Een arbeiders feest. BUITENLAND, Wie wel het sein gaf tot de echte kermis- vroolijkheid, die heersclite, toen ik het terrein ▼erliet, is moeilijk met juistheid te hepalen. Mijns inziens waren het oud-leden van «Ambulantes,* die met een dineetje den verjaardag der V ereeni- ging gevierd hadden en na afloop met hunne hanier den tuin doortrokken onder het uitvoeren van allerlei luchtsprongen. Spoedig vormden zich groepjes van drie of vier paren en hoe verder op den avond men kwam, des te grooter werden dc gezelschappen, de meest heterogene bestand- deelen smolten ineen. Kortom er heerachto eene stemming, zoo voortreffelijk als ze gewenscht kon worden. Dames en heeren waren voorzien van en op gesierd met allerlei kermisgerei en toen om streeks half elf, als 't ware plotseling, een ge ïmproviseerd bal in de feesttent ontstoud, was 't eigenaardig te zien, hoe de aan hoeden en schou ders bevestigde ballons met de danslustigen rond zwierden. Eigenaardiger echter nog was het de gezichten te zien van hen, die op eens hun eigendom te gen de zoldering zagen aankomen, daar een vlugge spring-in-1 veld met een schaartje ge wapend de ronde deed. Zoo werden èn in de tent èn op het terrein allerlei grappen uitge haald, die er van getuigden, hoe zoo'n kermis feest in den smaak viel. Een der opschriften van de «Phoenix* nl. ■Hier vinden jeucht en ouden vreucht," was op deze plaats volkomen van toepassing. Dames, zoowel als heeren, die Woensdag het eene zonde geacht zouden hebben zonder baltoilet te dansen, gaven zich nu met het grootste sans-gêne aan dat geuot over, zoodra de voeten slechts den dansvloer raakten. Hoewel er nog napret komt, zijn de eigenlijke studentenfeesten afgeloopen Het eenige, waar over wij ons te beklagen gehad hebben, is liet weder geweest en het ii, alsof Jupiter Pluvius tot besluit zijne goedertierenheid wil tooueu aan feestvierenden, zoowel als aan de houders der kiosken, welke dezen nacht nog veel hopen goed te maken. Al het andere heelt stof tot tevredenheid ge geven. De inrichting van het terrein en van de localiteit was doelmatig. Over de consumptie heh ik geeue klachten vernomen, zoodat de heer "Visch, pachter van Stads—Doele, zich daarmede op de meest doeltreffende wijze heeft gerecom mandeerd voor andere festiviteiten. Morgen wordt een rijtoer gedaan en overmor gen bieden Delft's burgers den leden van het corps eene contra-partij aan. Hoe aangenaam de feesten ook waren, de meesten zullen toch weer blij zijn ook eens te kunnen rusten. Hoeveel ik ook genoten heb, het is mij ook goed, weer eens in meer normale omgeving te komen. Ik hoop mijnen lezers eenigermate een juisten indruk te hebben kunnen geven van de feesteu, welke, bij allon die ze meemaakten, zeker de aangenaamste herinneringen hebben achtergelaten. Dezer dagen zoo ver telt de N. R. C. liepen te Rot terdam kooplieden rond, die in fleschjes eene vloeistof verkoopen, welke bij onderzoek gebleken is eene kwikoplossing te zijn. Hier mede kan men oogenschrjnlijk kope ren voorwerpen in een oogenblik fraai vernikkelen, hetgeen dan ook door die kooplieden ten aanschouwe van het publiek wordt gedaau. Deze bewerking is zóó verrassend, dat menig voorbijganger een dergelijk flescbje koopt. Een dag echter nadat koperen voorwerpen met dit middel vernikkeld zijn, blijkt het reeds dat de vernikkeling niet duurzaam is. De fleschjes worden door de koop lieden voor 25 cent of minder ver kocht, al naar gelaog zij den koo- per aanzien, maar de waarde der vloeistof is zeer gering. Tot waar schuwing dient verder, dat het vocht eene vergiftige stof bevat. Bij het graven in den grond is Zaterdag door W". Zeubring te Borger gevonden een prachtige vuursteen beitel. Het voorwerp is goed geslepen en heeft eene lengte van een dM., bij eene breedte vaa 37s cM. aan het scherpe einde en 21/* cM. aan het boveneinde. Horlogediefstal te Abkoude. In den nacht van B op 4 Juli jl. wer den, zooals reeds door ons werd vermeld, bij den horlogemaker Calmthout te Abkoude 83 horloges en andere gouden en zilveren voorwerpen door inbraak ontvreemd. Om trent dezen diefstal en de opsporing der dieven vernemen wij het volgendeIn den voormiddag, te 10 uur, deed de brigadier der rijksveldwacht te Abkoude aangifte van het gebeurde aan het hoofdbureau van politie te Amsterdam, waarop onmiddellijk de recherche, onder leiding vaa den in specteur-rechercheur le kl. den heer H. J. Diederiks, aan het werk toog, met het gunstig gevolg dat reeds te 12 uur van dienzelfden dag vele der vermiste voorwer pen in beslag waren genomen. De eerste aanleiding tot deze ontdekking werd ver strekt door de spoorwegbeambten te Ab koude, die des ochtends ten 4 uur op post kwamen, eu met de zaak in kennis gesteld, uit de verschillende indrukken van voetstappen in het zand nabij de woning van den beroofde konden constateeren, dat minstens vier personen als bedrijvers van den diefstal moesten worden aangemerkt. In den avond van dienzelfden dag, 4 Juli dus, werd te Amsterdam aangehouden zekeren De Kok, naar aanleiding van wiens arrestatie, den volgenden ochtend, aan het postkantoor te Utrecht twee personen wer den aangehouden, verdacht van medeplich tigheid aan den diefstal, van wie een ech ter uit gebrek van voldoend bewijs weder in vrijheid werd gesteld. Voor den andere, zekeren Ruyter, bestonden genoegzame termen, om hem in hechtenis te houden. Door zijne arrestatie kwam de politie tot de ontdekking dat nog twee andere medeplichtigen naar Haarlem waren ge gaan, alwaar zij, in gezelschap van pu blieke vrouwen, goeden sier hadden ge maakt van dat deel van den buit, hun ten deel gevallen. Bij nasporing aldaar bleek evenwel, dat de heeren ook Rotter dam met een bezoek hadden vereerd, en van daar naar Den Haag waren vertrok ken om daar hunne operatiën te vervolgen, naar het schijnt met niet te groot succes, J want reeds op den lOen Juli werd een I van beiden, nl. zekere Bosch, ter zake van lade-lichterij, ter verantwoording ge- I roepen. Deze vangst was weder /le oorzaak dat Donderdag, 12 Juli, door de Amsterdam- sche recherche te Leiden werd aangehou den Petrus Johannes Temmers, die reeds vele jaren tuchthuisstraf heeft ondergaan, en die in het bezit werd gevonden van verschillende breekijzers, loopers enz., waar mede hij laatstelijk zijne operatiën volbracht. Op het oogeublik der arrestatie hield hij zich onledig met den verkoop van gutta percha artikelen, vermoedelijk ook door diefstal verkregen. Deze Temmers is thans ook ter beschikking gesteld van de Utrecht- sche justitie, en Zaterdagmiddag, zwaar geboeid, met de op hem gevonden cor pora delicta, door de rijksveldwacht naar het Sticht overgebracht. Ter zake van den horloge-diefstal te Abkoude ziju thans in hechtenis vier be kende eu beruchte inbrekers en dieven, nl. De Kok, Ruijter, Bosch en Temmers, bij wie onderscheidene horloges en andere preciosa werden gevonden. Eene gevaar lijke bende is dus voor geruimen tijd on schadelijk, dank zij der Amsterdamsche politie, die met zooveel beleid en tact weder in deze is te werk gegaan. (N. R. C.) In het volkspark te Enschede is Vrij dag een feest gevierd, een opgewekt, ge zellig feest, door den heer G. J. vau Heek aan zijne arbeiders gegeven. De aanleiding tot dit feest is het volgende Zooals indertijd vermeld is, werd bij gelegenheid der feestelijke opening van de Nederlandsche school voor nijverheid en handel te Enschede de heer G. J. van Heek door Z. M. benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandsehen Leeuw, op grond, zooals mr. Heemskerk hem toesprak vau hetgeen hij op het ge bied van industrie gewrocht had, en dat hij, waar het geldt goed te doen iu den meest omvangrijkeu zin, steeds de eerste is. Geheel Enschede juichte over deze on derscheiding, den hooggeachteu stadgenoot toegekend, wien dan ook door alle bestaande corporatiën, zoomede door al zijne fabrieks arbeiders eene schitterende serenade werd gebracht. Inzonderheid de arbeiders hadden daar aan een belangrijk aandeel, wat den heer Van Heek aanleiding gaf hun voor den aanstaanden zomer eenen feestdag te be loven. Zooals gezegd, was1 deze op Vrijdag jl. vastgesteld. Onder begunstiging van goed weder trokken de arbeiders, ruim 2200 in getal, in optocht naar het Volkspark, begeleid door twee muziekcorpsen, één aa* het be gin en één in het midden van den stoet. Deze stoet was naar de rangorde der fa brieken van de firma Van Heek samenge steld, t. w. le. oude weverij 2e. spinnerij Kremersmaten; 3e. spinnerij Noorderhagen 4e nieuwe weverij; 5e weverij Kremers maten; 6e Nieuw-Engeland. De arbeiders dezer verschillende fabrieken hadden blijk baar gewedijverd, wat betreft hunne voor stellingen en vertooningen in den optocht. Eene volledige beschrijving daarvan is ondoenlijk, maar toeh moet daaromtrent vermeld, dat de stoet geopend werd door eenige voorrijders, de verschillende commissiën voor de regeling van het feest, kantoorpersoneel, verzorgers enz., daarna een stoomketel met stoommachine in volle werking, terwijl de arbeiders der verschil lende fabrieken met verschillende vaandels eu zeer uitéénloopende kostuums, de grap pigste voorstellingen vertoonende, volgden. Op het Volkspark aangekomen, defileerde de stoet voor de familie Van Heek en boden de verschillende afdeelingeu arbeiders hunnen patroon met toepasselijke toespra ken eenige herinneringen aan dezen dag aan, waaronder het ridderkruis van den Nederl. Leeuw in goud, welke aanbiediu- geu telkens gepaard gingen met opzettelijk op dit feest betrekking hebbende zang nummers, die door de betrokken arbeiders of arbeidsters goed werden gezongen. Ook mevrouw Vau Heek werd niet ver geten; aan haar werd door 4 bloemen meisjes, die in een versierd rijtuigje met 4 ponnies bespannen, bereden door 2 jockeys in kostuums voorkwamen, een reusachtig bouquet aangeboden. Zichtbaar ontroerd over de verschillende verrassin gen, bedankte de heer Van Heek zijne arbeiders, en gaf de verzekering dat deze feestdag bij hem in aangename herinne ring zou blijven. De opgewektheid waar mede men feest vierde, de hartelijke toon in hunne toespraken zou hem ook verder één doen zijn met zijne arbeiders. Dat men gul onthaald werd, behoeft wel niet gezegd te worden. De volksspelen bestonden in mastklim- mon, zakloopen, boegsprietloopen, tonste- ken, hardloopen met hindernissen, terwijl de muziekcorpsen zich beurtelings lieteu hooren. Om 7 uur begon het bal, dat zeer ge animeerd was, en waaraan honderd paren deelnamen, totdat een kanonschot aankon digde dat het vuurwerk zou worden ont stoken. Dit vuurwerk, uit 25 nommers bestaande, trok aller belangstelling. Ook buiten het voor de feestvierenden af gerasterde gedeelte van het Volkspark profiteerden duizenden toeschouwers van de uitvoering der volksspelen en het vuur werk. Daarna werd de terugtocht naar de stad aanvaard in dezelfde volgorde als des mid dags, maar zonder paarden, ter voorko ming van ongelukken, waarna de stoet op de groote markt werd ontbonden. Dankbaar en voldaan keerden alle gasten vandaar om 10 ure huiswaarts. Alles liep in de beste orde af; geen wanklank is gehoord. Eu zoo behoort dan ook weder dit schoone, voor arbeiders en patroon on vergetelijke feest tot de geschiedenis. Vrijdag- avond ondervond de stoomtram van de N. R. Spoorw. Maatij., die te 10 u. 10 min. van Scheveningen reed, ter hoogte van de Wielerbaan een vrij hevigen schok. Bij onderzoek ia gebleken, dat deze veroorzaakt was door het overrijden van een jongmensch van ongeveer 30 jaar. Het bovenge deelte van het lichaam des over- redenen bleek vrij zwaar ge kwetst. Hij is per raderbaar naar het ziekenbus overgebracht, waar hij spoedig is gestorven. Vrijdag bemerkte men te Krimpen a/dLek, dat een zeilvaartuigje op de rivier ronddreef. Eenige lieden spoedden zich derwaarts, en vonden op den bo dem van het scheepje schipper G. V., te Schoonhoven woonachtig, die, waarschijnlijk door eene beroerte was getroffen. Zorgvuldig verpleegd, werd hij naar huis vervoerd. Zijn toestand is bedenkelijk. Een per soon die zich te Amsterdam aan aanranding op den publieken weg schuldig maakte, is overleden aan de verwonding, hem door den aan gevallene in wettige zelfverdediging toegebracht. Vrijdagnacht is een der verpleegden uit het hospitaal der marine te Nieuwediep ontvlucht met medeneming van eene porte- monnaie van een anderen verpleeg de, waarin de som van f 115.50 was geborgen. De politie is den dader op het spoor. Donderdag ver toonde zich boven Venhuizen en omstreken eene hoos, vergezeld van hevigen wind en stortregens, die zich hoogst dreigend liet aanzien, zich voortbewoog in de richting van het Noordoosten naar het Zuidwes ten, en aan veld- en boomvruchten nogal schade veroorzaakte. Te Stadskanaal is een gezin door het eten van soep zóó ongesteld gewor den, dat de hulp van twee genees- digen moest worden ingeroepen. Twee personen hebben in zeer be- denkelijken toestand verkeerd; echter bestaat er kans om hen te redden. De oorzaak van het ongeval is tot nog toe niet bekend. Aan de Mepp. Cour. wordt gemeld, dat de echtgenoote van den vroegeren halte chef Wolters te Ruinerwold, thans werkzaam te Zwolle, van wege de Exploitatie-maatschappij eene beloo ning is toegekend van f25, voor hare kordate houding en hulpvaar dige en trouwe diensten, bewezen bij het droevige spoorwegongeluk op 2 Januari 1888. Het bericht, dat aan een der conducteurs, die bij het spoorwegongeluk te Ruinerwold gewond werd, thans in het zieken huis te Groningen de beide beenen zouden zijn geamputeerd, mist vol geus de P. G. C. allen grond. Geen der drie gewonde conducteurs wordt meer in het ziekenhuis verpleegd Alleen bevindt bevindt zich daar nog de leerling-machinist, wiens toestand, op dit oogenblik althans, vrij rede lijk is. Door de politie te Maas tricht zijn bij den bakker W. aldaar in beslag genomen 153 brooden, die van 1 tot 1.5 hectogram minder wogen dan het vastgestelde gewicht. Tegen dienzelfden bakker werd bij die gelegenheid proces-verbaal op gemaakt wegens berooving van vrij heid. Hij had nl. de agenten van politie, die met de inbeslagnemin,_ der brooden waren belast, ingesloten. De luchtreiziger F. l'Hoste is Vrijdag middag met zijnen ballon «F Explorateur» te Arnhem opge stegen, vergezeld van den heer S. Ruys uit Tiel. Hij daalde te Gried bij Nijmegen, zonder eenig bezwaar. Ondanks den hevigen wind werd de reis goed volbracht. Een Rot- terdamsch jongmensch had zich voor zijn plezier naar de studenten feesten te Delft begeven. Hij werd daar in een vechtpartij zoo fcoege takeld, dat zijn gelaat onkenbaar is. Te Delft verbonden, keerde hij van zijn plezierreisje te Rotterdam terug; door de talrijke verwondin gen kan hij geen woord spreken. België. Kolonel Sir Francis Winton, oud-goeverneur van den Congostaat, is te Ostende aangekomen. Als zijn vaste mee ning verklaarde hij, dat Stanley werkelijk in Bahr-el-Ghazel is aangekomen. Winton begeeft zich Zaterdag a. a. naar Londen. Engeland. Een Engelsch regiment vertrekt naar Zoeloeland. Frankrijk. Het standbeeld van G a m b e 11 a. In tegenwoordigheid van eene onafzienbare menschenmassa heeft Vrij dag te Parijs de onthulling plaats gehad van het standbeeld van Gambetta, geplaatst op de //place du Carroussel"Het is bijna 28 meter hoog, met inbegrip van het voetstuk. Op het voetstuk bevindt zich een stapel granietblokken, waarop het beeld zich ver heft, omringd door vier figuren. Gambetta wordt voorgesteld met uitgestrekten arm als wijzende naar de grens, op het oogen blik, dat hij de beroemde woorden van 1870 uitspreekt, welke boven zijn hoofd ziju gegraveerd //Eran9ais, élevez vos ames et vos re solutions a la hauteur du peril qui fond sur la patrie. II depend encore de vous de montrer a l'univers ce que c'est qu'un grand peuple qui ne veut pas périr." Met den linkerarm omvat hij den hals van een soldaat, die steunende op een kanon, in de rechterhand het gevest van een gebroken degen houdt, als het sym bool van een uitgeput, half overwonnen leger. Rechts van den redenaar bevinden zich de drie andere figuren van de groep. Aan zijn voeten bukt zich een jongeling met naakte armen, met den breeden hals kraag der matrozen, een kuie ter aarde, als om een wapen op te rapen. Zijne oogen zijn vol eerbied gericht op den man, die hem met kracht eu vuur bezielt. Het is de nationale verdediging, die eene laatste poging doet. Boven deze figuur verheft zich de ge stalte van een officier, die den kolf van een geweer omklemd houdt eu iu krijgs haftige houding naar Gambetta ziet. Dit stelt voor den herlevenden moed van den veteraan, die zich bij de jongere landsver dedigers aansluit. Het geheel wordt gedekt door den vleugelden Genius van het Vaderland, die een golvende banier omhoog houdt boven de schouders van den door hem geïnspi- reerden redenaar, die gekleed is in een nauwsluitende overjas met bonten kraag, waarvan de panden door den wind achter waarts waaien. Boven deze groep zijn in een marmeren plaat gebeiteld de woorden A GAMBETTA La Patrie et la République. De onthullingsrede werd gehouden door Spulier, den voorzitter van het comité voor het monument, die uitweidde over de ze delijke kracht en de welsprekendheid van Gambetta, wiens vaderlandsliefde hij in herinnering bracht. Ten slotte riep hij met verheffing van stem z/Meu heeft gezegd dat Gambetta de eer van Frankrijk heeft gered, maar inderdaad was zij dit al na den slag van Reichs- hofen". Vooral door de troepen die bij de inwij ding tegenwoordig waren, werden c woorden warm toegejuicht. Nog tal van andere sprekers herdachten in vaderlands lievende bewoordingen den grooten patriot. Ook de rede van Eloquet, die uitriep: //Begroeten wij dit glorierijk monument, in naam van de Republiek, die wij vreed zaam in hare rechten en onwrikbaar in haar grootheid willen!// werd stormachtig toegejuicht. Het eeuwfeest der Revolutie is Zater dag te Parijs met grooten luister gevii De festiviteiten bestonden in muziekuit voeringen, bals, optochten, revue der troe pen en der //school-bataillons'' en illumi naties. Hier en daar werd de orde een weinig verstoord tengevolge van het geroep //leve Boulanger", dat beantwoord werd met kreten van //weg met Boulanger", maar hierbij bleef het. Bij den maaltijd der burgemeesters op het Champ de Mars, waren tegenwoordig de President der Republiek eenige minis-" ters benevens tal van andere hoogwaar- daarmeê te wijzen naar Hanna, die in een hoek van de kamer zat. Kom mee, Hanna, zeide zij kortaf, zonder de kamer binneD te komen, en zij zou zich terstond verwijderd hebben, wanneer ik baar niet beleefd had teruggehouden. O, miss.... begon ikmaar de blik, waarmede zij mij onmiddellijk aanzag, was voldoende om haar arm ter stond, weer los te laten. Ik heb u niets te zeggen, zeide zij met trillende, half gesmoorde stem; ik verzoek u mij niet aan te ra ken. En na nog even te hebben omgezien of Hanna haar wel volgde, ging zij naar buiten. Wel een uur lang bleef ik onbewegelijk op de trap zitten, op de plaats, waar zij mij verlaten had. Daarna begaf ik mij te bed, maar aan rusten was den gebeelen nacht niet xe denken. Stel u mijne verwondering voor, toen ik bij 't aanbreken van den volgenden morgen Mary haastig de trap hoorde opsnellen en haar daarna, schooner dan ooit, met een brief voor Clavering in de band mijn kamer zag bin nenkomen. O! riep ik verheugd en geruststellend uit, zij heeft dus niet verstaan wat ik zeidel Als gij Eleonore meent, ja, zeide Mary, terwijl onmiddellijk de blijde uitdrukking van haar gelaat ver dween. Ik heb haar geheel op de hoogte gebracht; zij weet dat ik Ciavering nog altijd liefheb en dat ik hem schrijf. Na het gebeurde van gisteravond kon ik het toch niet langer verborgen houden en ik vond 't dus maar het beste, haar de waarheid te zeggen. Gij hebt toch niet gesproken van het huwelijk? Natuurlijk niet. Onnoodige mededeelingen vallen niet in mijn smaak. En gij vond haar niet zoo verstoord als gij ge dacht hadt? Dat zal ik juist niet zeggen, zij was tamelijk kwaad. Maar neen, vervolgde zij in een bui van berouwvol zelf verwijt, ik wil Eleonore's licht te begrijpen verontwaar diging geen kwaadheid noemen. Zij was ontstemd, weet ge, erg ontstemd. En met een vroolijken lach, die mij eer voorkwam als een uiting van haar eigen zorgelooze op geruimdheid dan van eenig vriendelijk gevoel jegens haar nicht, wierp zij het hoofd schalks ter zijde en zag mij aan, alsof zij zeggen wildeMaak ik 7t nu niet wat te bont, met u zoo erg te plagen, moedertje de Gans? Zij plaagde mij inderdaad heel erg, maar ik wilde dit niet laten blijken. En zal zij het niet aan uw oom vertellen? vroeg ik bezorgd. Neen, zeide Mary, terwijl de schalksche lach op haar gelaat plotseling voor een ernstige uitdrukking plaata maakte. Het was alsof mij een zwaar pak van 't hart werd genomen. Dus kunnen wij gerust verder gaaD? vroeg ik. Tot antwoord hield zij mij den brief voor, dien zij nog in de hand hield. Het nu door ons vastgestelde pian, dat wij ontwierpen tot de bereiking van ons doel, was het volgende: Op den be paalden tijd zou Mary zich bij hare nicht verontschuldigen door te zeggen, dat zij met mij had afgesproken, een be zoek te gaan brengen aan een vriendin, die in een naburige stad woonde. Zij zou dan in een vooraf besteld rijtuigje aan mijn woning komen om mij af te halen en wij zouden onmiddellijk naar den predikant te F.... rijden, waar wrj mochten verwachten, dat alles tot ontvangst in gereedheid! zou zijn. {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1888 | | pagina 2