met dankgebed door ds. Barger, en
bet zingen van gezang 96 besloten.
De aanwezigen werden toen uitge-
noodigd, bet keurige en gebeel naar
de eischen des tijds ingerichte ge
bouw in oogenschouw te nemen,
waaraan door de meesten werd vol
daan. Alles werkte er toe mede dat
men met eenen verbeffenden indruk
en met oprechte wenschen voor den
bloei der scboone inrichting voor
opleiding van diaconessen en voor
ziekenverpleging,het gebouw verliet.
Woensdagmorgen werd de eerste
steen gelegd voor de Israëlitische
school met de daarbij badrinricbting.
Een fraaie oorkonde werd in een
holte ingemetseld. De voorzitter van
den kerkeraad, de beer P. L. Konijn,
nam het woord en schetste de ge
schiedenis van het lokaal, waarna
onder de gebruikelijke plichtplegin
gen de eerstesteenwerd gelegd.Ook de
heeren Cauveren, Kattenburg en van
den Arend, architect, voerden bij deze
plechtigheid het woord.
Op de aardappelen- en botermarkt
en te Haarlem zijn in de afgeloo-
pen maand
aangev. verk. laagste pr. hoogste pr.
Aardapp. 44901IL. 4130HL. f 1.75 f3.25.
Appelen 164 KG. 144KG. f4.f9.50.
Peren 1009 KG. 933KG. f2.— f14.—
Boter. 1376 KG.1376KG. f 1.20. f 1.55.
Biggen. 357 St. 284 St. f6.— f20.—
Woensdagmorgen werd voor het
front van het bataljon de zilveren
medaille voor 24 jaren trouwen
dienst uitgereikt, aan den sergeant
instructeur der scherpschutters J. L.
Brederode.
Het hier in garnizoen liggend
gedeelte van het 4de regiment infan
terie vertrekt den 7den September
naar Katwijk, om de manoeuvres,
mede te maken.
Woensdagmiddag is een boom aan
de Ged. Oude Gracht bij de Stoof
steeg' door den feilen wind omge
waaid en over de geheele breedte
der straat gevallen. In aanmerking
nemende, dat aldaar om dien tijd
tamelijk veel menschen en vooral
kinderen op de been zijn, mag het
een toeval heeten, dat geene onge
lukken hebben plaats gehad. Ook
in het Frederikspark (Koekamp) is
een zware boom omgewaaid en op
verschillende plaatsen in den Hout
zijn zware stukken hout neerge
komen.
Dezer dagen viel een kind van twee-
en-een-halfjaar, van een turfschip
per, in het Zuider-Buitenspaarne in
het water. De heer J. Buijs liep met
zijn grooten zwarten hond juist
voorbij. Het edele dier sprong in
het water, greep het kind en zwom
er mede naar den kant, waar zijn
meester het opnam, en aan de ver
heugde ouders terugbracht.
Woensdag is door de politie alhier
aangehouden en naar het huis van
arrest overgebracht, AbrahamCrama,
oud 63 jaren, geboren te Delft, die
zich had schuldig gemaakt aan land-
looperij, en diefstal van een rol goed
van eene uitstalling aai; de Boter
markt. Hij heeft vroeger meermalen
gevangenisstraf ondergaan.
Een tienjarig meisje heeft zich
alhier door middel van insluiping
schuldig gemaakt aan diefstal van
een partijtje metselaarsgereedschap
en eenige onderkleederen. Zij heeft
het gestolene verkocht en de op
brengst versnoept.
Men schrijft ons uit Halfweg:
Bij de Woensdag alhier gehouden
verkooping van eene kleine bouw
manswoning met 6 H.A. teelgrond,
gelegen in de Amsterd. polder (pol
der III Oost), bracht dit de aanzien
lijke som op van f11,700.
Kooper was de heer G. v. d. Boo
gaard.
Men schrijft ons uit Haarlem
mermeer
De storm van j.l. Woensdag heeft
verbazend veel schade gedaan aan
het te veld staande graan. Zeer veel
rijp graan is uit de aren gewaaid,
zoodat vele boeren ontzettend veel
schade hebben geleden.
LETTEREN EN KUNST.
Woensdagavond trad voor de eerste
maal, na zijne langdurige ongesteldheid,
de heer Tourniaire weder in den Stads
schouwburg te Amsterdam op. Hij speelde
Georg Richter in „Ultimo", van ouds be
kend als eene zijner beste rollen, met
dezelfde opgewektheid als voorheen. Na
zijne eerste opkomst werd hij in de kleed
kamer door den heer J. A. de Buil, com
missaris van den Stadsschouwburg, toe
gesproken en hartelijk welkom geheeten.
Iu het laatste nummer van het week
blad voor jonge dames „De Hollandsche
Lelie" onder hoofdredactie van Catharina
Alberdingk Thijm, komt een hoofdartikeltje
voor, getiteld: „Eeue prinses van Oranje",
en een artikeltje: „Het koningskind",
terwijl bij dezelfde aflevering aan de abon-
nes een portret van ons prinsesje wordt
aangeboden op karton, door den illustrateur
J. Schneidel Jr. te 's-Gravenbage.
ONDERWIJS.
Bij den uitgever C. L. Brinkman te
Amsterdam is verschenen: //Bes' Perspec
tivisch leeren zien", voor de Lagere school,
voor Industrie-, Ambachts-, Burgeravond-,
Teeken- Kweek-, Normaal- en li. B.
Scholen en zelf-onderricht. Een methode
welke ten doel heeft: 1°. Perspectivisch
te leeren zien (met bewustheid); 2°. de
eigenaardige onmisbare verschijnselen bij
dat zien te leeren kennen (waarnemen en
opmerken); 3°. die verschijnselen te ver
gelijken, samen te vatten en in eigen taal
over te brengen (resumeeren en formu
leeren) 4°. te leeren begrijpen, wat eigen
lijk een afteekening is, alvorens men be
gint te teekenen.
De schrijver, de heer K. Bes, leeraar
M. O. te Amsterdam, heeft de methode
met een aantal gravures verduidelijkt,
waardoor ze, hetzij onder leiding, hetzij
bij zelfonderricht gemakkelijk te volgen
is, en naar 't ons voorkomt goede
diensten kan bewijzen.
H I 15 NL A N 1).
Bij kon. besluiten van 29 Aug. is aan
L. Yerhofstad, met ingang van 10 Sept.,
op zijn verzoek, eervol ontslag verleend
als burgem. van Boekei; is aan Ri
chard Sandberg, geb. te Zobten, vergun
ning verleend, de geneeskunst uit te oefe
nen op Neder], zeeschepen, met uitzon
dering van oorlogsvaartuigen, onder voor
waarde, dat hij de wettelijke bepalingen
omtrent de uitoefening der geneeskunst
in Nederland stiptelijk uakome.
Bij kon. besluit van 30 Aug. is aan
M. M. de Moncby, pres. van de Kamer
van Koophandel en Fabrieken te Rotter
dam, vergunning verleend tot het aan
nemen en dragen der versierselen van
ridder der Orde van den Roodeu Adelaar
3de kl., hem door Z. AIden keizer van
Dnitschlaud, koning van Bruisen, geschon
ken.
De heer T. Wessel, benoemd tot
vice-consul der Nederlanden te Töusberg,
is door de Noorscbe Regeering in die
hoedanigheid erkend.
De luits. ter zee 1ste kl. C. Vreede,
lste officier aan boord van Zr. M. schroef-
stoomsehip „Zilveren Kruis, en J. van
Sckeers, bekoorende tot de rol van Zr. Ms.
wachtschip te Willemsoord, worden met
6 September a. s. op non-activiteit ge
steld, de laatste onder eervolle ontheffing
van het door hem gevoerde bevel over
het logementschip voor torpedisten „De
Amstel". De luit. ter zee late kl. W.
Romer wordt met den lsten Oct. a. s.
geplaatst in de rol van voornoemd wacht
schip en belast met het bevel over ge
meld logementschip.
{Bovenstaande berichten zijn uit de St.-Ct.)
De raad van toezicht op de
spoorwegen deelt in zijn verelag
over het dienstjaar 1886 mede, dat
de Westinghouse-rem, waarvan de
werking voortdurend voortreffelijk
is gebleken, ook bij de Nederland-
sche Centraalspoor weg-maatschappij
zal ingevoerd worden. Bij den aan
vang van den zomerdienst zou aan
de treinen, die met eene grootere
snelheid dan die van 60 kilometer
in het uur vervoerd worden, de rem
aangebracht worden. De ijzeren
koppelingen, door de Westinghouse-
rem-fabriek tegen het bersten van
de caoutchouc-slaDgen aanbevolen,
zijn nog niet op onze spoorwegen
aangebracht, omdat men meent, dat
door de twee geleidingen de kans
van lekken vergroot wordt.
Door de verschillende maatschap
pijen zijn gedurende dit jaar aan
den reiziger middelen gegeven om
den trein binnen eene halve minuut
te kunnen stoppen en het treinper
soneel bij zich te ontbieden. Die
middelen bestonden uit koperdraad
waardoor de saamgedrukte lucht
uit de leiding ontsnapte, of geplom
beerde krukjes, die een onder het
rijtuig geplaatste kraan openen. Be
houdens enkele gevallen is door de
reizigers van die middelen geen
gebruik gemaakt. Op den Ooster
spoorweg is er eenmaal, in den
aanvang van het jaar, een nuttig
gebruik van gemaakt.
Ofschoon de illuminatie op
het marktplein der voediDgstentoon-
stelling te Amsterdam wegens den
hevigen wind niet doorging, maar
tot Zaterdag is gesteld, was het er
niettemin tamelijk druk en gezellig.
Er waren plus minus 3000 betalende
bezoekers, die aan het slot van het
concert naar ouden trant rondom de
muziektent dansten.
Op den Amstel had het vuur
werk van de Yereeniging tot ver
edeling van volksvermaak, ter eere
van het Prinsesje als altijd weder
duizenden nieuwsgierigen gelokt.
Ofschoon het sterk woei, voldeed
het vuurwerk vrij wel.
De najaars-wielerwedstrijden,
uitgeschreven door de Wielerwed-
strijd-vereeniging te Amsterdam, zijn
nu vastgesteld op 10 Sept. a. s. eu
zullen achter het Rijksmuseum plaats
hebben.
Ook nu weder wordt van En-
gelsche zijde mededinging aan dezen
wedstrijd verwacht.
Duizend dubbeltjes op een plank
neergelegd, in de winkelkast van
een sigarenhandelaar in de Hoog
straat te Amsterdam, en die als prij
zen waren uitgeloofd voor bons, af
gegeven bij den verkoop van siga
ren, zijn Woensdagnacht doorinbraak
gestolen. De dief is gearresteerd.
Men schrijft ons uit Enk-
huizen
Woensdag werd de nieuwe rijbrug
alhier, toegang gevende naar het
station en de spoorbooten, voor het
publiek verkeer geopend, wat zeer
ten gerieve zal zijn voor de ingeze
tenen en het reizend publiek.
Bij de bewerking van projec
tielen in het laboratorium van het
rijksbuskruitmagazijn teHelder, heeft
Dinsdag een ernstig ongeluk plaats
gehad. Terwijl men een der voor
het revolver-kanon bestemde gra
naten vulde, wat nog al eenig be
zwaar scheen op te leveren, sprong
deze met een hevigen knal uiteen.
Drie personen, die zich in het labo
ratorium bevonden, werden gekwetst.
De luitenant ter zee Cambier, be
last met het toezicht op de werk
zaamheden, bekwam een ernstige
hoofdwonde; de baas Van Dam werd
door een gedeelte der koperen huls
onder de borst verwond en de werk
man Geus, die de granaat onder
handen had, werd ernstig aan ar
men en beenen gekwetst; deze is in
het marine-hospitaal opgenomen.
Geen der gewonden moet in gevaar
verkeeren.
De residentie had op «Prin-
sessendag» wederom het feestkleed
aangetrokken. Van torenspits en
alle openbare gebouwen wapperde
de driekleur, ter eere van Neerland's
toekomstige Koninginne. Doch ook
de straten hadden een feestelijk aan
zien; overal wisselden het rood,
wit en blauw en de oranjevaan
elkander af. Vroolijk klonken de
tonen van het carillon der Groote
of St. Jacobskerk.
De fontein op het Binnenhof spoot
lustig hare stralen in het hardstee-
nen bassin en de fonteinen des he
mels schenen nu en dan daarmede
te willen wedijveren.... en ze won
nen het. Doch telkens weer brak
de op eenen feestdag als dezen altijd
onmisbare Oranjezon door het be
wolkte hemelfloers en gaf aan de
natte straten hun vroolijk aan
zien weder.
Niet het minst aan het Voorhout,
dat er met zijn vlaggendos en ker
mis in miniatuur recht feestelijk
uitzag. Aardig waren vooral de
strikken van Nederlandsche en Wal
deck - Pyrmontsche kleuren, die,
vooral des avonds bij de verlichting
te midden van de slingerbogen, aan
de boomen bevestigd, een goed
figuur maakten.
Jammer maar voor de talrijke
vreemdelingen, die Woensdagoch
tend met verschillende treinen,
o. a. met eenen pleiziertrein uit
Amsterdam en Utrecht, die 800 per
sonen medebracht in den Haag
aankwamen, dat zij wegens het
ongunstige weder niet «naar de
parade in de Maliebaan» konden
gaan, wat voor de «buitenlui» toch
nog altijd de groote magneet is.
Maar de parade werd afgelast en zij
moesten zich dus van dit genoegen
spenen. Zij verlustigden zich echter
des middags in het Voorhout èf
aan de muziek der dienstdoende
schutterij, die daar een concert gaf,
óf aan poffertjes en wafelen, óf
zelfs en dat vooral de jeugd
aan den ouderwetschen draaimolen,
die het reeds in den voormiddag
meer dan druk had. Des avonds was
er wederom muziek in het Voorhout
en illuminatie. Jammer dat het we
der zich niet erg goed hield.
Tal van gemiente-ambtenaren
hebben Woensdag afscheid geno
men van den burgemeester te
's-Hage, die Vrijdag, 2 September,
zijn ambt zal nederleggen.
Domela Nieuwenhuis heeft
kwijtschelding gekregen van zijn
verderen straftijd. Woensdagavond
tusschen 10 en 11 uren verscheen
hij op het onverwachts in het lokaal
«Walhalla» in den Haag, waar zijne
partijgenooten vereenigd waren. Hij
kwam er per rijtuig, en keerde kort
daarna huiswaarts.
Van Dinsdag op Woensdag
nacht, tusschen 12 en 2 uren, ont
stond er brand in eene water- en
vuurnering aan het Slijkeinde te
's-Hage. Door "den vrij grooten voor
raad turf waarin de brandvermoedelijk
is ontstaan, namen de vlammen zeer
spoedig een grooten omvaDg. De
directeur van het krankzinnigenge
sticht, dat schuin tegenover het
bewuste perceel gelegen is, deed
pogingen om met een extincteur het
vuur in den aanvang meester te
worden, doch vruchteloos, daar het
zich te snel voortplantte.
Een viertal slagenwagens, waar
onder die van het regiment grena
diers en jagers, waren weldra ter
plaatseslechts een er van behoefde
in gebruik genomen te worden.
Binnen een half uur was de brand
gebluscht.
De bovenverdieping, welke mede
is uitgebrand, was nog onbewoond,
doch zou juist dezer dagen betrokken
worden.
Bij den logementhouder R. te
Hellevoetsluis is Dinsdagmiddag een
vóór weinige dagen gepasporteerd
schepeling der marine van de trap
gevallen, en aan de bekomen ver
wonding onmiddellijk overleden.
Zekere A. H„ een Duitscher,
winkelbediende hij den heer D. C.,
in de Viestraat te Utrecht, is Dins
dag als verdacht van diefstal in
loontrekkenden dienst, door de poli
tie te Rotterdam aangehouden en
in bewaring gesteld.
Hij moet zich verschillende goe
deren van zijnen patroon hebben
toegeëigend en die te gelde gemaakt.
Hij is naar het huis van arrest
overgebracht, om later voor dit feit
te recht te staan.
De verschillende pogingen tot
het verkrijgen van een geschikt
locaal voor de bijeenkomsten van
de te Utrecht te stichten afdeeling
van het Leger des Heils zijn totnog
toe vruchteloos geweest, omdat men
voor wanordelijkheden vreest. Eene
zeer vermogende dame moet de kosten
op zich genomen hebben van 15
uniformen.
Onder het garnizoen te Mid
delburg heeft zich een zeer zonder
ling verschijnsel voorgedaan. Een
aantal militairen men spreekt
reeds over meer dan honderd
zijn plotseling ongesteld geworden.
De eerste zieken zijn naar het hos
pitaal vervoerd, maar toen dit ge
heel gevuld was, moesten de overigen
in hulplazaretten een onderkomen
krijgen. Wat de oorzaak is, blijft
nog geheim; maar een feit is het,
dat meest al de zieken hevige koort
sen hebben. Het gerucht dat het
drinkwater aanleiding is geweest, is
van allen grond ontbloot; meer ge
loof schijnt het te verdienen dat in
het voor de soep gebruikte vleesch
de oorzaak schuilt.
Een streng onderzoek wordt inge
steld.
De Zm. Ct. verleent gaarne
een plaatsje aan de volgende een
voudige mededeeling, die haar door
eene vriendelijke hand werd toe
gezonden
Wij schrijven einde van Juli
1887. 't Is bladstil op den straatweg,
die van Vorden naar Ruurloo voert
en over de stilte spreidt ds maan
haar tooverachtig licht. Tien slagen
deed de torenklok van Vorden zoo
even tintelen door de lucht met
helderen zilverklank, 't Is weer stil
gewordenhier en daar laat alleen
een krekel zich hooren. Maar, wat
geluid dringt van dat bouwland tot
ons door? Wij gaan er op af en
hooren nu duidelijk de snede der
zeis door de roggehalmen; we zien
Benito, zeide de Spanjaard tot een zijner bedien
den, verwijder met de punt uwer lans den hoed die het
gelaat van dezen man bedekt; misschien slaapt hij maar.
De bediende deed zooals zijn meester hem gebood en nam
den hoed weg zonder van zijn paard te stijgen, maar de
man die daar neerlag, maakte niet de geringste beweging.
Wat zijn gelaat betreft, het was onmogelijk het te onder
scheiden, de duisternis werd, zooals het in de tropische
gewesten gewoonlijk gaat, spoedig hoe langer hoe grooter.
Don Estevan wendde zich tot Cuchillo en zeide:
Hoewel medelijden u niet aangeboren is, zoo
zoudt ge toch eene daad van menschelijkheid kunnen ver
richten door te beproeven of gij dezen armen duivel in het
leven kunt terugroepen; ik zal u een half ons goud geven,
indien gij hem redt.
Caramba! don Estevan, gij beoordeelt
mijn karakter verkeerd, ik ben de menschelijkste der
menschen, wanneer.... ik er belang bij heb zulks te zijn.
Well ik zou al heel ongelukkig moeten zijn indien ik u
dezen schelm van avond niet gezond en wel op onze rust
plaats te la Poza terugbreng.
Terwijl hij deze woorden sprak, steeg Cuchillo van zijn
paard, en zijne hand op den nek van het edele dier leg-
ge nde, zeide hij
Braaf zoo! Tordillo, wacht hier en verroer u niet.
Het paard, dat den grond met den poot omwoelde en op
zijn gebit beet, gehoorzaamde echter aan de stem zijns meesters.
Moeten wij iemand onzer bedienden hier laten?
vroeg de senator.
Cuchillo wachtte zich wel een helper aan te nemeD, die
een gedeelte van de toegezegde belooning kon eischen; de
troep ging verder en hij bleef alleen. Toen naderde hij den
man die daar op den grond lag uitgestrekt, boog zich over
hem heen en onderzocht zijne trekken om te zien of er
nog eenige hoop op redding was.
Op het gezicht van de gelaatstrekken van den zieltogende,
sprong de bandiet op.
O, riep hij, Tiburcio Arellanos!
Het was inderdaad de pleegzoon van den gambusino, die
als slachtoffer van Cuchillo gevallen was, of, om beter te
zeggen, het was Fabiaan de Mediana, dien hij daar zag liggen.
Ik bedrieg mij niet! hij is het wel. Verduiveld 1 als
hij nog niet dood is, is hij er niet te beter om, zeide
de gelukzoeker tot zichzelven, getroffen door de doodelijke
bleekheid die het gelaat van den jongen man bedekte.
Een helsch denkbeeld kwam in hem op. Hij, die misschien
het geheim dat hij door eene misdaad gekocht had, met hem
deelde, was thans in zijne handen overgeleverd in het diepst
der wildernis, waar niemand hem kon zien. Cuchillo had
hem maar af te maken, indien hij niet dood was en te
zeggen dat hij hem niet had kunnen redden. Wie zou het
tegendeel kunnen bewijzen? Moest hij zijn geheim niet voor
eiken prijs voor zich alleen bewaren?
Alle hartstochten van zijn wreed karakter waren in werking.
Cuchillo trok zijn mes en legde werktuiglijk zijn hand
op het hart van Tiburcio. Eene zwakke beweging verried
nog eenig leven. De bandiet hief den arm op; maar hij
hield stil.
Zoo ook, zeide hij, heb ik hem afgemaakt dien
deze jonge man zijn vader noemde. Ik heb hem geworgd
op het oogenblik dat hij zich naast mij, onbeschroomd en
zonder wantrouwen, ter ruste legde. Ik zie hem nog, mij
de laatste sprankenvan een half uitgebluscht leven betwistende.
Ik voel op mijne schouders het gewicht nog van zijn lijk
dat ik in de rivier geworpen heb.
En, te midden der duisternis en der indrukwekkende
stilte van de woestijn, wierp de bandiet een bijna vrees-
achtigen blik om zich heen. Deze herinnering aan Arellanos
redde het leven van Tiburcio. Somber en in gepeins ver
zonken, zette Cuchillo zich naast den nog altijd onbe weeg
lijken jongeling en werktuiglijk stak zijne hand den
dolk weer in de schede. Daarna verhief zich eene stem in
zijne ziel en sprak luider dan zijn geweten: het was de
stem van het eigenbelang.
(Wordt vervolgd.)