NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD. De Goudvallei. 5e Jaargang'. Vrijdag 2 September 1887. No. 1276. ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIEN: HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0.03. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 reg-els 50 Cents; iedere regel meer 10 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij groote opgaven aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiers. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publicite Etrangère G. L. HATJBE &r Co., J Oil. F. J ONES, Sucr., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. Zij, die zicli op ons blad abonneeren, ont vangen gratis hetgeen van het tegenwoordige F euilleton reeds het licht zag. FF FIRFCTIF. STADSNIEUWS. Haarlem, 1 September. GEMEENTERAAD. De zitting vau Woensdagmiddag was kort, maar krachtig. Het laatste omdat er, met zeer weinig spraakwater, een groot aantal besluiten zijn genomen, alles binnen den tijd van één uur en vijf minuten, vijf en dertig seconden. De vergadering was bijna voltallig want alleen mr. de Clercq vau Weel ontbrak. Na de voorlezing der notulen, als ge woonlijk met groote aandacht door het publiek aangehoord en door den raad goedgekeurd, nam de voorzitter het woord en bracht in herinnering dat het heden de verjaardag was van Prinses Wilhelmina, en dat ten bewijze daarvan van vele ge bouwen in de stad de driekleur wapperde. Nu de zitting van den gemeenteraad juist op dezen dag werd gehouden, stelde hij den raad voor een telegram aan Z. M. den Koning te zenden, van den volgenden in houd „Z. M. den Koning Soestdijk. De burgemeester van Haarlem, zoo na mens den gemeenteraad op heden verga derd, als ook uit naam der ingezetenen, heeft hiermede de eer aan HH. MM. den Koning en den Koningin zijne oprechte gelukwenschen aan te bieden,met den ver jaardag Harer K. H. prinses Wilhelmina." De geheele raad was het hiermede volkomen eens en betuigde algeheele in stemming met dit voorstel door als één man op te staan. Daarop kwamen de ingekomen stukken aan de orde, waaronder: een heele reeks goedkeuringen van Gedeputeerde Staten, vau besluiten in den raad gevallen een stuk van B. en W. aan den raad, bevattende de begrooting voor 1888; als het gedrukt is zal het aan de leden wor den rondgezonden. Verder werd voor ken nisgeving aangenomen een brief van mej. Crans, waarin zij haar dank betuigde voor hare benoeming als onderwijzeres 1ste klasse; een verzoek van den heer A. v. d. Steur Jr. om in koop te ontvangen een stuk grond in het Florapark, naast de villa van Graaf van Limburg Styrum de heer J. Timmers had een verzoekschrift ingediend om een pakhuis te huren, welk adres, evenals het vorige, ter afdoening werd gesteld in handen van B. en W. De gemeente Kampen heeft aan Haar lem een register op haar gemeentelijk archief, en eveneens de gemeente Deventer een oud stuk ten geschenke gezonden, waarvoor aan beide gemeentebesturen reeds dank werd betuigd. Voorts was ingekomen een schrijven van den heer Pinedo, die bij het einde der loopende erfpacht de grond der Buiten- societeit verklaarde te willen huren of pachten, voor f 3000 of daaromtrent. De heer P. wilde daar een lokaal doen bou wen voor muziekuitvoeringen. Zoo dit verzoek niet werd toegestaan verzocht hij verhuring in het publiek. Dit adres werd aan B. en W. overge dragen, evenals het verzoek van de Haar- lemsche stoom verffabriek om een ketting pont te mogen leggen aan het Noorder- buitenspaame, tegen een vergoeding van f 200 'sjaars. Vervolgens werden de verschillende re keningen goedgekeurd, zooals we in ons vorig nummer reeds mededeelden, cn het stembureau voor de verkiezing der Tweede Kamer benoemd. De voorgestelde gratificatie van f 100 aan den heer J. C. A. Pabst, voor de instructie bij de schutterij, gaf den heer van Dieren Bijvoet aanleiding, te vragen of hierin geen onbillijkheid was gelegen nu dezelfde heer het vorige jaar voor slechts acht maanden dezelfde som kreeg. De Voorzitter deelde mede dat hetDage- lijksch Bestuur niet juist met den tijd rekening had willen houden. De heer Stoel stelde echter voor de gratificatie te ver- hoogen tot f 150; dit amendement werd door den lieer de Kanter krachtig ge steund; door de goede leiding van den heer Pabst zeide hij heeft de schutterij dit jaar prijzen behaald in een wedstrijd, en allen die het beoordeelen kunnen, zijn met zijn onderwijs zeer inge nomen. Ook de raad was het hiermede eens. Toen de punten ter behandeling op de agenda, waren afgehandeld, kreeg de heer Krelage het woord en herinnerde er aan dat hij voor de laatste maal zitting had genomen in den raad. Hij betuigde met bewogen stem zijn welgemeenden dank aan den Voorzitter en de secretaris. Hij nam slechts ongaarne afscheid van zijne mede leden en uitte den wensch, zich persoon lijk hij voortduring in aller vriendschap aanbevelende, dat het hun nog lang moge gegeven zijn werkzaam te wezen in het belang der gemeente. De Voorzitter antwoordde dat hij over tuigd was te spreken uit naam van alle raadsleden wanneer hij verzekerde dat het hem leed deed den heer Krelage te zien vertrekken. Spreker bedankte hem voor de toewijding door hem gedurende zoovele jaren aan de gemeente betoond, en ver zekerde den heer Krelage, met voldoening te mogen terugzien op zijn veeljarige me dewerking als gemeenteraadslid, gedurende een tijd waarin de gemeente zoozeer in voorspoed was toegenomen. Ten slotte sprak de heer Jordens de hoop uit dat de heer Krelage, zij het ook huiten den raad, als burger van Haarlem, nog jaren lang zal kunnen me dewerken tot den vermeerderden bloei van deze gemeente. Met applaus betuigden de leden van den raad hunne instemming met deze woorden. De heer de Kanter, op de vraag of iemand nog iets in 't midden had te bren gen, drong aan op vernieuwing van de pomp op de Groenmarkt, die reeds ge- ruimen tijd onbruikbaar was, en door een kleinere pomp tijdelijk was vervangen. De Voorzitter beloofde onderzoek en her stel. De heer Stolp informeerde daarop naar de stand der kwestie omtrent de wijziging in de inrichting der burger-avondschool, waarop de Voorzitter mededeelde dat de zaak nog in onderzoek was. Hierop werd de vergadering gesloten. Dinsdagmiddag te drie uur zal de raad vergaderen om volgens de wettelijke bepalingen de nieuwe raadslieden te iu- stallecren, wethouders te benoemen, en een wijziging in huurcontracten te behandelen. Na afloop der vergadering, omstreeks vier uur des middags, werd het volgende telegram ontvangen, in antwoord op het afgezondene ^/Burgemeester Haarlem. Zijne Majesteit, zeer gevoelig voor de aangeboden heilwen- schen, laat u, den Raad en de burgerij Hoogstdeszelfs hartelijken dank betuigen. Adjudant Van Hogendorp". Het stedelijk museum van schil derijen en oudheden op het Raadhuis alhier, is in de maand Augustus j.l. bezocht door 1245 personen waarvan 237 zonder betaling. Bij koninkl. besl. van 20 Aug. zijn goedgekeurd de statuten der vereeniging «De Kerkelijke Kas» alhier en is die vereeniging anders gezegd de doleerende gemeente daardoor als rechtspersoon erkend. Zondag 4 Sept. a. s. zal de Haarl. Vélocipèdeclub een wegwedstrijd houden van de Velzerbrug tot Alk maar en terug. Men vertrekt te half elf. Na afloop prijsuitdeeling en een gemeenschappelijke maaltijd in het hötel «Apeldoorn», te Velzen. Bij den op Zondag 4 Sept. a.s. te houden schietwedstrijd van de ver eeniging «Vicit Vim Virtus», zal eerst door de leden en daarna door leden, donateurs, geïnviteerden en het bestuur van de vereeniging «Willem III» om prijzen worden ge kampt. Te 8 ure 's avond zal de uit reiking der prijzen plaats hebben in het café Brinkmann. De verjaardag van het Prinsesje werd Woensdagavond in de sociëteit «Vereeniging», evenals het vorige jaar, gevierd door een bal voor de kinderen der leden, dat afgewisseld werd met allerlei vermakelijkheden. Was men ditmaal door het slechte weder gedwongen om het feest in de concertzaal te houden, dit had geen invloed op de prettige stem ming, welke onder het jonge volkje heerschte. Het bal begon te zeven uur; ieder der jeugdige deelnemers ontving bij het afgeven van zijn toegangskaart een viertal bons, rechtgevende op evenveel maag- en hartversterkin gen. Het feest werd geopend met een marsch, gespeeld door het ste delijk muziekcorps; met van vreugde stralende gezichtjes werd eenige ma len een optocht door de zaal ge daan, om daarna de verbazende goocheltoeren te bewonderen van prof. Bosco, «expresselijk voor deze gelegenheid geëngageerd». Toen begon het hoepelspringen; drie hee- ren hielden elk een met vloeipapier bekleeden hoepel in de hand en op commando sprongen een aantal meisjes en jongens, drie aan drie, er do^r heen, waarbij velen bewij zen van vlugheid in 't springen af legden. Zij, die door den hoepel sprongen zonder hem aan te raken ontvingen keurige prijzen, bestaande uit doozen speelgoed, schrijfgereed schap, plak-albums enz. enz. Na afloop daarvan had een vlag- genoptocht plaats, waarbij vroolijke liederen onder begeleiding der mu ziek werden gezongen. Na een «polka mazurka» volgde het hoofdnummer van den avond, nl. een marsch met lampions, die een alleraardigst effect teweegbracht, terwijl thans vaderlandsche liederen door de kinderen werden aange heven. Een prachtig diorama schonk den jeugdigen deelnemers weder gele genheid de beenen wat rust te gun nen en onder het genot van ver schillende ververschiügenallerlei fraaie landschappen en portretten, waaronder die van het vorstelijk gezin, te bewonderen. Hiermede eindigde het feest, dat voorzeker bij alle aanwezigen een prettigen indruk zal hebben nage laten en hen met dank zal hebben ver vuld jegens het bestuur der sociëteit, die zooveel heeft gedaan om de kleinen een gezelligen avond te be reiden. Inzonderheid moge ook een woord van lof worden toegebracht aan de heeren Martin en Meijerink, voor het groote aandeel dat zij in de voorbereiding en leiding van het feest hebben gehad. Woensdagmiddag te twee uren had de plechtige opening plaats van het nieuwe Diaconessenhuis in de Hazenpaterslaan. Behalve vele be langstellenden waren de kerkeraden der Hervormden, Remonstranten, Christelijk Gereformeerden, Doops gezinden en Lutherschen door afge vaardigden vertegenwoordigd,ter wijl vele geneesheeren de plechtigheid bijwoonden. De directeur, ds. Creutz- berg, las na opening met gebed psalm 121 voor, waarvan het eerste vers met begeleiding van een sera- phine-orgel door de aanwezigen werd gezongen. Tot tekst voor zijne toe spraak had hij gekozen 2 Kronijken 6 vs. 20: «dat uwe oogen open zijn dag en nacht over dit huis». Dank kon hij aan de edele stichtster niet brengen, daar zij uitdrukkelijk had gewenscht dat haar naam niet zoude genoemd worden. Na ds. Creutzberg werd het woord gevoerd door ds. Barger, uit naam van de Vereeniging voor lijders aan vallende ziekte en uit naam van den hoogbejaarden ds. Hoog, die niet tegenwoordig kon zijn, maar van wien hij een schoon gedicht, gewijd aan de edele stichting, voordroeg. De directeur van het Diaconessen- huis uit Arnhem bracht uit naam van die inrichting een warmen wel komstgroet, en ds. Escher, sprekende als afgevaardigde van de Hervormde gemeente, betreurde het dat deze stichting niet door de gemeente was in het leven geroepen. Nadat nog ds. Mulder, van de Afgescheidenen, der Vereeniging Gods zegen had toegewenscht, werd de plechtigheid FEUILLETO M. 17) IIIe HOOFDSTUK. DE LAATSTE DEB MEDIANa'S. Gij zijt van 't hoofd tot de voeten een geheim voor mij, anwoordde de senator, maar ik geef mij blin delings aan u over. En dan zult ge goed doen en het zal misschien enkel aan u liggen, indien uwe gelukster niet andermaal met vernieuwden glans begint te schitteren. De zon stond op het punt van onder te gaan; de reizi gers waren nog op twee mijlen afstand van la Poza, toen zij reeds de dorre vlakten waarvan wij gesproken hebben, achter den rug hadden. Eenige gomboomen verhieven zich te midden van zandbergen die op het kalkachtige terrein volgden. De voorwerpen begonnen door de schaduw, die de avondschemering langzamerhand over het landschap uitstrekte, minder zichtbaar te worden. Eensklaps bleef het rijdier van don Estevan stilstaan en spitste de ooren, zooals de paarden doen op 't gezicht van eeuig voorwerp dat hen verschrikt. Het paard van den senator volgde het voorbeeld van dat des Spanjaards, maar deze noch de senator konden iets ontdekken. Het zal het lijk van een of ander dood muildier zijn, zeide de Mexikaan. De ruiters gaven hunne paarden de sporen en deden hen ondanks hun tegenstand voortgaan. Toen bemerkten zij achter een boechje aloës het lichaam van een paard, op het zand uitgestrekt. Eene dergelijke ontmoeting is niets bizonders in eene zandige landstreek, waar in het droge jaargetijde het water slechts op groote afstanden te vinden is en onze reizigers zouden er dan ook geen acht op ge slagen hebben, indien het paard niet getoomd en gezadeld ware geweest. Deze omstandigheid duidde echter een bui tengewoon voorval aaD. Cuchillo had zich bij de twee reizigers gevoegd, die voor het arme dier waren blijven staan. Kijk! zeide hij, het dier oplettend beschouwende, de arme duivel die het bereed, heeft zich in eene dub bele verlegenheid moeten bevinden door te gelijkertijd zijn paard en het water uit zijne veldflesch te verliezen. En werkelijk, dit paard had, ongetwijfeld door hitte en dorst uitgeput, zoo onverhoeds moeten vallen, dat zijn ruiter den tijd niet meer kon hebben gehad om het op de been te houden, ten minste te oordeelen naar eene veldflesch, die nog aan den zadelknop bevestigd was, en die door de stuiptrekkingen van het dier was verpletterd geworden. Het reeds door de zon verschrompelde leder liet de opening zien waardoor hèt water, dat de flesch inhield, tot den laatsten droppel op het zand was uitgeloöpen. Het zal niet lang duren of wij zullen den ruiter even ziek ontmoeten als het paard, zeide Cuchillo, toen hij het zieltogend lichaam onderzocht had. Dat doet me denken aan den hevigen dorst dien ik heb, ging hij voort, en hij nam eenige flinke teugen water uit de lederen flesch, die hij bij zich droeg. Afdruksels van een menschenvoet, op het zand merkbaar, verrieden dat de reiziger zijn weg te voet had voortgezet, maar tevens dat zijne krachten hem langzamerhand hadden beginnen te begeven; want, behalve de ongelijkheid van den afstand tusschen de verschillende afdrukken, schenen deze niet te zijn van een reiziger, die nog goed ter been is. Deze aanwijzingen ontsnapten niet aan het scherpziend oog van Cuchillo, die een van die menschen was, in wiens oogen zekere stomme teekens onfeilbare onthullingen zijn. Zeker, zeide hij, de reiziger kan niet ver meer zijn. Cuchillo nam nog eene teug water. En werkelijk, toen de reizigers nog eenige minuten voort waren gegaan, zagen zij een man onbeweeglijk langs den weg op den grond uitgestrekt. Alsof hij zijn gelaat voor het oog der voorbijgangers had willen verbergen, bedekte een breede stroohoed het geheel. Het uiterlijk van den ongelukkigen reiziger verried zijne armoede. Behalve den hoed, die zijne gelaatstrekken bedekte, en die nagenoeg geheel versleten was, bestond zijne klee ding uit een Indiaansch buis, dat door de zon geheel ver kleurd was en eene broek van grove stof met knoopen van gevlochten draadwerk. Dit was alles wat men van hem in de duisternis kon zien.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1887 | | pagina 1