andere gezindte met genoegeu zal gelezen worden. Met bizondere zorg opgesteld, verhalen de 64 bladzijden waaruit het boekje bestaat, op boeiende wijze de lotgevallen van dit een voudig maar treffend bestaan, en leveren zij een lectuur op, die alleen veredelend op geest en hart kan werken. Een fraai portret in steendruk is daaraan toege voegd, en verhoogt nog slechts de waarde van bet geheel. LEGER EN VLOOT. Be kapitein W. B. van den Bosch, van bet 6e regiment infanterie, is benoemd tot adjudant van den generaal-majoor, commandant der stelling van Amsterdam. Be kapitein-adjudant Prins, van bet 4e regiment, wordt op zijn verzoek ont heven van zijne betrekking als regiments adjudant. Maandagochtend vertrok uit de directie der marine te Willemsoord een detache ment van ruim 200 manschappen, met bestemming voor bet in dienst te stellen gepantserd materiaal te Amsterdam en Hellevoetsluis. LAND- EN TUINBOUW. Eene vingerwijzing. Be ver- eeniging tot uitdeeling van bloemen te Chicago (Noord-Amerika) beeft, (volgens eene mededeeling voorkomende in de //Prov. Nbr. Ct.,) in bet vorige jaar, tus schen Mei en September, 14,818 bou- quetten en 150 kisten met bloemen ver deeld over 24 geneeskundige inrichtingen dier stad en aan vele arme gezinnen, waar zieken aan buis waren. Bit mag gewis als zeer lofwaardig, in alle opzichten ge roemd worden. Wij wezen vroeger reeds menigmaal op bet prijzenswaardige, om van zijn overvloed van bloemen of vruchten aan arme zieken, aan gasthuizen en hospitalen mede te deelen. Te Leiden en ook elders houden vereenigingen van menscblievende personen zich daarmede onledig, doch de onder steuning en medewerking, die zij daarbij ondervinden, is betrekkelijk nog zeer ge ring. Het moet den vreemdeling zeker altijd pijnlijk aandoen, wanneer bij ziet, dat een overigens zóó weldoend volk als bet Nederlandsche, wanneer bet zijn over tollige bloemen niet verkoopen kan, die liever bij massa's op de mestvaalt werpt, zooals bij elk jaar te Haarlem en omstre ken op groote schaal kan waarnemen. Welk eene opbeuring, vreugde en stille geneugten zouden de schoone gaven van Elora aan ben, die zooveel missen moeten, nog niet verschaffen kunnen. (Sempervirens.) Bij kon. besl. van 17 Juni is ben. tot notaris binnen het arrond. Tiel, ter standpl. Maasbommel, gem. Ap- peltern, N. F. v. d. Heijden, cand.- not. te Mijdrecht; is ben. tot lid van het college van regenten over de gevangenissen te Groningen, dr. J. van Dijk, hoogl. in de godgeleerd heid aan de Rijks-Universiteit aldaar; is: 1° de kapt. ter zee H. D. Guyot, op zijn verzoek, met ing. van 1 Juli a. s., ter zake van langd. dienst en meer dan vijftigjarigen ouderdom, op pensioen gesteld, met vergunning tot het blijven dragen der activiteits uniform; 2° bevorderd: tot kapt. ter zee de kapt.-luitenant ter zee D. G. Brand; tot kapitein-luitenant ter zee de luitenant ter zee lste klasse J. Dalen; tot luit. ter zee lste kl. de luit. ter zee 2de kl. A. L. van der Moolen, en 3° aan den kapt.- luit. ter zee J. C. de Ruyter de Wildt. insp. van het loodswezen, de betonning, bebakening en verlich ting in het 3de district, toegekend de titulaire rang van kapitein ter zeeis de lste luit. E. H. J. Gael Cunaeus, van het 8ste reg. inf., krachtens punt 4 van art. 38 der wet van 28 Aug. 1851, op non-act. gesteld, in afw. dat omtrent hem nader zal worden beschikt. Blijkens bij het departement van Marine ontvangen telegrammen, heeft Zr. Ms. instructieschip Nau- tiilus, onder bevel van den kapit.- luit. ter zee P. C. Pabstin den voormiddag van den 19den dezer Wilhelmuahaven verlaten ter voort zetting van den oefeningstocht, en is Zr. Ms. schroefstoomschip lste kl. Zilveren Kruisonder bevel van den kapt. ter zee D. J. Weys, in den morgen van den 20sten dezer van de reede van Texel vertrokken ter aanvaarding van een oefeningstocht in de Noordzee. De heer Clermont, directeur van den spoorweg MaastrichtLuik, is door Z. M. den koning-grootherlog benoemd tot officier der Orde van de Eikenkroon, als waardeering van de wijze waarop de exploitatie van dezen spoorweg gedurende ruim 25 jaar heeft plaats gehad. De minis'er van Finantiën maakt hekend, dat het saldo van 'sRijks scbatkbt op 18 dezer bedroeg: bij de Nederl. Bank f23,003,246.04 en bij de betaalm. - 1,789,876.47Va Te zamen - 24,793,121.51'/- (Bovenstaande berichten zijn uit de St. Ct.) HH. MM. de Koning en de Koningin zullen Donderdag 30 Juni van Wildungen naar Keulen ver trekken om den volgenden dag de reis naar Soestdijk te vervolgen via Kleef-Nijmegen-Kesteren-Baarn. Er wordt ernstig over gedacht, om, indien de Minister van Water- feuilleto kt. Roman van OSSIP SCHUBIN. 15) DERTIENDE HOOFDSTUK. En wat doen wij morgen? vroeg Sempaly bijna iederen avond aan Zinka, als hij haar op een soirée ont moette. Hij had het zich tot plicht gesteld haar het «ver loren Rome» te helpen terugvinden en wijdde zich met bewonderenswaardige vlijt aan die taak. De teleurstelling van Zinka, toen zij voor de eerste maal met haar spraakzamen koetsier tusschen de ruïnen van de stad der Cesars rondreed, is een zeer gewone verschijning. Bijna ieder gevoelt hetzelfde, wanneer hij, opgewonden door alle loftuitingen op Rome, voor de eerste maal deze, door kale, vuile huizen ingesloten heerlijkheid ziet. De ontgoo cheling is het grootst bij hen, die van Noord-Italië, na een langdurig verblijf, in Venetië of Verona, naar Rome gaan. Rome heeft niets van de verleidelijke schoonheid der Noord-Italiaansche steden. De architectuur is somher en zwaar en het koloriet is in den winter gewoonlijk een mengsel van dofgrijs en fletsch blauwgroen, dat meer doet denken aan een fijngetint aquarel dan een forsch gekleurd schilderij. Tevergeefs zoekt men hier den goudglans der Lagunen, het fantastisch steenen kantwerk van Venetie, de half uitgewischte fresco's en den zonnigen gloed van Verona. Na het zien der Noord-Italiaansche steden heelt Rome op ons de uitwerking als een koraal van Handel na twee nocturnes van Chopin. De eerste indruk is vernietigend, zei Sempaly eens tot Zinka; met den tijd vervelen de nocturnes maar het koraal nietl Hierop antwoordde Zinka hemHet koraal wordt door zooveel draaiorgelmuziek overstemd, dat ik groote moeite heb, het er boven uit te hooren. Over veertien dagen spreken wij elkaar nader, zei hij lachend. Na veertien dagen wierp Zinka twee soldi in de Fon- tana di Trevi, om de zekerheid te hebben, dat zij niet voor het laatst in Rome was en dweepte nog meer met Rome dan de romantische generaal Von Klinger. Sempaly had veel tot haar hekeering bijgedragen. Hij wist de tochten door de schoone stad der ruïnes onbeschrijfe lijk amusant en belangwekkend te maken. Onophoudelijk kwamen hem nieuwe merkwaardigheden in de gedachten, die hij Zinka moest laten zien; nu een schoon, oud bas- relief, dan een heidensche marmeren god, die men op een kerkhof christelijke engelenvleugels had gegeven. Hij reed met haar door de Campagne en toonde haar schilderach tige plekjes in Trastevere. Bij elk in een fonteinbekken herschapen sarcophaag, bij elk basreliëf-brokstuk en eiken schilderachtigen puinhoop, herinnerde hij zich een karakteristieke, nu eens grappige, dan weer aandoenlijke, historische gebeurtenis, of hij be dacht er een en maakte toch nooit den indruk van een voordracht te houden. Hij had een buitengewoon eenvoudige manier van anec dotes vertellen. Hij reikte ze nooit met groote uitvoerigheid op een presenteerblaadje rond, maar liet ze altijd achteloos uit zijn zak vallen. Zijn kunstkennis was niet zeer diep, zijn kunstzin ech ter bizonder fijn ontwikkeld. Hij wist over het algemeen weinig en zooals Charles Lamb het uitdrukt, geen stuk van zijn geestelijke garde robe was heel. Hij wist zich echter in de lompen zeer goed te bewegen en trachtte nooit de gaten te bedekken. Dikwijls sloten Truyn en zijn dochtertje zich bij de wan delingen aanCécil ook wel eens, maar alleen op de dagen, wanneer zijn moeder thuis bleef. Bij deze peripathetische aosthetica, zooals hij die tochten noemde, wandelde hij stil, maar zooals altijd met scherpen blik, naast of een weinig' achter Sempaly en Zinka. Van tijd tot tijd verbeterde hij Sempaly een jaartal, wat deze zich met de meeste onverschilligheid liet welgevallen en waarvoor hij ieder keer met koninklijke hoffelijkheid nooit zonder zijn hoed af te nemen dankte. Hij lachte in stilte om de mystieke en sentimenteele woorden, die Zinka

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1887 | | pagina 1