NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD. De Goudvallei. 5e Jaargang. Donderdag 8 Maart 1888. No. 1435. HAARLEMS DAGBLAD ABONHEMEUTSFRIJS: Voor Haarlem, per 3 maandenƒ1.20. Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden. -1.65. Afzonderlijke nummers- 0.03. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 132. ADVERTENTIES: van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij groote opgaven aanzienlijk rabat. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en courantiera. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publieite Etrangère G. L. DAU3E Co., JOH. F. JONES, Stier., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. STADSNIEU W S. Haarlem, 7 Maart. De uitslag van de verkiezing van een lid voor de Tweede Kamer in het district Haarlem is dat er zijn ingeleverd 2113 stembiljetten, waar van geldig 2103. Daarvan op mr. A. J. W. Farn- combe Sanders 1289, mr. I. A. Levy 469, S. baron van Heemstra 295, Dornela Nieuwenhuis 30, J. H. Krelage 6, O. J. H. baron van Lim burg Stirum 2, terwijl op enkele andere personen nog eenige stem men waren uitgebracht. Eerstge noemde is dus gekozen. De uitslag der verkiezing voor de Provinciale Staten is dat 4619 biljetten zijn ingeleverd, waarvan 100 ongeldig. Uitgebracht waren 2508 stemmen op G. B. 't Hooft, te Haarlemmermeer, 1450 op J. H. Krelage en 420 op mr. J. de Clercq van Weel. Eerstgenoemde is dus gekozen. (De uitslag der verkiezingen werd reeds heden middag door ons per extra bulletin door de stad verspreid). (Ked.) H. K. H. mevrouw de Groother togin van Saksen, Prinses Sophie der Nederlanden, heeft aan de Ne- derlandsche Maatschappij ter be vordering van Nijverheid opnieuw een blijk van hare belangstelling en stoffelijke medewerking gegeven door de aanneming van het eere lidmaatschap van den Raad van Bestuur van het Koloniaal Museum. In 1879 vereerde H. K. H. het Mu seum van Kunstnijverheid met eene gelijke onderscheiding. De dir. officier van gez. 2e kl. (luit.-kol.) J. J. van Minden, chef van het militair hospitaal alhier, zal binnen kort den mil. dienst met pensioen verlaten. De Teekensehool voor Kunstnijyerbeid te Haarlem. Het thans vastgestelde «leerplan voor verschillende ambachten» van den avondcursus aan bovengenoemde inrichtiug bevat het volgende: Daar het ambachtsonderwijs iu onze industrieele kringen thans een der voor name vragen van den dag is geworden, heeft bet Bestuur der Teekenschool voor Kunstnijverheid sedert geruimen tijd meer bepaaldelijk aan het ambachtsonderwijs bizondere zorg besteed. Het is toch een der hoofdbeginselen, waarop de verdere bloei onzer school moet gevestigd worden, en door het nuttige en het practische in onmiddellijk verband te brengen met de ontwikkeling van het schoonheidsgevoel der leerlingen, hoopt het Bestuur aan de ernstige taak te voldoen om in de be hoefte van het volk te voorzien en de be langen onzer nijverheid te bevorderen. Door het leerplan der avondschool, vooral dat der bouwkundige klasse, dat aan onze school gevolgd wordt, nader toe te lichten, hopen wij tevens eene kleine bijdrage voor de bevordering van het am bachtsonderwijs in het algemeen te le veren. Zal dit or derwijs ruimschoots vruchten dragen, dan houde men echter steeds in het oog, dat daar waar men met eene ambacht s-avondschool en niet met eene ambacht s-d agschool te doen beeft, het onderwijs op de avond school gepaard moet gaan met het over dag practisch werken op de werkplaats. Op de avondschool leert de aankomende ambachtsman teekenen, teekenen en nog eens teekenen, want dat is zijn schrift. Vertrouwdheid met het materiaal en han digheid in de uitvoering moet de werk plaats hem geven. De leerling moet na volbrachte studiën zijne gedachten duide lijk op het papier weten weer te geven; men vermijde dus hem te lang op te hou den door onnoodig opwerken, schaduwen en harceeren d. w. z. door het maken van mooie teekeuingen. Slechts in de hoogere klassen zullen sommige teekeuingen als voorbeeld eenigszins opgewerkt worden. In het leerplan der school is het éérste jaar, voor alle ambachten, gewijd aan het rechtlijnig en handteekenen, waardoor de leerlingen de voorwerpen op een plat vlak leereu voorstellen. Het tweede jaar wordt in hoofdzaak ge wijd aan de constructie. In het derde jaar wordt hiermede voort gegaan, terwijl er nu op vorm en ver houding gelet wordt. Aan de leerlingen, wier maatschappe lijke toestand hun veroorlooft de school langer te bezoeken (hetgeen niet altijd het geval is) en wier verstandelijke ontwik keling hen in staat stelt meerdere kennis te verkrijgen, wordt in het vierde jaar gelegenheid gegeven zich met schoone vor men en verhoudingen vertrouwd te maken, om zoodoende hun werk eene hoogere waarde te verleenen. Bij de verschillende ambachten wordt voor goede leerlingen het onderwijs over ongeveer vier jaar verdeeld. Ie Jaar. Voor alle leerlingen van den avond cursus, onverschillig welk ambacht zij be oefenen a. Het leeren behandelen van het tee kengereedschap. b. Het nateekenen van de eenvoudigste rechtlijnige ornamenten. e. Het teekenen van die werkstukken uit de vlakke meetkunde, welke in de practijk het meest in toepassing komen, beuevens het construeeren van korfbogen, puntbogen en ellipsen. d. Het nateekenen van meetkundige ornamenten, samengesteld uit rechte lijnen en cirkelbogen. e. Het teekenen van de projecties van punten, lijnen, vlakken en lichamen. Deze lessen worden gegeven des Woens dags en Vrijdags. Dezelfde leerlingen volgen des Maan dags, Dinsdags en Donderdags de lessen van het vrije handteekenen, waarbij het vol gend programma gevolgd wordt: a. Het met de losse hand op een zwart bord teekenen van horizontale, verticale en schuine lijnen, benevens haar samen stelling tot meetkundige figuren. b. Teekenen van eenvoudige versierings motieven op meetkundige plannen. 2e Jaar. Timmerlieden, a. Het teekenen van de voornaamste houtverbindingen, met toepassing, van cavalier-perspectief. b. Het teakenen van deuren, raamko zijnen met deuren en ramen, dier onder- deelen en houtverbindingen; zoo noodig met toepassing van cavalier-perspectief. Trappen en kappen met onderdeelen en houtverbindingen. Meubelmakers. a. Het teeke nen van meetkundig ornament, hoofdzake lijk in den vorm van parketvloeren en andere inlegwerken. Hoofddoel hierbij is het bevorderen van zuiver teekenen. b. Houtverbindingen met toepassing van cavalier-perspectief. c. Het opmeten en in teekening bren gen van onderdeelen van deuren en wand- betimmeriDgenzoo noodig met sing van cavalier-perspectief. d. Het teekenen van profielen op groote schaal. Versterkende lijstwerken, d. w. z. sok kelprofielen. Omsluitende lijstwerken, d. w. z. ar chitraven. Bekroonende lijstwerken, lijsten. De teekeuingen worden merlieden noodig is z. kroon- door de tim meubelmakers, waar het voor zoover de voorraad strekt, naar houten voorbeelden uitgevoerd. Metselaars. a. Het teekenen van metsel verbanden. b. Pun deer in gen, strekken, bogen enz. c. Riolen, kelders, regenbakken, schoor- steenen enz. Smeden. a. Het teekenen der eonstructie van schroeven en moeren, klink- schroef-, dook- en hakkelbouten, beugels, ankers, verbindingen voor trekstangen enz. b. Het teekenen van balklagen van getrokken ijzer. c. Het teekeuen van hang- en sluitwerk, waarbij het nateekenen van gewone in den handel voorkomende deursloten. d. Het teekenen van eenvoudige ijzeren hekken samengesteld uit staafijzer. e. Overzicht van eu teekenoefeningen naar de verschillende in den handel voor komende ijzerprofielen. f. Het nateekenen van zuilen, consolen, en de verschillende typen van ijzeren leggers, samengesteld uit plaat-, staaf- en profielijzer. Steenhouwers. a. Het leeke- nen van meetkundig ornament, hoofdza kelijk in den vorm van mozaïekvloeren. Hoofddoel hierbij is het bevorderen van zuiver teekeuen. b. Het teekenen van profielen en lijst werken, als sokkelprofielen, architraven en kroonlijsten. c. Het teekenen van splinten, beklee- diugen, vlakke banden, lijsten, deur- en vensteromramingen enz., met het oog op steen constructie en steensnede. b. Het teekenen van gewone profielen, met het oog op stukadoorwerk. c. Het teekenen van plafonds en wan den wat betreft hunne verdeeling en de profileering hunner lijsten. d. Het teekenen van gewelven, nissen enz. Lood-, zinkwerkers, lei dek- kers. a. Het teekenen van de ver schillende bedekkingen met lood, zink en leien. b. Het teekenen van goten en afvoer pijpen. c. Het teekenen van dakramen, boven lichten en dergelijke constructies van zink. d. Het teekenen van pompen en water leidingen. Het ornamentteekenen voor timmerlie den, meubelmakers, metselaars, smeder., steenhouwers, stukadoors, lood- en zink werkers zal gedurende de in het programma vastgestelde lesuren gegeven worden. Bij deze teekenoefeningen zal er voornamelijk op gelet worden, dat de leerling eene gezonde opvatting van het samenstellen van eenvoudige ornamenten verkrijgt. De leeraar zal op het bord de verschillende beginselen van herhaling, omwisseling, symmetrie en uitstraling met hen behan delen en door hen laten copiëeren. Dan zullen verschillende spiraalvormen naar voorbeelden geteekend worden, vervolgens zal de leeraar met wit krijt den leerling op een zwart bord eene reeks van voor beelden van planten, bloemen, bladeren, vruchten enz. voorteekenen en deze aan de natuur ontleende vormen stileeren en tot samenstellingen toepassen. Deze voor beelden zullen door den leerling worden gekopiëerd. Heeft hij hierin de noodige handigheid verkregen, dan moet de leer ling met gegeven bladereD, knoppen en bloemen, zelfstandig samenstellingen ont werpen. Dat hier alleen vlakornament en zeer eenvoudige motieven in aanmerking komen, spreekt van zelf. Decoratie- en glasschilders, lithografen, graveurs enpho- tografen. a. Het teekenen van lichamelijke voorstellingen (draadfiguren) van vaste lichamen, en van groepen (blok- modellen en voorwerpen van huishoude lijk gebruik) hoofdzakelijk in lijnen met eenvoudige breede schaduwen. b. Het teekenen van meer samengestelde versieringsmotieven, geometriek en vlak ornament. c. Beginselen der omamentslcer. d. Het teekenen van gewelfbogen, trap pen, nissen enz., met het oog op steen constructie en steensnede. Stukadoors. a. Overzicht en teekenoefeningen va» samenstellingen voor plafonds en Brahantsche muren, met het oog op het aanbrengen van vlakwerk, uittimmering van getrokken lijst enz. (Slot volgt.) Men schrijft ons uit Haarlem- merliede en Spaarnwoude Van de 244 kiezers in deze ge meente zijn er 207 ter stembus op gekomen. Van de 37 afwezigen be hoor.n er 29 tot de liberale en 8 tot de anti-revolutionaire partij. Als eene bizonderheid verdient vermelding dat ook ter stemming verscheen eene vrouw, die daar haar man verhinderd was te komen, zijDe plichten als staatsburger trachtte te vervullen. Dit ging echter niet. LETTEREN EN KUNST. Zaterdag le Hollandsche opvoering in het Grand-Theatre te Amsterdam van wDe Mikado." Te Weenen wordt „De Mikado" in het Duitsch gegeven. De politie moet eiken morgen tusschenbeiden komen, om hij het nemen der plaatsen de orde te hand haven. Naar wij vernemen heeft mej. Juli ette Koos, tot dusver verbonden aan het //Theatre des Variétés" te Amsterdam, met het eerstvolgende speelseizoen eene verbintenis gesloten met de Vereeniging wHet Nederlandsch Tooneel." Bij genoemde Vereeniging wordt in studie genomen //La Tosc t," het jongste spektakelstuk van Victorien Sardou, dat te Parijs een echt succes d'horreur heeft gehad. (N. R. C.) Ely, de auteur van //Gepantserd," is een dame. De violist Johan Smit speelt den lOon dezer weder op een soirée bij Co lonne, te Parijs. FEIUIXiliBTOSr. 1751 LXVL HOOFDSTUK. De Gevangene. De eerste stralen van de schemering begonnen een dau wen glans te werpen, eE een der Indianen maakte van dit ïogenblik, dat de dag van den nacht scheidt, gebruik om ach op geringen afstand van het kamp ter jacht te be- Jeven. Dit was het gunstigste uur om de reebokken en lerten af te wachten, die alsdan aan de rivier kwamen Irinken. De jager keerde spoedig terug en bracht op zijne schou- lers een door hem gedood hert mede en terwijl hij er de vetste en smakelijkste deelen voor hun morgenmaaltijd van iraadde, lagen zijne drie gezellen rondom het vunr te sla- Jen. Toen het gebraad klaar was, ontwaakten de slapers begonnen te eten. De zon was opgegaan en schitterde aan een onbewolkten hemel, die geen spoor van het ver- vorigeu dag had achter- het welk hij na een korte schnkuelijk on weder van den gelaten. Ook Fabiaan kreeg een stuk, aarzeling aannam en opat. Niet lang duurde het of Bloedhond gaf het teeken tot vertrek en Fabiaan werd opnieuw in de boot gedragen. Dicht bij het Buifeleiland ging men aan wal. Een ge voel van wantrouwen scheen hem te waarschuwen niet door den met boomen overdekten nauwen doortocht te pas- seeren en hij landde op eene plaats waar dicht kreupelhout en hoog gras hem toestonden de boot van schors, die hij achterliet, te verbergen. Bloedhond wist dat hij op het jachtgebied van de Li- panen-Indianeu was, welke bondgenooten waren van den stam der Giienos, waartoe de Zwarte Vogel behoorde. Hij had inderdaad nauwelijks eenige uren gemarcheerd, of hij ontmoette een tiental rondzwervende Lipanen-Indianen, die niets liever wenschten dan zich bij hem te voegen, zoodra zij wisten dat er sprake was van blanke jagers aan te vallen en hun de paarden te ontnemen, die zij gevangen zouden hebben. De troep stroopers, thans veertien man sterk, kampeerde tot het nacht was, om alsdan onder beschutting der nach telijke koelte en duisternis zijn tocht voort te zetten. Het overige van den dag verliep en tegen het vallen van den avond zette de troep in eene lichte Indiaausche boot zijn tocht voort. Ondanks hare snelle vaart legde de Indiaansche boot echter niet zoo spoedig, als zij had moeten doen, den af stand af, die haar scheidde van den Rooden Tweesprong. Een der Lipaueu stroopers had een lederen flesch vol mesca bij zich, een drank die uit de wortels van de aloë getrok" keu wordt. De Indianen hadden gedurende den overtocht de flesch duchtig aangesproken en meermalen dreigde de overtocht in een bloedigen strijd te ontaarden. Eerst met het opgaan van de zon bereikte de troep ban dieten de vertakking van de Roode Rivier, bij verkorting de Roode Tweesprong genoemd. LXVIIe HOOFDSTUK. De eoode tweesprong. De sterke mescal benevelde nog de oogen van den ouden Amerikaanschen renegaat, toen de boot in eene kleine kreek der rivier aanlandde. Alleen Bloedhond was onder al zijne makkers dezen nacht nuchter gebleven. Toen vader en zoon aan land stapten, g omde de toorn van den metis tegen Roode-Hand in zijn hart. Overeenkomstig de bevelen van den metis, bereikte de boot, op welks bodem Fabiaan aan handen en voeten ge bonden geworpen was, met drie andere roeiers den tegen- overgestelden oever der rivier. Een weinig op zijne beenen wankelende, droeg Roode-Hand den jongen gevangene ach ter een dichte groep boomen en struiken, op eenigen af stand van de rivier. Een der Indianen strekte zich evenals hij aan de zijde van Fabiaan uit en toen de 'beide andere stroopers opnieuw den stroom overstaken om bij den metis te komen, zou het onmogelijk geweest zijn te raden dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 1