BUITENLAND.
tot 8 mandjes kleine schol ten afslag, tong
gold 70 cent per stuk, en kleine schol
f2.70 a 2.80 per mandje.
BIN NIS NL AN D.
De minister van Financiën brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat in den
loop van dit en het volgende jaar 80
kommiezen der vierde klasse der directe
belastingen, invoerrechten en accijnzen
kunnen worden aangesteld op eene bezol
diging wegens traktement en toelage vau
f 480 's jaars.
(St.-Cf.)
De r/Staatscouiant" van 13 Januari bevat
een staat, openbaar gemaakt door den minister
van Financiën, welke aanwijst het bediag van
de belastbare opbrengst der ongebouwde eigen
dommen in iedere provincie, volgens de uit
komsten der kadastrale leggers op 20 October
1886, de verminderingen en vermeerderingen,
welke die bedragen in het jaar 1887, overeen
komstig de bepalingen van de tweede afdeeling
der cerstgemelde wet, hebben ondergaan, en het
te heffen bedrag der belasting in 1888 op de
ongebouwde eigendommen in iedere provincie
Naar wij vernemenis een
■wetsontwerphoudende bekrachti
ging van eene onderhandsche over
eenkomst van de regeering met de
maatschappij „Nederland" en de
„Rotterdamsche Lloyd", bij den Raad
van Slate in behandeling.
(IV, R. C.)
Naar wij vernemen, zulleu
eenige Iudische heeren te Amster
dam zich vereenigen, om de koloniale
industrie op de wereld-tentoonstel-
liDg te Parijs in 1889 behoorlijk te
doen vertegenwoordigen. Ook de
kunstenaars maken daartoe reeds
toebereidselen.
Men schrijft ons uit Zaandam
Zondagavond omstreeks half zeven
werd hier onverwachts de brandklok
geluid.In den stal van den landbouwer
Hoorn in de Oostzijde was een brand
uitgebroken, welke zich in den aan
vang vrij ernstig liet aanzien. Door
het snel en krachtig optreden der
brandweer was evenwel het gevaar
spoedig bedwongen. Het vee uit den
stal heeft men kunnen redden, en
een groot gedeelte van het woon
huis is behouden. Omtrent de oor
zaak van den brand kan nog niets
met zekerheid worden medegedeeld.
Alida Pruimers, «oude Da»,
het a weesmeisje» van het Burger
weeshuis te Amsterdam die voor
twee maanden haar honderdsten
verjaardag vierde, of liever beleefde,
overleed plotseling, maar kalm, in
den nacht van Dinsdag op Woens
dag jl. De ruim honderdjarige werd
Zaterdag hegraven. De lijkstoet
werd voorafgegaan door drie vol
wassen weesjongens, terwijl ter zijde
van den lijkwagen zestien jongens
liepen als slippendragers. De school
jongens, ten getale van zestien,
volgden, terwijl de stoet besloten
werd door twee suppoosten en den
weesvader der jongens van het
weeshuis.
De geheele plechtigheid was een
voudig, maar bracht toch een hoogst
gunstigen indruk teweeg. Op de
Westerbegraafplaats, waarheen de
lijkstoet zich door de straten van Am
sterdam, waar hij zeer de aandacht
trok, begaf, werd door den wees
vader den jongens namens regenten
van het gesticht dank betuigd voor
deze laatste eer der overledene
bewezen.
De Vereeniging voor Levens
verzekering zal Donderdag den 19
dezer te Amsterdam eene bijeen
komst houden in het gebouw Felix
Meritis.
Punten van behandeling zijn
Mededeelingen van het bestuur
Voortzetting der beraadslaging over
wettelijke regeling van het bedrijf
der levensverzekering. Punt 11$, dat
in de vorige vergadering niet be
handeld werd luidende: II. Op wel
ken grondslag moet die regeling
berusten i. op dien van toezicht op
de uitoefening van wege den Btaat
of van wege den polishouder? In
te leiden door den heer A. S. van
Reesema.
Bij de oproeping voor de volgen
de vergaderingenwelke van vier
tot vier weken, 16 Februari, 15 Maart
enz., zullen gehouden worden, zul
len de verdere punten, welke be
handeld moeten worden, achtereen
volgens medegedeeld worden.
{Ven. b.)
De verleende concessie voor
den aanleg van eene telephoon te
Leiden kon niet aanvaard worden,
omdat eene goede plaats voor het
centraal bureel nog niet was ge
vonden. Het L. D. verneemt, dat
thans tusschen de firma Ribbink,
van Bork Co. en het dagelijksch
bestuur over eene gemeeute-localiteit
voor dat doel onderhandeld wordt
Door een koetsier van de alg.
exped.-onderneming Van Gend
Loos te 's-Hage is een bedrag van
pl. m, f100 ontvreemd. De dader
is voorvluchtig.
De firma Van Maenen
Scharper te Rotterdam, kooplieden
in koffie en suiker, heeft Vrijdag jl.
hare betalingen gestaakt. Het pas
sief moet f300,000 bedragen.
Woensdag jl. zou te Nijmegen
een huwelijk worden voltrokken tus
schen eenen baron en eene smids
dochter aldaar. Om de bekendheid
die beiden genieten, verkeerde de
stad reeds eenige dagen te voren in
groote opgewondenheid, die tot eene
uitbarsting oversloeg op den huwe
lijksdag. Bruid en bruidegom had
den zich voorgenomen den weg naar
het stadhuis te voet af te leggen,
doch zij hadden nog geen 200 schre
den gedaan, of zij moesten door de
joelende, schreeuwende en tierende
menigte, die hen achtervolgde, in
allerijl bij eenen rijtuigverhuurder
invluchten.
In een z.g. dokterskoetsje werd
het paar alstoen naar het stadhuis
gebracht, doch daar hadden zich
duizenden verzameld, die zich vóór
en in het raadhuis verdrongen, en
de trouwlustigen met hoera's ont
vingen, zoodat de burgemeester zich
genoodzaakt zag den toegang tot de
trouwkamer af te laten zetten. Niet
tegenstaande een groot aantal po
litieagenten voor het stadhuis had
postgevat, werd het verkeer aldaar
totaal gestremd.
Na het einde der trouwplechtig
heid spoedde de menschenmassa zich
al joelende en tierende naar de wo
ning der bruid, alwaar het rijtuigje
met de jonggehuwden met zulk een
oorverdoovend gegil ontvangen werd
dat het paard bijna op hol ging,
doch gelukkig nog bijtijds gegre
pen werd, terwijl het rijtuig met
bruid en bruidegom haast omsloeg.
Bejaarde lieden herinneren zich niet,
ooit te Nijmegen zulk een schan
daal te hebben bijgewoond.
Tot laat in den avond verdron
gen zich nog hoopen volk voor het
huis der bruid, doch de politie hand
haafde aldaar flink de orde.
Naar men zegt, hebben de ouders
der bruid ruim één uur op het stad
huis in vrijwillige gevangenschap
doorgebracht, uit vrees voor het te
hoop geloopen gepeupel.
Bij gelegenheid van eene hout-
vetkooping op het land «Eikenhorst»,
tusschen Vucht en Bokstel, vond
men, in eene sloot vastgevroren, het
lijk van een sedert weken vermisten
gepensioneerde uit Bokstel. De man,
die aan vallende ziekte leed, ie
waarschijnlijk tengevolge daarvan
te water geraakt.
Te Bergen-op-Zoom is eene
locomotief op de spoorlijn van den
heer Wittouck gederailleerd, juist
toen zij den straatweg gepasseerd
was. Persoonlijke ongelukken heb
ben niet plaats gehad, doch door
dien het gevaarte ruim 1/s M. was
uitgeweken en zeer diep in het zand
zat, heeft men den geheelen dag
moeten werken om de machine in
de lijn te brengen.
De ingezetenen van Heiukens-
zand zijn jaren lang beet genomen
door eene vrouw, die met eene om
zwachtelde hand bedelde. Toen, na
haar dood, de hand van de doeken
ontdaan werd, bleek het, dat ze
gezond was geweest evenals de
andere.
Een milicien der 4e compag
nie van het bataljon infanterie, in
garnizoen te Vlissingen, werd Vrij
dag plotseling zoodanig ongesteld
dat hij per raderbrancard naar het
militair hospitaal moest worden ver
voerd, waar hij reeds des namid
dags overleed.
Volgens de loopende geruchten
moet genoemde milicien daags te
voren eene niet onbelangrijke hoe
veelheid van de, 'bij massa's in den
laatsten tijd rondgevent wordende,
vijgen van het te Westkapelie ge
strande schip genuttigd hebben.
Vrijdagavond is te Hasselt aan
boord van schipper Wentink brand
ontstaan doordien de petroleumlamp
van de zoldering viel. Schipper Ad
miraal, die op het geschreeuw der
vrouw toeschoot, heeft haar eu hare
kinderen nog tijdig op den wal kun
nen brengen, en door spoedig aan
gebrachte hulp was de brand in het
schip weldra gebluscht.
POSTERIJEN EN TELEGRAPHIE.
In de maand April of Mei zal een ver
gelijkend onderzoek plaats vinden van ad-
spiranten voor de betrekking van surnu
merair bij liet vak der posterijen, waartoe
twaalf plaatsen ter vervulling worden open
gesteld. Een volgend examen zal eerst in
1889 worden gehouden, zoodat gedurende
1888 slechts één examen zal plaats vinden.
Zie verder „Staatsct/' van 14 dezer.
RECHTSZAKEN.
Onlangs werd door eene vrouw te Gas
tel bij de rijkspolitie aangifte gedaan, dat
zij door drie personen op den openbaren
weg was aangerand, op den grond gewor
pen en haar een gouden halsslot was ont
stolen. Die aangifte bleek later, na onder
zoek, valsch te zijn. De rechtbank te
Breda heeft deze valsche aanklaagster thans
veroordeeld tot eene maand gevangenisstraf
c. e., en wel wegens het doen van eene
aangifte of klachte dat een strafbaar feit
is gepleegd, wetende dat dit niet is ge
pleegd.
KERKNIEUWS.
Ned. Herv. Kerk.
Men schrijft ons uit Velsen:
De nieuwe kerk der doleerenden zal
Woensdag 18 Jan a. s. worden ingewijd.
Al« spreker zal optreden de heer T. Josso
van Amsterdam.
Beroepen te Stavoren ds. G. J. An-
tiuk, te Eestrumte Thesinge ds. J. Faber,
te Haarlemte 's Gravendeel ds. J. W.
H. Kalkman, te Monsterte Haarlem (do-
leerende) ds. J. Sleewijk Visser, te Rijs-
oord.
KOLONIËN.
BATAVIA, 13 December.
Omtrent de expeditie naar Poeloe-Bras
bevat het officieele verslag in de «Jav. Cou
rant" van 14 tot 27 Nov. het volgende,
dat de bevestigiug bevat van de reeds met
de vorige mail aangebrachte particuliere
berichten:
De vijandelijke benden, welke in d6n
nacht van 9 op 10 Nov. en volgende da
gen van uit de IV eu VI Moekims naar
Poeloe-Bras overgestoken wareu eu aldaar
op de Zuidkust hier en daar onbeduidende
versterkingen hadden opgeworpen, waag
den het niet voor de tegen haar uitgezon
den troepenmacht stand te houden, maar
weken uit naar het bergachtig, zwaar be
groeid terrein.
Met het oog op de invallende regens
en de houding van den vijand keerden de
troepen den 19en November naar Groot
Atjek terug.
Bij hunne lauding op Poeloe-Brase n bij
latere kleine beschietingen kregen wij 9
gewonden, waarvan vijf zeer licht, terwijl
twee overleden.
Volgens ingekomen berichten zouden de
verliezen van den vijand vier dooden en
ongeveer zeventien gewonden bedragen
hebben.
Den 26sten Nov. was, waarschijnlijk
tengevolge der hevige regens, het grootste
gedeelte der vijandelijke benden, gebruik
makende van de duistere nachten, naar
de IV eu VI Moekims teruggekeerd.
Tegen onze etablissementen en den vuur
toren werd niets noemenswaards onder
nomen, wel werd den 15den en den 25sten
November de waterleiding, die naar de
versterking voert, door kwaadwilligen be
schadigd, doch de schade kon dadelijk
weder worden hersteld.
Verder komt daarin voor:
Te Edi worden nog wel nu eu dan
verontrustende tijdingen vernomen, o. a.
den 12den Nov. jl. dat een voornemen
zoude bestaau om onze versterking in brand
te steken en dat een bloedprijs zou zijn
uitgeloofd op de hoofden van den Radja
van dat landschap en van deu luitenant
der Ckineezen te Edi; doch de rust werd
er uiet verstoord.
De priester T. Sech Osman van Semali,
die de gemoederen der bende, die den
laatsten aanval op de versterking te Edi
deed, tot fanatisme hadjopgezweept eu haar
eene zeer gemakkelijke overwinniug had
voorspeld, nam, bevreesd voor de wraak der
overgeblevenen, de vlaclit.
De hoofden van Rigas, Melaboeh en
Lagen, zoomede die van Tjoenda, Bajoe
eu Nizam, bevonden zich te Kotta Radja.
In de laatste dagen van den verslagtijd
viel er nogal regen.
De berri-berri buiten beschouwing ge
laten, was de gezondheidstoestand gunstig.
Het ziektecijfer was iets hooger, het sterf
tecijfer laag.
De stand der berri-berri was even gun
stig als gedurende den vorigen verslagtijd.
c— Van Atjeh schrijft men aan het
//Bat. Iibl.
Het is wel te begrijpen, dat de tijding
van het mislukken van den tocht naar
Poeloe Bras een onaangeuamen iudruk
heeft gemaakt op hen, die in andere stre
ken vau den Archipel gevestigd, zich geen
goed denkbeeld van dat eiland kunnen
makeu.
Doch wie eene kaart ter hand neemt,
de grillige omtrekken en de in verhou
ding tot de oppervlakte zeer lange kust
lijn aanschouwt, die bovendien weet, dat
het inwendige van het eiland eene ge
duchte wildernis vol ravijnen, gaten en
spelonken is, die zal begrijpen, dat ook
met het oog op het volslagen gemis aan
wegen, het opzoeken en verjagen van een
zich zorgvuldig verborgen hebbenden vijand
uiterst moeilijk is.
Bovendien begunstigen de vele en diepe
kreken het ontsnappen uitermate, terwijl
om de geheele kustlijn af te sluiten, wel
een twaalftal oorlogsschepen zouden iioo-
dig zijn.
In de vorige week heeft de Raad
van Iudië vier dagen achtereen zitting
gehouden, des Zaterdags tot twee uur, om
te beraadslagen over hetgeen er tegen
Lombok gedaan moet worden. De com
mandanten van land- en zeemacht woon
den die zittingen bij. Vier oorlogsschepen
liggen nog voor Ampenan, het vijfde
bracht tijding naar Soerabnja, eu tenge
volge van die tijding pleegde men raad.
Het door den kapitein Breier samen
gestelde verslag omtrent zijn detacheering
naar Engelsch-Indië, zal als Januari-afle-
vering aan de inteekenaren op het #ïnd.
Mil. Tijdschrift" gezonden worden en on
geveer 180 pagina's beslaan.
Het geheel wordt opgejuisterd door tal
van platen, teekeningen eu plannen.
Op de kust van Nieuw Guinea, in
de nabijheid van de Humboldt-baai, is in
het begin van November een ongeluk
voorgevallen, dat aan twee menschen het
leven kostte, en waaraan de heer De
Clercq, resident van Ternate, ternauwer
nood ontsnapte. Zr. Ms. stoomschip //Java»
bevond zich namelijk in de nabijheid der
kust, en een der sloepen, die waar
in de resident zich bevond, door de
hooge branding om, zoodat alles wat er
zich iu bevond te water geraakte. Bij
deze gelegenheid verdronken een Europeesch
matroos en een Papoea.
De resident werd, na zich langen tijd
in het water te hebben bevonden, meer
dood dan levend op het droge gebracht.
Van geachte zijde wordt aan het
z/Bat. Hbl." medegedeeld, dat hetgeen
onlangs werd gemeld omtrent de te Soe-
rabaja onder Europeanen heersohendo ar
moede, nog beneden de werkelijkheid is.
Ook de resident moet, zegt men, van
meening zijn, dat op den duur door werk
verschaffing aan den nood zal moeten wor
den tegemoet gekomen.
Van liefdadigiieid, gelijk bij brand of
watersnood, is geen spraak. De slachtoffers
der tegenwoordige //malaise" zijn geen
behoeftigen in den gewonen zin des woords,
die de bekwaamheid of de kracht missen
om door een of ander middel van bestaau
in hun onderhoud te voorzien, maar men
schen, die door een samenloop van om
standigheden tijdelijk van hun middel van
bestaan verstoken zijn.
Bij de firma J. Daer.dels Co, te
Batavia, is eene som van f 10,874.84 ge
stolen uit de brandkamer, waarvau de
sloten der eerste en tweede deur zijn ge
forceerd. Van buiteubraak is geen spoor,
zoodat men vermoedt, dat de dief of die
ven zich iu het kantoor hebben laten op
sluiten, dan wel door de toko van den
heer Hall, welks dak gerepareerd wordt,
ziju binnengekomen. Eene huiszoeking
bij het inlaudsch personeel heeft tot niets
geleid.
Voor den graaf en de gravin de
Bardi is te Soerabaja een krokodillen-
jacht georganiseerd op de kali Tangi even
bezuiden Grissik. Verscheidene personen,
ouder wie de resident en de regent, na
men daaraan deel. Drie krokodillen ziju ge
zien, waarvau twee geschoten.
De le luitenant der art. F., die
door den krijgsraad veroordeeld was tot
zeven dagen gevangenisstraf, is bij senten
tie van het hoog militair gerechtshof, dd.
9 December 1887, vrijgesproken van de
tegen hem ingebrachte beschuldiging.
Den lOen December 13 de nacht
dienst ingevoerd voor de telegraafkanto
ren te Weltevreden, Cheribon, Samarang,
Soerabaja en Tjilatjap, eu zulks in ver
band met den toestand op Lombok.
TrouioGeboorte- Doodberichten.
Gehuwd: A. Schadée met A. G. Gehrung,
Kapahiang. - H. C. P. de Bruiju met M. A.
Engelbrecht, Serang
Bevallen: a. J. Knegtmans-Bik, z.,Kramat.
- Permis Levyssohn, z., Semaraug. - Kimmijser-
Dom, z., Djokjakarta.
Overleden: H. Schrok, 9 j., Batavis. - K.
L. Brouwer, 27 j., Soerabaja. - W. Fasolt,
Anjer. - R. Jansen, 35 j., Soerabaja. - J. F.
H. van Oordt, 38 j., Macassar. - A. J. Bie3-
baar. Madioeu.
CIVIEL DEPARTEMENT.
Verleend-. Een tweejarig verlof naar Europa
wegens ziekte, aan den contr. 2e kl. L. Kreischer
België. De vaste schuld van het
koninkrijk bedraagt op het oogen
blik 1916 millioen fr., waarvan 1184
miliioen in 31/, pet. rente, 509 mil
lioen iu 3 pet. en 221 millioen in 21/»
pet. rente. Deze schuld veiljischt
eene jaarlijksche rentebetaling van
hunner het recht verkocht om op eene verboden kust te
landen.
Ik heb mij het verwijt te doen de medeplichtige van
dien man geweest te zijn; ik ontving van h'em den prijs
voor mijne schuldige zwakheid.
Den volgenden morgen hadden de gravin de Mediana
en haar jonge zoon 's nachts hun kasteel verlaten.
De gravin was vermoord; de jonge graaf kwam niet
meer te voorschijn.
Weinig tijda daarna hood de oom van het kind zich
aan; hij eischte de goederen en de titels van zijn neef op;
alles werd hem gegeven. Ik had gemeend bij de eene of
andere list behulpzaam te zijn geweest; ik had een moord
begunstigd.
Ik heb voor de rechters aan den nieuwen graaf de
Mediana deze misdaad verweten; vijf jaren op de galeien
van Ceuta zijn de belooning geweest mijner stoutheid.
Thans, verre van een rechtbank uit bedorven rechters
samengesteld, voor het aangezicht van God, die ons ziet,
beschuldig ik andermaal den man, die hier aanwezig is, den
ontweldiger van den titel van graaf de Mediana, van den
moord op de gravin; hij was een der drie mannen, die des
nachts door inklimming in het kasteel, dat de moeder van
don Fabiaan niet meer mocht terugzien, waren binnenge
drongen.
Dat de moordenaar mij logenstraffe.
Ik heb niets meer te zeggen.
Gij hoort het, zeide Fabiaan, wat hebt gij voor
uwe verdediging te antwoorden?
Op het oogenblik waarop Fabiaan deze vraag voleindde,
deed zich een angstkreet hooren van de zijde, waar de
watermassa in de diepte van den afgrond stortte.
Allen hieven op hetzelfde oogenblik de oogen op in die
richting en door den doorzichtigen sluier van den waterval
schenen zij eene menschelijke gedaante te zien, die een
oogenblik boven den afgrond zweefde en al vallende eene
zwarte lijn beschreefd.
Indien de toeschouwers van dit vreeselijk oogenblik het
bestaan van het blok goud hadden gekend, zouden zij het
niet meer teruggevonden hebben op de plaats waar de rots
het gedurende zooveel tijd had vastgehouden; het was
verdwenen en hij die het droeg, was er mede in den af
grond verzwolgen.
Een doodsche stilte volgde op den kreet, die zich zooeven
had doen hooren, terwijl onder den mist der Nevel Bergen
doffe losbarstingen door den echo herhaald werden.
Het tooneel was in overeenstemming met de acteurs.
Zwarte gieren zweefden boven hunne hoofden, alsof zij
eene aanstaande prooi riekten of bet lijk betreurden van
dengene, dien de afgrond had verzwolgen; hunne scherpe
kreten vermengden zich met het verwijderd gerommel der
heuvelen.
Toen zij eenigszins bekomen waren van de verwondering
die een schouwspel, waarop geen hunner bedacht was, ver
oorzaakt had, herhaalde Fabiaan:
Wat bebt gij tot uwe verdediging in te brengen?
Een hevige worsteling ontstond iu de ziel van de Median a
tusschen ziju geweten en zijn hoogmoed.
Zijn trots behield de overhand.
Niets, antwoordde don Antonio.
Niets! hernam Fabiaan, maar gij begrijpt mis
schien den verschrikkelijken plicht niet, die mij thans te
vervullen overblijft?
Ik begrijp hem.
En ik, riep Fabiaan met verheffing van stem,
ik zal hem weten te vervullen; en toch, alhoewel het bloed
mijner moeder om wraak schreeuwt, tracht u te ontlasten,
en ik zal uwe woorden zegenen. Zweer mij bij den naam
van de Mediana dien wij beiden dragen, op uwe eer, bij
het heil uwer ziel, dat gij niet schuldig zijt en ik zal ge
lukkig zijn u te gelooven.
Wordt vervolgd.)