Aan onze lezers.
NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD.
PTBERICHT.
Mathilda's Liefde
4e Jaargang".
Dinsdag 28 Juni 1887.
No. 1219.
ZI N K A.
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONHEMEÏÏTSPE.US:
Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, belialve op Zon- en Feestdagen.
BureauKleine Houtstraat No. 9, Haarlem. telefoonnummer 122.
ADVERTENTIEN:
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Adverteutiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicite Etrangère G. L. DAUBE Co., JOII. F. JONES, Stier., Parijs, 3Ibis Faubourg Montmartre.
Zij, die aieh met 1° Juli op
dit Mad cCbonneeren, ontvan
gen de tot dien dag verschij
nende nummers gratis.
De Directie van HAARLEM'S
DAGBLAD heeft aan haar bureau
verkrijgbaar gesteld een beperkt ge
tal exemplaren van den boeienden
geschiedkundigen Roman
naar het Hoogduitsch
door
CHRISTIAN VAN SPAARNE.
JBSg" Voor geabonneerden op
HAARLEM'S DAGBLAD is de prijs
ƒ0.40; voor niet-geahonneerden
ƒ1.50. De Dibectie.
STADSNIEUWS.
Haarlem, 27 Juni.
Hieronder laten wij volgen het
programma der twee eerste dagen
van het Landhuiskoudkundig Con
gres:
Maandag, 27 Juni.
's Avonds 7V2 uur: Ontvangst der
congresleden op het Stadhuis. Vor
ming der afdeelingen en verkieziüg
harer voorzitters en secretarissen,
's Avonds 7 uur: Concert in de
sociëteit «Vereeniging», door het
bestuur dier sociëteit aangeboden,
te geven door de «Amsterdamsche
Orkestvereeniging», kapelmeester de
heer Wedemeijer.
Dinsdag, 28 Juni.
's Morgens 9 uur: Vergadering
der afdeelingen op het Stadhuis.
's Middags 12 uur: Keuring van
paarden op de Dreef ter inschrijving
in het «Nederlandsch Paardenstam
boek».
's Middags 2 uur: Cricket-wed
strijd.
's Middags 2 uur: Eerste alge-
meene vergadering in de «Vereeni
ging» Lange Begijnestraat.
'sMiddags 5Vs uur: Congrestafel
in het hotel Van den Berg, eige
naar de heer Scholten, aan wien
men tijdig bericht zende.
Voor de congrestafel van den vol
genden dag geve men zich vóór 12
uur van dien dag aan.
's Avonds 7y8 uur: Concert in de
Buiten-societeit, aangeboden door
het bestuur der sociëteit «Trouw
moet Blijken,» te geven door de
kapel v. d. Kon. Ned. Marine, ka
pelmeester de heer J. de Koning.
De commissie voor het Museum van
Kunstnijverheid alhier heeft haar jaarver
slag uitgebracht, waaraan wij het volgende
ontleenen:
Met de heropening van de groote zalen
van hot Paviljoen in Juli 1886 is een
nieuw tijdperk voor het Museum aange
broken, een tijdperk, waarvoor de com
missie jaren lang hare beste krachten heeft
aangewend. Niet zonder groote inspanning
is het doel bereikt, en vooral de beperkte
geldmiddelen hebben het zwaar te verant
woorden gehad. Eene kleine pauze in de
aankoopen voor het Museum is dus nood
zakelijk geweest om de geldmiddelen weder
te brengen tot een staat, die nieuwe uit
breiding mogelijk maakt.
Met die uitbreiding hoopt de commissie
eene meer bijzondere richting dan de tot nu
toe gevolgde in te slaan. Was eene alge
meen historisch-chronologische voorstelling
van de kunst versiering als grondslag nood
zakelijk, thans komt de beurt aan een meer
bijzonder gedeeltede nationale Nederland-
sche kunstvlijt, en wel in de eerste plaats
het meubelvak en ornamentaal beeldsnij
werk. De raad van bestuur heeft in zijne
jongste vergadering deze richting aange
wezen, 111 afwachting dat de geldmiddelen
weder nieuwe aankoopen zullen toelaten.
Het is dus eene verplichting voor het
Museum om voor dit vak den ouden
Europeeschen roem van het Nederlandsche
ornamentaal houtsnijwerk te doen herleven,
zoowel in meubelen als in alle voorwer
pen, waarop deze kunst in onzen tijd kan
worden toegepast.
In de eerste plaats moet dus de verza
meling modellen en afgietsels uit vroegere
tijdperken worden uitgebreid. Verder moet
ook worden geijverd voor het verkrijgen
van oorspronkelijke voorwerpen. Deze zijn
echter kostbaar en kunnen slechts nu en
dan bij gunstige omstandigheden verkregen
worden.
Ook verzamelingen in bruikleen echter
zijn voor het doel hoogst gewenscht, en
de commissie blijft dit aanbevelen aan
allen, die in staat zijn, daaraan gevolg te
geven.
Onder de geschenken, sedert Juli 1886
ontvangen, worden 0. a. vermeld eene ter
rine met onderschotel en twee vruchten-
mandjes oud Loosdrechtsch porselein, aan
geboden door den heer J. 0. Gerlings,
gemeente-ontvanger alhier; en oud Neder-
landsch houtsnijwerk, in bruikleen ontvan
gen van den heer P. C. Crommelin.
Door den heer A. Holtzman, raadslid
van het Museum, zijn aangeboden de
uitmuntende photographische afbeeldin
gen zijner kostbare verzamelingen te
Amsterdam en Hilversum, die in eene
wezenlijke behoefte voorzien, zoolang het
aantal voorwerpen in het meubelvak nog
zoo schaarsck is.
De heer Von Saher beijvert zich om
van belangrijke versieringen van gehouwen
en voorwerpen van kunstvlijt afgietsels
te doen vervaardigen om schoone motieven
van oud-Hollaudsehe kunst meer algemeen
bekend te maken en tot uitbreiding onzer
verzameling. Zoo bezit zij thans afgietsels
van versieringen der Haarlemsche vleesch-
hal en van het voormalig slot te Heem
stede, en deze stukken worden evenals
de afgietsels der schoorsteenfries ran den
heer Dyserinck, door buitenlandsche mu
seums gaarne in ruil aangenomen.
Het aantal afgietsels en modellen door
aankoopen en ruiling verkregen ten behoeve
van de inrichting der groote zalen, is te
uitgebreid om hier vermeld te worden. Een
volledig overzicht hoopt de commissie spoe
dig te geven in den beschrij venden cata
logus, bewerkt door den conservator, en
waarvan het eerste gedeelte in de vergadering
van den raad van bestuur is ter tafel
gebracht.
Met de verbeterde rangschikking en juiste
benamingder voorwerpen wordt voortgegaan.
Het bezoek aan het Museum bedroeg in
het jaar 1886 van 12 Juli (de dag der
heropening)tot 31 December 4760 personen
Van de boekerij en de verzameling af
beeldingen wordt een druk gebruik gemaakt,
vooral ter voldoening aan de meer en meer
toenemende aanvragen uit verschillende
plaatsen des lands. Aan eenige departe
menten der Maatschappij van Nijverheid en
andere instellingen zijn in den afgeloopen
winter leenverzamelingen gezonden.
Aan mej. J. van der Kaav is ook dit jaar
weder vergund, gebruik te maken van een
lokaal voor haren cursus in knnstuaald-
werk, die tot dusver geheel is afgeschei
den van de teekenschool. De belangstelling
in dien cursus neemt toe, en van het twaalf
tal leerlingen leggen de meesten zich toe,
het diploma M. O. voor fraaie handwerken
te behalen. Twee dezer leerlingen hebben
met gunstig gevolg examen afgelegd.
De commissie stelt zich voor, de uitgave
van eene reeks volksboekjes over verschil
lende onderwerpen op het gebied van kunst
nijverheid te bevorderen, en hoopt eerlang
eene proef daarvan te leveren. Zoodra ge
bleken zal zijn, dat deze proef aan de ver
wachting beantwoordt en een ander plan
kan opgemaakt worden, zal de medewerking
van direkteuren der Ned. Maatschappij ter
bevordering van Nijverheid tot het ver
krijgen van een regeerings-subsidie nader
worden ingeroepen.
De heer C. v. d. Boom, uit Rot
terdam, is benoemd tot onderwijzer
aan eene bijzondere school alhier.
In het jaarverslag van de teekenschool
voor kunstnijverheid alhier, over het stu
diejaar 18861887, wordt door de com
missie voornamelijk het volgende mede-
In overleg en met instemming der com
missie werd in de leeraarsvergaderingen
besloten, eene wijziging in het bestaande
leerplan te brengen.
Deze wijziging betreft het programma
van het rechtlijnig en bouwkundig teeke
nen le jaar. De leer der projectiën en het
ontwikkelen van meetkunstige figuren, zal
vervangen worden door toepassing van het
geleerde op meetkunstige ornamenten, en
er zal bijgevoegd worden het begin der
projectieleer.
Het is herhaaldelijk gebleken, dat de
aanleg der leerlingen dezer klasse, die ge
woonlijk den leeftijd van twaalf jaar niet
te boven gaan, niet voldoende is om tot
het ontwikkelen van meetkunstige figuren
over te gaan, voordat zij de lessen in de
beginselen der vlakke meetkunde geheel
hebben doorloopen. In verband hiermede
wenscht de commissie het tweede jaar
(bouwkundig teekenen) van September tot
Kerstmis te laten beginnen met vervolg
der projectieleer en het ontwikkelen van
eenvoudige meetkunstige lichamen. Het
geheugen-teekenen der 3 e klasse heeft zij
gemeend te moeten vervangen door het
in teekening brengen (opmeten) van bouw
kundige en ornamentale motieven naar de
natuur. Hierdoor is de leerling van zelf
verplicht door nauwkeurige beschouwing
het model in het geheugen te prenten,
en oefent hij er zich tevens in, bij voor
komende gevallen gemakkelijk weer te ge
ven wat hij gezien heeft.
Gedurende den cursus hebben verschil
lende dagleerlingen, ofschoon zij den vier
jarigen cursus niet doorloopen hebben, de
school verlaten; van de 19 leerlingen zijn
er nu nog 10 aanwezig, hetgeen zeer zeker
te betreuren is, omdat de kundigheden,
die zij gedurende één of twee jaar in deze
school kunnen verkrijgen, niet voldoende
zijn om eeuen degelijken invloed op hunne
latere loopbaan uit te oefenen. Slechts één
leerling (decoratieschilder) heeft den vier
jarigen cursus doorloopen en zal dit voor
jaar de school verlaten; men is er in
geslaagd hem een goede betrekking te
verschaffen en hij zal om te beginnen,
eenige jaren in het buitenland vertoeven,
om zijne studiën met vrucht te kunnen
voortzetten.
Ofschoon het aantal leerlingen der avond-
niet vermindert, komt het toch
zelden voor dat zij den vierjarigen cursus
geheel doorloopen. Ook is de tweede helft
van den cursus van Januari tot Mei veel
slechter bezocht dan de eerste helft.
De oorzaak dat de leerlingen de school
zoo vroegtijdig verlaten, is wel eenigszins
toe te schrijven aan de weinige belang
stelling, die de patroons ten opzichte van
het onderwijs betoonen. Zoodra er haast
bij het werk is, veroorloven zij de jonge
lieden niet meer de school te bezoeken.
Vooral onder de lithografen, meubelmakers
en timmerlieden is dit het geval.
De leerlingen die voor graveur worden
opgeleid, zijn begonnen technisch werk
zaam te zijn. De resultaten zijn totnog
toe zeer bevredigend. Ook waren de meest
gevorderde leerlingen der decoratie-schil
derklasse practisch werkzaam, daar zij
behulpzaam waren bij het decoreeren eener
muziekzaal.
Nieuwe leerlingen voor den geheelen
dagcursus zijn dit jaar niet toegetreden.
Ofschoon het aantal leerlingen dit jaar niet
is toegenomen, kan men echter bespeuren
dat liet gehalte niets te wenschen over
laat.
Door het onderwijzend personeel wordt
steeds met ernst en toewijding ge
werkt om de leerlingen eene degelijke en
artistieke opleiding te geven.
Het is ook zeker een gunstig teeken
dat de band tusschen Museum en Teeken
school steeds enger wordt aangehaald; de
leerlingen beginnen meer en meer belang
stelling voor de verzameling te toonen,
waartoe de lessen in kunstgeschiedenis en
ornamentleer niet weinig bijdragen. Ook
wordt van de modellen van het Museum
ruimschoots gebruik gemaakt.
Benoemd tot onderwijzer te Delft
de heer A. C. Stoorvogel, thans
tijdelijk onderwijzer te Haarlem.
De schrijver van het stukje «IJmui-
den» (zie ons vorig nummer) kan
tevreden zijn:
Wij vernemen u t goede bron dat
door den minister van Waterstaat,
Handel en Nijverheid reeds een inge
nieur is aaugewezen voor het doen
van nadere opnemingen, het inge-
reedheid brengen van bestekken,
begrootingen, teekeningen, enz.,
alles voor de uitbreidingswerken te
IJmuiden.
Begunstigd door prachtig zomer
weder maakte 47 leerlingen uit de
hoogste klassen der scholen te Pur-
merland en lip Vrijdag met hunne
onderwijzers een uitstapje naar het
Brouwerskolkje bij Haarlem. Eerst
werd nog eene poos vertoeft op het
strand te Zandvoort. De kinderen
genoten volop. 70 kleinen uit de
FBUILLETO 3XT-
Roman van OSSIP SCHUBIN.
20)
TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
De weddenschap tusschen Zinka en Sempaly werd dien
middag niet beslist. Sempaly schreef een kort briefje aan
Zinka, dat hij haar niet kon vergezellen. De woorden van
Truyn hadden, zonder dat hij het zichzelf wilde bekennen,
een zeer sterken indruk op hem gemaakt. Hoe hij er zich
tegen verzette, er bleef hem niets anders over, dan de zaak
ernstig onder de oogen te zien. Zich te laten overplaatsen,
met al zijne aangename levensgewoonten te breken de
gedachte was hem onverdragelijk. Hij had een gevoel, alsof
iemand hem zeer hardhandig uit zoete droomen had wak
ker geschud. Hij wilde niet wakker worden, wilde zijn
droomen niet voor de werkelijkheid prijsgeven. Bleef hem
dan wezenlijk niet anders over? Ja, als hij de noodige
energie had bezeten, dan had hij den zoeten droom tot wer
kelijkheid kunnen maken. Zijn hart trilde van een over
stelpende vreugde, als die gedachte bij hem opkwam.
Hij was niet meer op den leeftijd, waarin men dwaze
zetten doet, waarin men beruchte zangeressen tot een rei-
nen levenswandel hoopt te hekeeren of de goevernante van
zijn zuster, die twaalf jaar ouder is, wil trouwen. Als hij
de mogelijkheid van een verbintenis met Zinka overwoog,
dan deed hij dit, omdat hij wist, dat zijn gevoel voor haar
niet vluchtig en voorbijgaand was, maar in zijn binnenste
wortel had geschoten. Alle genietingen der wereld hadden
voor hem opengestaan, en hij was ze moede geworden. Dat
wat voor andere jonge mannen voldoende was om den noo-
digen levenslust te behouden, had hem afkeer ingeboezemd.
Sedert jaren had hij zijn bestaan leeg en vervelend gevon
den, toen hij plotseling Zinka had leeren kennen.
Toen was het hem, alsof de liefelijkste lentegeesten zijn
koude, eenzame ziel hadden verwarmd en er bloesems in
te voorschijn hadden geroepen. Hij voelde weer «de zoete
smart van het bestaan# En nu zou hij eigenhandig al
die schoone bloesems afsnijden
Den omgang met haar afbreken, een ander in mijn
plaats dulden, neen dat kan ik niet en dat wil ik niet 1
wat gaat het Truyn aan wie is hij, dat hij zich het
recht aanmatigt over mijne handeling den staf te breken
en mij bevelen te geven? riep bij met gebalde vuisten uit.
Toen hij er echter over dacht, op dezelfde wijze met Zinka
te blijven omgaan, te blijven genieten in haar lach, haar
vriendelijkheid en schoonheid, zooals voorheen toen ge
voelde hij zich niet op zijn gemak. Hij wist dat hij het
niet meer zou kunnen. Zijn tot nu toe in stilte genietend
hart had leeren spreken en eischen. Zich door zulk een
zelfverblinding rust te willen verschaffen, was even onmo
gelijk als een kwellenden dorst door den dauwdrop in een
rozeukelk te lesschen.
Hij beminde haar eensklaps vurig, onzinnig!
Vooral de zoogenaamde interessante vrouwen hadden hem
spoedig verveeld. De meesten waren als troebele beekjes,
die men niet kan doorzien, omdat zij in de stormen des
levens baar klaarheid en reinheid hebben verloren. Maar
Zinka deed denken aan een schoon bergmeer, welks wate
ren zoo klaar zijn, dat men aan zijn oevers de steentjes op
den bodem kan tellen. Hoe verder men echter doordringt,
des te ondoorzichtiger, geheimzinniger worden de wateren,
zonder troebel te worden, alleen door de toenemende diepte.
En eindelijk worden zij zoo diep, dat men niettegenstaande
de klaarste helderheid niet op den bodem kan zien. Het
scheen hem toe dat het meer, juist daar waar het het
diepst was, een schat verborg, die slechts door een enkelen
van God begenadigde kon worden ontdekt.
Hoe verlangde hii dat meer te doorgronden!
Zij was als voor hem geschapen. Hij had zich met haar
nog nooit een oogenblik verveeld, want zij gaf veel
voor hoofd en hart. Al de ongerijmde tegenstellingen van
haar persoonlijkheid boeiden hem. Eens had hij van haar
gezegd, dat zij «een klein piano-uittreksel van vrouwelijk
heid» was, zooveel verschillende eigenschappen waren
haar samengevat. Hare te midden der vroolijkste, k'
lijke grappen dikwijls schitterende diepte van ged?
dolle, geestige moedwil, waarop dan even snel
gepeins volgde, haar klein, grillig egoïsme e