NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
6e Jaargang.
Zaterdag 4 Augustus 1888.
No. 1560
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIES:
STADSNIEUWS.
KI N N E N I. A N I).
WIE IS DE SCHULDIGE?
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem, per 3 maanden /1.20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. -1.65.
Afzonderlijke nummers- 0.03.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bnrean: Kleine Houtstraat No. 0, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 cents
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij groote opgaven aanzienlijk rabat.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren, postkantoren en cowrantiers.
Directeuren-Uitgevers J C. PËEREBOOM enJJ. B. AVIS.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale de Publieite Etrangère G. L. DAUBE Co., JOH. F. JONES, Sucr., Parijs, 3Ibis Faubourg Montmartre.
Haarlem, 3 Augustus.
Donderdag werd door B. en W.
aanbesteed: het vernieuwen van
eenige kei- en klinkerbestratingen,
benevens de levering van straat
klinkers, voor het gewoon onder
houd der bestratingen in de ge
meente. Ingekomen 4 inschrijvingen.
Hoogste f 11,597laagste C. Romeyn
alhier, voor f 10,770, waarvoor het
ie gegund.
Aan het gemeentebestuur zijn de
volgende vergunningen gevraagd:
door A. A. Slenders tot oprichting
van eene kleerenwasscherij door
stoom gedreven, in het perceel aan
de Papentorensvest No. 34, Scheep-
makersdijk 59, kad. sectie DNo.4211;
door j. H. F. Dammers, tot op
richting van eene blikslagerij in het
perceel aan den Kruisweg No. 52,
kad. sectie B No. 1161;
door J. Arons, tot oprichting van
eene kleerenwasscherij door stoom
gedreven, in het perceel aan de Am-
sterdamsche vaart, get. No. 34/36,
kad. sectie E. No. 755.
Op de aardappelen- en botermark
ten alhier zijn in de afgeloopen
maand
aangev. verk. hoogste laagste pr.
Aardapp. 7070 HL. 6830 HL. f 6.
p. K.G.
Boter 1144 kil. 1144 kil. fl.45
p. stuk.
Biggen 397 stuks 334 Btuks f 18.
f 1.—
p. K.G.
fl.—
p stuk.
f4.—.
Voor het Donderdag gehouden
examen ter verkrijging van de acte
hoogduitsch (1. o.) is geslaagd o. a.
mej. M. Scheltema alhier.
Gedurende de maand Juli 11. is
ten postkantore alhier in de Rijks
postspaarbank ingelegd de som
van f 14,417.091/i en terugbetaald
f 7351,04; alzoo meer ingelegd
f 7066,057s- Het nummer van het
laatst uitgegeven hoekje was 3443.
De rijtuigbankwerker C. J. de
Graaf in de werkplaatsen der H. IJ.
Spoorw. Mpij alhier, herdenkt heden,
3 Augustus, den dag, waarop hij
25 jaren geleden in dienst trad bij
genoemde maatschappij. Dat de ju
bilaris bij zijne makkers zeer gezien
is blijkt uit het buitengewoon fraai
geschenk, dat hem door hen werd
aangeboden, bestaande uit eene kost
bare klok, terwijl een keurig pen-
teekenwerk in lijst den wensch zijner
kameraden in krachtige dichtrege
len uitdrukt. Van de maatschappij
ontving hij een fraai zilveren hor
loge met toepasselijke inscriptie.
Men verzoekt ons mede te deelen,
dat gedurende de kermisweek iede-
ren avond, te beginnen a. s. Zater
dag, in het kerkgebouw der Broe
dergemeente en het lokaal der Chr.
Jongelingsvereeniging, Lange Anna-
straat, christelijke volksvoordrach
ten gehouden zullen worden. Als
sprekers zullen optreden: deheeren
Hoogenbirk van Amsterdam; Ger
ritsen Jr. van Rotterdam; ds. De
Haas van Hattem; baron Van Doorn
van Westkapelle van 's Gravenhage;
ds. Weiss, met medewerking der
Chr. Zangvereeniging «God is mijn
Lied», en ds. Mulder, beiden alhier;
Siebenhar van Beverwijk; Marmel-
stein van Amsterdam en G. Velt-
huysen alhier.
Deze bijeenkomsten gaan uit van
de afd. der Chr. Nat. Geheelont-
houdersvereeniging, de afd. «Patri
monium» en de Christelijke Jonge-
lingsvereenigingen.
In de bovenzaal van het café Montagne
waren Donderdagavond de officieren der
dd. schutterij, de leden der afdeeling
Haarlem van den Nederlandsche Schut-
terijkader-bond, de laatste met hunne da
mes, en eenige genoodigden verzameld om
tegenwoordig te zijn bij de feestelijke ont
hulling der nieuwe banier van deze afdee
ling. Aan het eene einde der zaal stonden
in volle uniform de leden geschaard, met
hun vaandel, dat nog omhuld was, in het
midden, tegenover de officieren, die de
voorste rij der zitplaatsen hadden inge
nomen en daarop volgden de overige aan
wezigen. Nadat door allen het ,7Wien
Neêrlandsch bloed" was gezongen, nam
de sergeant van Deinse, als tolk der af
deeling optredend, het woord.
Allereerst herinnerde hij aan den verjaar
dag onzer geëerbiedigde Koningin, sprak
den wensch uit ,/dat zij leve tot heil van
't Vaderland, tot steun van den Koning
en de Prinses" en wees op het gewichtig
oogenblik dat thans gekomen was, nu men
gereed stond de nieuwe banier te aanvaarden.
Spreker bracht dank aan heeren donateurs,
officieren en verdere belangstellenden voor
hunne bijdragen waardoor het mogelijk was
geworden een sinds lang gekoesterden
wensch, eene illusie,te verwezenlijken. Daar
op werd het vaandel ontbloot en door een
der leden van het kader in een bandelier om
hoog geheven.
Het ziet er inderdaad fraai uit. Het
vaandel zelf is van zwart fluweel met zil
veren franje afgezet.
Men leest daarop in zilveren letters
NED. SCHUTTERIJ-
KADERBOND
Afd.
HAARLEM
1886.
De stok waarvan het afhangt eindigt
in een fraaien verzilverden lanspunt, ter
wijl daaronder de door de afdeeling ver
worven medailles prijken.
Achtereenvolgens richtte spreker zich
daarop tot den heer F. Lieftinck, die
de plechtigheid met zijne tegenwoordigheid
vereerde en beval hem de belangen der
schutterij aan in zijne hoedanigheid
van lid der volksvertegenwoordiging. Den
waarnemenden commandant bracht hij har-
telijken dank voor zijn welgeslaagde pogin
gen om de afd. Haarlem van het kader
te brengen tot hetgeen zij thans was. Den
luitenant van Pabst werd hulde gebracht
als trouwe leider der oefeningen, waardoor
reeds zulke goede resultaten waren ver
kregen. Tot de overige officieren werd een
dankbaar en waardeerend woord gericht
voor hun milden steun in alle aangelegen
heden van de afdeeling verstrekt.
Nog werd een krachtig woord gespro
ken tot de aanwezige vrouwen der leden,
om hen op te wekken hunne echtgenooten
aan te sporen de oefeningen getrouw en
geregeld bij te wonen en zoowel nu als in
tijden van gevaar, huis en haard aan de
grenzen te gaan verdedigen.
Ten slotte spoorde hij de onderofficie
ren van het kader aan om te blijven vol
harden op den ingeslagen weg. Aan een lid
van het hoofdbestuur van den schutterij-
kaderbond verzocht hij, aan zijne mede
bestuurders over te brengen wat hier de
zen avond was geschied.
Na hem nam de waarnemende com
mandant het woord. In een kernachtige
toespraak herinnerde hij met een enkel
woord aan den tegenstand, dien de op
richting van den schutterij-kaderbond heeft
ondervonden, De lappenwet van 1827 was
het beletsel, dat de schutterij zich niet be
ter kon ontwikkelen. Maar toch was de
lust ontwaakt om haar te doen beantwoor
den aan de eischen, die men haar moet
en kan stellen.
Hulde bracht spr. aan den ijver van de
afdeeling alhier, die zich gevormd had tot
eene zooals men er weinig aantrof. Ook
hij spoorde de vrouwen der leden aan om
hunne mannen aan te moedigen, ijverig
aan de oefeningen deel te nemen.
De heer Lieftinck sprak zijne ingeno
menheid uit met het vertrouwen dat het
nederlandsche volk in hem als volksver
tegenwoordiger stelde. Terecht had de
vorige spreker zooals hij opmerkte
aangevoerd dat de oude schutterijwet niet
meer deugde en wwanneer de schutterij niets
was dan was dat door die wet, wanneer
zij iets was daD was dat niettegenstaande
die wet". Algemeene dienstplicht was z. i.
het doel waarnaar gestreefd moest wor
den en in hem zou men ten allen tijde
een voorstander daarvan vinden.
De sergeant van Deinse bedankte de
sprekers en herinnerde nog eenmaal aan
de mildheid der officieren, bij wie men
slechts behoefde aan te kloppen om iets
in 't belang der afdeeling gedaan te krij
gen, verder drukte hij de hoop uit dat de
tijd niet ver meer zou zijn dat men den
drager van den titel waarnemend com
mandant als vast commandant zou mogen
begroeten.
Dat het gesprokene weerklank vond bij
de aanwezigen kon blijken uit hunne lang
durige bijvalsbetuigingen.
Nog geruimen tijd bleef men gezellig
bijeen.
Ingekomen aanvragen van werk
zoekenden bij de Arbeidsbeurs aan
het bureau van Haarlemss Dagblad: 1
gepensioneerd militair vraagt bezig
heden, hoog loon geen vereischte.
Ingekomen aanvragen van werk
gevers 1 loopjongen.
Wedstrijden.
Aan de Donderdag te Hoofddorp in den
Haarlemmermeer gehouden harddraverij
van boerenpaarden onder den man, namen
6 paarden deel. De prijs, f75, werd ge
wonnen door //Emma", eigenaar H. Da-
lenberg, berijder H. Dalenberg. De premie
f25, verkreeg //Emma", eigenaar N. Peters,
berijder J. G. Matze.
De wielrijdersclub //Rechtuit", hield te
gelijkertijd een wedstrijd in rijden op tijd.
De baan van 6000 M. werd afgelegd door:
M. L. den Ouden, in 13 min. 40 sec.;
door G. Oudejans, in 14 min. en door P.
Witteman, in 14 min. 57 see., die den
len, 2en en 3en prijs behaalden. De lang
ste tijd, dien een der acht deelnemers
over de baan besteedde, was 19 minuten
20 seconden.
LEGER EN VLOOT.
Het hoofdbestuur van den nederlandschen
Schutterijlcader-bond vangt zijne officieele mede-
deelingen aan met de tijding dat de bond ander
maal eene voorname afdeeling rijker is geworden,
nl. Amsterdam.
De dirigeerende officieren van gezondheid 3e
klasse (majoor) J. K. Stakman Bosse, chef van
het militair hospitaal te Haarlem, en D. H. van
Vierssen, in gelijke betrekking te Leeuwarden,
zullen 5 Augustus onderling van standplaats
verwisselen.
Nr ar aanleiding van het plan om het oplei
dingsschip te Rotterdam op te heffen, zegt het
«Militair Blad": Aangezien, om het personeel
op de thans verkregen sterkte te houden, met
eene jaarlijksche aanvulling van ongeveer 250
jongens kan volstaan worden, als gerekend wordt
op dezelfde uitkomsten van de werving van jon
gens boven de 16 jaar en van lichtmatrozen
voor het wachtschip te Willemsoord (in 1885
bedroeg die 75, in 1886 59 koppen) hoopt men
met één opleidingsschip in den dienst te kunnen
voorzien.
Van 1 October 1886 tot 1 October 1887 wer
den door de beide opleidingsschepen afgeleverd
307 lichtmatrozen; van 1 October 1885 tot*l
October 1886, 345 lichtmatrozen. Het opleidings
schip te .Amsterdam zal j-arlijk9 dus ongeveer
100 lichtmatrozen meer moeten opleveren dan
in de laatste jaren, om de henoodigde aanvulling
van 250 koppen aan de vloot te kunnen geven
ARMENZORG.
De directeur van de inrichtingen tot verpleging
van lijders aan vallende ziekte te Haarlem en
Heemstede heeft over de maand Juli, behalve
een aantal giften in vruchten enz., bovendien
ontvangen vau den heer P. B. d. H. te Am
sterdam f500, H. te Haarlem f122 en dr. P.
aldaar f 100. Voorts nog eenige giften van f 25,
f 10 en geringer bedrag.
Op de gebruikelijke wijze
werd Donderdag de verjaardag van H. M.
de Koningin in de residentie herdacht.
In den ochtend en voormiddag vertoon
den zich de vlaggen, vooral in de hoofd
straten zeer talrijk, onder een zonnigen
hemel, en bood de stad een feestelijken
aanblik.
Duizenden maakten zich tegen 12 ure
op naar het paradeveld in de Maliebaan,
en die menschenmenigte groeide aan naar
mate de gewone en gelegenheidstreinen
hunne passagiers in Den Haag aanbrach
ten.
De beide majoors en de kapitein-adju
dant der dd. schutterij, onderscheidene
officieren, werkzaam aan het departement
van Oorlog en verschillende van de on
langs aangestelde 2e luitenants bij de land
macht hier te lande en Oost-Indië, woonden
de parade bij, die door de grenadiers en
jagers, de veld-artillerie en de huzaren ge
houden werd.
De commandant van de vereenigde
troepen, de kolonel der huzaren jhr. Te-
ding van Berkhout, liet de troepen voor
den generaal defileeren.
Kort na den aanvang der parade reden
prins en prinses Albert van Pruisen met
twee zonen in een open rijtuig langs de
Maliebaan,
Onder de toeschouwers, dit binnen het
terrein de verrichtingen der militairen met
belangstelling gadesloegen, werden opge
merkt de pauselijke nuntius en de lega
tiesecretaris van den Heiligen Stoel, ver
gezeld van eenige heeren.
Bij den terugkeer van de parade lieten
FHUILLHTO NT.
Naar het Engelsch, van Anna Katharina Green.
1011
XXXVI.
HET WEBBE VOLWEVEN.
Wanneer ik nu deze feiten in verband breng met het
volgende, 't welk eveneens is bewezendat het meisje des
morgens van den dag, waarop zij zich het leven benam,
van iemand die goed bekend moet zijn geweest met de fa
milie Leavenworth, een brief ontving, die groot en dik ge
noeg was, om de bekentenis te bevatten zooals zij was ge
vouwen dan staat het bij mij zoo goed als vast, dat de
moordenaar van den heer Leavenworth het witte poeder en
de zoogenaamde bekentenis aan het meisje heeft gezonden,
met de bedoeling, dat zij die zou gebruiken zooals zij ook
gedaan heeft, opdat daardoor de justitie op een verkeerd
spoor zou worden gebracht en zij zelve tevens voor altijd
zou zwijgen, want zooals ge weet, de dooden klappen niet.
Hier bleef hij een korte poos zwijgenden keek naar het
morsige dakvenster boven ons. Waardoor scheen de lucht
in het naakte vertrek mij steeds zwaarder en drukkender f
Waarom voer mij een koude rilling door de leden? Alles
wat mij daar verteld werd was mij reeds bekend; waarom
trof het mij dan nu, alsof ik het voor 't eerst verno
men had?
Maar wie was 't dan? zult gij vragen, ging Gryce
nu voort. Ja ziet ge, dat is juist wat mij veel naam en
veel geld zal doen verwerven. Maar ik wil 't aan u wel
vertellen. Want, weet ge, de zaak is eigenlijk dat ik het
moeilijk meer voor mij kan houdenwaar 't hart vol van
is, daar loopt de mond van over. De moordenaar van den
heer Leavenworth.... maar neen, we willen eerst nog nagaan
wie door 't groote publiek voor de schuldige gehouden
wordt. Wie wijzen de couranten als met den vinger aan?
Een vrouw! een jonge, echoone, bevallige vrouw! ha, ha, ha!
De couranten hebben gelijk: het is eene vrouw; en die
vrouw is jong, schoon en bevallig. Maar welke vrouw is
het? Zie, dat is hier de vraag. Er zijn iu deze zaak meer
vrouwen betrokken dan één; en welke van die allen is 't
nu? Sinds Hanna's dood heb ik openlijk hooren beweren,
dat zij de bedrijfster was der misdaad; bahdat is te dwaas
om van te spreken. Anderen zeggen weer dat het een der
beide nichten zou zijn, die door haar oom in zijn testament
zoo slecht bedacht werd: bahal even dwaas als het andere.
Toch heeft men voor het laatste beweren betrekkelijk deug
delijke gronden. Eleonore Leavenworth staat zelfs nog heden
op een zeer gevaarlijk standpunt. Wanneer ge hieraan mocht
twijfelen, laat mij u dan herinneren, wat de geheime politie
tegen haar heeft in te brengen.
Vooreerst het feit, dat een zakdoek met haar naam
gemerkt, gevonden is op de plaats van den moord, en dat
die zakdoek was bevlekt met revolversmeerterwijl zij
hardnekkig blijft ontkennen, dat zij daar ter plaatse is ge
weest tot op vier en twintig uur voor het vinden van
het lijk.
Tan tweede het feit, dat zij niet alleen ontroering
toonde, toen haar dat stuk van overtuiging werd voorge
houden, maar dat zij voortdurend blijk gaf de justitie van
't spoor te willen brengen, daar zij op enkele vragen slechts
gedeeltelijk, op andere in 't geheel niet wilde antwoorden.
Ten derde, dat door haar pogingen zijn aangewend
tot vernietiging van een brief, die blijkbaar op de misdaad
betrekking heeft.
Ten vierde, dat™ de sleutel der bibliotheek in haar
bezit is gezien.
Dit alles, te zamen met het feit, dat de overblijfselen
van den brief, welke de jonge dame trachtte te vernietigen,
en dat wel een uur na het verhoor, later zijn samengevoegd
en uitgemaakt voor een aantijging tegen een der nichten
van den heer Leavenworth, van iemand, dien wij X. zullen
noemen dit alles te zamen, zeg ik, stelt haar in een
zeer scheef daglicht, vooral daar later is uitgemaakt, dat aan
de geschiedenis der familie Leavenworth een zeker geheim
ten grondslag lag dat namelijk, verborgen voor de wereld
in 't algemeen en voor den heer Leaverworth in 't bizonder,
in een kleine stad F...., een huwelijk is voltrokken tu6schen
een zekere miss Leavenworth en gezegden X. Met andere
woorden: dat de onbekende heer, die in den gedeeltelijk door
miss Eleonore vernietigden brief een klacht indiende bij den
