LAND- EN TUINBOUW.
Betreffende het bemesten der ooftboo-
men in den winter schrijft prof. Wagner;
In November geve men den boomen een
gelijk deel van 50 procent chloorkalium
en 20 procent superphosphaat, die, zoo
verre de kroon der boomen reikt, er onder
gestrooid en met gewonen stalmest er
onder gegraven dient te worden. In Ee-
bruari geve men chilisalpeter, welke even
eens onder den kruin der boomen wordt
gestrooid, maar niet onder gegraven, om
dat de regen het wel den wortels toe
voert. Van deze stoffen wordt voor een
dikken ooftboom genomen 1 Kg. van ge
noemd mengsel en Kg. chilisalpeter,
samen ongeveer voor een bedrag van 25
centen. Bij zwakke boomen neme men
wat minder, in natte bodems van chilisal
peter ongeveer de helft. Toonen ooltboo-
men een weelderigen houtgroei, maar
weinig vruchten, dan late men de chili
salpeter weg; in het tegengestelde geval
is liet laatste dringend noodig.
B l N N K i\ I. A
Bij kou. besll zijn benoemd tot nota
ris binnen het arrondiss. Zwolle, standpl.
de gemeente Zwartsluis, N. van Steenbergen,
thans notaris te Holten.
Bij kon. besl. is aan mr. A. D. van
Assendelft de Coningh, op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend als burgemeester
van Hengeloo (Overijsel).
Bij kon. besl. is aan J. van Waarden
burg, gemeente-secretaris van Alem, Maren
en Kessel, machtiging verleend tot het ge
lijktijdig bekleeden der betrekking van
sub-ontvanger der accijnzen te Alem.
Bij kon. besl. zijn benoemd, bij den
grooten staf, tot Z. M. adjudant in gewonen
dienst, 's konings ordonnans-officier, do
ritmeester G. J. A. A. baron van Heemstra
van genoemden staf, die, in verband daar
mede, van zijne betrekking van ordonnans
officier eervol wordt ontheventot Z. M.
ordonnans-officier, de lste luit. E. J. graaf
Schimmelpeuninck, van het reg. grenadiers
en jagers.
Bij koninklijk besluit zijn benoemd
tot lid en voorzitter der in art. 8, alinea
2, van het koninkl. besl. van 3 Oct. 1887
(Stbl. no. 168) bedoelde commissie van
toezicht op de standaarden van den meter
en het kilogram;
dr. J. Bosscha te Haarlem, lid van de
Koninklijke Academie van wetenschappen
te Amsterdam;
tot leden
C. M. Schols, hoogleeraar aan de poly
technische school te Delft, lid van de
Koninklijke Academie van wetenschappen
ts Amsterdam, en JA. Snijders Czn., hoog
leeraar aan de polytechnische school te Delft.
Bij kon. besluit is de heer J. G. Mulder,
commies bij het departement vau Kol., op
zijn verzoek eervol uit die betrekking ontsl.
Bij kon. besluit is aan den heer .T. M.
van Vleuten, directeur van binnenl. bestuur
in Nederl.-Indië, vergunning verleend tot
het aannemen der versierselen van ridder
der orde van het Legioen van Eer, hem
door den President der Eransche Kepu-
bliek geschonken.
Bij kou. besl. is aan de heeren dr. J. II.
E. Sollewijn Gelpke, resident van Cheribon,
en nar. J. A. Haakmau, advocaat bij het
hooggerechtshof van Nederlandsch-Indië,
vergunning verleend tot het aannemen dei-
versierselen van ridder der orde van Wasa,
hem door Zijne Majesteit den Koning van
Zweden en Noorwegen geschonken.
De gewone audiëntie van den min.
van Marine zal op Vrijdag den 2en Dec.
a. s. niet plaats hebben.
{Bovenstaande berichten zijn nit lie St.-Ct.>
Met het oog- op het a. s. St.
Nicolaasfeest wordt het publiek an
dermaal door den minister van Wa
terstaat enz. uitgenoodigd om ten
einde eene geregelde en onbescha
digde overkomst der met de pak-
ketpost te verzenden pakketten zoo
veel mogelijk te waarborgen, voor
het stevig inpakken der te verzen
den voorwerpen en het zorgvuldig
vasthechten der adressen op de pak
ketten te willen zorgdragen.
In een adres aan de Tweede
Kamer geven een aantal landmeters
der 4e klasse en adspirant-landme-
ters van het kadaster hun leedwezen
te kennen, over de voordracht van
den minister van Financiën, om de
instelling eener 4e klasse, van land
meters te behouden en de thans nog
in dienst zijnde adspirant-landmeters
tot dien rang te benoemen.
Waar de minister erkent, dat de
billijkheid medebrengt om de adspi
rant-landmeters te bevorderen tot
landmeter, meenen adressanten, dat
de billijkheid sou medebrengen nog
eenen stap verder te gaan en tege
lijk met den rang ook het trakte
ment te verleenen, dat vroeger door
de landmeters werd genoten, en niet
betzelfde effectief tractement, dat
zij reeds 8 jaar genieten.
Adressanten verzoeken dan ook
der Kamer dringend te hunnen be
hoeve gebruik te willen maken van
bet recht van amendement in welk
geval zij zich vleien, dat eene ver
betering van hunne positie steuu
zal vinden bij den minister vanFi-
uauciën, die toch ten vorigen jare
reeds verklaarde sympathie voor het
toen voorgestelde, maar ingetrokken
ament. te hebben.
De heer J ules Verne heeft Maan
dag de zitting der Tweede Kamer eeni-
geu tijd op de gereserveerde tribune
bijgewoond.
Ook de heer F. W. J. baron
van Aylva van Pallandt, lid van
de Tweede Kamer, stelt zich bij de
eerstvolgende verkiezingen niet we
der beschikbaar.
Do heer rGoem;m Borgesius hield
Donderdagavond in de te 3s llertogeuhoscli
gevestigde afdeeling der Maatschappij //Tot
Nut van 't Algemeen" eene lezing naar
aanleiding van de onthullingen der en
quête-commissie,die hem aanleiding hadden
gegeven een onderzoek in te stellen naar
de beste middelen tot oplossing, niet zoo
zeer van de sociale kwestie, dan wel van
de ongunstige verhoudingen tusschen het ka
pitaal en de werklieden. De N, It. C."
ontving van deze lezing het volgende ver
slag; Door liet meer en meer zich oplos
sen van de kleino industrie in de groote,
is eene geheel andere verhouding gekomen
tusschen werkgevers en werklieden. Vroe
ger vormden zij als het ware een groot
gezin, waarin wederkeerige belangstelling
de grondslag was voor goede samenwer
king thans is dit vooral door de vorming
van groote maatschappijen geheel anders
geworden. De eigenlijke werkgevers komen
niet in aanraking met de werklieden, om
dat het drijven der onderneming wordt
opgedragen aan eenen tnsschenpersoon, den
eigeulijkeu ondernemer, wiens hoogste stre
ven meestal is: het verkrijgeu van hooge
dividenden. De ondernemers dus exploi-
teeren den arbeid zooveel zij kunnen, en
daardoor zijn op vele fabrieken die ver
schrikkelijke toestanden ontstaan, die in
de enquête-commissie aan het licht zijn
gekomen. De] ondernemers echter moeten
gaan begrijpen, dat er behalve de zuiver
economische factor om zooveel mogelijk
geld te verdienen, ten opzichte van de
werklieden ook nog moet gelden een an
dere factor: de zedelijke, de moreele. En
hierin zag spreker eene groote oorzaak
vau het bestaande kwaad: gemis aan mo
raliteit. Daar waar de moraliteit het best
is, is ook de verhouding tusschen kapi
taal en werkman het gunstigst, en waai
de ondernemer is een moreel man, door
drongen van zijne verplichtiugen, niet al
leen ten opzichte van het kapitaal, maar
van geheel de maatschappij, zal men ter
stond merken, dat ook een betere geest
heersclit ouder de werklieden, om de een
voudige reden, dat die werkgever zich ook
het lot zijner werklieden aantrekt; en wat
te dien opzichte kan worden gedaan, be
wijst de gist- en spiritusfabriek te Delft,
waar door den heer Van Marken eene
verhouding tusschen kapitaal en arbeid
in het leven wordt geroepen, zoo guustig
als misschien nergens anders bestaat, en
het gevolg hiervan is, dat de economi
sche belangen er volstrekt niet door wor
den geschaad, want juist door de goede
samenwerking worden de hoogste winsten
verkregen.
Na verschillende feiten te hebben mede
gedeeld, die in de enquête-commissie zijn
medegedeeld, kwam spreker in hoofdzaak
tot deze conclusie: wettelijke regeling van
den arbeid is noodzakelijk, maar alleen
kan zij geen oplossing geven voor de be
staande ongunstige verhoudingen; daar
voor is noodig toenadering; toenadering
tusschen kapitaal en arbeid, en die toe
nadering moet haren grond vinden niet
alleen in eigenbelang, maar voornamelijk
in moraliteiten en het gevoel van solida
riteit. Werkgevers en werklieden moeten
begrijpen, dat het maatschappelijk belang
wordt beheersckt ook door nog andere
factoren dan het verwerven van rijkdom
en het eigenbelang, dat er moet bestaan
samenwerking tot verbetering van het ge
heel, en de ervaring heeft geleerd, dat
daar, waar eenmaal door de wet het ini
tiatief is genomen om den arbeid zoodanig
te regelen, dat de werkman er niet meer
door wordt verdrukt, het belang van deu
werkgever is bevorderd. De wetgever moet
dus het initiatief nemen door wettelijke
bepalingen voor den werktijd op de toe
standen in fabrieken voor de veiligheid
en gezondheid van de werklieden, tot rege
ling van den arbeidstijd voor kindereu en
vrouwen. Daarvoor moeten wettelijke
bepalingen worden ingevoerd, maar daar
enboven moet èn bij werkgevers èu bij
werklieden het moraliteitsgevoel worden
opgewekt en aangekweekt. Dan zal men
krijgen een beter geslacht van werklieden,
krachtiger ontwikkeld, gezonder, meer te
vreden, met meer werkkracht begaafd en
waarmede de industrie meer zal zijn ge
baat, dan met bet tegenwoordige geslacht.
Daarbij moet het gevoel van solidariteit
ook de meer gegoede klassen der maat
schappij doordringen, opdat deze, in het
belang ook van de minderen, paal en perk
stelle aan het opdrijven van behoeften, wat
weer zoo ongunstig terugwerkt op de ar
beidende klasse, wier eischen ook aliede-
ren dag hooger worden opgevoerd. Ieder,
onverschillig van wat rang ofstaid, moet
leereu begrijpen, dat er in het leven
hooger beginselen ons moeten leiden dan
alleen gold verdienen en rijkdom verga
deren; maar dat wij allen iets moeten kun
nen opofferen ook door beperking onzer
begeerten ten bate vau het algemeen nut,
teneinde op die wijze mede te werken ter
verkrijging van een gezond en krachtig
maatschappelijk leven.
Dit waren slechts in hoofdzaak de grond
trekkeu, die de spreker uitvoerig ontwik
kelde in eene met belangstelling aange
hoorde rede.
Het hoofdbestuur der Maat
schappij tot Nut vau 't Algemeen
heeft het perceel te Utrecht, dat
aanvankelijk was aangekocht om te
dienen voor eene kweekschool voor
bewaarschool-houderessen als feest
gave aan het Neierlandsc'ne volk
bij gelegenheid van het lOOjaig
bestaan der Maatschappij (een be
sluit waarop de algemeene verga
dering in 1885 terugkwam), weder
verkocht voor f 56,650, een bedrag
hooger dau waarvoor het werd ge
kocht.
Blijkens mededeeling inNo. 4
van de «Berichten cu Mededeeliu-
geu» der Vereeniging voor Lijkver
branding heeft weder een lid, door
storting vau f 200 in het fonds voor
lijkovens, zich het recht gekocht op
crematie voor rekening der Vereeni
ging. In het geheel hebben nu zeven
leden deze storting gedaan.
Naar men verneemt is de me
dewerking vau de Amsterdamsche
financieele onderneming, vertegen
woordigd op de vergadering van
22 November ter oprichting der
Utrechtsche tramweg-maatschappij,
zoo goed als zeker.
De opening van den nieuwen
circus-Carré te Amsterdam zal Vrij
dagavond te 9 uur plaats hebbeu
en een eenigszins feestelijk karakter
dragen. Alleen de autoriteiten en
de pers zullen toegang hebben. Te
dezer gelegenheid zal een klein, uit
gelezen program worden uitgevoerd.
De eerste openbare voorstelling
wordt Zaterdagavond gegeven.
De afdeeling Krommenie van
de Maatschappij «Tot nut van 't
Algemeen»heeft besloten hare spaar
bank tegen 1 Januari 1888 te sluiten
en tot liquidatie over te gaan. Daar
de rijkspostspaarbank dagelijks ge
legenheid geeft om op solide wijze
spaargelden te beleggen, gelooft zij
zonder schade voor het algemeen
belang daartoe te kunnen overgaan.
Het bestuur der kiesvereeni-
ging «Grondwet», te Krommenie, zal
z.ch iu verbinding stellen met andere
liberale kiesvereenigmgen en liberale
personen in het nieuwe kiesdistrict
Beverwijk, om tot de oprichting van
eene centrale kiesvereeniging te
komen.
GrappigAan boord van
Zr. Ms. opleidingsschip Admiraal
van Wassenaervroeg de vorige
week een der aan boord van dien
bodem dienende jong-ens een dag
permissie, teneinde bij het tweede
huwelijk van zijn vader tegenwoor
dig te zijn.
Het antwoord luidde, dat eerst
een bewijs van dat huwelijk moest
worden overgelegd!
Met de extra-avondtreinen, bij
gelegenheid van het Zangersfeest
te Utrecht, vertrokken Zondagavond
van station Rhijnspoorweg aldaar
niet minder dau 800 personen.
De nieuwe brug over den IJsel
bij Deventer rust op 2 landhoofden 8
land- en 2 stroom pijlers, waaraan wer
den verwerkt: 1360 deunen heipalen,
ter ontwikkelde lengte van 14,938
meter, 1024 Ms. dennehout aan
dampalen, 5450 M. beton, 3794 Ms.
metselwerk, 2582 M8. hardsteen,
30,000 kg. ijzer, 3200 M2. zinkstuk-
ken, 2785 M8. rijspakwerk, 500 M2.
glooiing van puin tusschen staak-
rijen en 8760 scheepston stort-
steende metalen bovenbouw be
staat uit 8 overspanningen van ruim
37 M. en 3 overspanningen van
ruim 67 M lengte; zij werd uit
gevoerd door de «Société John Coc-
kerill» te Seraing, volgens de plan
nen en berekeningen van den inge
nieur M. E. De Wildt; het totale
gewicht van het metalen gedeelte
is 2,060,000 kg.; 284,000 bouten
zijn tot verbinding der deelen geklon
ken.
Ook te Deventer is het dwaze
geloof nog niet verdwenen, dat aan
iemand, die zelfmoord heeft ge
pleegd, geen hulp mag verleend
worden voordat de politie ter plaatse
verschenen is. De echtelieden E.
aldaar kwamen dezer dagen tehuis
en vonden hunnen vader, die bij
zijn zoon inwoont, hangende aan
de deur van het achtervertrek. In
plaats dat zij den gehangene los
sneden, gingen zij eerst de politie
halen. Hoewel het terstond afsnij
den van den strop volgens verkla
ring van eeneu geneeskundige niet
meer geholpen zou hebbeu, daar de
man reeds meer dan een uur ge
hangen had, is toch tegen E. en
diens vrouw eene vervolging inge
steld wegens het niet verleenen van
onmiddellijke hulp.
Vrijdagavond omstreeks half
zeven bevond de te Naaldwijk wo
nende jongeling H. v. B. zich aan
den Maasdijk op weg huiswaarts,
toen een hem onbekend persoon die
aan den weg lag, eerst eenige praat
jes tegen hem maakte en daarna
op hem aanviel, hem met de rech
terhand bij de keel greep en een
mes uit zijn zak haalde. V. B., of
schoon slechts 15 jaar oud, behield
echter zijn tegenwoordigheid van
geest, ontrukte het mes aan de hand
van den aanrander en bracht hem
hiermede een fiksche snede over de
hand toe waarop de onbekende hem
losliet en v. B. ziin weg kon ver
volgen.
Het lijk van het meisje, dat
in de vorige week tusschen Beek en
Bunde door eenen trein werd aan
gereden, is nog niet herkend. De
ongelukkige schijnt tusschen 18 en
20jaar oud te zijn geweest eu was
goed gekleed. Men vond niets op
haar dat hare identiteit kon bewijzen.
Te Wageningen werd in de
laatste dagen ten huize van een
weduwe herhaaldelijk ingebroken en
gestolen, zonder dat de dader bekend
werd. Nadat eenig zilvergeld en
bankpapier was vermist, werd door
de politie het geld gemerkt, en toen
Maandagmorgen opnieuw dat geld
verdwenen was deed de commissaris
van politie onderzoek o. a. bij esn
kleermaker, bij wien 6 gemerkte
guldens werden gevonden, terwijl
ook een gemerkte rijksdaalder in
beslag werd genomen, die inmid
dels reeds bij eenen herbergier in
betaling was gegeven. De kleerma
ker blijft alle schuld ontkennen. Hij
is gevankelijk naar Arnhem gebracht
Zaterdagnamiddag bevond zich
een goederentrein van de Geld.
O verijs. Locaalspoor wegmaats., uit
Zeveuaar gekomen, op de hoogte
der halte Mists, tusschen de stations
Aalten en Winterswijk, toen de
machinist plotseling uit eenig struik
gewas eenen man zag te voorschijn
komen, en op een afstand van eenige
meters zich voor den trein werpen.
Aan genoemde halte aangekomen,
zond men aanstonds eenige arbei
ders met de lorrie ter opsporing
terug. Zij vonden den ougelukkige,
genoegzaam in twee stukken gere
den, tusschen de rails liggen. Hij
was gekleed als een fatsoenlijk bur
german, tot den boerenstand behoo-
reude, met nieuwe klompen aan de
voeten. Zijne onderkleeding droeg
de letters J. W.; maar van de tal
rijke toeschouwers uit den omtrek
bijeengekomen, was er niemand die
den man kende of ooit te voren had
gezien.
Nader wordt thans omtrent
dit lijk vernomen dat het is her
kend als dat van zekeren J. W.
ongepatenteerd veearts, enz. te Aal
ten, wiens huiselijke omstandigheden
te wenschen overlieten. Het onder
zoek heeft doen zien, dat van een
toevalligen dood geen sprake kan
zijn, maar enkel aan opzet moet
gedacht worden.
Uit de gemeente Ouddorp ver
trokken in den loop van dit jaar
reeds 250 personen naar Amerika
en weder maken zich anderen ge
reed om hunnen voorgangers daar
heen te volgen.
De woningen in deze gemeente
zijn dan ook ongeveer voor een
«boos gezicht» te krijgen. Zoo werd
er bijv. nog de vorige week een
ffink huis, met 50 roeden gronds er
bij, verkocht voor f 90, nog een
nieuw huis, voor drie jaar gebouwd,
voor f 100; er zijn er zelfs verkocht
voor f 100 en f 105 met een gedeelte
van den inboedel op den koop toe.
Op eene publieke verkooping werd
een hit verkocht voor t 5, twee flinke
koeien brachten te zamen nog geen
stroom des waters laat medevoeren. De hond kon mij geen
hetere weerwraak geven.
Pepe nam de karabijn uit Fabiaan's handen en legde op
het drijvend lichaam aan. Maar, met uitzondering van de
oogen van den krijger, die in hunne kassen als gloeiende
kolen flikkerden, verroerde niet een zijner spieren. Pepe
liet zijne karabijn zakken.
Ik heb mij vergist, zeide hij met luide stem; de blan
ken verspillen hun kruit niet op lijken evenals de Indianen.
Het lichaam dreef op den rug, de beenen van elkander,
de armen kruiselings uitgestrekt en de stroom des waters
deed het zacht afdrijven. Pepe nam opnieuw zijn wapen en
legde nog scherper aan dan de eerste maal, daarna liet hij
andermaal zijne karabijn zakken, en toen hij meende het
Indiaansche opperhoofd genoeg doodsangst aangedaan te
hebben, trok hij af en het lijk dreef niet meer.
Hebt gij hem gedood? zeide de Canadees.
Neen! Ik heb hem alleen een schouder willen ver
brijzelen om hem voor goed eene herinnering te bezorgen
voor den angst, dien hij mij heeft doen uitstaan en het ver
raad, dat hij ons voorgesteld heeft. Ware hij dood, dan zou
hij altijd nog drijven.
Gij zoudt beter gedaan hebben hem te dooden, her
nam Bois-Rosé. Ach! riep hij uit met den voet op
en grond dampende, wat nu te doen? Ik hoopte er
een einde aan te maken, door die duivels man voor man
naar de andere wereld te helpen en thans kunnen wij op
nieuw beginnen. Wij kunnen het eilandje niet oversteken
om hen aan te vallen.
Wij konden echter niets beters doen.
Met Fabiaan zal ik er nooit toe besluiten, hernam
Bois-Rosé met zachte stem, zonder dat zoude ik reeds
naar den oever gevlucht zijn tegenover dien welke de In
dianen nog bewaken, want gij kent ze al te goed om niet
te weten, dat zij daar zijn, dorstende naar wraak als uit
gehongerde wolven.
De Spanjaard haalde de schouders op met eene stoïcijn-
sche onderwerping. Hij was even goed als di Canadees be
kend met de wraakzucht en vastberadenheid der Indianen.
Zonder twijfel, hernam hij, maar wij moeten
besluiten óf te vluchten, óf te blijven.
Parbleu! indien wij slechts met ons tweeën waren,
zou het maar het werk van eene minuut zijn om den tegen-
o verliggen den oever te bereiken. De zeven ruiters, die over
blijven, zouden ons ongetwijfeld inhalen, maar wij beiden
zouden met hen wel klaar komen, wij hebben er wel eens
neteliger voor gezeten.
Dat zou beter zijn dan hier opgesloten te blijven als
vossen, die men door rook in hun hol kan doen stikken.
Aangenomen, gaf Bois-Rosé nadenkend hierop ten
antwoord, maar Fabiaan! maar de ongelukkige ge
scalpeerde, dien wij thans niet kunnen ©verlaten aan de
beulen die hem reeds zoo wreed gemarteld hebben! Laat
ons dan eerst beproeveu te vluchten, als de ondergaande
maan den nacht in zijne gewone duisternis heeft gehuld.
En de grijsaard neeg het hoofd op de knieën in eene
moedelooze houding, die op den Spanjaard een droevigen
en pijnlijken iudruk maakte. De Canadees wierp slechts nu
en dan een angstigen blik op den hemel. Maar de maan
ging zooals altijd langzaam onder.
Het zij zoo! zeide Pepe, zich naast zijn makker
zettende. Maar kijk eens. daar staan vijf houtjes in den
grond, dat zijn vijf doode Apachen; laat ons er nog drie
bijvoegen, dat zal acht zijn. Er moesten er nog twaalf over
zijn; waarom hebben wij er slechts tien in de rivier geteld?
Ik geloof dus dat ik mij niet vergis, als ik denk dat de
Zwarte Vogel de twee afwezigen heeft weggezonden om
versterking te halen.
Dat is mogelijk, gaf de Canadees ten antwoord.
Of wij blijven of vluchten, wij staan voor eene
verschrikkelijke keuze.
(Wordt vervolgd