BINNENLAND. Bij Kou. besluiten van 20 Aug. is aan Solecki, geb. te Kosten, vergunning ver leend, de geneeskunst uit te oefeuen op Nederlandscbe zeeschepen, met uitzondering van oorlogsvaartuigen, onder voorwaarde, dat hij de wettelijke bepalingen omtrent de uitoefening der geneeskunst in Neder!, stiptelijk nakome; is met ingang van 1 September, de inspect, van den geneesk. dienst der zeemacht (schout bij nacht) J. D. Sachse eervol ontheven van de be trekking van lid der directie van het weduwen- en weezenl'onds der militaire officieren bij de zeemacht, onder dankbet. voor de als zoodanig bewezen diensten, en die betrekking opgedragen aan den kapit. ter zee G-. Kruys. Bij kou. besluit van 17 Aug. zijn in hunner, rang overgeplaatst bij het reg. greuadiers en jagers de kapitein H. A. Calkoen, van het 4de, en de lste luit. J. M. 1'. J. Latour, vau liet 5e reg. in fanterie. Bij kou. besluit van 20 Aug. is benoemd tot direct, van het post en tele graafkantoor te Goor, J. W. Ziegler, thans voorloopig met die function belast. I)e heer J. vau Vollenhoven, be noemd tot vice-consul der Nederlanden te Algiers, is in die hoedanigheid door de Krausche regeering erkend. De adelborst lste kl. H. G. Leem bruggen, uit West-Indië in Nederland teruggekeerd, is op nonactiviteit gesteld. De minister van Financiën brengt ter kennis van ambtenaren der directe bel., invoerr. en acc., dat, wegens het ontbreken van sollicitanten voor het open gevallen kantoor //Amstenrade," ontvangers en andere ambtenaren, die volgens de be staande bepalingen voor de vervulling van ontvangkantoren in aanmerking kunnen komen, onverschillig of zij overigens be voegd zijn tot mededinging naar genoemd kantoor, zich daarvoor nog tot 10 Sept. e. k. bij het dep. van Financiën kunnen aanmelden. Do minister van financiën, in er varing gekomen zijnde, dat sedert eenigen tijd vooral in de provincie Noord-Flolland en voornamelijk te Amsterdam, vele valsehe geldstukken worden aangetroffen, waar schuwt een ieder met verwijzing naar art. 21 der wet vau 26 November 1S47 (Staatsblad no. 69) zicb niet door aan neming van dergelijke stukken schade te berokkenen. De voornaamste uiterlijke kenmerken, waardoor die valsehe meest uit tin en lood samengestelde stukken zicli van echte onderscheiden, zijn: meer grauwe (minder zilverwitte) kleur; eenige vettig heid der oppervlakte; minder heldere klank; minder scherpte der omtrekken van den beeldenaar en minder gewicht, terwijl het randschrift zeer onduidelijk is of bij sommige geheel ontbreekt. Do gewone audiënties van de minis ters van Fin. en van Oorlog zullen Don derdag aanstaande niet plaats hebben. {Büüsnsiamde berichten zijn uit de St.-Ct.) Z. K. H. de groothertog van Saksen-Weimar is Maandag naar Soestdijk vertrokkeD, ten einde aan H.H. M.M. den Koning en de Ko ningin een bezoek te brengen. Z. M. de Koning der Belgen heeft benoemd tot ridder in de Leopoldsorde, de consul van dat rijk ,J. Rijckevorsel, te 's Hertogen- bosch, F. de Rijk, te Soerabaja, en P. Landberg, te Batavia. Jbr. D. J. A. A. van Lawick van Pabst, burgemeester van Arn hem, is benoemd tot officier der Leopoldsorde. De Haagsche correspondent der Midd. Ct. maakt melding van een gerucht, dat in de residentie loopt. Volgens dat gerucht zou jbr. de Brauw, comm. des Konings in Zeeland, de opvolger worden van mr. Patijn als burgemeester van 's-Gravenhage, en zou deze op zijn beurt bestemd zijn om den beer de Brauw als commissaris des Konings in Zeeland te vervangen. In navolging van bet Rijn- zalmtractaat worden thans door België en Frankrijk pogingen in bet werk gesteld om met Nederland een verdrag te sluiten, waarbij ook de zalmvisscherij in de rivier de Maas aan bepaalde regels wordt onderworden, opdat bijv. de visch gelegenheid hebbe, de bovenrivier te bereiken om daar kuit te schieten. Ook de aanwoners van de boven- Maas in Nederland zullen van dat tractaat, indien bet tot stand komt, voordeel hebben, daar het te ver wachten is dat dan de zalmvisscherij in Limburg weder eenige beteekenis zal krijgen, gelijk dat nog voor een veertig jaar het geval was. Thans wordt daar geen enkele zalm meer gevangen. De Arnh. Ct. stelt de vraag, of de zeven liberale leden, die in de Tweede Kamer het ontwerp- Scbaepman hebben aangenomen weder de candidaten der vereenigde liberale partij kunnen zijn. Zij beantwoordt die vraag, nu het ontwerp in de Eerste Kamer is verworpen, bevestigend. «De nieuwe Staten-Generaal zul len niet hebben te oordeelen over eenige wijziging van artikel 194. De liberale partij heeft thans al leen te vragen of zij van baar can didaten medewerking tot de aan neming der voorstellen, die bij eerste lezing door de Staten-Generaal zijn goedgekeurd, kan verwachten; het lijdt geen twijfel, of die medewer king zullen de zeven afgewekenen van 6 Juni daarom nog geen uitgewekenen uit het liberale leger kamp evengoed als de andere liberale leden der voormalige Tweede Kamer verleenen.» Omdat geen liberaal orgaan zicb met meer ernst en nadruk tegen bet votum van 6 Juni heeft uitgelaten dan de Arnh. Ctstelt bet blad er prijs op, dat in haar kolommen de vraag in dezen zin wordt beantwoord. De commissie welke zich ge vormd bad om aan dr. Mezger Amsterdam's belangstelling te doen blijken, beeft van den dokter de volgende verklaring ontvangen «Na alles nog eens goed over dacht en overwogen te hebben, kom ik nu tot de volgende conclusie in tegenspraak met mijn vroeger besluit, en daarom goed overwogen en goed overdacht. «Daar ik van Wiesbaden niets heb aangenomen, wensch ik zulks van Amsterdam evenmin te doen, want ik wil niet dat bet den 6chijn zoude hebben alsof ik ooit mijn voor deel zoude beoogd hebben. Zoo wil ik positief niet hebben, noch van regeeringswege, noch van bet stads bestuur, noch van particuliere per sonen een titel, een waardigheid, eerbetoon, geschenken of ovatiën van welken aard of onder welke benamingen ook zonder dit alles ben ik geworden wat ik ben. «Dezelfde redenen om geen pro fessoraat aan te nemen bestaan nog en nu nog klemmender dan vroeger. «Aan de commissie mijn harte lijke dank voor de genomen moeite; zij gebruikte haarveel vermogen den invloed om te verkrijgen dat de Stedemaagd beter toilet make en dat zij, die in Amsterdam vertoeven, zich niet hebben te beklagen over de baldadigheid der straatjeugd.» Domburg21 Aug. 1887. De. Joh. G. Mez&eb. In verschillende pers-organen zijn al zeer vele namen genoemd van personen, die als opvolger van den beer Patijn worden gedoodverfd. Het Vad. heeft reden om aan te nemen, dat geen van die namen de juiste is, maar dat het meest in aanmerking komt mr. G. J. E. Graaf van Bylant, lid van Gedepu teerde Staten van Zuid-Holland. Aan den heer jhr. mr. J. Röell moet het burgemeesterschap zijn aangeboden, maar hij moet hebben bedankt. De kiesvereeniging «Het alge meen Belang» te Leiden besloot dit maal geen candidaten voor de Twee de Kamer te stellen. De anti-revolutionnaire Kies vereeniging «Nederland en Oranje» te Leiden beeft tot candidaten voor de Tweede Kamer gesteld de hee- ren O. baron Van Wassenaer van Catwijck, aftredend lid, en J. H. Donner, oud-kamerlid. In de Maandag te Delft gehouden vergadering van de anti-revol. Cen trale kiesvereeniging in het hoofd kiesdistrict Delft, werden opnieuw tot candidaten voor de Tweede Ka mer geproclameerd onvoorwaardelijk de heer J. C. Fabius, voorwaardelijk mr. A. H. M. Van Berckel, wien gevraagd zal worden of hij bij de stemming over de Grondwet eens gezind is met den heer Fabius, zoo neen, dan zal de kiesvereeniging hem niet steunen. Te Amsterdam werd een man, die niet loopen kan, wegens «land- looperij» veroordeeld tot 12 dagen hechtenis. In een uit Amsterdam ver- trekkenden trein nam een boertje plaats met zijn 17-jarige dochter. Hij plaatste haar op zijn schoot, en gaf den conducteur, die van haar een kaartje verlangde, ten antwoord: «O, ik dog dat kienders vrij van betaolen waoren.» In de Damstraat te Amsterdam is Maandagavond weder een rond- venter vau Recht voor Allendie daarbij minder onschuldige toespra ken hield en wat te veel nieuws gierigen om zich kreeg, door de politie in bewaring genomen. Men schrijft ons uit Hilversum Onze kermis, die juist van daag is begonnen en ongelukkig genoeg tot Zondag zal duren, belooft dit jaar al zeer weinig. Kunnen we geen enkel jaar roemen op een druk be zoek van groote spellen, tenten, enz., zóó min als dezen keer is het nog nimmer geweest. Geen «Pakt de leuning I» geen «Nationale schiettent» ja zelfs geen «Stella.» Wat er dan wél is? Tal van koek- en speelgoedkramen en nog meer geïmproviseerde zuur- kalletjes, waar de mindere man voor een cent aeen prik» kan krijgen. Voor den burger is bet zelfs der moeite niet waard zijn buis te ver laten, of het moest zijn om eens even een kijkje te nemen of om zich te gaan vergasten aan een paar Brusselsche wafelen in de sierlijke beignetskraam. De commissie voor «uitdeeling van warme spijzen», die reeds meer dan 40 jaren met het grootste suc ces is werkzaam geweest, doet ook thans weder een beroep op de lief dadigheid van Hilversum's ingeze tenen. Waar het gemeentebestuur zoo flink de zaak steunt door een gift van duizend gulden tot den bouw van een steenen soeploodsjë, daar zullen ongetwijield de gegoe den niet achter willen blijven, maar integendeel met milde hand. hun giften toevertrouwen aan de werk zame leden der commissie, die reeds zoo vele jaren getoond hebben een warm kloppend hart te bezitten voor den minder bedeelde. En waar die commissie voortgaat haar tijd be schikbaar te stellen tot verzachting van het lot der armen, voegt het ons door talrijke bijdragen haar taak te verlichten. Men schrijft ons uit Zaandam Met genoegen vernemen wij, dat de rijksveldwachter Smit, die be trokken was bij den dood van Hot tentot te Oostzaan, met ingang van 22 Aug. is verplaatst naar Rozen burg. Algemeen vreesde men toch, dat de verbolgenheid, welke nog altijd onder de Oostzaners leeft over het gebeurde met bunnen dorpsgenoot, zicb in de volgende week, te midden der kermisdrukte, op de eene of andere wijze ten nadeele van den rijksveldwachter zou openbaren. De afdeeling Edam c. a. der Holl. Mij van Landbouw koos tot afgevaardigbeden naar de algemeene vergadering de heeren II. J. Calkoen en S. Bos. Tot lid van het hoofdbe stuur werd aangewezen mr. W. K. baron Van Dedem. Als een zeer zeldzaam geval mag gemeld worden, dat de heer M. C. Merens, te Monnikendam, oud-notaris, oud-lid der Provinciale Staten van Noord-Holland, hoog heemraad van bet waterschap Wa terland enz., Maandag zijn veertig jarig wethouderschap herdacht. Hoe wel gebogen onder den last der jaren, neemt de algemeen geachte man nog met ijver deel aan de zorg voor de belangen van stad en land. Meu schrijft ons uit Hoorn: Zij die per spoor herwaarts reizen, zien bij aankomst aan het station alhier on middellijk dat er iets bizonders aanstaande is. Een uitgebreide vlakte in de onmiddel lijke nabijheid van het station is reeds met een houten schutting omheind, eu van de noodige gebouwen voorzienhet toe komstig terrein van de in September alhier te houden tentoonstelling, uitgaande van de Noord- en Zuid-Hollandsche maat schappij van landbouw. Die tentoonstelling belooft hoogst merkwaardig en beziens waardig te zullen zijn, en blijkbaar wordt, de uitgebreidheid van het bestemde terreiu in aanmerking genomen, op tal van inzendingen gerekend. Reeds hebben zich uit de ingezetenen te dezer stede commissiën gevormd, die zich ten doel stellen gelden te verzame len voor het aanbrengen van versieringen en illuminatie, opdat in de eerste dagen van September onze stad een recht fees telijk aanzien mogen verkrijgen, overeen stemmend met de eigenaardige drukte en het gewoel die als dan te verwachten zijn. Jammer dat door de houten omheining van het tentoonstel' ngs-terrein een van de van de voornaamste toegangen voor het station is afgesloten. Dit is voor reizigers uit sommige omliggende plaatsen een groot ongerief, en veroorzaakte dat de Commissaris des Konings in Noord-Holland, die een de zer dagen,na verblijt te B.bij een lid der Pro vinciale staten, huiswaarts willende keeren, bijna te laat kwam voor den laatsten trein. Maar dit ongerief kon zeker moeilijk voor komen worden en is in ieder geval maar tijdelijk. Naar men verneemt, zal het Groot Badhotel te Katwijk aan Zee tegen het volgende badseizoen op kosten van den eigenaar, den heer O. baron van Wassenaer van Cat wijck, geheel gerestaureerd en meer overeenkomstig de eiscben des tijds worden ingericht. Uit Cleve schrijft men aan het N. v. d. D.: «Dezer dagen is de jongeD, die in het laatst van Juli alhier bet ouderlijke huis ontliep, door de zorg van de politie te Rot terdam weder bij zijne ouders te ruggebracht. «Bij dat terugbrengen deed zich een zonderling incident op. Het be richt van het verdwijnen van den knaap, werd overgenomen door eene Zuid-Hollandsche courant, die ech ter bet abuis beging, in plaats Cleve of Kleef, Sneeh te drukken. «De ijverige politie van Rotter dam nam nota van dat bericht en was zoo gelukkig den vluchteling op te sporen. Nu werd bij naar Sneek gevoerd. Zijn beweren dat hij uit Cleve was, werd niet geloofd; men scheen daarin eene poging te zien om goedkoop over de grenzen te geraken en zijn dwaaltocht in Duitschland voort te zetten. Hij kwam nu in Sueek, doch daar was op geen velden of wegen eene fa milie van dien naam te vinden. Goede raad was nu duur; men be sloot den zwerveling geloof te schen ken en voerde hem nu naar Cleve, doch onbegrijpelijker wijze langs eenen omweg over Gennep en Goch. De ouderharten werden des te lan ger in angst gehouden. Wat eene enkele drukfout al geen last kan veroorzaken «De joDgen heeft met ijver zijne lessen op de land- en akkerbouw- echool weer op zicb genomen». Een even oude als merkwaar dige en vrij geheimzinnige instelling te Arnhem viert eerstdaags haar 500-jarig bestaan. De St. Nicolaas- Broederscbap dagteekend van 7 Sep tember 1387. Van ouds schijnt zij eene instelling van liefdadigheid te zijn geweest, daar het doel der stichting wordt omschreven als «de eer Gods en des bisschops St. Nico- laas en het heil der armen» te be vorderen. Onder de bepalingen komt ook deze voor: de broeders mogen de statuten of gewoonten, zoo geheime als openbare, nooit verraden; zij zul len elkaar altijd bouw en trouw zijn en hun twisten onderling beslissen, uitgezonderd over zaken van erfenis. Over welke fondsen de broeder schap te beschikken beeft, is onbe kend; wel weet men, dat zij belang rijke ondersteuningen uitreikt aan bekoeftigen en giften ter gelegen heid vau den St. Nicolaasdag. Mr. Staats Evers noemde voor 1886 de som van f 12199,32. Dezer dagen hebben wij mede gedeeld, dat eene logementhoudster uit Londen te Beekbergen in hech tenis genomen is, daar zij een min derjarig meisje ontvoerd zou hebben. Het meisje is later tot bare ouders teruggekeerd en de vrouw weder in vrijheid gesteld. In Gelria, treft men eenige bi- zonderbeden aan, die op de zaak een ander licht werpen, en waaruit blijkt, dat er van outvoering eigen lijk geen sprake was. De logementhoudster te Londen is eene hoogst fatsoenlijke vrouw, Hollandsche van geboorte en uit Haarlem afkomstig. Zij is gehuwd met eenen Engelschmau, die te Londen eene goede handelsbetrek king heeft, en houdt zelve aldaar een «boardinghouse,» dat door ge distingeerde families wordt bezocht. Onlangs bij bloedverwanten te Haarlem zijnde, kwam zij door eene advertentie op de gedachte, een huisje te koopen in de buurt van Apeldoorn, om daar door het inade men der droge lucht genezing te vinden voor de borstziekte die haar kwelt. Door hare betrekking te Londen, die haar met nette families deed omgaan, ontving zij ook te Beekbergen bezoeken van laudge- nooten, die dan bij haar bunnen intrek namen. Dat was ook dezen eene korte reis van hoogstens ééne week; daarna kwam hij terug zonder dat men wist waarheen hij geweest was, want zijne bedienden lieten niet in 't minst iets van de daden huns meesters doorschemeren. Wat er ook van zijn moge, de voorname manieren van den Spanjaard, zijn edelmoedigheid en zijn milddadigheid hadden hem in Arispo heel spoedig een machtigen invloed doen verkrijgen. Hij maakte er gebruik van om eene expeditie te organiseeren naar eene ver afgelegen streek, waar, om zoo te zeggen, nog nooit een blanke was door gedrongen. Daar don Estevan bijna altijd met bet spel verloor en, zooals wij reeds gezegd hebben, altijd vergat het door hem geleende geld terug te vorderen en men bij gevolg niet veronderstellen kon dat bij van bet spel of van geleend geld leefde, vermoedde men dat hij niet ver van Arispo de een of andere rijke «placer» (goudmijn) bezat en dat hij in 't hartje van bet land der Apachen nog rijkere kende. De regelmatige reizen van signor Arecbiza bevestigden deze eerste veronderstelling; wat de tweede betreft, zou het toeval ze mettertijd wel ophelderen. Wij zullen verder zeggen op welke manier. Dank zij den grooten invloed dien hij bezat, had don Este van dus minder moeite dan een ander om voor zijn plan gelukzoekers en volgelingen te vinden. Reeds begaven zich, Daar het gerucht liep, tachtig beraden mannen van ver schillende punten van Sonora Daar het op de uiterste grens, nabij bet Indiaansche grondgebied gelegen plaatsje Tubac, welk punt Arechiza hun als verzamelplaats had aangewe zen en, naar men algemeen wilde, zou don Estevan zelf binnen een paar dagen van Arispo vertrekken om zich aan het hoofd der expeditie te gaan stellen. Dit gerucht, dat in 't eerst nog allen grond miste, werd weldra bevestigd; want bij gelegenheid van een diner dat hij gaf, deelde don Estevan aan zijne gasten mede dat hij binnen drie dagen naar Tubac op reis ging. Onder ditzelide diner werd een bode de feestzaal binnengebracht en over handigde don Estevan een brief waarop antwoord gegeven moest worden. Daar de vreemdeling in al zijne bewegingen eene zekere geheimzinnigheid verried, zwegen de gasten een oogenblik om don Estevan's houding en gelaatsuitdrukking eens op te nemen; maar deze, zich het voorwerp ziende der algemeene aandacht, verried in niets hetgeen in hem om ging; het is waar dat bij zijne gevoelens volkomen kon ontveinzen en misschien had hij dien dag al zijn macht op zicbzelven wel noodig. - Het is goed, zeide hij kalm tot den bode; be richt aan den afzender van den brief dat ik binnen drie dagen op de afgesproken plaats zal zijn. En hij gaf hem zijn afscheid, terwijl hij zicb bij zijne gasten over deze gedwongen onbeleefdheid verontschuldigde het onderbroken diner werd daarna voortgezet. De Span jaard scheen intusschen nadenkender dan gewoonlijk en toen zijne gasten huiswaarts gingen, twijfelden zij er niet aan of hij bad de een of andere hoogst gewichtige tijding ontvangen. Wij zullen de bewoners van Arispo aan hunne vermoedens overlaten om don Estevan voor te gaan naar de geheimzinnige in dien brief afgesproken plaats, gelegen op den weg naar Tubac. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1887 | | pagina 2