NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD.
De Goudvallei.
5e Jaargang.
Vrijdag 6 Januari 1888.
No. 1382.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIES:
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Eleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 132.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en couraRtiers.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publicite Etrangére G. L. DAUBE df Co., JOH. F. JONES, Sucr., Parijs, 3lbis Faubourg Montmartre.
STADSNIEUWS.
Haarlem, 5 Januari.
De Kamer van Koophandel en
Fabrieken alhier heeft in hare Dins
dag gehouden vergadering voor het
het jaar 1888 tot haren voorzitter
benoemd den heer mr. R. H. J. Gal-
landat Huet en tot diens plaatsver
vanger den heer Th. Figee. In
diezelfde vergadering is tevens be
sloten, geene adhaesie te geven aan
het adres van het hoofdbestuur der
Vereenig. «Vooruit», aan de Tweede
Kamer der Staten-Generaal gericht,
strekkende om boekhouders en an
dere kantoorbedienden van het pa
tentrecht vrij te stellen.
GEMEENTERAAD.
ïergadering van Woensdag 4 Januari 1888.
Deze eerste zitting werd bijgewoond door
22 leden. De hh. Smits en '1 Hooft waren
verhinderd tegenwoordig te zijn.
Dit de lezing der notulen bleek den
Voorzitter, dat bij zich in de vorige
vergadering had schuldig gemaakt aan een
verzuim, n.l. dank te betuigen aan de hh.
mr. J. de Clercq van Weel eD mr. H.
Enschedé, die als leden der commissie
vau toezicht op de scholen voor raiddel-
baar onderwijs op 1 Januari j.l. als zoo
danig moesten aftreden en niet herkies
baar waren. Alsnog kweet hij zich van
dien plicht, met verzoek daarvan in de
notulen melding te maken.
Hierna spreekt hij, met het oog op de
aanvang van het jaar 1888, zijne harte
lijkste weuschen uit voor de leden van
den Raad en voor de gemeente. De ge
meente bloeit, zoo vervolgt hij, en haar
bestuur vervult nevens de leden van den
Raad met ijver en toewijding de taak hun
toevertrouwd. Nochtans zijn er drie be
langrijke punten tot heden niet tot eene
goede oplossing gekomen. In de eerste
plaats is de bestaande rechtsverhouding
tusschen de gemeente en de Duinwater
maatschappij van dien aard, dat in de
behoefte van goed drinkwater niet kan
worden voorzienten tweede deelt Haar
lem nog niet in de voordeelen, die het
Kanaal van Amsterdam naar de Noordzee
voor de gemeente opleveren kan en eiu-
delijk wordt nog steeds verlangend uitge
zien naar de totstandkoming van veilige
wegen over den spoorjveg. Spreker hoopt,
dat deze zaken, die van zoo grootbelang
voor de gemeente zijn, in de eerste plaats
haar beslag mogen krijgen.
Verder deelt hij mede, dat de gemeente
rekening over 1886 door Gr. S. is goed
gekeurd en dat van de firma Enschedé
ten geschenke is ontvangen een boekwerk,
handelende over de stedelijke keuren van
HaarleTn. Dit boek, bewerkt door de hh.
Mr. A. J. Enschedé en C. J. Gonnet, is
een typographisch kunstwerk en volgens
den Voorzitter de lezing overwaardig,
waarom hij den leden van den Raad nadruk
kelijk aanbeveelt, er kennis mede te maken.
Nu komt aan de orde het amesulement
van den heer van der Steur, waarover in
de vorige zitting de stemmen staakten en
waarbij wordt voorgesteld, de trappen in
de nieuwe school aau do Leidsche Vaart
van hout te maken.
Alvoreus daarover te stemmen, doet de
V oorzitter mededeeliug van de inlich
tingen door den architect der gemeente
verstrekt omtrent het verschil in de kos
ten vau houten en ijzeren trappen. Dit
verschil blijkt in zijn geheel f 122 voor de
beide ontworpen trappen te bedragen. Met
11 tegen 10 stemmen wordt het amende
ment verworpen. Een gelijk lot trof het
amendement van den heer 't H o o f t, die
voorgesteld had de trappen van steen te
maken. Door de verwerping van beide
amendementen zal de nieuwe schóól ijzeren
trappen verkrijgen, gelijk in 't oorspronke
lijke bouwplan wordt aangegeven.
't Amendement van den heer De Kan
ter, strekkende om den datum, voor wel
ken het bestuur der sociëteit //Trouw moet
Blijcken" nieuwe voorstellen omtrent de
huur van den grond in den Haarlemmerhout
kan indienen,vasttestellen,vindt een gunstiger
onthaal. Met 13 tegen 9 stemmen wordt
het aangenomen en alzoo bovenbedoelden
datum vastgesteld op 31 Maart e. k.
Aan twee aanvragen tot in huur beko
men van eene toonbank in de //Vleesch-
hal" kon niet worden voldaan, wegens ge
brek aan banken. B. en W. steldeu mits
dien, na gehouden overleg met de com
missie van fabricage, voor, om de banken,
tot dusverre per dag verhuurd, per maand
te verhuren, twee losse tafels te doen
maken voor eene verhuring per dag en
voor deze laatste met inbegrip van twee
snijtafels eene som van f 44 beschikbaar
te stellen op den post//buitengewone
uitgaven."
De raad neemt het voorstel zonder
hoofdelijke stemming aan. Eveuzoo wordt
besloten tot het aanbrengen van een stang
met katrol aan den gevel van //de Vleesch-
lial", op de Groote Markt, ten einde den
slagers gelegenheid te verschaffen het
vleesch uit de voertuigen op te takelen.
Bovengenoemde som van f 44 wordt dien
tengevolge met f 40 verhoogd.
De jaarlijksche huur van een gedeelte
gemeentegrond aan den Zijlweg, afgestaan
aan J. Boeree, wordt verminderd tot
f 13,44, dewijl gebleken is, dat deopper-
vlaktO niet 178.2 maar 134.4 M. bedraagt.
Na daartoe te zijn aangezocht, hebben
regenten van het hofje //de Groene Tuin"
zich bereid verklaard de aan hunne instel
ling toebelioorende perceelen aan de Lange
Poellaan ter gezamenlijke groote van 4,9 A.,
aan de gemeente te verkoopeu voor f1700.
B. en W. meenden den Raad te moeten
voorstellen dien koop te sluiten, omdat
daardoor de gelegenheid zal ontstaan de
Bakkerstraat over hare geheele breedte in
westelijke richting te verlengen en zoodoende
die straat te maken tot eene hoofdver
binding van het Spaarne met den Kleinen
Houtweg.
Zonder hoofdelijke stemming wordt deze
voordracht aangenomen.
Op het adres van het bestuur der Cric
ketclub //Rood en Wit", houdende verzoek
om een gebouwtje, in de nabijheid van
de Koekamp te mogen plaatsen, wordt
gunstig beschikt, mits eene jaarlijksche
recognitie worde betaald van f 10.
Voor de plaatsing van dit gebouwtje zal
door B. en W. worden aangewezen een
stukje gronds, gelegen tusschen de villa's
van de hh. F. W. van Eeden en Jb. van
Ek Jr.
Het voorstel van B. en W. omtrent de
gedane opzeggingen van verhuurde ge
meente-eigendommen werd naar de com
missie van Financiën gezonden.
De heer de Kanter zeide dat de huur
prijzen van verscheidene dier perceelen
niet overeenkomstig den thans bestaauden
eenheidsprijs waren bepaald; voor sommige
werd slechts de helft van dien prijs be
taald en daar hem uit de desbetreffende
stukken niet was gebleken, dat er bezwa
ren tegeu de opzegging bestaan, meende
hij dat deze moest hebben plaats gehad.
De Voorzitter brengt in 't midden,
dat 't moeilijk gaat voor alle verhuurde
perceelen gelijke prijzen te bedingen, daar
hunne ligging eu de bizondere omstandig
heden waarin zij verkeeren, onderling veel
verschillen.
De heer de Kan ter blijft er evenwel
op a iadriugen, dat men trachten zal zoo
veel mogelijk tegen den nu vastgestelden
huurprijs te verhuren; hij ziet niet in,
waarom b. v. een gedeelte van den grond
in 't Heerenhek aan den heer Mooy wordt
gelaten voor 6 ets. per cA., terwijl de
huur van een ander gedeelte onlangs is
verhoogd tot den vastgestelden prijs van
10 ets. per cA. De heer Enschedé is'tin
hoofdzaak met den vorigen spreker eens
en wil ook eenstemmigheid in dit opzicht
trachten te verkrijgen.
De heer M a c a r heeft uit de discussie
opgemerkt, dat de Voorzitter zich niet
van elk perceel klaar kan voorstellen, wat
de reden van niet-opzegging is geweest en
sommige leden beter op de hoogte der
zaak schijnen te zijn. Hij wenscht daarom
daarom voorlichting verzoeken van de
commissie van Financiën, opdat een goed
en billijk besluit genomen worde. Met
algemeen e stemmen wordt alzoo besloten.
Het gewijzigde //reglement van orde
voor de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken te Haarlem" waartegen indertijd bij
den Raad eenige bedenkingen waren ge
rezen, was opnieuw ter goedkeuring aan
geboden. Bijna was de gevraagde goed
keuring verleend. Bijna.... want juist in
't gedeeltelijk nieuwe artikel 25 luidende:
//Alle van de Kamer uitgaande
3tukken worden namens haar, door
den Voorzitter en den secretaris ge-
teekend. Zij worden voor zoover zulks
door de Kamer dienstig wordt ge
oordeeld, door middel der dag- of
weekbladen openbaar gemaakt. Dit
kan ook geschieden ten opzichte van
al hetgeen in de vergaderingen der
Kamer behandeld wordt."
en dat de Kamer gaarne onveranderd
wenschte te behouden, wilde de heer de
Kanter aehter de voorlaatste zinsnede ge
voegd zien
"voor zoover zulks zonder kosten
voor de gemeente kan geschieden."
Niettegenstaande de verzekering van den
lieer Gallandat Huet, voorzitter der
Kamer, dat men niet bevreesd behoefde
te zijn, dat het publiekmaken van ver
slagen der Kamer der gemeente geld zou
kosten en 't hier geene nieuwe zaak gold,
maar eene die herhaaldelijk was voorge
komen, zonder dat ooit geld in rekening
was gebracht, achtte de vergadering het
raadzaam, de bijvoeging door den heer
De Kanter voorgesteld, in 't reglement
op te nemen. Bij de stemming verklaarde
zich 14 leden voor, 8 tegen't amendement-
De Kan ter.
(Tegen stemden de hh. Figee, Hes-
huijsen, Sneltjes, Lode wij ks, H uet,
Van dor Poll, de ClercqvanWeel
en Stolp.)
Een adres van de Kamer van Koophan
del en Fabrieken hield hierop de verga
dering nog geruimen tijd bezig.
Sedert 1874 genoot die Kamer eene
jaarlijksche toelage van f 300 uit de ge
meentekas. Kon zij vroeger met dat be
drag de noodzakelijke uitgaven dekken, in
de beide laatste jaren was dit niet het
geval. De werkzaamheden der Kamer zijn
in de laatste jaren aanmerkelijk toegeno
men en hielden gelijken tred met den aan
groei der bevolking. Van de f 300 der
gemeente ontvangt de secretaris f175, zoo
dat de Kamer slechts over f 125 beschik
ken kan. Met 't oog op een en ander ver
zocht de Kamer eene verhooging der jaar
lijksche toelage met f 200.
B. en W. adviseerden evenwel, het ver
zoek van de hand te wijzen. Zij voerden
daarvoor aan, dat blijkens de jaarversla
gen der Kamer, hare werkzaamheden niet
zoo zeer zijn uitgebreid; het getal uitge
brachte adviezen van 18751880 vari
eerde van 5 tot 13 'sjaars. Al geven die
cijfers nu geen juist beeld van den om
vang der werkzaamheden door de Kamer
verricht, evenmin kunnen B. en W. daarin
aanleiding vinden om eene verhooging der
gemeentelijke bijdrage voor te stellen.
De heer Figee betreurt het zeer, dat
B. eu W. het verzoek der Kamer niet
wenschen te steunen. Nijverheid en Han
del bloeien niet; er bestaat dus reden
dien bloei te doen herleven. Daartoe kan
de Kamer bijdragen. B. en W. gronden
hun afwijzend advies op het aantal ad
viezen, door de Kamer sedert 1875 tel-
kenjare uitgebracht, maar erkennen, dat
die cijfers geen juist beeld van de werk
zaamheden der Kamer geven. Ook voeren
zij aan, dat Leeuwardeu en Zwolle ook
maar f 300 's jaars subsidie verleenen,
Tilburg en Alkmaar respectievelijk f176
en 100. Spreker stelt daartegenover, dat
Arnhem en Groningen f 700, Leiden f 476,
Maastricht f 480, Middelburg f 450 e»
Utrecht f 800 aan hunne Kamers geven,
terwijl Dordrecht zelfs f 1000 alleen voor
den secretaris verleent. Hij zou gaarne
wenschen, dat de Kamer in staat werd
gesteld hare plichten naar behooren waar
te nemen en dringt daarom op inwilliging
van 't verzoek aan.
De heer Huet steunt den wensch van
den heer Figée. Hij wijst er op, dat de
Kamer in den laatsten tijd financieel ach
teruit gaat, en schrijft dit, behalve aan de
meerdere werkzaamheden, toe aan 't feit
(hij meent dit wel in 't publiek te mogen
zeggen) dat de vroegere voorzitter, de heer
Dyserinck, veel kosten uit eigen middelen
vergoedde, 't Komt dikwijls voor, dat men
zich in betrekking moet stellen met cor-
poratiën buiten de gemeente. De vroegere
voorzitter deed dit buiten bezwaar van d©
geldmiddelen der Kamer. De bevolking
van Haarlem bedraagt thans ongeveer
20,000 zielen meer dan in 1874. Er komen
veel meer zaken voor en van ander ka
rakter dan vroeger. Wenscht men nu dege
lijke adviezen van de Kamer, dan stelle
men haar in de gelegenheid om te onder
zoeken. De Kamer wil aan dien wensch
voldoen en verzoekt daarom de verhooging.
De heer Stoel, die nu 't woord ver
krijgt, verklaart, dat hij nu iets van 't nut
der Kamer heeft vernomen. Hij heeft daar
naar wel eens gevraagd eu kreeg toen ten
antwoord//Die Kamer kost meer, dan hij
waard is! 't Nut der Kamer begrijpt hij
evenwel uog niet."
De heer Figee vindt deze ontboezeming
van den heer Stoel wel wat kras en zou
wel willen vragen; welk industrieel heeft
de heer Stoel aldus geantwoord?
Een industrieel was 't niet, die mij dat
antwoord gaf, zegt de heer Stoel.
De heer Macaré zou 't betreuren, in
dien er geen protest uit den Raad opging
tegen 't gezegde van den heer Stoel. Hij
wijst daarom op 't degelijk advies door
de Kamer van K. en F. uitgebracht in
zake de overwegen van den spoorweg en
brengt in herinnering, dat bij raadsbesluit
van 28 December jl., voor acht dagen dus,
nog advies is gevraagd aan die Kamer om
trent 't verzoek van den heer Bohl c. s.
FHUILLETO HST.
1241
XLIe HOOFDSTUK.
De gevangene.
Maar Diaz bleef onbeweeglijk als een ruiterstandbeeld;
weldra daarna naderde de bekwame ruiter don Estevan,
zonder dat men bemerkte dat bij zijn paard zijn been of
zijn hand deed gevoelen. Toen zijn knie die van den Span
jaard raakte, hernam hij zijne eerste onbeweeglijkheid. Daar,
zonder dat zijne lippen schenen te bewegen en den blik
naar den Canadeeschen jager gekeerd, vond hij een middel
om zijn aanvoerder in het oor te fluisteren:
Houd u stevig in den zadel.... houd uw paard in....
en laat mij begaan.
De oude karabinier volgde gedurende dien tijd met een
waakzaam oog de verschillende bewegingen zijner tegen
standers.
Don Estevan gaf met de hand een teeken alsof hij een
uitstel wilde vragen.
Oroche, Baraja, zeide hij hun met eene stem, luid
genoeg, om op het plat der rots verstaan te worden, het
kamp heeft al zijne verdedigers noodig; schaart u aan de
zijde van den edelen en dapperen Diaz, die voortaan uw
aanvoerder zal zijngij zult tot de mannen, die ik aanvoerde,
zeggen, dat dit mijn laatste wil is.
Oroche en Baraja luisterden met schijnbare besluiteloos
heid naar de bevelen van don Estevanmaar in het diepst
hunner ziel dachten de beide avonturiers dat, alhoewel het
een vreeselijk hartzeer was hunne handen niet te kunnen
dompelen in de bijna aan hunne voeten uitgestalde goud-
brokken, het echter beter was zich op genade en ongenade
over te geven en het leven te behouden in de hoop van
den een of anderen dag naar de Goudvallei terug te ko
men. Zij waren dus besloten om zich niet te laten dooden
indien zulks mogelijk was en beiden, hoewel zij zich daar
over niet verstaan hadden, wilden ten minste zoolang mo
gelijk fatsoenshalve den schijn van edele aarreling rekken.
Ik zou durven wedden, zeide Pepe, dat die
schurk, die met de hand in zijn lange haren woelt alsof
hij er een afkeer van had, het hazenpad te kiezen, nog
nooit, evenals zijn makker met het lederen vest, met meer
haast aan de bevelen van zijn aanvoerder gehoorzaamd zal
hebben. Maar, bij alle duivelsI is dat niet een der beide
schelmen, die in het bosch bij de hacienda op ons gescho
ten hebben?
Ik weet het niet, antwoordde Bois-Rosé, ik was
er te ver af om hun gelaat te herkennen; maar wat
geeft dat?
Op dit oogenblik gaf Baraja op zijne beurt een teeken
met de hand.
Wij weten alleen te gehoorzamen aan de bevelen van
onzen aanvoerder, zeide hij, en hoeveel het onzen
trots ook moge kosten, wij kapituleeren.
De geschiedenis is vol kapitulaties, voegde Oroche
er bij, en ik weet niet dat men onteerd wordt door zich
aan den vijand over te geven, wanneer het lot der wapenen
aan een der partijen beslist is. Wij verzoeken u dus, signor
don Fabiaan, zoowel als aan uwe beide vrienden, onze af-
scheidsbetuigingen aan te nemen.
Zonder dat zij den verachtelijken blik schenen op te mer
ken, dieu Diaz hun toezond, wuifden de beide waardige
kameraden met hunne hoeden en wendden den teugel hun
ner paarden en verwijderden zich, toen de karabijn van Pepe
op de hoogte der rots losbarstte.
Con mil rayos! riep de oude karabinier met don
derende stem, is er dan overeengekomen, dat gij u met
wapenen en bagage zoudt terugtrekken?
Dat hadden wij zoo begrepen, schreeuwde Oroche,
zou het u in het tegenovergestelde geval dan behagen
om onze wapenen te komen halen?
Werpt ze in het gindsche meer en pakt u weg,
antwoordde Pepe.
Goed, zeide Baraja, die zijne karabijn met een
hand vastgreep alsof hij ze verre van zich wilde werpen,
maar haar snel aan den schouder bracht en op den top der
rots vuurde.
Ziet gij! riep Pepe op spottenden toon en zender
eenige beweging te willen maken uit, toen Oroche op zijn