BINNENLAND.
LAND- EN TUINBOUW.
Men schrijft ons uit (leu Upolder:
In geen jaren was de prijs der uien in
deze poluer zeo hoog als thansmen be
dingt nl. f 9 a 10 per HL. terwijl de
prijs een jaar geleden f 1 bedroeg. Eukele
landbouwers, die eenige houderde HL. in
voorraad hebben, maken hiermede dus
goede zaken.
Thans worden een aantal HA. grond
voor den bouw der uien in gereedheid
gebracht.
Bij kon. besluit is eene
commissie van geneeskundigen en
spoorweg-ambtenaren benoemd tot
voorbereiding eener reo
van den geneeskundigen dienst op
de spoortreinen, ten einde bij
lukken steeds hulp te kunnen ver-
leenen.
Onder alle reserve deelt
men ons mede, dat de heer Ileems
kerk voornemens is af te treden
als minister vau Binneulaudsche
Zaken bij het optreden van de
nieuwe Kamer.
Uit den Haag deelt men
ons mede, dat de benoeming van
de heeren Van Houten, Huber,
Ruys van Beerenbroek, baron De
Vos van Steenwijk en De Ruyter
Zijlker, leden van de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal, tot rid
ders van de Orde van den Neder-
landschen Leeuw, in verband staat
met hunne medewerking als rap
porteurs aan het tot stand brengen
van de wijzigingen in het wetboek
van strafvordering. (AT. R. C
Het was den 4 u M a a r 12 5
jaren geleden, dat de heer Van
Kerkwijk beëedigd werd als lid der
Kamer. Die afgevaardigde had on
afgebroken zitting voor Zierikzee.
Vrijdag vierde Viruly Verbrugge
datzelfde jubilé.
De Haagsche briefschrij
ver van de Middelb. Ct. deelt o. a
het volgende mede
Aan een van de kiesbureau's in
de residentie had op den dag der
stemming een politiek-hartstochte-
lijk jongmensch post gevat, voor.
zien van een aantal stembiljetten,
die hij oningevuld had weten moe
ster te worden, maar die nu de
namen der door hem begeerde can-
didaten bevatten. Als dan een on.
noozele en schuchtere kiezer wilde
binnentreden werd hem zijn briefje
ter inzage gevraagd, hetwelk, als
het andere candidaten vermeldde
eenvoudig werd verscheurd en ver
vangen door een van den voorraad,
dien het jongmensch hij zich had.
Bij een ander kieslokaal hield
zich op een bediende van een be
kend persoon, die trachtte en het
is hem nu en dau ook werkelijk
gelukt stemmen voor zijn par-
tijgenooten te koopen voor klinken
de schijven. In deze laatste knoeie
rij is reeds de justitie gemoeid, zoo
dat de knecht waarschijnlijk straf
rechtelijk zal worden vervolgd, en
het zal zeer de vraag zijn of de her
komst van het uitgedeelde geld ook
den meester er hij betrekken zal.
De Nederlandsche con
sul-generaal te Bucharest, de heer
J. A. Keun, schrijft in zijn bericht
over het handelsverkeer van Rn-
meuië in 1886, o. a. het volgende:
«Wat den handel met Nederland
betreft, zal het overzicht over 1887
nog beter aantoonen, welke belang
rijke uitbreiding hij heeft onder
gaan, dank zij den daartoe door dit
consulaat-generaal gegeven stoot.
De blijvende tentoonstelling van
Nederlandsche voortbrengselen ver
vangen door het «Handels Museum»,
dat eenvoudig, in den vorm eener
particuliere instelling, van die ten
toonstelling eene voortzetting vormt,
heeft vruchten gedrageD, en tegen
woordig ziet men op de Rumeen-
sche markt uit Nederland ingevoerde
artikelen die daar tot dusverre ge
heel onbekend waren. Het is on
mogelijk op dit stuk betrouwbare
cijfers te geven, omdat een groot
gedeelte dezer voortbrengselen niet
voorkomt in de staten van den iu-
en uitvoer van Rumenië, o. a. de
wijl zij via Antwerpen en andere
havens komen en dus als Belgische
goederen zijn ingeschreven. Zoo
komen bijv. de 11,350.000 kilogram
rails, uit Nederland ingevoerd, niet
in de Rumeensche statistiek voor.
De handel van Rumenië, door het
coDsulaat-gensraal in aanraking ge
bracht met de Nederlandsche voort
brengers, heeft van dezen weg ge
bruik gemaakt, en doet zijne be
stellingen rechtstreeks. Weldra zal
onze handel ongetwijfeld de mede
dinging met dien van andere lan
den kunnen volhouden.»
De Raad van toezie htop
de spoorwegdiensten heeft de Neder
landsche spoorweg-ondernemingen
verzocht in hunne dienstreglemen
ten eene bepaling op te nemen,
omtrent wering van het gebruik
an sterken drank door het locomo-
uefpersoneel en, zoo die bestaat,
in dier voege aan te vullen of te
wijzigen: «dat niet alleen dronken
schap, zelfs in den lichtsten graad,
van locomotief beambten met ont
slag uit den dienst zal worden
gestraft, doch dat die diezelfde
straf zal worden bedreigd, wan
neer bij dit personeel tijdens de
uitoefening van den dienst ster
ke drank wordt gevonden of het
zij in de werkplaatsen (waar
onder ook de locomotiefloodsen)
hetzij op de locomotief wordt aan
getroffen, en kan worden aange
toond, dat die sterke drank door
hun toedoen of hun medeweten
aldaar is gekomen.»
Het bestellend perso
neel der posterijen mag niet meer
optreden als agent of bode van een
begrafenisfonds, of van eene levens
verzekering, of andere dergelijke
maatschappij.
Het «Leger dee Heils»
begint den socialisten gevoelige af
breuk te doen. Na Belderok ontnam
het hun den eenmaal even beruch-
ten Jacobus de Zwart. Nadat deze,
wegens een vonnis der justitie, naar
Engeland de wijk had genomen en
zich later vau daar naar België
begaf, stelde hij zich eindelijk vrij
willig in arrest. Vóór eenige dagen
weder on vrije voeten gekomen,
werd hij door eene zijner zusters,
lid van het «Leger des Heils», naar
het vergaderlokaal meegetroond, en
sedert word hij heilsoldaat en be
hoort hij tot de wervers van het
leger. Opgeleid tot «cadet», ;s hij
thans gehuisvest in «De Vrede»,
np Rapenburg.
Te Amsterdam is eene
«Zangvereeuigiug van Werklieden»
opgericht, met het doel den volks
zang te verbeteren.
Reeds bedraagt het aantal leden
40. Het bestuur van het «Nut» heeft
gratis een lokaal beschikbaar
steld. De heer W. A. Smit heeft
zich belast met de muzikale leiding.
Te Krommenie is tot 1
heer C. Planteydt (lib.) met 110
st., de heer Leguyt (soc.-democr.)
verkreeg er 76.
Men schrijft ons uitHil-
versnm:
Verleden jaar wendden zich een
groot aantal ingezeteuen dezer ge
meente tot den betrokken minister
met verzoek het post- en telegraaf
kantoor in een voor ons dorp pas
send gebouw te willen vereeuigen.
Thans vernemen we, dat door het
ministerie van Financiën onderhan
delingen ziju aangeknoopt om aan
den wentch dier ingezeteoen te
kunnen voldoen.
De bouwplaats van en
bewoond door Jan de Wit Cz. te
Zijpe, is gisteren avond met den
geheelen iuboedel verbrand. De 14
op stal siaande koeien heeft men
nog met moeite kuunen redden.
Alles was verzekerd.
De Heldersche Courant
meldt: Naar wij vernemen, hebben
alie leden der commissie voor het
organiseeien van volksbijeenkom-
steu alhier hun ontslag genomen.
Eene beslissing, in eene der onlangs
gehouden vergaderingen van het
plaatselijk Nutsdepartement geno
men omtrent da uitre king der be
kroningen, toegekend aan de red
ders der schipbreukelingen van het
Duitsche barkschip Renown, heeft
zoodanig de ontevredenheid der com
missie opgewekt, dat de leden, bij
het einde vau de werkzaamheid
voor dit seizoen, hun mandaat heb
ben uedergelegd.
In den namiddag van
Donderdag j.l. gmg eeti 14-jarig
meisje, te Katwijk te huis beboe
ren le, van Leiden naar hare woon-
:s, bij zich hebbende o. a. eene
inand met boodschappen. Ouder de
gemeente Oegstgeest nabij de boe
renwoning «Bloemhof» werd zij aan
gevallen door vier opgeschoten jon
gens, die haar tegen den grond
wierpen, sloegen en trachtten haar
hare boodschappen afhandig te ma
ken, terwijl een hunner het blijk
baar gemnnt had op hare porte-
monnaie. Hare hand in den zak
houdende, gelukte het niet dat voor
werp machtig te worden, terwijl
zij al gillende riep: «liever laat ik
mij doodslaan, dau mijne waren af
te geven.» Op dat geschreeuw ver
schenen van «Bloemhof» eene vrouw
en een boerenknecht, welke laatste
op da geweldenaars toeliep. Dezen
kozen het hazenpad en wel in de
richting naar Leiden. Een hunner
hield hij bizonder in het oog, zoo
dat toen zij nabij Leiden kwamen,
hij dezen bleef vervolgen. De ver
volgde vlcog in eene laan aan den
stationsweg, en verschuilde zich in
een tuintje aldaar, zoodat de ver
volger het spoor bijster werd. Toen
verliet eerstbedoelde wederom de
laan, doch werd hij door eene vrouw
opgemerkt, die hem aan den knecht
aanwees. Ten slotte werd hij door
een politieagent te Leiden aange
houden, die hem in verzekerde be
waring bracht, waarna hij de na
men van de drie anderen noemde.
Tegen het viertal werd door den
commissaris der rijkspolitie te Lei
den proces-verbaal opgemaakt nadat
eerst het meisje, wier naam onbe
kend was, opgespoord was.
Het ledental van deLeid-
sche IJsclub is in het afgeloopen
seizoen gestegen tot 653, terwijl
daarenboven nog 30 donateurs zijn
ingeschreven.
Den 9en Maart werd
van den gemeenteraad gekozen del eene bomschuit in de branding der
Eierlandsche gronden geworpen en
liep groot gevaar van te veronge
lukken. Gelukkig sloeg het over
alle banken heen en ook over den
rug van het Noormansgat. De bom,
die Z. V. of K. W. gemerkt is, het
geen van den wal niet goed te on
derscheiden was, liet eindelijk bin
nen de gronden het anker vallen
en ligt voorshands buiten gevaar.
De d i s t r i c t v e e a r t s te
Utrecht heeft aan den officier van
justitie aldaar bericht, dat zich in
de gemeenle Schalkwijk heeft ver
toond een vermoedelijk aan water
rees lijdende hond, klein, langharig,
zwart-bont (meer wit dan zwart)
met witten pluimstaart, welke hond,
komende van de Lekzijde in die ge
meente, verdwenen is in de richting
der gemeente Houten.
Vr ij dagavond te half twaalf
vond te Arnhem een heer, die van een
bezoek naar zijn hotel terugkeerde,
in de Spijkerstraat op het trottoir
twee kinderen zitten, verkleumd en
slaapdronken, zoodat hij bijna de
oorzaak niet kon vernemen van hun
beklagenswaardigen toestand op het
natte plaveisel. Het bleek, nadat ook
aen bewoner der straat zich bij het
groepje had gevoegd, dat de kin
deren uit vrees voor slaag niet naar
het ouderlijke huis durfden terug-
keeren, omdat zij geen centen had
den opgehaald. Voor dit maal wer
den zij natuurlijk door een aalmoes
van de beide heeren van hun vrees
bevrijd. Het oudste jongentje kon
het vermoeide kleinste echt r haast
niet meer meesleepen.
Onze lezers zullen dergelijke ver
halen meermalen hebben gelezen
als voorgevallen te Amsterdam of
te Londen dat men dergelijke be
klagenswaardige kleinen in den
nacht ook te Arnhem kan tegen
komen, wisten zij waarschijnlijk
evenmin als wij. (Gelria.)
In de vorige week had
een daghuurder, in dienst van mr.
J. A. F. baron de Vos van Steen-
wijk van Essen, te Windesheim, het
ongeluk bij het omhouwen van eenen
boom zich even boven den pols met
den bijl in den arm te slaan. Of
schoon de toegebrachte wonde zeer
diep en lang was, scheen er geen
gevaar bij. Iemand die met hem
werkzaam was, legde op de gapende
wonde direct eene vochtige pruim
Wellicht is daardoor ont-
of bloedvergiftiging ontstaan
ten minste de hand is kort daarna
geamputeerd, en Zaterdag is de man,
na een hevig lijden, in het zieken
huis te Zwolle aan de gevolgen
overleden.
Dezer dagen vernam men
van een Drentsche onderwijzeres,
die hare tournure gebruikte tot
berging van brandstof. Men voegde
er zelfs bij dat zij den op de plaats
bij haar gevonden voorraad steen
kolen langs minder wettige wijs
zich had toegeëigend. Thans ver
neemt men, dat het niet bewezen
is kunnen worden, dat het zakje
steenkolen, alhoewel op een zeer
verdachte plaats bij de onderwijze
res gevonden, haar eigendom niet
is geweest. Zij is derhalve op vrije
voeten gesteld, intusschen Diet zon
der de aanmaning, om voortaan een
minder zonderling gebruik van hare
tournure te maken.
Uit Lemmer wordt ge
meld Ten gevolge der ijsbeweging
in de Zuiderzee is er nogal eenige
schade ontstaan aan den kop van
den in 1887 aangelegden west-
kruiing van het ijs vormde zich
daar een ijsberg, waardoor een gor
ding geheel vernield werd. Verder
heeft ook de heheiing met aaneen
gesloten gecreosoteerde dennen pa
len aan den kop door het langs
schuivende ijs, over eene hoogte
van 1 M., van 0.35 M. beneden tot
0.65 M. hoven A. P., geleden.
De heer Lambertus Eb-
binge, oudstrijder van 1830 en de
oudste apotheker in Nederland, is
Zaterdag te Meppel op ruim 86-ja-
rigen leeftijd overleden.
Een smidsknecht viel
te Meijel van eene brug in de Zuid-
Willemsvaart, werd spoedig gered,
doch overleed kort daarop.
De waakzaamheid van
de politie wordt eerst goed gewaar
deerd, wanneer zij door omstandig
heden een enkele maal eens niet
werkzaam is. Dit ondervonden de
Lentenaars, want toen in de vorige
week het noodlot wilde dat te Lent
zoowel de dag- als de nacht-politie
tegenlijk ongesteld waren, hebben
de dieven hun slag geslagen en op
twee plaatsen ingebroken, o. a. hij
een groentenhoer, wiens aardappe
len zij medenamen. De sedert her
stelde politie doet onderzoek.
Uit Made wordt nader
gemeld:
Bijna wekelijks zijn wij hier ge
tuigen van de grootste wanordelijk
heden der lagere volksklasse, uit
loutere brooddronkenheid en laag
heid begaan. Vechtpartijen, verzet
tegen de politie, met steenen wer
pen, verbrijzelen van lantaarns, ver
breken van afsluiting enz., dit alles
is aan de orde van den dag.
Den 7en dezer, na afloop der vee
markt, bad men het op de surveil-
leerende marechauseées gemunt. Een
hunner, Van G., werd onverhoeds
aangevallen en, door overmacht
overmand, vreeselijk mishandeld.
Het kostte der gemeente- en rijks
politie de grootste moeite hem te
ontzetten. Een gearresteerde moest
men weder loslaten, daar de politie
tegen de woedende volksmenigte
niet was opgewassen. Toen de mis
handelde marechaussée, bij den ge
meente-geneesheer verbondeD, door
de politie naar de woning van den
burgemeester werd gebracht, werd
zij als het ware gesteenigd, en werd
de gewonde tot twee malen toe
zoodanig getroffen, dat hij op den
grond viel. JoDg en oud, vrouwen
zelfs, deden mee. Eindelijk in het
huis van den burgemeester gekomen,
werd de politie als het ware bele
gerd. Het volk zette de uitgangen
af en begon met steenen te bom
bardeeren.
Eerst toen onze burgemeester, die
inmiddels uit Drimmelen ontboden
was, nagenoeg gelijktijdig met po-
litieversterking uit Geertruiden berg,
alhier aankwam, slaagde men er
in, het volk uiteen te drijven.
Als verdachte hoofdschuldigen
zijn J. d. B., S. d. B., G. v. Zw.
en v. G., gevankelijk naar Breda
overgebracht.
De N o o r d b r a b a n t s c h e
Maatschappij van landbouw heeft
dit jaar weder voor drie jongelin
gen gelegenheid geopend tot het
aan de Koninklijke mlitaire acade
mie te Breda volgen van een cur
sus in hot practisch en theoretisch
beslaan van paarden.
De cursus zal worden geleid door
den heer A. A. de Man, paarden
arts 2e kl., lid van verdienste der
havendam. Door opschuiving en I Maatschappij, en het practische on.
eerste maal in het hart van den hacieudero.
Zie verder nog, vervolgde sir Frederik, daar
zijn nog meer trouwe en dappere hulptroepen.
En hij wees op twee honderd pas afstand van hen stroom
opwaarts, Diaz en Pepe, heiden naast elkander te paard
ge/,6ten die den stroom overstaken en den tegenovergele-
gen oever bereikten en op denzelfden afstand stroomaf
waarts in eene boot, welker zonderling bouworde den
hacieudero verwonderde, vijf mannen, waaronder twee reus
achtige roeiers, die zich over hun riemen bogen, terwijl
een woedende doghond achter hen huilde.
De haciendero herkende de vier bisonjagers; wat den
vijfde betreft, waarbij de stevige Encinas vergeleken slechts
een man van middelmatige gestalte scheen, dezen kende
don Augustin niet.
Dat is Bois Rosé, zeide sir Frederik, de woud-
looper van Beneden Canada, die evenals gij, don Augustin
zich zijn zoon heeft z en ontnemen, de hoop en de liefde
zijns levens. Daar giud aan den kant van den Bevervijver
is nog een jonge en dappere Comaochen krijger, hun
bondgenoot; en al hetgeen den mensch gegeven is te doen,
zullen die mannen doen.
Ach! hij, die miine dochter zal redden, zal voor zijn
geheele leven rijk zijn! riep de hacieudero met donde
rende stem om hen op te wekken.
De rijke don Augustin wist niet dat onder die groepen
vastberaden mannen, die, aan dezelfde gedachte gehoor
zamende, op hetzelfde oogenblik door de rivier trokken,
er een was die schatten van de hand had gewezen, waarbij
zijn rijkdom in geen vergelijking kon komen.
Een geweervuur dat eensklaps in de richting van den
Bevervijrer weerklonk, bewees dat Brandende-Straal en
Gayferos van hun kant niet stil hadden gezeten. De stem
van het jonge ludiaansche opperhoofd drong door tot den
oever, dien Wilson en sir Frederik bewaakten. Diaz, Pepe,
Bois-Rosé, Encinas, die haar van hun kant ook hoorden,
beantwoordden de stem met een vervaarlijken kreet, om
aan den dapperen Comanchen krijger te kennen te geven
dat zij tot hunne ondersteuning toesnelden.
Weldra zag don Augustin hen voet aan land zetten en
onstuimig wegijlen door de wilgen en katoenboomen, die
bijna geheel de moerassige terreinen bedekten waar de
Indianen zich gingen verschansen. Zij hadden al te dier
bare belangen te verdedigen dat dan iets hen in hun loop
hadde tegengehouden.
Toen zij verdwenen waren, duidde het geblaf van den
doghond van Encinas, dat al verder en verder klonk, aan
dat de dappere avonturiers, ondanks de moeilijkheden van
het terrein en de gevaren die het ondoordringbare struik
gewas verborg, steeds voorwaarts ijlden.
LXIX<= HOOFDSTUK.
DE BEVERVIJVER.
Diaz en Pepe hadden ongeveer op hetzelfde oogenblik
den oever bereikt, toen Bois-Rosé met Encinas en de drie
bisonjagers uit hunne boot aan wal sprongen.
Terwijl de vijf strijders overhoeks voortliepen om bij
elkander te komen en opmerkzaam de streek onderzochten
waar zij doortrokken, besloot sir Frederik, wiens avon
tuurlijke geest hem de rol van toeschouwer onverdraaglijk
maakte, eensklaps om de jagers in hun aanval kracht
dadig te ondersteunen en hij behoefde niet veel moeite te
doen om Wilson, zijn lijfwacht, over ie halen om hem te
vergezellen.
Don Augustin wilde ook deel aan de worsteling nemen,
maar op de dringende beden van den Engelschman, die
he voorstelde dat zijne tegenwoordigheid onmisbaar was
om de goede orde te bewaren onder de vaquaros, die aan
de gevechten met Indianen niet gewoon waren, moest hij
daarvan afzien.
Wordt vervolgd.}