ding kan waarborgen en daaromtrent den
Eaad te rapporteeren.
Met algemeeue stemmen wordt dit voor
stel aangenomen.
Nu moet ook de datum, vermeld in 't
3e lid aan 't voorstel van B. 011 W. wor
den gewijzigd. De Voorzitter stelde
voor dien te bepalen op 1 Maart, de heer
De Kanter op 31 Maart. Over 'tvoorstel-
De Kanter staakten de stemmen, zoodat
de volgende vergadering in dezen zal
moeten beslissen, en de gekeele zaak in
't nieuwe jaar weer aan de orde komt.
Verder wordt besloten tot verhuur van
grond in de Raamsteeg voor één jaar aan
J. van Willes; tot uitbetaling vanf21,60
aan de weduwe A. W. Leuven, wegens in
1886 geleverde teekenbenoodigdheden voor
de Hoogere Burgerschool met 5-jarigen
cursus.
Aangehouden wordt de benoeming van
eeu leeraar in het teekeuen voor de vaca
ture Goteling Vinnis.
Op de lijst van aanbeveliug komen voor
de hh. J. Z. van Dijck te Brielle, J. E. i
O. de Man te Almeloo en H. J. de Vries
te Amsterdam.
Benoemd zijn: tot ouderwijzer aan de
opleidingsschool voor jongens de heer K.
J. Ja Ti se, id. aan de tusschenschool de
heer C. J. O. A. Nuijs.
Tot lid der commissie van toezicht op
de gemeente gymnastiek-, scherm- en dans
school de heer P. Dyserinck.
Tot regent over de bewaarschool van
het Barbara-Gasthuis mr. Joh. Enschedé.
Tot lid der commissie van toezicht op
het stedelijk museum de heer H. J
Scholten.
Id. op de scholen voor het middelbaar
onderwijs de hh. C. Druyvestein, F. G.
H. N. Haitsma Muiier en D. André de
la Porte.
Tot lid der commissie, bedoeld bij art.
40 der gas-overeenkomst, de heer Sueltjes_
Aan den onderwijzer J. Schaafstal, die
om redenen van gezondheid een verlof van
6 a 9 maanden verzocht, onder verband
van het stellen van een plaatsvervanger
op eigen kosten, werd dit verleend en
daarna de vergadering gesloten.
Het Woensdagavond door de Haar -
lemsche Mannen - Zangvereeniging
«Crescendo» gegeven concert mocht
zich weder in de onverdeelde be
langstelling der leden verheugen en
vandaar een opkomst als men slechts
kou wenschen. Het maakte een aan-
genamen indruk, dat op het pro
gramma zooveel nieuws prijkte, en
deze indruk werd nog versterkt door
de zuivere en geacheveerde uitvoe
ring der nieuwe stukken, hetgeen
zeker wel mag pleiten voor ernstige
studie en goede leiding. De koor-
nummers bestonden uit «Die Quelle
in der Wuste» en «Saogers Giück»
van Niels W. Gade, «Lebensweis-
heit» en «Frühlingsnahen» van den
zelfde, terwijl het eerste gedeelte
werd besloten met aPsalm VIII»
van R. Hol; met dit nummer en
bet welbekende schoone «des Hee-
ren Huis» van J. C. Boers, dat de
tweede afdeeling slootbehaalde
«Crescendo» den 4den prijs in de
hoogste afdeeling van den onlangs
te Utrecht gehouden zangwedstrijd.
Last not least dient vermelding dat
de vereeniging een tweetal compo
sities uitvoerde van den directeur,
den heer N. H. Andriessen «Marif-
jaeren» en «Nimmer Nacht» (Noor-
sche zangen), welke blijkens het
applaus bizonder in den smaak der
toehoorders vielen. Straalde uit eene
vorige compositie van den heer A.,
nl. «Columbus», forsche inspiratie,
in deze nummers waren de zachte
overgangen bij den somtijds half
fluisterenden zang, gepaard aan het
lieflijke, dat in beider melodien ligt
opgesloten, het bewijs dat de com
ponist op excellente wijze rekening
had gehouden met de krachten zij
ner vereeniging, en door er mede te
woekeren, thans sommige gedeelten
tot eene ongeëvenaarde schoonheid
wist op te voeren. Nogmaals moe
ten wij herhalen dat, ook vooral met
deze stukjes, de vereeniging het be
wijs leverde van met zeldzaam goe
den uitslag gestudeerd te hebben.
Eene enkele opmerking mogen
wij echter niet achterwege laten.
Met den besten wil ter wereld wil
zij ons niet in de pen blijven. Het
is nl. de uitspraak van enkele con
sonanten in den Duitschen tekst, die
vooral in het eerstgenoemde koor
nummer opvallend slecht waseen
euvel dat wij zelden vroeger hebben
opgemerkt, en met bescheidenheid
geven wij de vereeniging in beden
king om de uitspraak van de z en
de g Duitsch en niet Hollandsch
te doen zijn; «flösse» en aGenösse»,
i mag ook niet klinken als afleuse»
en «Geneuse».
De gasten der vereeniging waren
voor dit concert de heer J. M. Orelio
(bariton) en Chr. Timmner (viool),
beiden van Amsterdam. De heer
Orelio deed zijne intrede met «scène
en aria uit het concertdrama Al-
brecht Beiling,» van Brandts Buys
en zoug vervolgens het lied: «Hoe
zalig nog een kind te zijn», uit de
opera «Czaar en Scheepstimmerman»
van Lörtzing. Zij, die reeds het voor
recht smaakten met dezen zanger ken
nis te maken, zuilen ook thans met
zekere voorliefde geluisterd hebbeu
naar hetgeen hij ten gehoore bracht.
In de scène en aria werden wij
reeds terstond geboeid door het
machtige geluid dat hij ontwikkelde.
De keuze van dit nummer mag als
bij uitstek passend voor den heer O.
worden genoemd. Met klimmende
kracht zette hij zijne stem uit of
daalde daarmede af tot fluisterende
tonen alnaarmate het karakter der
compositie dit eischte. De passage:
«De droeve broederstrijd
bezoedelt deze landen I
«Ja ik wil sterven!.,.. God,
Die mijne bede hoort.»
was overschoon.
Hoewel de heer O. er een bui
tengewoon succes mede behaalde,
moeten wij ons toch de opmerking
veroorloven dat de overdrijving bij
den laatsten regei: «Dan wil ik zoo
gaarne uw kind weder zijn» niet
gewenscht was voor hendie
meer op een schoone uitvoering
letten dan op het vervaarlijke ge
luid, dat de heer O. vermag voo.t te
brengen; dit en de somtijds niet al te
zuivere uitspraak der vocalen waren
de eenige vlekjes.
De terugroeping, waaraan de heer
O. welwillend gevolg gaf en het
laatste couplet herhaalde, was o. i.
volkomen gerechtvaardigd. Na de
pauze zong hij nog «Zes loverkens»
van W. F. G. Nicolaï, een zestal
aardige Vlaamsche liedekens, waar
mede ook veel succes werd behaald.
Vooral «het Hexken» werd zeer toe
gejuicht; op «stormachtig» verlangen
werd dit door hem gebisseerd. Het
deed ons mede genoegen bij deze
gelegenheid de kennismaking te her
nieuwen met den heer Timmner,
van wiens talenten wij reeds vroe
ger gelegenheid hadden melding te
maken. De keuze van zij ue stukken
was voor eene gelegenheid als deze
uitstekend, vooral de schalksche bal
lade en polonaise van Vieuxtemps
lokte veel toejuichingen uit. De rijke
toon van zijn instrument kon in alle
opzichten den toets der zuiverheid
doorstaan, hetgeen veel van de voor
dracht vergoedde, waarin nu en dan
wat meer vuur en gevoel te wen-
schen waren geweest.
Besluiten wij met den «Vierten im
Bunde», den heer Tibbe uit Amster
dam, geluk te wenschen met zijn
uitmuntend accompagnementdat
voorzeker een voorname factor was
in het goede slagen der door hem
begeleide nummers.
«Crescendo» heeft eer van dezen
avond
Het denkbeeld om door middel
van eene zoogenaamde «sneeuwbal
collecte», waaronder verstaan wordt
eene collecte waarbij één persoon
begint met 4 andere aan te werven,
die elk een klein bedrag, b. v. 10
cents, storten en ieder dezer op zijne
beurt weder 4 andere deelnemers
opspoort, welke hetzelfde doen, enz.,
waardoor men met betrekkelijk wei
nig moeite en in korten tijd een aan
zienlijke som bijeenbrengt, is hier
ter stede reeds in toepassing ge
bracht ter verkrijging van de noo-
dige gelden om aan een aantal oe-
hoeftige kinderen gedurende de win
termaanden eenige malen per week
warm voedsel te verstrekken.
Het is ons aangenaam dit te kun
nen vermelden, te aaugenamer nog
om dat dit oorspronkelijk denkbeeld
reeds in een artikel, voorkomende in
ons nummer van 26 October 11., is
aangegeven.
Het zaadkorreltje, destijds door
ons gestrooid, schijnt dus in vrucht
bare aarde te zijn gevallen.
Hier ter stede is eene vrouw be
vallen van haar derde tweeling. De
eerste is overleden, de laatste ver
keert in blakendeu welstand.
Arro»dI§$cineiits-3tccIitbank
TE HAAULEM
zitting van 29 December 1887.
Vrouw F. de W. te Haarlemmermeer,
beschuldigd van vrouw M. Thuis, te heb
ben gescholden voor weer.... schurk.'-'
Genoemde getuige verklaart dat be
klaagde haar dit woord heeft toegevoegd
eu dat zij niet voor de eerste maal aldus
door haar uitgescholden is.
Bökl. beweert deze woorden te hebben
gezegd tot haar zoontje.
De getuigenis van vrouw de W. wordt
door twee getuigen bevestigd.
De officier van justitie requireert f 10
boete, subsidair 6 dageu hechtenis.
Uitspraak over 14 dagen.
D. K. en v. S. beschuldigd van 3 paar
schoenen te hebben ontvreemd uit den
uitverkoop van H. Zwartser en L. Mok
door middel van braak.
Getuigen H. Zwartser en L. Mok doelen
mede, dat zij die schoenen herkennen als
aan hen toebehoorende, en uit liunue éta
lage in de Jansstraat ontvreemd.
Als getuigen treden nog op twee agen
ten van politie, waarvan de een verklaart
twee paar van de schoenen ten huize van
een hunner te hebben gevonden.
De beklaagden bekennen volmondig en
verklaren de sehoeneu te hebben gestolen
om ze aan te wenden tot eigen gebruik.
Het requisitoir luidt 2 maanden gevan
genisstraf voor ieder.
De verdediger wijst op het vroeger goed
gedrag en de jeugd van beklaagden en
tavens op de geringe waarde van het ont
vreemde. Hij doet uitkomen dat de ver
leidelijke advertenties en aanplakbiljetten
zeer zeker de aanleiding zijn geweest dat
de beklaagden zich aan den diefstal heb
ben schuldig gemaakt.
Wat den beklaagde K. betreft acht hij
de schuld volstrekt niet overtuigend en
wettig bewezen en concludeert mitsdien
voor dezen tot vrijspraak.
De behandeling van deze zaak wordt
geschorst, zoodat de subs, officier van jus
titie nog een getuige wil oproepen, die de
schuld van bekl. R. staven zal.
B. B. te Ben nebroek, beschuldigd van
uit den winkel van mej. van Andel aldaar
een fleschje Eau de Cologne te hebben
weggenomen op den avond van 8 Dec.
Als getuige treedt op de veldwachter
van Bennebroek die verklaart dat bekl.
hem op zijn vraag bekend heeft de flescli
te hebben weggenomen en tevens gevraagd
of hij de zaak niet kon afkoopen door te
betalen wat er uit het fleschje gebruikt was.
Petronella van Andel verklaart dat bekl.
met een makker een poos alleen in den
winkel is geweest, dat zij wel heeft gezien
dat hij aan het fleschje heeft geroken,
maar niet dat hij het heeft meegenomen.
Bekl. verklaart het fleschje te hebben
meegenomen met het plan het des avonds
terug te brengen. Hij wilde uit de grap
ziju kameraden wat eau de cologne laten
ruiken.
De verdediger mr. Macdonald vraagt
of de moeder van getuige de gewoonte had
een fleschje eau de cologne in den winkel
te hebben om de klanten daarvan te pre
senteeren. Getuige autwoordt bevestigend.
Het requisitoir luidt f30 boete, subs.
12 dageu hechtenis.
De verdediger vraagt verlof om thans
nog 2 getuigen a décharge voor te doen
brengen, die pas aangekomen zijn. Dit
wordt door de rechtbank toegestaan.
Dit zijn de tegenwoordige en vorige
patroon van beklaagde, die beiden verklaren
dat deze een oppassend werkman is, op
wien niets aan te merken valt.
De verdediger wijst er op, dat bekl.
zeer gunstig bekend staat, dat de daad
moet worden genoemd jongensachtige on
bezonnenheid en concludeert mitsdien tot
een zeer lichte straf.
Uitspraak over 14 dagen.
A. O. te Lisse, beschuldigd een doode
gans te hebben weggenomen en verkocht.
Get. Riggel, landbouwer, en Blauw, bloe
mist, verklaren de gans geschoten en aan
een boom opgehangen te hebben om die
later te komen halen. Bij hun terugkomst
was zij echter verdwenen.
Getuige Grietje Vreeker, dienstbode bij
den burgemeester te Lisse, verklaart dat
de vrouw vau bekl. de gaus te koop heeft
aangeboden.
Beklaagde zegt, de gans aan den boom
te hebben gevonden.
Requisitoir: 1 dag gevangenisstraf en
de kt-sten van het geding.
Uitspraak over 14 dagen.
Wordt overgegaan tot eene zitting met
gesloten deuren, ter behandeling van de
zaak van J. V. en C. V. te Spaarndam.
Vervolg der zitting in ons nummer van
morgen.
Men schrijft ons uit Houtrijk en
Polanen
In de Woensdagavond gehouden
vergadering der Nuts atdeeliug al
hier, trad als spreker op mr. F. A.
Eggers, van Amsterdam.
Spreker had tot onderwerp geko
zen «Volksleiders».
Deze redevoering, alsmede die van
den heer dr. G. J. Brutel de la
Rivière, die een schets over «de ge
laatkunde» ten beste gaf, werden
met belangstelling aangehoord.
Met leedwezen werd heden de
tijding vernomen, dat het dochtertje
van Van Tol, te Abenes, dat zich
onlangs zoo ernstig aan de kachel
in de school heeft gebrand, na een
langdurig lijden aan de gevolgen is
overleden.
LETTEREN EN KUNST.
Binnenkort zal mevrouw Albregt
Engelman, thans verbonden aan het gezel
schap van het Grand-Théatre Van Lier te
Amsterdam, hare 40-jarige loopbaan als
tooneelspeelster herdenken.
In eene Woensdag gehouden vergade
ring van het bestuur der Utrechtsche Man-
neuzangvereenigiug met de deelnemers in
het waarborgfonds voor eeu eventueel te
kort in de kosten van den onlangs ge
houden zangerswodstrijd, is mededeeling
gedaan dat dit tekort bedraagt 60 pet!
Daniël De Lange is ziek.
Inhoud Hollandsche Lelie No.
26. Oude en nieuwe jaar. De gedachte
eens mans over de vrouw. Een oude
Spiegel. Brieven van Maxime aan zijn
vriend Fidelio. Versjes. Vervolg
Roman. Mededeeiingen. Corres
pondentie.
Inhoud van de Portefeuille no.
49De kleine Trommelslager, uit het
Noorsch van Kristoffer Janson, door C.
Eykman, met illustraties van J. Scheidel
Jr. Jack T. Grein, Oost en West.
De Venus vau Milo. Kunstliteratuur.
Louis Bouwmeester, met twee portret
ten. Nederl. Weldadigheidziu. A.
Reyding. Eene Nederlandscbe Standaard
uitgave. Muzikaal Overzicht. Mu
zikale Kroniek. Maurits van Lee, La
Belgique par Camille Lemonnier. Na
vijftig jaar, door Hildebrand. De roem
der Vlaamsche Academie.Parijsche Kro
niek. Josef in Dothan.
LESER EN VLOOT.
Bij kon. besluit van 24 dezer is de met
verlof hier te lande aanwezige officier van
gezondheid lste klasse van het leger in
Ned.-Iudië P. A. Klein, wegens ziekte met
ingang van 1 Januari, eervol uit Zr. Ms.
militairen dienst ontslagen, met toeken
ning van pensioen.
Bij kou. besluit van 26 dezer is dr. C.
Grebe de Haan, arts, benoemd en aange
steld tot officier van gezondheid der 2de
klasse bij het personeel van den genees
kundigen dienst van het leger in Neder-
landsch-Indië.
Bij kon. besluit van 27 dezer is de met
verlof hier te hinde aanwezige 2e-luit.-
kwartiermeester van liet leger in Ned.-
Iudie J. R. Mack, ter zake van lichaams
gebreken, met ingang van 1 Jan., eervol
uit Zr. Ms. militairen dienst ontslagen,
met toekenning van pensioen.
De majoor J. C. Santbagens, van het
le reg. infanterie te Leeuwarden, die op
1 Jan. e. k. wordt overgeplaatst bij het
7e regiment van dat wapen, wordt belast
met het bevel van het le bat. van het
korps te Amsterdam in garnizoen.
De majoor L. J. Mulder, van het
le reg. inf., die benoemd is tot luit. kol.
bij het lo reg. van dat wapen, wordt be
last met het hevel van het 4e van laatst
gemeld korps te Leeuwarden, in garnizoen.
- De luit. jhr. P. G. Siberg, van het 3e
reg. inf., is wegens ziekte, op verzoek, op
non-activiteit gesteld.
De le luit. der inf. C. A. Muller, se
dert 1 October gedetacheerd bij de artil
lerie te Goriuchem, zal met 1 Januari a. s.
weder naar zijn garnizoen te 's-Bosch te-
rugkeeren.
Met het bevel van het detachement
militairen te Veen huizen zal met 2 Jan.
e. k. worden belast de 2e luit. der infan
terie F. G. Hoffman, te Leeuwarden, ter
vervanging van den 2e luit. A. Be«k, die
met gemelden datum naar laatstgemeld
garnizoen terugkeert.
De nieuwbenoemde officieren van
gezondheid zullen in het vervolg, onmid
dellijk na hun benoeming, te Utrecbt een
cursus volgen in de oorlogschirurgie, den
ambulancedienst, het transport van zieken
en g« wonden, de leger verpleging, de ad
ministratieve reglementen etc.
De officier van gezondheid der 2e klas
se A. C. M. van Moorsel, van het le regi
ment infanterie te Leeuwarden, thans gede
tacheerd aan 's rijks hospitaal te Amster
dam, wordt 16 Januari a. s. overgeplaatst
bij het 2e regiment huzaren.
ONDERWIJS.
Bij beschikking van den minister van
Binuenlaiulsche Zaken van 28 dezer, zijn
voor het jaar 1888 benoemd tot adsistent
bij de rijks-universiteit te Leiden voor
de sterrenkunde W. Massiukvoor de
scheikunde dr. ld. W. Bakhuis Roozeboom,
G. Hensgen, dr. P. van Romburgh eu K.
H. M. van der Zandevoor de natuur
kunde dr. Sissinghvoor de zoölogie dr.
H, W. de Graaf; voor de botanie dr. J.
M. Jansein het ziekenhuis dr. G. A.
de Geus, C. L. Rümke, P. de Jong, W.
de Jong, C. Metziar eu W. J. van Stoc-
kum voor de physiologie dr. M. O. Dek
huizen en C. Le Nobelvoor de patho
logische anatomie dr. D. E. Siegenbeek
van Heukelom.
Bij beschikking van den minister van
Biuuenlandsche Zaken van 28 dezer, is
voor het jaar 1888 benoemd tot prosector
Pepe antwoordde niet. Zijn verwilderd oog bleet alleen
nu en dan begeerig op deze goudmassa staren om dan
heimelijk een onheilspellenden blik te werpen op ï'abiaan,
die hen die hem omriDgden, niet meer scheen te zien, en op
Bois-Rosé, die onbeweeglijk was in zijne geliefkoosde hou
ding, den arm op den loop zijner karabijn en die op het
gezicht dier schatten den jongeling, die de hemel hem had
weergegeven, met nog teederder blikken gadesloeg.
De Spanjaard had aan den eenen kant voor zich zijn
ouden makker in gevaren: in honderd verschillende ont
moetingen hadden beiden gezamenlijk hun oorlogskreet ge
uit gelijk die wapenbroeders der oude ridderschap, die altijd
onder dezelfde banier streden; koude, honger, dorst, alles
was hun gemeenschappelijk deel geweest; hunne dagen
■waren voorbij gegaan onder dezelfde zon, hunne nachten
onder denzelfden sterrenhemel. Aan den anderen kant was
het kind door zijne schuld wees, zijne wroeging van twintig
jaren, de liefde, het leven van zijn eenigen vriend in deze
wereld; maar de duivel der hebzucht die hem het hart ver
teerde, wischte al die herinneringen uit het verleden uit:
in zijne oogen waren deze twee mannen thans te veel.
Eene rilling van schrik beroerde het lichaam van Pepe,
toen deze gedachten bij hem opkwamen. Een hardnek
kige strijd ontstond in zijn binnenste, een strijd tusschen
de neigingen uit zijne jeugd en de edeler gevoe'ens die het
schouwspel der natuur, waarin de men6ch zich dichter bij
God gevoelt, had ontwikkeld, maar deze vreeselijke wor
steling was kort; de grensbeambte van weleer was eens
klaps verdwenen en toen Pepe zich rekenschap kon geven
van zijne afschuwelijke gedachten, behield de edele natuur
die hij teruggekregen had, de overhand: de oude mensch
was in hem voor altijd overwonnen; er bleef niets anders
over dan de gast der bosschen, gelouterd door het berouw
en de afzondering.
De knie nog steeds ter aarde gebogen, had Pepe de oogen
gesloten; een heimelijke traan, die voor zijne beide makkers
zoowel als den strijd waaruit hij zegevierend te voorschijn
trad, verborgen was gebleven, ontsnapte zijne oogleden en
rolde over zijne gebronsde wang.
Signor graat de Mediana, riep hij opstaande uit,
gij zijt vau af heden een rijk en machtig heer, want al
dit goud behoort u alleen!
Dit zeggende, ontdekte hij zijn hoofd en boog eerbiedig
voor dengene die hem voortaan niets meer te vergeven had.
God behoede, riep Fabiaan getroffen uit, dat gij
dit goud niet met mij zoudet deelen, na onze gevaren ge
deeld te hebbenI Wat zegt gij er van Bois-Rosé? Ver
heugt het u niet in uw ouderdom een rijk en machtig heer
te worden?
Maar voortdurend en rustig op den loop zijner karabijn
geleund, stelde Bois-Rosé, ongevoelig voor zooveel rijkdom
men, als de rots die zich boven hen verhief, zich tevreden
met het hoofd te schudden, terwijl een glimlach van onbe
schrijfelijke teederheid voor Fabiaan getuigde van het eenige
belang, dat hij bij dit wonderbaar schouwspel had.
Ik denk zooals mijn vriend Pepe, gaf de Canadees
eindelijk ten antwoord, wat zal ik doen met die goede
ren, welke de geheele wereld najaagt? Indien dit goud voor
ons eene onschatbare waarde heeft, is dit omdat het u moet
toebehooren; het bezit van den minste dezer steeuen zou
aan zijne oogen zoowel als aan de mijne de waarde van
den dienst ontnemen, welken wij u hebben kunnen bewijzen.
Maar het oogenblik is thans gekomen om te handelen, niet
om te praten; één diDg is zeker, wij zijn niet alleen in de
woestijn.
(Wordt vervolfd.)